ROBU en omgeving verzorgd door voor Alkmaa 29 Nov.1944 H.M. de KONINGIN SPRAK TOT HET NEDERLANDSCHE VOLK. Gisteren sprak H.M. voor R.O., welke rede tegelijkertijd ook door "Herrijzen' Nederland", de zender op vrije vaderlandsche grond werd uitgezonden. H.M. "be gon aldus: "Landgenooten. Ik wil een enkel woord tot U richten in deze "ban^e tijd, waarin wij wachten op de bevrijding van ons geheele land. Een tijd,waa in de nood tot het hoogste gestegen is, de mannen in groote getale worden on voerd en de vernielingen en verwoestingen afmetingen hebben aangenomen, als geen van ons zich ooit heeft kunnen voorstellen. In de eerste plaats een woo tot U die nog zucht onder de hiel van den onderdrukker en in het bijzonder t cnze spoorwegmannen, die met ware zelfopoffering en met terzijdestelling van alle gedachten aan persoonlijke belangen of van eigen veiligheid of die hunn gezinnen, prachtig hun vaderlandsche plicht hebben gedaan en nog doen. Gij h een voorbeeld gegeven van eensgezind volhouden, "ooals wij die gezien hebben bij onze helden van het verzet en nog iedere dag zien. Een volhouden dat een steun is en blijft voor ons geheele volk in deze donkere tijd die de uiterst "inspanning vraagt van onze saamhoorigheid en nauwe onderlinge samenwerking. Zich richtende tot de landgenooten in het bezette deel van het vaderlandspr H.M. over het groote vertrouwen dat Zij altijd in de weerstand van ons gehee volk heeft gesteld. Zij deed een beroep op wederzijdsche steun en deelde med dat alles in het werk wordt gesteld voor een spoedige aanvoer na be bevrijdi van voedsel en verdere benoodigdheden. "Wij beschikken over voorraden", aldi H.M."doch de moeilijkheid is deze voorraden bij U te brengen na de verwoei tingen en versperringen van vrijwel alle middelen van verkeer in West-Europe en de moedwillige vernieling en het wegslepen van materieel in ons land dooi den vijand en de eischen van de oorlogvoering-'"Daarna richtte H.M.zich tot len die reeds bevrijd zijn en in de eerste plaats tot de dappere jonge manne die thans zij aan zij medestrijden als oorlogvoerenden met onze bondgenooten Vervolgens sprak H.M. Haar vreugde uit over het feit, dat Zij nu na vier jaa rechtstreeks met Haar landgenooten in verbinding kan t-reden. "Ook bevrijd Ne derland kent nog zijn moeiten en zorgen onder de nog steeds woedende wereld oorlog" en daarbij wendde H.M.zich eerst tot de bewoners van Walcheren en We Zeeuwsch-Vlaanderen die alles kwijt zijn en nu worstelen tegen dd binnenstro mende golven. ''Ondanks het onheil dat U getroffen heeft, laat gij de moed ni zakken en beraadt gij nu reeds hoe de ramp te boven te komen. Alles wordt in het werk gesteld om materiaal te verkrijgen, teneinde spoedig een begin te ki nen maken met het herstel van dijken en drooglegging van het land van Walche: en W.Zeeuwsch-Vlaanderen. Zeeland zal herrijzen!" Na Haar medeleven te hebbei uitgesproken voor de bewoners van de zwaar geteisterde steden en dorpen over v/ier levens en woningen de verschrikking van de oorlog is gegaan, bracht H.M. hulde aan hun gebleken standvastigheid en onverschrckkenheid en beloofde, da zoodra de eischen der oorlogvoering dit zullen veroorloven hun belangen de v le aandacht zullen krijgen. Ook in dit verband Y/ees H.M. op de moeilijkheden bij het vervoer, waardoor het weinige voedsel en het materiaal dat soms nog wezig is, niet vervoerd kan worden. Doch Zij sprak de hoop en het vertrouwen uit, dat deze moeilijkheden meer en meer zullen afnemen. Vervolgens zeide H. ook niet te vergeten hen, die ten gevolge van de vernielingen hun woning kwi zijn en daardoor blootgesteld aan weer en wind. Zij deed hierbij een beroep de mijnwerkers, die reeds zulk goed werk gedaan hebben, om voort te gaan met algeheele toevifijding en ijver hun taak te verrichten, waardoor hun kameraden in de andere bedrijven aan het werk kunnen gaan en die goederen kunnen voort brengen die tot de eerste levensbehoeften behooren en Y/aardoor tevens de bez ren van de voedselbereiding worden opgeheven en de v/oningen van vele verkleu den weer kunnen Y/orden verwarmd. H.M. zeide niet te willen besluiten zonder de huismoeders te gedenken, aan wie letterlijk alles ontbreekt voor het insJ houden van haar huishouding. H.M. verzocht de landbouwers te helpen voor zoc zij kunnen. H.M. besloot: "Dat ieder van U doordrongen zij, dat onze kracht deze groote benauwenis en beproeving te boven te komen gelegen is in onze wi en in onze saamhoorigheid en in onze samenwerking, dan zullen \'tij ook daarin overwinnaars zijn. De ure der bevrijding zal komen. Leve het "Vaderland -o-o-o-o-o- TEXTIELVORDERINGWij wijzen hierbij: lo. op de regeeringslastgeving waarbij het elïe "•.r.bte ïaren verboden is aan dergelijke vorderingen mede te werken. 1 spoorwegambtenaren,Zij# hun ten voorbeeld; 2o. ons aller verzetsplicht eiscfc als minimum niet zelf inleveren; 30. De ervaring elders heeft geleerd, dat, indien huiszoekingen worden gehouden, de D.volstaan met weghalen van het ge- v rap^'^

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1944 | | pagina 1