HEINE, vertaald door
Gerard den Brabander
Kunstenaars optimistisch over 't toneel
„Ons volk moet -terug naar de
rechtsstaat"
De dichter der hcrr'wntriwfn
E« bestaat gegronde reden om te vre
zen, dat meqjin Europa, na de onaan
gename kennJsn- king met de „Wehr-
macht", het type van den Duitser zal
gaan generaliseren. In de afgelopen oor.
log heeft welhaast iedere Europeaan
tot zijn leedwezen en schade kenni»
moeten maken met den „Germaan met
blauwe ogen en blonde haren", rijzig
van gestalte, onbevreesd voor de dood",
xoals hij ona afgeschilderd werd en met
zijn ongekende neigingen tot sadisme,
die wij aan den lijve ondervonden heb
ben. Vooral diegenen, die niet ln de
gelegenheid zijn geweest, kennis te ma
ken met de wezenlijke Duitse cultuur
(met een c!) en hun oordeel moesten
vestigen op hetgeen zij zagen, lazen,
hoorden of meemaakten van den Duit
ser, zoals die zich sinds 1933 presen
teerde, lopen het grote gevaar alle Duit
sers te gaan beschouwen alt beestmen
sen en 't bestaan van een Duitse cultuur,
hetzij oud of nieuw, te ontkennen.
Een dergelijke cultuur bestaat echter
wel degelijk. Om bij de litteratuur te
blijven: daar zijn de oude namen van
een Goethe, een Hölderlin, een Mörlke,
een Fontane. een Heine; en het is te
hopen, dat in het vrije Duitsland een
nieuwe generatie zal opbloeien, niet
vergiftigd met natlonaal-socialistische
Ideeën of doordrenkt van een apathische
lamlendigheid, maar een jonge, voor-
uitstrevende generatie, de generatie die
eens de Duitse cultuur droeg, waardig.
Voor zover wij, die buiten de Duitse
grenzen leven, weten, heeft er nog geen
debuut van Jonge schrijvers plaats ge
had, zodat er wat de litteratuur betreft,
nog geen verwachtingen uitgesproken
kunnen worden. W- zullen het dus voor
lopig met de ouderen moeten doen
wij zijn op hen aangewezen, om de (goe
de) Duitse geest te leren kennen.
IK noemde zoeven de naam van Hein-
rlch Heine naast enige andere namen
van bekende Duitse dichters, die van hoe
verschillende tijden en van hoe verschil
lende richting en levensopvatting ook,
éen ding gemeen hebben: zij vertegen
woordigen het „andere Duitsland". Maar
vóór alles zou ik Heinrich Heine willen
noemen: „de dichter der herinnering".
Waarom?
Lezer of lezeres boven de achttien:
kent u Heine? Natuurlijk kent u Heine!
Hoe heeft u hem gelezen toen u nog in
de tijd van de eerste, prille liefde ver-
keerdel U heeft mee gejuicht met zijn:
„Du bist wie elne Blume" en „lm wun-
derschönen Monat Mai",_ u heeft met
hem meegeleefd en uw" eigen teleur
stellingen gelaafd aan de zijne: „Vergif-
tet sind meine L'ieder" en u heeft zich
diep ontroerd gevoeld bij het sprookje
van de „Fichtenbaum" en de „Palme".
En hebben wij niet allen gedweept
met „die Zwei Grenadiere" en
„Schlachtfeld bel Hastihgs"?
Helaas, dat is geweest en wie nu Hei
ne ter hand neemt, voelt zich nog wel
bekoord door hefrythme en de melodie
en vooral door het sarcasme zijner ver.
zen. maar 'de eerste extase ia met de
eerste liefde voorbij. Daarom, noem ik
in gedachten Heine de „dichter der
herinneringen", want alleen in de tijd
waarin men nog romantisch is, wan
neer men nog droomt van ogen als
viooltjes, van zwarte of gouden lokken
of rode mondjes als verlangende bloe
men, weet men zijn verzen op de juiste
waarde te schatten of te óverschat-
ten. De kracht van al deze zoete zan
gerige versjes spreekt wel het sterkst
tot ons, wanneer we weten dat Heine's
verzen nog voorkwamen in de nationaal-
sociallstische schoolboekjes en bloem
lezingen! Göbbels had wat dit betreft
een volkomen juist begrip van Duitse
poëzie: want hoewel Heine Jood was,
waa hij toch „ein deutscher Dichter, be-
kannt im deutschen Land", zoals hij
zichzelf volkomen terecht noemde. De
gedichtjes bleven «taan, zij het met de
leugen: „dichter onbekend".
jjEINE is nog niet uit de tijd, en hij
raakt niet vit de tijd. want nog steeds
zijn er mensen die behagen scheppen in
maanverlichte avonden en zoete woor-
Dat is de lente! Bloesempracht ln de
omgeving van Schellinkhout.
Wielrennen.
Ronde van Noord-Holland^
Op tweede Pinksterdag wordt de
Ronde van Noord-Holland voor ama
teurs over 165 km. verreden.
Het traject is a.v. samengesteld:
Zaandam, Koog a. d. Zaan, Juliana-
brug, Wyde Wormer, Purmerend,
Beemster, Oosthuizen, Hoorn, Enk
huizen. Medemblik, Aartswoud, Kol-
horn, Zijdewind, Nieuwdorper Verlaat
tot sluis Noord-Scharwoude, Polder
Heer Hugowaard, Alkmaar, Egmond
a. d. Hoef. Egmond Binnen, Bakkum.
Limmen, Uitgeest, Krommenie, Wor-
merveer, Zaandijk, Julianabrug,
't Kalf, Zaandam.
den, gelispeld bij een oud* linde. Heine
zelf zegt ergens dat onder litteratoren,
net als onder de kannibalen, de jonge
gèneratie, de oudere zonder complimen-
tc pleegt dood te slaan en dat hij zich
nooit gezonder en behagelijker gevoeld
heeft, dan nadat een troepje van zulke
letterkundige wildemannen, natuurlijk
allen even 'bevoegd en gezaghebbend,
ook hem voorgoed had afgemaakt.
De bundel door Gerard .den Braban
der ln 't Nederlands vertaalde gedich
ten van Heinrich Heine. voorziet daar
om zeker in een behoefte. Een bundel
vertaalde gedichten uit zulk een om
vangrijk oeuvre moet twee vereisten
hebben: zij moet representatief zijn voor
het gehele werk van den dichter en zU
moet goed vertaald zijn. Representatief,
omdat de lezer anders een scheve In
druk van het wezenlijke van het werk
zou krijgen en goed vertaald, d.w.z. de
zelfde sfeer scheppend als het origineel,
om zoveel mogelijk het wezen van de
gedichten te benaderen. Uiteindelijk
komen deze twee vereisten toch op het
zelfde neer.
Da vertalingen van Den Brabander vol
doen aan dexe eisen volkomen: ztj vormen
een zorgvuldig gekozen doorsnede uit
Heine's werk (de keus zal niet gemakke
lijk geweest zijn) en de vertalingen weten,
hoewel Den Brabander er enigszins het
stempel van Hollandse degelijkheid op
gedrukt heeft, toch «Je echte Helne-sfeer
weer te geven.
Vertalen ls een moeilijke kunst en dit
geldt zeker voor gedichten. Bij het ver
talen van poëzie ls niet zozeer hoofdzaak
de woordelijke weergave van de tekst,
hetgeen dikwijls tot een zoeken naar rijm
woorden leidt, meest altijd met een pot
sierlijk of straatzangersliedjes acntlg
effect: „hartedlef' rijmt nu eenmaal het
beste op: ,.lk heb Je Hef": neen, hoofdzaak
ls een juiste weergave van de sfeer, die
men alleen kan bereiken, wanneer men
dezelfde gewaarwordingen als de dichter
heeft gehad. Den Brabander ls daarom ln
deze vertalingen het beste, waar hij het
strakke metrum van Heine's poëzie loslaat
en zich vrij beweegt met eigen woorden,
alleen de hoofdlijn van het gedicht vast
houdend. („Men spreekt bij de thee theore
tisch"). En juist deze verzen zijn de be
koorlijkste van de gehele bundel; want
hier zingt de Duitse dichter Heinrich
Heine, honderdvijftig Jaren na zijn dood,
door de mond van den Nederlandsen
poëet Gerard den Brabander!
W. S.
Hel gehele personeel van de dia-
tributledienst te Houten (Utrecht) w.o
de dlrectenr is gearresteerd wegens
fraude.
Volgens het Brusselse blad „Le
Peuple" steeg de „zwarte" koers, ter
stond na de bekendmaking, van de
uitslag van het Franse referendum
over de nieuwe grondwet, van 25 tot
40.
Jorel, de strandjutter.
Het ls nacht. De zwaar bewolkte he
mel hangt laag over het kleine kust-
dorpje, daar vlak bij de zee op de dul-
nenrand. De wind giert en huilt ln de
schoorstenen van de vissershuisjes. De
zee buldert en grote, met lichtend
schuim bedekte golven breken op de
kust. De wind Jaagd grote brokken
achuim over de duinenrij het dorpje ln.
Het la als een sneeuwbui: de vlokken
dalen op een windstil plekje blijven even
trillen en versmelten. ZIJ latan natte
plekken achter op de grote kelen ln de
dorpsstraatjes. Een houten deur van één
der huisjes gaat krakend open, een
forse kerel, gehuld ln een ollejas, een
zuidwester op het hoofd, en een paar
hoge witte rubberlaarzen aan zijn benen
stapt naar buiten. Het ls „Jorel", de
strandjutter, dl© het vannacht nog eens
wil proberen. HIJ loopt de dijk van de
werf op, en daalt vandaar af naar het
strand. Het water van de vér uitlopende'
rollers plenst hem om de benen en
spoelt het zand van zijn laagzen, maar
met langzame stappen zoekt hij zijn weg,
vlak langs de duinrand, door de hopen
schuim en tussen het aangespoelde
wrakhout door. Overal zoekt en schar
relt hij tussen de stukken hout, bamboe
en lege flessen, maar niets ls er bij, dat
de moeite van het meenemen waard 1»
Zo loopt Jorel van paal tot paal, uren
er. uren la hij onderweg ln dit noodweer.
Krom tegen do wind op. de handen ln
de zakken en het hoofd voorovergebo
gen loopt hij voort. Steeds maar weer
rollen de ontstulmgo golven op hem
asn. en het water spat hoog tegen hem
op, maar hij voelt de koude van het wa
ter niet en weet van geen terugkeren.
Om den drommel niet. verder: vindt hij
hier niets, dan zal er zeker bij de vol
gends kllometerpaal wat zijn.
Ineens blijft de Jutter staan, zijn ogen
rusten op een groot voorwerp, dat
slechts vaag zichtbaar ls, dat ln de bran
ding heen en weer wordt geslingerd en
steeds dichter het strand nadert.
Jorel kan zich bijna niet bedwingen. Hij
loopt tot over zijn-j^nleën het water in,
maar hij moet terug, de zee stuwt de
rollers met zo'n onstuimige kracht op
hem aan. Hij gaat terug en wacht op 't
strand, dlch onder de duinen. HIJ weet
het zeker: „Wat de zee hem nu geeft ls
van hem, een knappe kerel, die Jorel
zijn bult zal afnemenI"
Plotseling verheft zich een enorme
vuurzuil op de plaats, waar het voor
werp zojuist heen en weer schommel
deDe lucht ls hel verlicht, de
nen zijn spierwit en werpen donker
paarse schaduwen op het strand. Een ge
weldige knal volgt, een knal, die over
het strand davert en tegen de duinen te
pletter loopt. De lucht suist en scherven
gieren over het hoofd van den Jutter.
Jorel drukt zich plat tegen het natte
zand, het water flapt met de rollers over
hem heen en doorweekt zijn kleren. Hij
houdt zijn adem ln, het hart bonst hem
ln de keel, en zijn handen graven zich
In het natte drijfzand. Zo ligt hij enige
seconden, en denkt aan de dood. Als al
le gevaar geweken ls, en de rook door
de wind ls weggeveegd, staat Jorel weer
op, steekt zijn handen in zijn natte zak
ken en sjokt verder het strand langs op.
zoek naar betere buit. B.
Protestantse Ziekenzorg
De landelijke
stichting voor
protestantse zie-
kenhuisverpleging
heeft een nieuw
symbool in ge
bruik genomen,
dat hiernaast is
afgebeeld. Het
ontwerp bestaat
uit de vorm van het. Rode Kruis,
waarin opgenomen het tylalthezer
kruis van de oude Protestantse
hospitaalridders van de Johanmter
orde. Als kleuren zijn gekozen: wit
voor het binnenste kruis en midden
blauw voor het grondkruis. De sym
bolische betekenis hiervan is:
Christelijke-dienende liefde, ge
grondvest op blauw, de kleur van
trouw, de trouw aan de beginselen
der vereniging en de ter ham -*eno-
men taak.
Ee# geslaagd symbool!
Nederlandse mariniers tijdens hun verblijf op Malakka in het kamp Ladang
Geddes. In afwachting van hun vertrek naar Indonesië is deze verlaten rubber-
plantage hun als kamp toegewezen. Een opname van een belangrijk onderdeel
van de dienst: eten halen.
Rijkstleua
Naar aanleiding van de persconfe
rentie van het Ministerie van Ö.K.W,
te Amsterdam, waarop Dr. W. Hun-
ningher de plannen, van de regering
tot ruimer subsidiëring van het to
neel door het rijk uiteenzette, gaven
een drietal prominente figuren -uit
de Amsterdamse toneelwereld hier-
over als volgt hun opinie:
Goede stap in richting
van verbetering.
Charlotte Kohier ging uit van het
standpunt, dat iedereen toegankelijk
is voor goede kunst. Het publiek is
echter veelal kopschuw als het hoort,
dat er klasrieken gespeeld zullen
worden en lromt dan niet naar de
schouwburg. Als de mensen echter
veel en voortdurend in de gelegen
heid worden gesteld cm goed mo
dern en klassiek toneel te zien voor
een redelijke entréeprys, terwijl
daarbij goedkope kasstukken die
geen kunstwaarde hebben, worden
gemeden, dan zullen zij er aan gaan
wennen en het tenslotte als een be
hoefte gaan gevoelen goed toneel te
zien. Er is echter geld voor nodig om
deze „leertijd" te overbruggen en
ook het opvoeren van grote en groots
gemonteerde stukken eist subsidie,
als men ze tegen lage entréeprys aan
een zo groot mogelijk publiek wil
brengen. Mevrouw Kohier juicht
daarom het initiatief van de regering
toe en beschouwt het als een goede
stap in de richting van de verbete
ring van het Nederlandse toneeL
Nederlanders geen
toneelliefhebbers?
Cees Laseur^ was pessimistischer
gestemd. Hy lichtte het streven van
de regering zeer loffelijk, maar was
tong, dat hierdoor toch het initiatief
en het verantwoordelijkheidsbesef
van de leiders der toneelgroepen na-
deling beïnvloed zou worden.
In de „vrije (niet gesubsidi
eerde) sector zal men volgens
hem met grote energie werken.
De kassa is aldus de heer La-
seur een factor, die niet mag
worden weggecijferd; daar zy de
barometer is van de smaak van
het publiek en het ligt boven
dien niet in de aard van den
Nederlander om uit zichzelf vaak
naar een toneelvoorstelling te
gaan. Het lijkt hem daarom be
langrijker, door staatsbemoeiing
en subsidiëring de belangstelling
van de jeugd voor het toneel van
kindsbeen af aan te kweken
door haar vertrouwd te maken
met de stof, als vak opgenomen
in de opleiding, terwijl aan de
universiteiten leerstoelen voor
dramaturgie zouden moeten ko
men. Slechts hierdoor is, volgens
Laseur, een stijging in de be
langstelling voor het toneel in
Nederland te bereiken.
een hecht fundament
Albert van Dalsum zag in de ge
noemde uiteenzetting het resultaat
van een serie - besprekingen van de
regering met prominenten uit de
toneelwereld, welke besprekingen
er toe geleid hebben de plannen, zo-
als ze in de illegaliteit zijn opge
steld, langzaam aan te verwezen
lijken. Weliswaar zullen er zeker
tien jaar overheen gaan, voordat alle
plannen enigermate gerealiseerd
zullen zijn, doch de steun die het
Rjjk aan de gezelschappen zal ge
ven is volgens hem zeer zeker een
hecht fundament om op voort te
bouwen. Van Dalsum is het dan ook
met genoemde publicaties volledig
eens, daar zij corresponderen met dq
plannen, welke door de toneel-,
kunstenaars in de illegaliteit zijn
gemaakt tot vernieuwing en verbe
tering van het Nederlandse toneel
leven.
Kolenproductie stijgt -
De productie der Limburgse mijnen
is gestegen, van 1048 kg per man ge
durende het eerste halfjaar 1945 of
44 van die 1938. tot 1615 kg in
Februari 1946, of 68.2 van die van
1938, aldus luidde het antwoord van
de betrokken ministers aan het Twee
de Kamerlid Wa^enaar. die over de
kolenproductie schriftelijke vragen
had gesteld. Evenals voorheen is ook
thans de productie per man in het
Nederlandse mijnbedrijf aanmerke-
liik hoger dan in België en Frank
rijk.
Zowel door de bedrijfsleiding als
door de vertegenwoordigers der
mijnwerkers wordt een individuele
prestatie van 80 pet van die van 1938
als redelijk erkend. Het feit, dat deze
redelijke prestatie niet wordt ge
leverd, is mede oorzaak van de te
geringe productie der mijnen.
Op de oproep van den Directeur-
Generaal Bijzondere Rechtspleging
hebben zich bijna 1800 politieke ge
detineerden aangemeld, die bereid
zijn werk in de mijnen te verrichten.
Een 500-tal is reeds gescheiden van
de andere mijnwerkers aan het werk.
De anderen zullen, na opgeleid te
zijn, volgen.
Weer postwissels naar België
Het postwi&selverkeer met België
ls thans In beide richtingen hervat.
Het verkeer is voorlopig beperkt tot
gewone postwissels tot een maximum
bedrag van Belgische francs 160, voor
wissels naar België en van f 10 voor
wissels, betaalbaar hier te lande.
De koers ls gesteld op 100 Belg. Fr
is 6 25. -f
Het telefoonverkeer tussen Neder
land •en de Ierse Vrijstaat, wordt met
Ingang van 20 Mei a s. heropend. Het
tarief is gelijk aan dat voor gesprek
ken met de tweede Engelse zóne-
f 5-70 voor de eerste drie minuten,
yoor elke minuut meer f 1.90.
Land van orarr'oed
(Van onzen relsreöacteur
Dr R. Feenstra).
DE laatste keer dat ik hier "was, stond
aan beide «oevers de tentoonstelling:
de Landi. De vlaggetjes van kantons
en gemeenten stoeiden bont lang? de
vlaggenstraat, waarlangs men kwam
in de demonstratiegebouwen* van de
politieke en welvaartskracht van het
Zwitserse volk. Een bonte vrolijke me
nigte, vele in drachten, trok er langs.
Onweer trok op over Europa, Men
voelde het komen.
Nu ls het onweer voorbij. De storm
is uitgeraasd. Duizenden steden liggen
in puin. Maar dit bergland, dat een
eiland bleef van de vrede, is zich zelf
gelijk gebleven. Rijk. Gelukkig. Even
wichtig.
Ik zit aan de oever van het meer
van Zürich, onder bloeiende seringen
en lepel een sappige grape-fruit op.
Ik kijk over deze waterspiegel, die nog
nét zo is als vroeger, naar de groene
heuvels, de bossen, de lichtende stad;
ook naar het beeld in de spiegel, een
half kanton, dat langs de oevers is op
gebouwd, en ik vraag mij af, wat me
het meeste gepakt heeft Het meeste
gepakt heeft me: de verf. Geveüs en
6traten in zo dikke mooie glanzende
olieverf waren uit mijn herinnering
verdwenen. Dat zo Iets bestaat. Na
tuurlijk pakken je ook de goedgeklede
mensen, de lapjesloze^mooie schoenen:
maar de pijnlijk-zindelijke straten, de
gladde plavei en vooral de verf ma
ken je duidelijk, dat Je ln Zwitserland
moet zijn.
De winkels overdonderen je de eerste
dagen: vulpennen, horloges, koortsther
mometers. kousen, sokken, jurkjes zon
der punten: costuums zonder punten.
Zijde, leer. goud. De sla§ersétalages met
hun honderdvoudige verscheidenheid
van pasteien en uitgesneden hammetjes.
In de warenhuizen de sponsen en de
zemen.
De parfums en de schmink ls hier
geen oorlogsboel. maar riekt naar lang
geleden geproefde genoegens. De win
kelende dames lijken voor driekwart
„mannequins".
Natuurlijk heeft de tijd hier niet stil
gestaan. Zoals een mens kan lijden aan
te hoge bloeddruk, zo lijdt dit land
aan te hoge gelddruk. Veel is twee
maal zo duur als ln 1939. Weinig is
slechts anderhalf maal opgelopen. En
ook dit goudgebonden land heeft zijn
problemen.
Hoe men hierheen komt? Met de K.
L M. of de Swissair in 2*/t tot 3 uur.
's Morgens om 9 uur van Schiphol
half twaalf hier. Jammer alleen, dat de
eerste drie weken meestal reeds vol
geboekt staan. Dan moet men wel, zo
als wij, met de Pullman, die om 1 uur
van Amsterdam gaat. naar Brussel rei
zen, met een slinger door de Betuwe en
retour door Brabant; terwijl men dan
"s avonds tegen elf uur weer uit Brussel
vertrekt, via Luxemburg, Metz, Straats
burg. Het gaat nog traag, en de reis
duurt dertig uren.
Natuurlijk moet aan dit alles een
visum-aanvraag bij het Zwitserse con
sulaat voorafgaan, waarbij een uitnodi
gingsbrief moet worden overgelegd. En
dan nog staat tussen u en deze wereld
van overvloed een uitvinding van het
Duitse brein: een boeienkoning; het
deviezen-Instituut,
- Indonesië moeilijkste
vraagstuk
Maar er g'oort licht
aan de horizon
(EXCLUSIEF INTERVIEW VAN ONZEN
DIPLOMATIEKEN CORRESPONDENT).
Het U een stralende Meidag, wanneer wij
ons naar het Kabinet van d«n minister
president begeven, om hem enkele vragen
te stellen. Wanneer wij binnenkomen,
wordt ons gezegd, dat wij nog even moe
ten wachten en het duurt wel wat lang,
maar als wij dan later uit de mond van
Prof_ Schermerhorn vernemen, dat de he
ren voor ons een delegatie waren van de
Eenheidsvakcentrale, kunnen wij het be
grijpen!
De minister-president ontvangt ons
glimlachend en nodigt ons uit, vragen te
stellen Hij zal wel proberen te antwoor
den! Onze eerste vraag ls:
.Excellentie, wat denkt U van het Jaar,
dat wij thans In vrijheid hebben mogen
doorbrengen en het regeringsbeleid ln dat
Jaar?"
„Ja. ziet U. toen wij dat Jaar ingingen,
hadden wij allen het idee van de weder
opbouw met als „draw back" de oorlog
tegen Japan, die nog gewonnen moest
worden. Helaas ls echter het laatste Jaar
helemaal komen te staan ln het teken
van de moeilijkheden ln Indonesië. Onze
boeren en arbeiders viel dit misschien niet
zo duidelijk op. maar het ls een feit, dat
alle andere vraagstukken hierbij vergele
ken gemakkelijk genoemd kunnen wor
den. Hyt ls duidelijk, dat er echter hoe
langer hoe meer spanning ontstaat door
de gang van zaken en ln het bij ronder
over het lot van duizenden, trouwe, onder
danen van het Koninkrijk. Toch meen lk
met zekerheid te mogen zeggen, dat er
licht aan de horizon zichtbaar wordt".
,Jk ben bereid te dienen, waar
het volk wil".
Wij zijn wat moediger geworden en
vragen Prof. Schermerhorn. of hij meent,
dat hij als minister-president zal aanblij
ven en wat over het algemeen zijn toe
komstplannen zijn. Zijn antwoord op deze
onbescheiden vragen Is:
„Ik ben bereid te dienen op de plaats,
waar het Nederlandse volk mij wil heb
ben Ik ben bereid en ln staat wederom
met vreugde ln mijn eigen vak te werken.
Maar ik ben ook bereid, op deze plaats
te blijven staan. De heb de overtuiging,
dat de geestelijke Instelling en de politieke
gedachtengang, die lk en mijn geestver
wanten representeren, de enige oplossing
geven tussen de stromingen van links en
rechts door, de enige begaanbare midden
weg. Daarom voel lk ook vëortdurend de
verantwoordelijkheid om die strijd te
voeren. Juist nu. En deze strijd moet men
voeren met terzijdestelling van alles. Men
moet daarbij gaan staan naast hen, die dit
gevecht elders ln West-Europa willen
voeren. De heb de overtuiging, dat het een
hoog goed ls, waarvoor wij strijden en
volgens mijn persoonlijke overtuiging
vloeit daar de hoge plicht uit voort, deze
taak niet te laten liggen. Maar het ls het
Nederlandse volk, dat moet zeggen, wie
deze taak moet voortzetten.
Vernieuwing nog niet tot stand
gebracht.
„Excellentie, de regering wordt een
regering van herstel en vernieuwing ge
noemd. Hoe staat het nu volgens Uw me
ning met de vernieuwing? Is er sedert de
bevrijding veel van terechtgekomen?"
„Neen, de vernieuwing la ln het afgelo
pen Jaar niet tot stand gebracht. Mis
schien kan lk het wel zo zeggen, dat het
gehele klimaat van het volk een beletsel
voor de uitvoering van de vernieuwing ls
geweest. Ziet U, het volk heeft leren
putten uit de school van de macht. Het
was onze taak, het uit autoritaire ver
houdingen terug te leiden naar de
school van het recht. Het gehele vraag
stuk politieke delinquenten en zuivering
bewijzen, hoe diep wij gezonken zijn. Kijk
eens naar de moord op lr. Guljé te Lel
den! Daar blijkt duidelijk uit, hoe moei
lijk wij de weg naar het recht terugvin
den, hoe veel er ln dit opzicht verwoest
is Het ls de taak van de regering, dit
tériigleidingsproces te bevorderen. Men
heeft de regering verweten, dat zij zelf
autoritair optreedt. Maar men kan niet
de els stellen, dat het volk ln geestelijk
opzicht plotseling klaar ls.
Onjalsta gtrljdmethode.
En Ik moet U'daarbij nog iets zeggen,
nl over de wijze, waarop de verkiezings
strijd wordt gevoerd. Daarmee ls nl. ook
nog niet alles, zoals het moet! Gisteren
kwam Koos Vorrlnk bij mij met een pam
flet van de "PSttlj van de Vrijheid.Daarin
wilde men suggereren, dat vrtj ons op het
ogenblik in dezelfde situatie bevinden als
het Duitse volk ln 1933. Is men zo dom of
is men niet fatsoenlijk genoeg, om niet te
begrijpen of te willen begrijpen, dat dit
onzin ls? Immers, wij bevinden ons op de
weg terug .naar de rechtsstaat en een ver
gelijking met de verrotte sfeer ln het
Duitsland van 1933 ls barre onzin. Want
rekent U eens. zelfs wanneer wij aan
nemen. dat de socialistische partij de
meerderheid zou krijgen, zou het dan een
dictatuur worden ln Nederland? Gelooft
U, dat er ln Engeland een dictatoriaal be-
FRANSE KUNSTENAARS KOMEN
EN GAAN.
De Franse schrijver Henri Bemstein,
die sinds 1940 ln New-York verblijf
hield en daar ln woord en geschrift
bet régime van Vichy bestreed, zal
naar Parijs terugkeren.
Jean Sablon, die de oorlogsjaren in
Zuid-Amerika heeft doorgebracht, zal
ook binnenkort naar Frankrijk terug
keren.
Daarentegen' gaan Charles Trenet,
Edit Piaf en Maurlce Chevaller naar
Amerika. Maurice Chevaller, die mo
menteel in Zwitserland vertoeft, gaat
voor twee maanden naar Brazilië en
Argentinië. Edith Piaf zal ln een New-
Yorks cabaret zingen en Charles Trenet
gaat naar Canada en Hollywood, waar
hij scenario's en filmmuziek wil
schrijven.
MIJNRAMP IN BELGIE.
Belgische mijnwerkers zijn omge
komen tijdens een ontploffing ln de
mijnen van Lodelinsavt bij Charleroi.
Achille van Acker, eerste minister en
minister van steenkoolvoorziening, heeft
zich naar de plaats des onheils be
geven.
wind aan de macht ls, omdat de Labour
Party ln de verklezlngén de absolute
meerderheid en meer dan dat heeft be
haald? Dat ls toch kllnklaren on2ln! En
wie zou ooit durven beweren, dat het
Engeland van 194« vergeleken kan worden
met het Duitsland van 1933!"
Samen met België.
„En tenslotte nog één vraag. Excellentie:
Wat denkt U van onze betrekkingen met
het buitenland?"
„Wel, wat dit betreft zijn wij aaftgewe-
zen op zeer nauwe samenwerking met
België. U weet, dat wij ln dit opzicht
zijn vooruitgegaan^ De verhouding tussen
Nederland en België ls grondig gewijzigd.
Voor de oorlog hadden nog vele Neder
landers de gewoonte uit de hoogte op den
Belg neer te zien. Daar ls geen enkele
grond voor te vinden. Noch op economisch
gebied, noch op andere wijze kunnen wij
ons hoog boven België verheven voelen.
Neen, de bona flde samenwerking met
België moet steeds nauwer worden. Ik ge
loof dan ook, dat wij die richting uitgaan
en dat na de oplossing van de konings
kwestie en de Instelling van een stabieler
bewind samengesteld uit politieke leiders
van dezelfde politieke overtuiging als ln
Nederland. (De minister-president zin
speelde blijkbaar op een mogelijke toe
komstige samenwerking tussen socialisten
en katholieke ln België) dit nog gemak
kelijker zal zijn. Los van de gedachte
van een blok kan ons niemand kwalijk
nemen, wanneer volkeren, welke voor
hun voortbestaan op elkaar aarigewezen
zijn, bezield door goede nabuurschap het
recht opeisen, op goede en harmonische
wijze samen te werken".
„Bedoelt U, afgezien van de trlple unlcn
Nederland—België—Luxemburg ook Frank
rijk en Engeland?"
„Ja zeker, ook Frankrijk en Engeland
moet men hierbij rekenen".
Het Interview ls afgelopen. Op hartelijke
wijze en dankbaar nemen wij afscheid
van den minister-president, die ons enkele
belangrijke dingen heeft' verteld. Wij zijn
hem verplicht voor het feit, dat hy ons
niettegenstaande zijn zeer drukke werk
zaamheden wilde ontvangen en langer dan
een half uur te woord staan.
Want het ls erg druk op minister Scher-
merhorn's departement, schrijfmachines
ratelen, bezoekers melden zfch aan, koe
riers komen en gaan, ministers bellen op
en maken afspraken. Temidden van dit
alles werkt kalm en rustig onze minister
president en staat zyn bezoekers op be-
mlnneiyke wyze te woord, bygestaan
door uiterst bekwame medewerkers, die
bereid zyn voor hem door het vuur te
gaan.
Hersengymnastiek
SERIE 4, OPGAVE 7.
(Wegens ziekte van den redacteur
te laat ontvangen en eerst heden
geplaatst.)
Oplossing van de Paas-kruiswoord-
puzzle:
Horizontaal: 1 Diaken, 7 komeet,
13 index, 14 dra, 15 Marie, 16 S.D.,
19 n.1., 20 tip, 21 galmgat, 25 ode,
26 re, 27 HoUandia, 29 ef, 30 bad,
31 nuk, 32 B.S., 34 Pierpoint, 40 L.O.,
41 Uno. 42 negligé, 43 dun. 44 To,
47 W.C., 48 iepen, 51 dit, 52 Dante,
54 ergens, 55 bussel.
Verticaal: 1 distributie. 2 Indië, 3
ad, 4 keö, 5 ex. 6 drama, 8 om, 9
mat, 10 er, 11 einde, 12 telefooncel,
17 hal, 18 rad, 21 godin, 22 1.1., 23
g.n24 tinne. 27 hap, 23 aut, 33
snoer, 35 eed, 36 RG, 37 plaid, 38
O.I., 39 i.g.z„ 40 luwte, 45 wee, 46
das, 49 P G50 N.N., 52 du. 53 n s.
Over het algemeen was deze
puzzle niet moeilijk: alleen met den
Britsen scherprechter bleken de
meesten minder goed bevriend.
Opgave 5 oogstte slechts weinig (3)
goede oplossingen, daar de meesten
't verkeerd aanpakten. En vopral
hier geldt: 'n Goed begin En of
de valse rijksdaalder dan lichter of
zwaarder is, maakt verder natuur
lijk geen verschil.
W. Diepeveen, Stadsziekenhuis,
Hoorn, vermeldde alleen het juiste
aantal wegingen, zonder de eigen
lijke .oplossing" in te zenden. Heeft
hij toevallig goed geraden? Of
Meer dan Yt punt kan ik hem echter
niet toekennen tot mijn spijt.
De volgende opgave werd inge
zonden door den heer J- v. d. Ouden,
Grote Noord 103, Hoorn:
t In een vloer is het aantal zwarte
tegels 1/9 van het aantal witte. In
dien men nu 18 zwarte tegels wit
verft, dan zal het aantal witte
teges 18 x dat der zwarte bedragen.
Hoeveel tegels van elke kleur
bevinden zich in die vloer?
Niet moeilijk, hé? Maar 't is" ook
ro weer Zaterdag!
't Is trouwens met veel dingen
zo: je kunt 't of je kunt 't niet.
Doch „hij" kon het!
Er werd op school gesproken over
aftreksommen en de onderwijzer
legde uit, dat het onmogelijk was
om 8 stuivers van 12 knopen af te
nemen, of 3 appels van 4 noten.
,Maar we kunnen wel 3 appel6
van 4 appels en 8 knopen van 12
knoDen".
Allen schenen dit te begrijpen,
maar één klein jongetje stak zijn
vinger op: „Meester, ik zou toch
best 2 knikkers af kunnen nemen
van 2 jongens".