BELGIË: het land van de goederen
Vele adspirantjes melden
aan, maar
:ich
Hoe is de toestand in Oostenrijk?
Bim en de verdwijning van Honeypump Jr.
De devaluatie staat echter voor de deur
(Van onzen specialen verslaggever.)
WIE heden ten dage naar België
reizen wil, moet, alvorens de
grens te passeren, enige schrijnen
de metamorphosen ondergaan. Al
lereerst dient hij het niet slecht te
vinden z(jn land te verarmen door
deviezen te smokkelen, want anders
staat hij met lege handen voor de
volle Belgische winkels. Een tweede
punt, waarciver hij in het onreine
met zijn geweten moet komen is de
verandering van de Nederlandse
slagzin „Zwarte handel is gifhan-
del" in de Belgische ..Zwartehandel
is normale handel".
Maak dus van uw vriend, den eer-
zamen Nederlandsen tourist, eerst
een koopman, vervolgens een smok
kelaar en tenslotte een zwartehan-
delaar en geef hem dan pas een
retourtje Brussel.
o
.TEGENOVER het Gare du Nord
(Noorderstation) te Brussel be.
vindt zich de drukke Boulevard
Adolphe Max, des avonds hel ver
licht door de talloze in alle kleuren
schitterende reclamelichten. Maar
meer dan al dit schone licht, zal tot
onzen vriend den tourist spreken
het ontstellende aantal vrouwen cn
mannen, dat op de hoek van de bou
levard met geopende dozen vol fleu
rige pakjes cigaretten hem toeroept:
„Cigarettes anglaise et américaines.
Lucky Strike, Camel, Chesterfield,
Cinquante (50) francs." Wie neemt
het hem kwalijk, als hij op zijn Ne
derlands, d.w.z. schichtig, een van
zijn zeldzame 50-francsbiljetten (on
geveer 3 of indien de frankskes
„zwart" zijn f 5) wil omzetten in
Amerikaanse sigaretten? Maar wie
ook zal de schrik beschrijven van
onzen toerist, als juist op het mo
ment, dat de ruiling tot stand
schijnt te komen, een witgehelmde
Brusselse agent verschijnt? Gevan
genis, water-en-brood en de schan-
de-voor-de-buren schieten onzen
vriend door het hoofd, want de poli
tie
Edoch, vrees niets in dit parad ïjs-
der-zwartehandelaars, want de agent
loopt door!
In de Rue de Radis zijn geeft ra
dijsjes, maar wel chocolade en de
beroemde onverwoestbare glazen
Nylon-dameskousen „in fraude" te
koop. En voor ieder kledingmagazijn
staan vrouwen, die „points de tex-
lile" (textielpunten) aanbieden:
1 franc voor 1 punt; voor de schoe
nenwinkel worden „points de chaus-
sures" verkocht! Alles is te koop in
België: de melkboer verkoopt ook,
zwarte melk (10 francs, ongeveer!
een gulden per liter), boter en
eieren; de slager heeft alle soorten
vlees
Is het een wonder, dat uw Neder
lands touristje zich een miezerig
kereltje voelt in dit paradijs der
goederen? De enige aanknopings
punten, die hij in Brussel heeft, zijn
de veranderingen van sommige
straatnamen: Avenue des Nations
werd Avenue de Franklin RooséVelt;
er is een Square de Joseph Staline
en een Rue de Winston Churchill*
tout comme chez nous. Hij neemt
voorts waar, dat de lonen van kan
toorbedienden en werkmensen zich
bewegen tussen de 2000 en de 5000
francs: als bij ons. En dan bemerkt
hij tot zijn schrik de tegenstelling
der hoge prijzen en der lage lonen
Want al is België op het ogenblik
het middelpunt der Anglo-Ameri-
kaanse bedrijvigheid op het conti
nent, al worden alle soorten goede
ren, die deze wereld kan produce
ren, hier geïmporteerd: de welvaart,
die deze overvloed suggereert is
een schijn-welvaart. België's „vuile
was" neemt" gestadig toe. Men
vraagt zich af hoe ver het in dit
land zal komen als men het met
Nederland vergelijkt. Wij concentre
ren ons geheel op de export vanwe
ge de beminde deviezen en toch was
onze invoer in Juni j 1. nog 846,755
ton tegenover 244,800 ton uitvoer.
België echter is een der grootste af-
nemens van de zg. „importations
d'Amérique" (gebruiksvoorwerpen,
kleren, etcèn ontvangt 52 pet. van
de Engels^ graanexport plus 25 pet.
van de Britse margarine!
Het Belgische crediet in het bui
tenland neemt dus "Steeds af. De
waarde van de franc zal dalen,
waardoor men devaluatie niet meer
kan ontlopen.
Daarbij zijn de prijzen bij onze
Zuiderburen in vergelijking met
1939 gestegen met 165 pet. Va ft
Acker heeft getracht het evenwicht
pry zen-lonen te benaderen niet
door, zoals in Frankrijk, de lonen te
doen stijgen, maar door de prijzen
te laten dalen. Hoe lang dit spel kan
voortgaan, indien de consequenties
lager lonen ook aanvaard wor
den?
De staking in het Luikse heeft
reeds onvoorziene moeilijkheden
opgeworpen, die niet met het woord
„trots kyistisch' afgedaan kunnen
worden. De 35-jarige Luikse vakver
enigingsleider André Renard is al
lesbehalve een opruier en een dema
goog, maar een, ook internationaal,
zeer geacht vakbondsbestuurder.
AAN ieder reis komt een einde. In
een der Brusselse stationsgebouwen
hangt een reclameprent: „A la Hol-
lande, au pays des Canards, des
canaux" (naar Holland, het land van
de ganzen en de kanalen). Het voor
oorlogse superioriteitsgevoel van
den Nederlandsen tourist krijgt een
laatste schok door de in krijt ge
schreven woorden van den Napo-
leon-achtigen Belgischen student,
die aan het bovenstaande toevoegde:
„et du canaille."
Maar heus, die Belgen zijn niet zo
kwaad.
A
Damrubriek
Opl. wedsrijdprobleem No. 15.
32, 4742, 41! 42!, 34, 25, (10), 19. (14)
10, (4) 20, (9) 14, (20) 30 gewonnen.
Opgemerkt wordt, dat de eerste en
tweede zet verwisselbaar zijn.
Op het eerste gezicht scheen het. dat
dit vraagstuk verschillende bij-oplos
singen bevatte, die echter bij goed
spel steeds remise zijn.
De sterkste is: 32. 42. 25, 32, 28. (10)
23, (14) 18, (20) 12, (30) 24, (29) 7, (34)
29. (44) 1. (49) en zwart kan steeds re
mise laten door de lange lijn bij
volgende zet te veroveren, door wit
niet 1—23 kan spel;n wegens zwart
49-38.
Hier volgt de uitslag der oplossers
wedstrijd. No. 1 en 2 zijn: W, Mooij te
Nijmegen en J. Husman te Hoorn, bel
den met 19 punten. No. 3 is W. Visser
te Hoom met 17 punten. Dan volgen
zeven oplossers met 15 punten, nl.
K. Renoolj te Lambertschaag, J. van
de Spruijt te Enkhuizen, W. Diepen
veen, Joh. Koster, E. Strik, C. Vader
en A. den Bakker allen te Hoorn
Zo zijn dus W. Mooij en J. Husman
de prijswinnaars geworden. Willen
deze heren mij berichten welk boek
werk of zii wensen, Kleen's boek
„Geschiedenis Damproblematiek"
het boek. dat beschikbaar gesteld
door de redactie der „Vrije Hoornse
Courant", waarvan de titel ons echter
niet bekend is. Blijken beide winnaars
dezelfde keus gedaan te hebben, dan
beslist het lot.
Een merkwaardig Kasteelheer
Een jonge os te Sleaford (Eng.)
heeft kans gezien zijn eigenaar twee
dagen te laten puzzelen. Het dier ver
dween namelijk spoorloos -en niemand
kon begrijpen hoe dat een welgescha
pen os kon gelukken.
Tot men plotseling een ossenkop
„Een volk dat werkt
bouwt aan zijn toekomst
In nevenstaande statistiek wordt een
overzicht gegeven, hoe het aantal
werklozen, wachtgelders en arbeiders
bij de D.U.W. is afgenomen. Vooral
indien men de toestand, zoals deze in
April Jl. was, vergelijkt met het
maandgemlddelde van 1938, ziet men
tot zijn verrassing, dat althans dit
aspect van de wederopbouw er vrij
gezond uitziet!
Weridoosheid en werkverruiming
over de kantelen van de torsn van werci geparkeerd.
Kyme-Castle zag steken. De kop staar
de in de verte gelijk het asngelaat van
zuster Anna. die maar steeds niets ko
men zag. De dorpelingen van Sleaford
klommen moeizaam de nauwe, hon-
derdacht treden hoge wenteltrap in de
toren op en zagen daar, dat de os vast
zat. Hij kon zich niet kerm of wenden
en staarde berustend naar de grazige
weiden, ver beneden zich.
Goede raad was duur, of eigenlijk
ook niet. want een slimme dorpeling
zag kana zich langs de os te wringen,
vatte de horens en begon stevig te du
wen De os moest en zou achterstevo
ren de rap af. Een andere weg was
niet mogelijk, maar de os stond pal
Hij wenste kasteelheer te blijven en
staarde
Met een vermoeid gebaar wiste de
duwer zijn voorhoofd af en wuifde zich
met zijn pet wat koelte toe.
Die pet werd het noodlot voor de
viervoetige kasteelheer. Hij schrok en
scharrelde eigener beweging achteruit.
Toen de dorpeling zulks in de gatzn
kreeg, bleef hij met zijn pet zwaaien.
Vlot ging de slotheer nu riet bepaald
de trap af, maar zo voetje voor voetje
gelukte het hem toch in twee uur tijds
zich achterstevoren door het nauwe
wenteltrapgat te wringen, honderdacht
treden ver
Na welke inspannende bezigheid de
os met zijn aristocratische neigingen
weer in een doodgewone boerenstal
Waar blijven de verpleegsters
QNS artikel „Waar blijven de ver
pleegsters?", voorkomende in
ons nummer van 28 Juni 1.1., heeft
in zoverre doel getroffen, dat het
nogal wat stof deed opwaaien.
Vele meisjes schreven ons brie
ven. De meeste dezer epistels
hielden protesten in. Wij zouden
thans het probleem eens willen
bekijken uit het oogpunt van onze
Nederlandse meisjes.
Door de ogen van onze meisjes
èn hun ouders want ook de
laatsten spelen een grote rol.
Gelukkig zijn we tot de ont
dekking gekomen, dat er nog tal
van meisjes zijn, die werkelijk uit
roeping het verpleegstersuniform
willen gaan dragen.
DRIE CATEGORIEëN.
Alle gevallen apart te bekijken is
ons onmogelijk; we kunnen ze ech
ter gevoegelijk rangschikken in drie
groepen. De grootste groep hiervan
is wel: de meisjes en ouders, die het
niet eens zijn met de salarisrege
ling. De tweede groep bestaat uit
meisjes die nog te jong zijn en de
derde groep uit meisjes, die heel ge
schikt zouden zijn voor leerling-ver
pleegsters, maar met veel sollicite
ren toch hun doel niet bereiken.
Wat de salarisregeling betreft,
bijna niemand is het daarmee eens.
ook al wordt het verpleegstersambt
dan ook meer als beroep, can als
roeping bekeken.
Maar de salarissen zijn laag, te
laag. Er schijnt zo hier en daar aan
gewerkt te worden; in sommige
weekbladen worden oproepingen voor
verpleegsters geplaatst met ae toe
voeging, dat de salarisregeling ver
beterd is. Geld speelt een grote rol,
ook in het leven van onze meisjes,
maar meer nog in het leven der
ouders. Er zijn vele gevallen, waar
in het meisje, roeping voelt om in de
verpleging te gaan en de ouders er
tegen zijn. Tegenwoordig valt er
goed geld te verdienen op kantoren
en winkels en het leven is peper
duur. Ouders willen graag hun
dochter bij zich houden, vinden een
goed betaald kantoor of winkel
baantje veel aanlokkelijker, dan het
zware verpleegstersleven.
In zekere zin hebben zij gelijk,
maar veel hangt toch ook van het
karakter van het meisje af.
Een leerlingverpleegster doet heel
wat meer ervaring op dan een kan
toorjuffrouw.
Wanneer een meisje een uitge.
sproken behoefte heeft om ver
pleegster te worden, moeten de
ouders het meisje niet dwingen kan
toorwerk te verrichten omdat het
meer geld in het laad je brengt. De
vorming van het karakter is veel
meer waard dan geld. Hoevele meis
jes zitten zich niet te vervelen op
kantoor of winkel, terwijl ze op
zouden bloeien bij het verrichten
van deze mooie arbeid!
Te jong
De aardigste groep is zeker de
tweede groep, fle meisjes, die afge-
w-ezen worden, omdat ze nog te jong
zijn. Deze zijn vol idealen, hun
hoofd is nog vol van lectuur, haar
hart dringt naar het zichzelf geven
aan zieken. In de meeste gevallen
loopt alles nog op een avontuur uit
Maar toch is het heel jammer, dat
er zo streng gelet wordt op de leef
tijdsgrens als de meisjes het juist
als een Ideaal beschouwen om in
de verpleging te gaan. Sommige
meisjes hebben al vele malen ge
solliciteerd, zij zijn jong, sterk, ont
wikkeld; velen hebben het diploma
EHBO al gehaald en toch is er geen
ziekenhuis dat het met ze proberen
wil, ondanks hun liefde voor het
ambt. Een meisje van 18 of 19 jaar
is zeer zeker- nog een jong meisje,
maar er zijn grote verschillen. De
een kan een kind zijn, de ander
reeds een jonge vrouw. Het ware te
wensen, dat directrices van zieken
huizen ook in dit opzicht wat wa
ter in de wijn willen doen in deze
tijd van personeelschaartste.
„Gevalle n", beken
den en het geloof.
De derde groep bestaat uit meis
jes, die één of twee keer naar een
ziekenhuis in hun naaste omgeving
sollioiteren, afgewezen worden om
een reden welke zijzelf bekrompen
welke ziekenhuisdirecties nor
maal vinden. Vooral in kleinere ge
meenten worden verpleegsters ge
nomen van buiten, opdat alle pa
tiënten voor hen „gevallen" zijn en
geen bekenden. Dit is heel aanne
melijk, maar vele meisjes en ook
ouders vinden dit helemaal niet aan
nemelijk..
Dan komt het ook voor, dat meis
jes die katholiek gedoopt zijn, afge
wezen worden in een uitgesproken
Srotestants ziekenhuis en evenzo in
et tegengestelde geval. Zij voelen
zich dan beledigd, omdat zij hun
goede wil getoond hebben en hun
neus stootte. Dit zijn natuurlijk ook
onaangename dingen. De keuze is
echter groot genoeg en wij raden aan.
dat ieder probere om op de juiste
plaats te komen.
Wij geven grif toe, dat het niet uit
moest maken, welk geloof men be
lijdt, als men zich in dienst der
mensheid wil stellen maar zo ver
zijn we helaas nog niet in de wereld.
Wij hopen, dat intussen de geslo
ten vleugels van sanatoria en zie
kenhuizen weer geopend kunnen
worden ten behoeve van <3e lijden
de mensheid.
HUISWERK
De vorige minister van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen heeft
op de valreep een circulaire rondge
stuurd, waarin hij in overweging
geeft het huiswerkloze weekeinde
in te stellen.
Als daardoor bereikt zou worden,
dat de jeugd verlost zou zijn van
overladen Zaterdagen en Zondagen,
zou prof. Van der Leeuw alleen al
hierom een monument hebben ver
diend van scholieren en ouders.
Het huiswerk is een veel omstreden
zaak. Zowel in ais buiten de onder
wijswereld zijn al vele jaren dis
cussies gevoerd over het nut en de
wenselijkheid ervan en op enkele
middelbare scholen heeft men het
zelfs radicaal afgeschaft.
Tegenover dit ene uiterste staat
het andere, dat zegt: Er moet ge
werkt worden, laten de jongelui
maar stevig aanpakken: jong ge
leerd, oud gedaan. Daarna volgt dan
gewoonlijk een beschouwing van
het harde leven, dat deze nijvere
lieden ift hun jeugd geleid hebben.
Het is niet zeker, of zy van mening
zijn, dat hun kroost het met einde
loze uren harde huisarbeid net zo
heerlijk ver zal brengen als zij, dan
wel, dat ze vinden, dat ieder op zijn
beurt maar eens onder de narighe
den des levens gebukt moet gaan.
In de rijen van de leraren en on
derwijzen, die tot taaie hebben een
omvangrijke en uit veel onderdelen
bestaande leerstof aan leerlingen bij
te brengen heerst veelal de mening,
dat het zonder huiswerk niet gaat.
De toegemeten tijd is te krap om
op de scholen het tijdrovende werk
van het memoriseren van jaartallen,
regels, wetten e.d. te laten doen en
voor het uitwerken van vraagstuk
ken is meestal ook geen ruimte
meer. Dus wordt op school bespro
ken, verklaard en uitgelegd en hst
Landbouwberichten
GAAT DE PLOEG VERDWIJNEN.
In tal van landen. Engeland. Frank
rijk, Duitsland, Zweden »n de Ver
enigde Staten zijn de laatste jaren on
derzoekingen verricht om na te gaan
of diepe grondbewerking al dan niet
noodzakelijk is. De resultaten van die
proeven spreken elkander vrij sterk
tegen, maar toch is in het algemeen
de conclusie gewettigd, dat diep ploe
gen niet altijd zeer gewenst is en dat
het ploegwerk op zichzelf geenszins
volmaakt Is. Op vele gronden blijkt
men te kunnen volstaan met het op
pervlakkig losmaken van de boven
laag, Onkruidvornletiging schijnt dik
wijls van minstens evenveel belang te
zijn als het keren van de grond. Op
zware gronden moet de bodem wel
dieper losgemaakt worden, maar
daarbij is verkruimeling belangrijker
dan het omkeren van dikke repen
aarde, die te weinig aansluiting bij
de ondergrond verkrijgen. Verwacht
aan worden, dat Qe grondbewerkinga-
werktuigen, mede als gevolg van deze
onderzoekingen, een principiële veran
dering zullen ondergaan en dat dus
de ploeg zijn iang9te tijd heeft gehad.
Een interview met den
Nederlandsen consul
(Van onzen diplomatieken
oorrespondent.)
N\ de bevrijding van Wenen door de
Russen, had Oostenrijk in het ge
heel geen contact met Nederland.
Spoedig werd echter ten behoeve van
repatriërende, landgenoten het Neder
lands Hulpcomité opgericht, dat in
zeer Tcórte tijd belangrijk werk ver
richtte. Het comité verlengde paspoor
ten en verrichtte geen uitgesproken
consulaire werkzaamheden, aangezien
het officiële consulaat er eigenlijk niet
meer was en er geen regeringsopdracht
werd verkregen
Het repatriëringswerk werd sedert Juli
1945 met medewerking van de Franse
autoriteiten uitgevoerd, waar het comi
té een dankbaar gebruik van maakte.
Toestand reeds verbeterd.
0P het ogenblik gaat het te Wenen
veel beter, want er is thans zo
als bekend een officiële militaire
missie onder leiding van generaal-
majoor jhr. rar. M. P. M. van Karne-
beek, waarvan de heer Schouten als
consul deel uitmaakt. Terwijl men voor
de oorlog,"""STgezien van het Gezantschap
met een consulaat, waar twee mensen
werkten, kon volstaan, werken er nu aan
de Militaire Missie en het Consulaat
niet minder dan twaalf personen. Er
zijn immers nog geen consulaten in de
verschillende Oostenrijkse steden en
alle Nederlanders moeten naar Wenen
komen. Er zijn daar bergen van werk
te verzetten en het is te hopen, dat de
normale toestand spoedig kan worden
hersteld, vooral nu Oostenrijk van de
geallieerde contróleraad zijn souvereine
rechten inzake de diplomatieke^en con
sulaire dienst heeft herkregen.
De handelsbetrekkingen.
QVER het herstel van de handel tus
sen Oostenrijk en Nederland was
de heer Schouten vooralsnog niet erg
optimistisch. Er zijn slechts compensa-
tiemogëlijkheden. Voor iedere transactie
zijn practisch vier mensen nodig, n.L
een Weense importeur, die tegelijk een
exporteur kent, met wien hij kan com
penseren en in Nederland moet het op
dezelfde wijze gaan. Geen wonder, dat
het niet gemakkelijk is om tot zaken
doen te komen. Slechts door het her
stel van normale deviezenverhoudlngen
kan hierin verbetering worden gebracht
De Oostenrijkse Schilling (die thans min
of meer officieel met een kwartje
wordt berekend) herstelt zich langzaam.
Dit blijkt uit de zwarte dollarprijzen
etoli-kewerk verridttde l^rltai k°" ™en
a voor 1 8 130 Schilling ontvangen, thans
thuis.
Alleen een drastische beperking
van de leerstof zou hierin wyziging
kunnen brengen. De onderwijsver
nieuwing, die zich "richt tegen de
verintellectualisering van het on
derwijs en voor een harmonischer
ontwikkeling van den opgroeienden
mens zal misschien uitkomst geven.
Maar daartoe is het nodig, dat bil
de leerkrachten, maar nog veel
meer bij de ouders een grondige
verandering ontstaat.
Want, terwijl veel ouders klagen
over het huiswerk, dat de sfeer in
het gezin zo grondig kan bederven,
dat het tot voortdurende controle
dwingt en dat de ouders en kinde
ren tot dwangarbeiders maakt, zijn
er evenveel, die ongerust zijn als
hun kind geen huiswerk krijgt. Zij
menen, dat het huiswerk de ijk ls
van het ware degelijke onderwijs;
ze vragen om huiswerk omdat het
zo goed staat en ze zijn pas geluk
kig als hun kinderen met volle tas
sen huiswaarts komen om thuis het
werk te doen, waarvoor op school
geen tyd meer was.
Inderdaadzou het meest wense
lijk zijn, als de school er was om te
leren en als het kind de gelegenheid
kreeg om thuis, op straat en in de
jeugdvereniging zijn andere mense
lijke kwaliteiten te ontwikkelen.
Maar zover zijn we nu nog niet en
naar alle waarschijnlijkheid zal de
huis-werkloze-school voorlopig wel
een vrome wens blijven.
Niettemin is het mogelijk ook hier
een begin te maken.
Een zeer bescheiden begin is ge
maakt door prof: Van der Leeuw.
Hij heeft in overweging gegeven
het werk zo te regelen, dat er al
thans op Zaterdag en Zondag geen
huiswerk' gemaakt behoeft te wor
den: Wij hopen, dat deze suggestie
een goed gehoor zal vinden.
Over het huiswerk op de gewone
lagere scholen spraken we nog niet.
Het is eigenlijk vanzelfsprekend,
dat hier huiswerk als systeem niet
op zijn plaats is. Dat betekent niet,
dat een kind nooit een rijtje som
metjes, een taallesje of een andere
beperkte taak zou mogen krijgen.
Het betekent wel, dat ouders en
onderwijzers moeten vermijden door
dwaza concurrentie- en deftigheids
overwegingen een kind in zijn
speeljaren te overbelasten met het
verwerken van allerlei dubieuze we-
tenswaardigheden. v H.
Schilling ontvangen, thans
De officiële koers is
J*m gd
\H. <.nui*Y
Een nieuwe spelling
Eindelijk ls dan aan de chaos op spel
ling gebied een eind gekomendat ho
pen we tenminste. De spelling-Marchant
deed Immers ook velen, vooral de school
meesters, een zucht van verlichting sla
ken. Dar deze spelling geen succes had
was niet aan Marchant te danken, maar
grotendeels aan de regering, die destijds
toonde zéér Inconsequent te zijn. Op de
scholen werd de spelling Marchant ge
bruikt, maar in de officiële stukken
schreef men nog steeds De Vries en Te
Winkel.
Waarschijnlijk was men van mening
dat men de spelling langs de weg der
evolutie het beste wijzigen kon en of
deze mening juist ls, zullen wij wel
nooit te weten komen, aangezien men
van de evolutie leer ln deze ls afgestapt.
Dat men dus. en nog wel ln samenwer
king met België, weer een nieuwe rege
ling tracht in te voeren, die -grotendeels
gelijk is aan die van Marchant, kan het
einde van de verwarring op spelllngge-
bied betekenen.
De regering heeft zjch Immers meer
dere malen ten gunste van deze regeling
uitgesproken en heeft zelfs bekend ge
maakt, dat „de officiële schrijfwijze van
de Nederlandse taal ls, die volgens de re
gels van De Vries en Te Winkel, met In
achtneming van enige verschlUen".
Deze verschillen, die de voornaamste
wijzigingen Inhouden, zijn de volgende:
1. De e wordt ln open lettergrepen niet
verdubbeld (delen in plaats van deelen).
De ee blijft echter aan het einde van
een woord en in samenstellingen met
en afleiding van woorden op ee (mee,
zee, meerijden, zeesluizen),
2. De o wordt in open lettergrepen
niet meer verdubbeld (bolt* ln plaats
van booten). Goochelen, goochem en
loochenen en samenstellingen en aflei
dingen daarvan, houden echter hun oo.
3 8ch wordt alleen geschreven waar
de ch gesproken wordt; ln het achter
voegsel isch blijft de sch echter (bar
baars in plaats van barbaarsch; maar
typisch blijft typisch).
4. De uitgangen e en en van het lid
woord een, van geen en van de
bijv. bezittelijke voornaamswoorden. als
mede de naamvalsuitgang van lidwoor
den. voornaamwoorden, bijv. naamwoor
den of daarmede gelijkstaande woorden
mag, behalve in staande uitdrukkingen,
worden weggelaten.
Juist ln dit laatste punt nu ligt het
grote verschil; de spelllng-Marchant ken
de de facultatieve naamvals-n niet. De
nieuwe regeling is dus weer een stapje
verder; na verloop van tfld schrijft nie
mand meer: „van ene schone dame".
Wanneer thans de regering toont, dat
het haar ernst is -en ook in officiële stuk
ken de nieuwe spelling gebruikt, zal de
chaos spoedig tot het verleden behoren.
In dit artikel geeft onze diplo
matieke correspondent, naar
aanleiding van een interview, dat
hij had met den heer J. H. C.
Schouten Nederlands consul te
Wenen, een uiteenzetting van de
verhoudingen tussen Oostenrijk en
Nederland, zoals deze zich ontwik
keld hebben. De heer Schouten
houdt reeds 25 jaar in Oostenrijk
verblijf, doch vertoeft momenteel
in Nederland.
slechts 10 Schilling voor een Dollar. De
zwarte geldmarkt bloeit dus nog steeds.
Het Duitse geld ls gelukkig verdwenen.
De economische vooruitgang is echter
een zaak van langen adem en het her
stel van het economische leven in Oos
tenrijk gaat slechts zeer langzaam
vooruit.
De rantsoenen.
YfIJ vroegen den heer Schouten nog
naar de levensmiddelenrantsoenen
en vernamen van hem, dat de Weener
per dag slechts een hongerrantsoen van
1100 calorieën ontvangt, wat natuurlijk
veel te weinig is. al is het meer. dan
wij ln den hongerwinter hebben ont
vangen.
Het leven te Weenen U door de grote
bezetting (President Renner vergeleek
deze eens treffend met eëh boot met
vier olifanten er in) op h ogenblik
moeilijk; de heer Schouten is echtern!et
pessimistisch, wat de toekomst van het
land dat het eerste slachtoffer van Hit-
ler's agressie was, aangaat.
VAN MUNITIE TOT KUNSTMEST.
Tijdens de oorlog is in Am<«-jkavoor
de munitie-industrie op grote schaal
ammonium-nitraat vervaardigd. Deze
ontplofbare stof U echter door zijn
hoog stikstofgehalte eveneens een uit
nemende p'.antenvoedingstof, doch de
moeilijkheid is daarbij, dat dit nitraat
sterk hygroscopisch is. De stof trekt
qus vochr aan en vervloeit in de zak.
zodat het uitstrooi an onmogelijk wordt.
Deze moeilijkheid heeft men overwon
nen door enkele procenten van een
voebtofstotend stof. een zgn. „repel-
lent" door het nitraat te mengen.
Daardoor worden de gevaren voor
ontploffing vrijwel uitgesloten, terwijl
het product zelfs na bewaring gedu
rende een jaar in geprepareerde zak
ken nog goed strooibaar bleef. In dit
geval kon dus de oorlogsindustrie
rechtstreeks voor vredesdoeleinden
worden gebruikt.
ONZE JEVGDHOEK
Waar kampeerde Alex?
Alex is verkenner. Hy heeft een
fiets met een stelletje vry behoor-
lyke banden. Hij heeft vrienden, óók
verkenners. Die knapen hebben óók
fietsen met behoorlijke banden.
Alex en zijn vrienden maken een
kampeeriocht. Ze hebben hun ten
ten opgeslagen
„Waar?" Vraagt Vader.
„Waar?" vraagt Moeder,
En voor de zoveelste keer lezen
ze de briefkaart die Alex aan zijn
zus Ria heeft gezonden.
Op die briefkaart staat het vol
gende te lezen:
Beste RU! Even laat ik je weten,
dat we hier een fijne kampeerplek
nebben gevonden. De groeten aan
de hele familie. Alex.
Ook Ria leest de kaart nog eens
over. Dan begint ze te lachen. „O,"
zegt ze. ,Jk zie 't al! Ik ben er al
achter, hoor! Wat een grappenma
ker. die Alex!"
„Wéar dan?" vraagt Vader.
„Waar dan toch?" zucht Moeder.
Wie van jullie weet het nu óók??
letsover koffie.
De Nederlander gebruikt in nor
male tyden per jaar gemiddeld 5
kg. koffie. De &igelsman 1/3 kg. De
Zweed 7y2 kg. Een Zweed drinkt
dus 23 kopjes koffie tegen een En-
g'-Lman ééntje!
Iets over thee.
De Nederlander gebruikt, óók in
normale tijden natuurlijk, per jaar
gemiddeld 1 1/3 kg. thee. De Engels
man 4 1/5 kg. De Zweed 1/17 kg
Een Engelsman drinkt dus 70 kop
jes thee tegen een Zweed ééntje!
De Nederlander houdt m beide ge
vallen de gulden middenweg!
Wisten jullie...
dat er ruim 600 klaverbloempjes
nodig zijn, om één pond klaverko
ning bij elkaar te brengen? En dat
de bijen daarvoor 3.000.000 bezoe
ken bij de klaverbloesems moeten
afsteken?
dat er wespennesten zijn waarin
25000 wespen leven?
dat een struisvogelei 24 X zo
zwaar is als een kippenei.
dat een struisvogel stappen van
3 M. kan maken?
dat een olifant wel 3000 kg. weegt?
maar dat de ondergetekende de
70 nog niet haalt??
LEONARD ROGGEVEEN. -
47. Inmiddels was Moneypump Jr het
grote vertrek binnengekomen. HIJ keek
angstig naar Btm. Maar deze had geen
belangstelling voor de jonge ondeugd.
kidnapper plotseling. „Ik ga dit kind naar
Moneypump brengen. Spoedig zul Je ook
je werkelijke vader terugzien", zet bfj
ct Moneypump Jr.
„Mijn beslui* is genomen!" zei de ex-j „Mijn werkelijke vader was toch..,
wilde kleine Mon zeggen.
Doch Bim viel hem in de rede: „Onge
twijfeld ls die vader verlangend aljn arm
kind terug te zien."