Kan de U.N.0. de vrede bewaren? „Zijt gij bereid te sterven?' Gezondheidspreek no. III v"r l9B8d Ted Bolt op het onbekende eiland sienen tijdperk In het land van Cro-Magnon r» door F. L. Joiephy J^AN de UNO wereldvrede veranderen? Dat ie de vraag, die leder nadenkend mens, waar hfy ook woont, aich self en anderen «telt. Het antwoord la NEEN, niet zoals de UNO nu ia samengesteld. Geen volkenbond kan de vrede bewaren en de UNO is niets anders dan een Volkenbond onder een andere naam. De oude Volkenbond faalde, omdat deze geen uitvoerende macht had en geen eigen strijdkrachten, omdat de leden niet gedwongen konden worden om hun verplichtingen na te komen, wanneer zQ dit niet wensten te doen. Met andere woorden, de Volkenbond faalde, omdat hU de Nationale Souvereiniteil van de leden onverzwakt liet en hun uiteindelijk recht om te doen zoals zjj wilden, niet aantastte. j^E UNO lijdy helaas aan dezelfde ge- 1 breken. UNO is gebaseerd op de „souverelne i^lljkheld^-van de leden (het recht om t© tJoen^-ztSals rij willen). De UNO heeft geen uitvoerende macht ln feite maal-/t het vetorecht dikwijls iedere daadwerkelijke actie onmogelijk. De UNO heeft gfjen strijdkrachten om kracht bij te zetten aan eventuële beslissingen. De verplichting van leder lid om onmiddel lijk ..nationale luchtvaarteenheden" ter hesr/yiiticing te houden voor gecombineerd Q* dwang-actle" betekent op de lange d^ur niets. Wanneer staten bereid zijn ^m hun bijdrage voor gecombineerde actie te leveren, dan zal het gebeuren: wanneer zij echter weer eens besluiten dat zogenaamde nationale belangen be langrijker zijn dan internationale ver plichtingen, dan zal de bijdrage niet ge leverd worden. En de UNO zal, omdat dit geen regering is, onmachtig zijn om de bijdragen af te dwingen. De UNO zoals een Volkenbond, hangt af van goede wil. Zoals de Volkenbond zal de UNO werken zolang er goede wil Is; ls deze er niet meer, dan zal de UNO falen zoals de .Volkenbond faalde. Hoe kan U.N.O. omgebouwd worden. JJOE kan de UNO effectief gemaakt worden als een Instrument om de wede te bewaren? Slechts door de UNO te veranderen ln een wereldregering En cmdS* wereldvrede gebaseerd moet zijn '«p wereldwet en aan een wereldwet «slechts gehoorzaamd zal worden, wanneer 'deze gemaakt is door de vertegenwoor digers van de volken van de wereld en met hun toestemming en slechts wanneer achter deze wet een v jreldpolitlemacht staat, die geen nationale maar wereld- trouw als devies heeft, daarom moet een wereldregering og federale basis worden opgebouwd. Wij zetten onze publicaties op het terrein der internationale ordening voort met een artikel van Miss F. L. Josephy, speciaal voor ons blad geschreven. Miss F. L. Josephy M. A. was vier maal liberaal candidaat voor het Engelse parlement. Zij ls redactrice van het bekende maandblad „Federal News". Miss Josephy ls juist terug gekeerd van een reis naar de Mid dellandss Zee en het Verre Oosten, waar zij lezingen heeft gegeven voor de Marine en de R.A.F. schrappen en iets anders te beginnen zou op hevige tegenstand van meerdere zijden stuiten. Daarom moeten we <fe eer ste vraag beantwoorden en zien hoe de UNO op de gemakkelijkste en aange naamste wijze kan worden uitgebouwd tot een federale wereldregering. Twee stappen. |?R zijn twee eerste stappen, één be trekkelijk eenvoudig, de tweede uiterst moeilijk. Het aangewezen lichaam om parlement te worden is de Algemene Vergadering (Assembly). Op het ogenblik bestaat de Algemene Vergadering uit vijf afgevaardigden van ieder der leden der UNO. Er zou zeker geen onoverkomelijke tegenstand zijn tegen het voorstel dat ln- plaats van het aanwijzen van vijf gedele geerden door Iedere regering, iedere na tie, lid van de UNO. haar eigen vertegen woordiger zou kiezen en dat dus de keus door het volk zelf zou worden bepaald. Als het noodzakelijk ls. kan het aantal afgevaardigden voorlopig 5 per land blijven, maar mettertijd, en hoe eerder hoe beter, behoort het gekozen aantal vertegenwoordigers bij benadering ln verhouding te zijn met de bevolking van het betrokken land. In een overgangs tijdperk zou de vertegenwoordiging kun nen variëren tussen een minimum en een maximum limiet, waarbij geen staat i.v. mlbder dan 3 e:i n.ct meer 15 «i-tegenwoordigers sou ftogen hebben. Uiteindelijk moeten deze vertegenwoor digers gekozen worden door iedere staat op basia van universeel stemrecht. Het ▼eteraeht. WANNEER de Algem. Vergadering een- maal een gekozen lichaam sal zijn ln plaata van een vergadering van gedele geerden kan deze uitvoerende macht naar zich toe trekken en eigen strijdkrachten recruteren en controleren. Deze dingen behoeven niet noodzakelijkerwijze onmid dellijk te volgen maar de mogelijkheid om het te doen sou aanwezig zijn voor toekomstig gebruik. De tweede stap ls veel moeilijker en zou ongetwijfeld op bittere tegenstand stuiten. Dat ls de af schaffing van het vetorecht. Het excuus voor het veto was dat de verantwoorde lijkheid ln verhouding tot de macht moest zijn en omdat de „Vijf Groten" de macht hadden moesten zij ln een positie zijn om over hun eigen verantwoordelijk heid te beslissen Er ls iets goeds ln deze stelling maar de'oplossing is niet om ..de grote machten" boven de wet te stellen, zoals gedaan werd, maar om t« trachten ds macht gelijkelijk te verdelen en zo het excuus voor een speciale behandeling te doen verdrijven. Op het ogenblik bestaat de Veiligheidsraad uit de Vijf Groten en de Zes Kleinen, als het vetorecht weg moet, moet de onderscheiding weg. Het vetorecht kan alleen weg als de Veilig heidsraad samengesteld is ült vertegen woordigers van eenheden met ongeveer gelijke macht. Hier kunnen de „regionale groeperingen", die volgens het Handvest zijn toegestaan, hun Intrede doen. Laat bepaalde landstreken samengaan om hun vertegenwoordigers jvoor de Veiligheids raad te kiezen ua b.v. Europa, Latijns Amerika, de Arabische Staten, het Verre Oosten en deze combinaties kunnen op dezelfde hoogte staan als de „Groot ste twee" van vandaag: de V.S. en Rus land. In een veiligheidsraad, bestaande uit vertegenwoordigers van ongeveer even grote wereldeenheden zou er geen plaats meer zijn voor het veto en het excuus er voor verdwenen zijn. Overgangstijdperk. TOTDAT de Algemene vergadering zo ver ls gekomen, dat zij een re gering kan vormen en de Veiligheids raad dus overbodig wordt, moeten wij in deze periode tenminste één lichaam hebben, dat ln staat is tot daadwerkelijke actie over te gaan als dat noodzakelijk blijkt. Het ls waarschijnlijk nu nog on mogelijk om het vetorecht met directe middelen afgeschaft te krijgen. Daarom moet de eerste en meest dringende zijn de noodzakelijke eenheden voor verte genwoordiging ln de Veiligheidsraad te vestigen. Iedere aanmoediging en hulp moet gegeven worden om het tot stand komen van regionale groeperingen ln de hand te werken en wij die ln Europa leven, een van de meest vitale streken voor wereldvrede, moeten niet vergeten, dat een federale vorm voor een Europese groepering de enige ls. die de oude en trotse volken van dit continent zullen kunnen aanvaarden. „Zo!" dacht Ted, „nu zullen ze Iets beleven, wat ze nog nooit gezien heb ben!" Hij liep een eind terug en nam een geweldige aanloop. Dat hadden de Wan- dy's nog nooit eerder gezien. Als één Tijdens zijn bezoek aan de Verenigde Staten werd maarschalk Monjgomery door president Truman op het Witte Huis te Washington ontvangen. De pre sident in gesprek met ,,Monty". Ass. Press P. De getuigen van Jehovah c MISS. F. L. JOSEPHY. Wereldparlement. WAT wordt daar precies mee bedoeld? Dat leder volk zijn vertegenwoordigers voor een wereldparlement zal kiezen, die een wereldregering zullen vormen en aan die regering zullen de afzonderlijke vol ken bepaalde regeringsfuncties overdra gen, die zij uit handen van hun nationale regeringen zullen nemen. In de eerste plaats zullen tot deze wereldregerings functies behoren: de contróle over de ge wapende machten en de bewapening en over de internationale relaties (dan niet langer meer „buitenlandse zaken"). Zal het nog niet lange tijd duren voordat alle volken voldoende politiek zijn ontwik keld om deel te nemen aan een wereld regering? Zeker, maar dat betekent niet, dat we nu niet zouden moeten beginnen met de fundamenten te leggen voor een federale wereldregering, gevormd uit de volken, die er aan kunnen deelnemen, terwijl de deur ver wordt opengelaten voor verdere toetreding van andere vol ken Hoe kan de UNO veranderd worden in een wereldregering? Zou het niet ge makkelijker zijn om de UNO te ontbin den en opnieuw te beginnen? Het antwoord op de tweede vraag is: technisch Ja, maar onder de hedendaagse omstandigheden neen. Het zou veel ge makkelijker zijn om een geheel nieuwe federale grondwet op te stellen dan om door amendementen het Charter van de UNO in een wereldgrondwet te verande ren. Maar het was al moeilijk genoeg om het Handvest aanvankelijk opgesteld te krijgen en Iedere suggestie om het nu te TOT zelfs in de cabaret-programma's worden grapjes gemaakt over de Ge tuigen van Jehova en de hen in de mond gelegde „slagzin": „Zijt gij bereid te sterven?" De Getuigen gaan van deur tot deur met hun dringende boodschap, hun waar schuwing die getuigt van het eind der wereld, dat ophanden ls. Ze binden de strijd aan tegen de kerken, tegen alle wereldlijk gezag. En daardoor worden ze In tal van landen het voorwerp van vervolging en strenge overheidsmaat regelen. IJOEVEEL stof waaldo Indertijd, vlak n voor de oorlog, niet op over de be faamde ,,spionnage"-kwestIe, waarbij le den van het „Wachttoren"-genootschap werden aangeklaagd wegens het bespion- neren van de Utrechtse fortengordel, ten gunste van Duitsland. Maar ln Duitsland werden diezélfde mensen, onder verdenking van sympa thieën voor Sowjet-Rusland, ln de con centratiekampen nog onmenselijker behan deld dan de Joden. In Engeland werden ze gerechtelijk ver volgd, omdat ze dienst weigerden ln leger, luchtmacht en vloot: ze stonden ook niet onder bescherming van de Wet op de Gewetensbezwaarden, daar de halsstarrig ontkenden deel uit te maken van enig erkend kerkgenootschap. In Amerika nam men eveneens zijn toe vlucht tot harde maatregelen. Ze weiger den ook daar de groet te brengen aan de vlag, hun militaire dienstplicht te vervul len. Verontwaardigde en hardhandige medeburgers bestreken hen met pek en veren en Joegen ze zo door de straten. Overal waar de Getuigen van Jehova opdoken, kwamen ze ln conflict met Overheid, Kerk en Publieke Opinie. Amerika bakermat. N Amertka, bakermat van zovele ex tremistische godsdienstige genootschap- U EET TOCH NIET TEVEEL? Wat is genoeg eten? Genoeg eten is zoveel eten,, dat het lichaam daardoor op een gezond gewicht komt of blyft. Wat is een gezond gewicht, ook wel normaal gewicht genoemd? Een gezond gewicht is dat gewicht, waarbij het lichaam als geheel een goed arbeidsvermogen heeft en waarbij geen der lichaams delen of organen overbelast moeten werken. Bij wegingen van een groot aantal mensen, die geen enkele klacht of gebrek vertoonden en een goed arbeidsvermogen bezaten is gebleken, dat het gezond gewicht van een volwassen mens ongeveer evenveel kilogrammen mag bedra gen als het aantal centimeters, dat de lengte boven de honderd week. Aangenomen, dat deze maatstaf niet te hoog is, want laag is hij zeker Riet, dan zijn er zelfs in onze ma tige tijden van distributie velen, die te zwaar zijn of met andere woorden: die teveel eten. Gaat U maar eens op de weegschaal staan. Misschien behoort U ook wel tot de veeleters. Voor de oorlog was het schrikba rend, dat aantal der veeleters. Voor deze mensen is het een geluk te nemen, dat er kleding bestaat waar in de onschone lichaamsvormen, die een gevolg zyn van teveel eten, ver borgen kunnen worden. Indien het niet zo ware, het leven zou voor henzelf en de voor schoonheid ge- voeligen onder de anderen een kwelling zijn, alleen reeds daarom U moge mij vergeven maar wan neer ik een teveel-eter uitgekleed zie en dat komt nogal eens voor dan moet ik altijd lachen, omdat zulk een mens eigenlijk een bespot ting is van het mens-zijn. Bovendien is er wat leedvermaak in dat lachen. Ik weet het wel, leedvermaak is een onedele gemoedsbeweging, vooral bij een dokter, die slechts geleid mag worden door medegevoel in het medelijden met zijn zieken, maar is het dan ook niet om te lachen: iemand roept zo door teveel eten op de korte of lange duur ziektever schijnselen bij zichzelf op, wordt wanstaltig en wanneer je hem of haar uitlegt, wat de oorzaak daar van is dan zeggen ze: Neen dokter het zit in de familie. Is dat niet om te lachen? Waaraan lijden die teveel-eters dan eigenlijk? MEDICUS. pen, ontstonden ook weldra grote groe pen „Jehova's Witnessea", ook wel aan geduid als de „Watch Tower"-organ:satle, of de „Vereniging van Ernstige Bijbel onderzoekers". In 1872 richtte Charles Rusgen deze Vereniging op en won door zijn meeslepende en origlneele prediking weldra duizenden aanhangers. De wereld, alzo leerde Russell, de greep van den Boze. De regeringen zijn werktuigen ln zijn hand. Sociale verbeteringen zijn slechts lokmiddelen om de mensen zand in de ogen te strooien. Kerken zijn handig georganiseerde kets" om ze het geld uit de zak te klop pen. Een geweldige wereldoorlog (Ar mageddon) zou uitbreken, waarna het dui zendjarige vrederijk zou komen. Davld en Abraham, zomede vele an dere bijbelhei 11 gen. zouden op aarde terugkeren. Daartoe werd in 1928 maar vast een groot landgoed ln CallfornlC aangekocht, dat, toen het bezoek uitbleef, voorlopig door den opvolger van Russel, Rechter Rutherford, werd gebruikt sis residentie. Al gaan de Getuigen ook heftig tegen allerlei wetten en verordeningen te keer, nimmer nemen ze hun toevlucht tot ge weld, hoe lastig ze het hun medeburgers overigens ook kunnen maken. Het ruchte „Zijt gij bereid te sterven" en de verhalen die ln verband hiermede sommige streken van ons land de ronde deden, zijn dan ook ten enenmale uit de lucht gegrepen. Goede organisatie. pINANCTEEL zowel als organisatorisch zit de organlsaUe voortreffelijk in elkaar. De tegenwoordige president, Na- than H. Knorr, ls practlsch alleenheerser. Kort geledén zijn Getuigen van heel de wereld bijeengekomen ln een groot kamp aan de oever van het Eric-meer, nabij Cleveland. Zeventigduizend enthousias ten zwermden daar rond, en velen hun ner lieten zich ln de wateren van het meer onderdompelen. Ze zwermden drommen door de straten van Cleveland, ventten met hun lectuur, bedolven de trottoirs onder strooibiljetten en de mu ren onder affiches, en hinderden brandweermannen ln de uitoefening van hun functie door ze tractaatjes aan te bieden, waarin de ondergang der wereld door vuur werd voorspeld, welke onder gang zij met hun motorspuiten niet be hoorden tegen te houden. En tijdens de geweldige massa-bijeen komsten ln het Stadion van Cleveland werden allerlei Instellingen, de UNO voor al niet te vergeten, ter helle gedoemd. Aan hoeveel druk en vervolging de Go- tuigen ook hebben blootgestaan, ze zijn gegroeid en toegenomen, en hun bood schap vindt een weltoebereide aarde ln de harten van velen, die tijdens de chaos van de oorlogsjaren geestelijk de kluts gehee'. en al zijn kwijtgeraakt. Grepen uit het Radio programma VRIJDAG SEPTEMBER. HILVERSUM I. 7 00 en 8.00 Nieuws. 8.15 ..Pluk de dag". 11.45 Familieberichten uit Indlë. 12.45 Lunchconcert. 14.30 Boekbe spreking. 15.00 Voor de vrouw. 10.30 Voor de Neder!. Strijdkrachten. 20.08 Allee ln wonderland. 21.15 De Franse Lelie. 22.45 Tango-orkest Juan Petro. 23 15 Operette- potpourri. HILVERSUM n. 7.00 en 800 Nieuws. 8.50 Voor de huisvrouw. 10 00 Morgenwijding. 12.30 Sportagenda. 15.30 Hoorspel. 18.30 De school ls uit. 18.35 Muzikaal babbeltje 21.00 Kon. Ml!. Kapel. 21.30 Men vraagt., er. wij draalen! 22.05 Jazz-ultzending. 23. Mozart-programma, van hun een speer wierp, dan bleef hij pal op de plaats staan, neen, van een aanloop had niemand ooit gehoord Som migen bekeken het medelijdend, ande ren, de meer pienteren, schudden goed keurend het hoofd. Midden onder zijn sprint wierp Ted met een bliksemsnelle armzwaai rijn speer de lucht lnr Voor de Boekenkast VORSTIN EN VOLK door P. de Zeeuw J.Gzn, uitg Hollandia" Eaarn. De eerste druk van dit boekje, dat een verzameling van woorden van Koningin Wilhelmina is, verscheen in 1935. Thafis kwam een tweede druk van de pers, aangevuld tot 1945. Als documentatie is dit werkje zeker van betekenis. Deze toespra ken, telegrammen en dagorders van de Koningin uit oorlogstijd vormen goed historisch materiaal. GERECHTIGHEID door George Creel, uitg. Kemink en Zoon Utrecht Een omvangrijk boek, dat ons duide. lijk de figuren schildert, die eens heer en meester waren in het Derde Rijk. Dat ons daarnaast vertelt van de Quislings, die in de door Duits land bezette landen hun boos ver- radersspel speelden. Een boek, dat één en ander in psychologisch ver- bandpoogt te zien en dat de intentie wil hebben te waarschuwen tegen een herhaling van het drama, dat weldra in Neurenberg zijn slot zal beleven. GEUZENWAARD, toneelspel van Dr. Eline VerkadeCartfer van Dis sel, verscheneiTIn het toneelfonds Gomoedia bij „Hollandia" Baarn. Een spel uit de bezettingstijd, dat nochtans geen oorlogsspel is, doch hot probleem stelt van den mens, zoals deze wordt wanneer hij aan gezicht tot aangezicht komt te staan met de dood. Het speelt op 30 April 1943, de dag van de grote staking, en krijgt daardoor als tijdstuk gro ter betekenis. OORLOGSKINDEREN door Anke Servaes,uitgr/ve „Hollandia" Baarn. Deze verhalen van Anke Servaes. zijn tijdens de bezetting ontstaan en door de schijfster talloze malen tij dens vele lezingen illegaal voorge dragen. Zij behandelt typen uit ge zinnen van „goede" en „slechte" Ne derlanders en alles on een wijze, die zó boeit, dat men het boekje aan stuk door ten einde leest. De korte schetsen zijn vaag aangrijpend in hun eenvoud. Zij zijn rechtuit van hart tot hart gechreven, Een prettig bezit dit boekje, dat is uitgegeven in een echt linnen bandje. IK GA OPNIEUW door Joh^ P. v Mullem In dit bundeltje heeft de links- moderne dominee van Zuidbroek enige van zijn naoorlogse preken te zamen gebracht. Voor den zoeker naar moderne stichting valt hier ze ker veel te genieten. Voor het ove rige geloof ik, dat men preken niet aan critielc moet onderwerpen. Men moet ze als getuigenis aanvaarden En getuigenis zijn deze preken van ds. van Mullem zeker. H. K. H. Prinses Juliana heeft het Nationaal Congres"voor de Volksgezond heid 1946 in het Concertgebouw te Am sterdam officiéél geopend. De Prinses tijdens de openingsrede, ANP P. In de grotten van Les Eyssies. Laat in de avond klinken onze stappen tegen de steile rotswand omhoog, waar- onder onze weg zich slingert langs de oever van de snel-stromende Vézère. Het dorp Les Eyseies ligt achter ons. Flauw onderscheiden we enige meters boven ons in het donker nog de gaten in de grijze steenwand, de enige sporen van het dorp, dat in de Middeleeuwen hier moet zijn geweest. Stevig stappen we door, hoewel we reeds een lange dag van liften en lopen hebben gemaakt. Dan zien we in de verte door de takken een lichtje. Na enkele minuten staan we in de gezel lige kamer van de „Auberge de la jeu- nesse", de kleine jeugdherberg van Les Eyssies, het vermaarde dorpje tussen Périgeux en Brive. En bij een late kop koffie luisteren we nog naar de don kere stem van den Père Aubergiste. den herbergvader, die er niet over spreekt dat het reeds lang na tienen is. maar ons in z'n mooie taal vertelt van de wonde ren van rijn dorp, dat reeds een dorp was in het stenen tiidoerk. En gespan nen is de stilte, als hij vertelt hoe zich op honderd meter van ons af een abris" bevindt, een overhangende rots, waaronder dertig duizend jaar geleden, ten tijde van het oude Magdalénien, reeds menselijke wezens een beschut ting zochten tegen de regens en zich beveiligden tegen wilde dieren. Laag voor laag in het metershoge leem kan men daar de wisseling van het komen en gaan der geslachten be studeren. van de tijd der Middeleeuwen tot die der Gallo-Romelnen een dui zend jaar eerder en In de diepere lagen van het Néollthieum terug tot in het Aurignacien toen de mens van Cro- Magnon nog geen andere wapens bezat, o'an wat ruwe brokken vuursteen En dan vraagt hij naar ons bezoek aan de stad Périgeux, waar we drie steden naast elkaar vonden liggen, n.1. de Gallo-Romein9e stad in het Westen, met zijn machtige vesting en z'n zware brokken muur, die nog getuigen van de kracht der Romeinse bezetting ongeveer honderd jaar na Christus, voorts de Middeleeuwse stad in het Oosten, die nog volkomen intact is met z'n griebus- achtige straatjes en z'n half-houten wo ningen zonder zon en licht, en nog altijd door mensen bewoond wordt en het nieuwe centrum in het Noorden met z'n prachtige kathedraal langs de snel- stromende ïsle. Vijf dagen zwerven we door het on herbergzame landschap, waar de bewo ners van de dwerg-achtige boerderijtjes de steenachtige bodem trachten te be bouwen. Onder geleide van een ouden man dwalen we door de kronkelige gan gen met hun fijngetekende gravures van mammouth en bisons, uit het prille der mensheid. Dan nemen we onze rug zakken weer on. De volgende morgen arriveren we ln Montignac, het doel van onze reis. De „Grotte de Laseaux". In September van het jaar 1940 wan delde Martel Ravidat, een 18-jarige jon gen uit Montignac a.d. Vézère, met drie van zijn vrienden in de bossen van de heuvel „de Laseaux". Hijgend loopt hun k'eine hondje door de struiken. Plotse ling springt er een konijn weg en blaf fend rent de hond er achter aan. Doch het vluchtende beestje weet te ontkomen en verdwijnt bij de wortels van een om gevallen boom. Doch ook déér volgt de hond. De jongens wachten gespannen, maar als hun vriend niet meer verschijnt, lopen ze naar het donkere gat, om te onderzoeken waar hij is gebleven. Doch van de hond geen spoor. Ongerust springt Marcel in de kuil. Plotseling voelt hij de bodem echter langzaam wijken, hij zoekt wild 'n houvast en valtln een vijf meter diepe, koele ruimte. Geschrokken en enigszins verdoofd staat hij weer op, grijpt naar z'n luci fers cn ziet bij het fiauwe schijnsel dat hij zich bevindt in een soort onderaardse kelder, waarvan de witte wanden over dekt zijn met grote menigte wonderlijke zwarte en bruine tekeningen van le vensgrote bisonskoppen, enorme ren dieren en springende en vallende paar den. Nu roept hij zijn vrienden toe. hem er uit te helpen en na enkele vergeefse pogingen staat hij weer bij hen in het zonlicht met zijn hond. Gezamenlijk be raadslagen ze. wat te doen met deze vondst; tenslotte gaan ze naar hun hoofdonderwijzer, den heer Léon Laval. die veel van de praehistorie weet en vertellen ze hem van hun ontdekking Eerst luistert deze wat ongelovig, doch wandelt toch mee, gewapend met een lamp en touwen. Dan blijkt dat Marrel Ravidat met zijn onverwachte tuimeling een ontdekking heeft gedaan, d'e van ov- weldigende betekonls zal zijn voor de wjiensriwp Na een 1200 kilometer lange lift-reis zijn twee Nederlandse studenten, een Alkmaarder en een Hagenaar, bij hun doel gearriveerd: het land van Pérlgord, ten Oosten van Bordeaux, waar in prae-historische tijden de Néanderthaler leefde en op bisons jaagde in de bossen van Zuid-Frank rijk. Hier maken zij kennis met de kleinen geleerde Léon Laval, prae- hlstoricus, die hen de wonderen van een pas ontdekte grot met voor-his torische dierschilderingen, ln hun voll© schoonheid openbaart. der praehistorie, dus voor de kennis van onze voorouders uit het stenen tijdperk. Het is Léon Laval, de prae-historicus, die ons dit verhaal vertelt, terwijl we de heuvel opklimmen en hij met een plechtig gebaar z'n groene hoe .'je met de eekhoornstaart op z'n achterhoofd schuift. We zijn een kleine internationale groep, want naast ons lopen den Belgi schen professor Masson van het Solvay- irstituut in Brussel en een Katholiek geestelijke, die aan de Parijse Sorbonne studeert Dan staan we voor de Ingang van de grot. Langzaam klimmen we de steile trap af en treden we ln de oude tempel, die dertig mlllenia geen bezoe kers heeft gehad. De magische tekens. En hier zien we ln hun zwart-rode tinten de haast impressionistische schil deringen van dieren uit legendarische eeuwen. Kunstenaars zijn deze mensen geweest. Want hoe duidelijk spreekt niet het lijden uit de levensgrote kop van een bison, die door een pijl in de gevoe lige snuit is getroffen. Met openge sperde bekken tuimelen reallsisch gete kende paarden in de ruimte, wat ons doet denken aan de Neanderthaler jacht- mehode, door met lawaai de verschrikte dieren ln de afgrond te jagen en zo te doden. Want allen hebben we wel ge hoord van de vondsten der paarden- skeletten bij de rots van Solutré. Nu wijst onze gids op een rij koppen van rendieren: „Wat doen deze die ren?", vraagt hij ons. ..Ze zwemmen!" is ons antwoord, want zó Juist is de hou ding van deze koppen, dat we hieraan de zwemmende dieren herkennen. Im pressionistisch zijn deze schilderingen, want meer ééngeduld dan voltooid zijn de krachtige contouren der twee bisons. die bij elkaar staan als bij het begin van hun strijd. En dan laat de prae-historicus ons zien hoe alle dieren gewond zijn en vaak getroffen door een aantal pijlen, het geen een bewijs is dat ze behoren tot de magie van het jagen. De schildering van het getroffen dier werd vervaar digd aan de vooravond van de jacht, in de hoop dat ze bezwerend zou werken op het gebeuren in de toekomst. Vaak telt men bij de pijlen, die op de dieren zijn getekend, het aantal zeven, waar uit men afleidt dat de mens van het Paleolithicum het tellen reeds verstond en aan het getal zeven een magische betekenis heeft gehecht. Interessant is ook de betekeenis van een veel voorkomend figuur van vijf sreepjes. dicht bij de d'eren. Vo'gens de praehistoricus 1'abbé Breuil is dit «en gestyleerde hand ofwel het teken van bezit, waardoor we hier te maken zou den hebben met de eerste letters en du' het begin van een voorhistorisch schrift. Harmonisch kleurt het zwart van de fijngemalen steenkool bij de roest-rode tint van het ijzer-oxyde, welke door deze oermensen als kleurstoffen zijn ge bruikt. Prachtig komen alle schilderin gen uit op het wit van de kalk, die vol gens onzen gids zo zuiver is als een fa- hrieksproduct en waarin men geen fos- rïelen heeft gevonden. Door de typische overeenkomst van deze kunst met die van de reeds langer bekende grot van Altamlra, in de Spaanse pyreneeën. neemt men aan, dat de vervaardigers ervan behoorden tot een stam, dip vanuit Afrika via Spanje naar deze wildrijke streek is getrokken. Deze verhuizing moet geschied zijn in het Aurignacien. bijna dertig duizend jaar voor de geboorte van Christus.... Naar huis toe. Twee dagen later zijn we weer de „routiers" van tevoren. Wéér daveren we over de zonnige Franse wegen, doch nu naar het Noorden. Weldra zijn we genaderd bij de buitenwijken van Pa rijs. Doch ons geld is geslonken in het land van de wijn: evenals op de heen reis, „nemen" we Parijs met de Métro. Op de vijfde morgen staan we op in het bos van Compiègne. waar twee vredes zijn gesloten. Twaalf uren later rijden we op de verkeersbrug ln Dordrecht, waar onze tocht Is begonnen. Onze va- cantie is geëindigd, na een lifttocht van ongeveer 2300 kilometer naar het Zuiden van Frankrijk,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1946 | | pagina 3