EMANUEL SHINWELL LE CORBUSIER - Wereldvernieuwer Smakelijk eten r~ Conversatie rond een envelop em kleermaker die minster werd Snelle Schepen Stijf tn het ijs en dik onder de sneeuw liggen de visschersschuiten in de haven van IJmuiden. Van uitvdren is geen sprake, omdat het zoeltcater aan boord onherroepelijk zou bevriezett, Britaln I want" (1943) en „When the Men Come Home" (1944). En meer dan één keer kreeg hij van Cljurchlll zelf lof voor zijn constructieve voor stellen. Zfln tijd kwam, toen Attlee hem in Augustus 1945 den zeteTVan het mi nisterie van Brandstof- en Energie voorziening kon aanbieden en hy bin nen vijftien maanden zyn plan, natio nalisatie van de mijnen, verwezenlijk te. Thans heeft hij tegen het weer te kampen. Maar tenslotte zal Shlnwell, die tijdens den oorlog zelde. dat een standbeeld ter nagedachtenis van degenen, die hun leven gaven voor 'n nieuwe vrije maatschappij, niet ge noeg is, de massa achter zich weten, want hy gelooft in het, wat hij noemt „reforming Instinct". De strijd van den CCD tegen het clandestien slachten van vee, die voornamelijk gericht is tegen het onttrekken van vleesch aan een rechtvaardige distributie, is ook uit een ander oogpunt van groot belang. Bij de verschillende door dezen dienst ingestelde onderzoeken inzake het frauduleus slachten en verhandelen van vleesch, is namelijk gebleken, dat vele clandestine slachters hun febrek aan gemeenschapsgevoel nog aar g%laten, ook uit zedelijk en hy. giënisch oogpunt op zeer laag peil staan. Zoo werd o.a. vastgesteld, dat in de hoofdstad van een onzer pro. vincies verscheidene dezer lieden aan venerische ziekten lijden. Voegt men hierby de vaak stuitende omgeving, waarin het vee wordt geslacht, bijv. in vuile varkenshokken, en de onhy giënische wijze van vervoer en bewa ring. waarbij het vleesch door vele handen gaat, dan is het niet aan twij fel onderhevig, dat zulk vleesch een ernstige bedreiging vormt voor onze volksgezondheid. Bij een slager te Leerdam namen controleurs van den CCD 'n hoeveel, heid vleesch, vet en afvallen in be slag. waaronder twee stukken bedor ven rundvleesch waren. Dit vleesch, dat oorspronkelijk van een vrijbank- verkoop afkomstig was en door den slager volgens zijn verklaring van een onbekende gekocht, ver toonde ettergezwellen. De slager zeide het vleesch voor het maken van worpt en zure zult te hebben willen gebruiken. De man is in ver- zekerde bewaring gesteld. Mijnwerkers ongerust over de komst van Polen? Het eerste kamerlid Hermans, heeft den Minister^van Economische Zaken de volgende vragen gesteld: Is het den Minister bekend, dat onder de mijnwerkers groote onrust bestaat omtrent de bekendmaking, dat 5000 Polen van het voormalige leger van Generaal Anders in de mijnen te werk zullen worden gesteld Is de Minister niet van meening, dat door deze onrust politieke en sociale spanning onder de mijnwer kers ontstaat, ten nadeele van de productie Is de Minister niet verder van mee ning, dat door het groote aanbod van Nederlandsche vrijwilligers de mogelijkheden voorhanden zijn, in het tekort aan mijnwerkers afdoende te voorzien? Is de Minister, In verband hier mede, op de hoogte van het feit dat vele mijnwerkers bereid zijn nuls vesting te verleenen aan Nederland sche arbeidskrachten en dat gebou wen, die tot nu toe onderdak boden aan politieke delinquenten, vrij zijn gekomen en eveneens plaats bieden voor Nederlandsche arbeidskrachten? Is de Minister bereid aan de Ka mer mededeeling te doen naar aan leiding van de geruchten, die in de mijnstreek de ronde d~en, als zou de Regeering van plan zijn de toe zeggingen, gedaan op 13 Mei 1946 ten aanzien der Pensioenregeling voor de mijnwerkers voor een gedeelte te niet te doen? Is het den Minister verder bekend, dat de particuliere mijnen niet bereid zijn de bydragen van vóór 1919 ge heel voor haar rekening te nemen? Acht de Minister het in dit ver band niet begrijpelijk, dat de mijn werkers pas oereid zijn, hun volle krachten aan de productieverhooglng te geven, indien de pensioenregeling een wettelijken grondslag heeft verkregen Profeet van de zakelijke, sociale architec tuur. Zijn revolutionaire, maar constructieve ideeën over woning- en stedebouw Le Corbusicr, tijdens het houden van een lezing in een karakteristieke houding. jys cene bijzondere tentoonstelling no de andere in het Stedelijk Mu seum te Amsterdam, komt onze kennis verrijken en onzen smaak veredelen. Massimo Campigli's schoons, stille schilderijen, hier saamgebracht in een expositie,"fL\e tot in lengte van dagen den kunstmintiaars heu gen zal, laten niet af belangstelling te trekken. Niettemin heeft de directie van het Stedelijk Museum ons al weer een nieuwe verrassing bereid met de inrichting van deze tentoonstelling van het werk van den oorspronkélijken en genialen Franschen Zwitser Le Corbusier. DROOMEN WORDEN WERKELIJKHEID Le Corbusier is een man, die den moed heeft {phad zijn droomen tot werkciykheid te maken. Een denker; socioloog, een socialist zouden wij geneigd zijn hem te noemen, na het bestudeeren van zijn gedachten en daden, die bijeengebracht in den vorm van teekemngen, foto's en schilderyen. De mensch en zyn levensgeluk be palen de gedachten van dezen uni- verseelen kunstenaar en geleerde, want denken en scheppen zyn by hem gegroeid tot een eenheid. Het meubel, de kamer, het huis, de stad In het algemeen het leven en in het byzonder het wenen der men- schen, zijn de groote onderwerpen, die hem bezighouden. Een nieuwe t(jd vraagt om nieuwe beginselen en de saneering van deze wereld, moet beginnen althans gepaard gaan met de oplossing van het woonvraag- stuk in den meest wijden zin. Le Corbusier, begonnen met alle bewuste aesrthetlca over boord te zetten, heeft zich bepaald tot de constructieve en organisatorische tyd beschikte is als een architec tonische Hercules het veelkoppige monster-probleem te lijf gegaan. Is het al niet langer dan 25 jaren gele den, dat wij hier ons verwonderden over de bizarre eenvoud en nuchter heid. van zjjn stalen stoel, in de da gen, dat de merk nog zyn sympho- -nieën ln hout maakte, byzantqnsch van fantasie, acsthetische sprook jes, onbetaalbaar, behalve voor direc ties van hooge-wlnsten-uitkeerende 8cheepvaartmaatschappyen De nieuwe zakeiykheid Lq_ Cor busier en Breüer waren haar profe ten heeft Het gewonnen. Hy de Zwitser met den naam Jeanneret die later als Franschman"Le Corbu sier zal heeten, heeft de wereld haar nieuwe aangezicht getoond en de toe komst voorspeld in teekeningen en maquettes. Zijn grondbeginselen zyn: licht, lucht en ruimte; zon, voor ons wes terlingen. die er gebrek aan hebben; schaduw voor hen ln de tropen; gras en boomen, bloemen en planten, voor, in en op de huizen. Daarenboven tijdsbesparing, orga nisatieDat alles komt neer op de volgende noodzakel ykhedenwaf de woningen betreft: ruimte onder het huis, door kolommen-bouw toe te passen; in het huis, door vrye een- Hef grootsche volkspaleis te Moskou, Centrosoyus, door Le Corbusier ont worpen (1929), doch nog slechts gedeeltelijk uitgevoerd. noodzakelijkheden. Hy concludeerde, dat het gebruik, het nuttig effect van meubelen, huizen, steden richtsnoer bg de constructie, aanleg en opbouw moest zijn. Comfort en hygiene, wel zijn en geluk, (voorzoover deze laat ste begrippen afhankeiyk zijn van materieele omstandigheden) zqn de grondbeginselen van zyn fantaseeren en construeer en. Hy, die schilder,, die de architectuur beoefende in~zyn vryen tijd en het gebodene op deze tentoonstelling indachtig, mogen wy de gevolgtrek king maken, dat hjf over veel vryen J~ïE envelop lag daar in de laatste blanke sneeuw. Ze lag er vol komen ongemotiveerd en wapperde melig en een beetje besluiteloos met een klep. De lantaarn, die miezerig figuurtiès teekende op het witte kleed, vond het maar matig. „Ga weg," zei ze, „je bederft het heele ef fect." De envelop deed nog iets lustéloozer en keek misprijzend naar boven. ,Doe niet zoo kunstzinnig"smaalde ze, straks komen er honden by je. Ik zou me beroerd lachen." De mijnheer zei niets en vond het alleen maar koud. Hij was niet kunstzinnigIntegendeel hy had schoon genoeg van sneeuw van lyrische praatjes over witte we relden en rijp dat flon kerde als kristal. Om precies te zijn: hij voelde een beslist verlangen naar ontzaglijke hoe veelheden warm water, die zoo maar naar bene den kwamen drentelen. „Goed dat die lamp brandt," zei hij tegen de juffrouw, die het ook koud vond en morose keek, anders had ik 'm niet zien liggen." De lantaarn snoof en wilde plotseling uitgaan. Maar het ging natuurlijk niet, want lantaarns gaan al- deen maar uit ah 1a fe mijnhceren sleutels in sloten willen steken. En niemand wilde op dat moment sleutels in slo ten steken. „Wat zou erin zitten", murmelde de mijnheer, die niet kunstzinnig, maar wel nieuwsgierig was. De envelop giechel de, want ze wist iets grappigs. JZaap 'm op", adviseerde de juffrouw met verpletterende logi ca. De lantaarn vónd dat'ie er misselijk van werd en zei het. ,floudt je waffel", zei de mijnheer streng, lan taarns vraten niet." De juffrouw zuchtte en dacht dat het kouder was dan zooeven en bo vendien ook later. De Een surrealistisch verhaal, waarvoor de schrijver beleefd zijn verontschuldi gingen aanbiedt. manheer zuchtte ook en dacht aan bankbiljetten, die in een envelbp gaan zitten en dan gezamen lijk in de sneeuw vallen. „Ik tnii weten icat erin zit", zei hij moeilijk en slikte iets weg. De juf frouw keek contempla tief naar een boomtop en weerstond de verlei ding om weer te zeggen, dat de mijnheer 'm op moest rapen. Ze dacht dat het hinderlijker was om zich in een interes sant stilzwijgen te hul len en deed dat. De mijn heer stak aarzelend een schoen uit en tikte er mee tegen de klep, tcat dwaas was want een en velop is geen partuur «oor zooiets. Bovendien had de mijnheer afzich telijk groote schoenen. ,£chov je zuster", zei de envelop immoreel en wapperde kwaad door. De mijnheer hoorde het niet, maar dat was niet erg, want hij had geen zuster. ,Jj uister eens", zei hij tegen de juffrouw met een gezicht alsof hij iets erg 'goeds ging zeg gen: „Misschien is die envelop wel net als een vrouw." De juffrouw deed halverwege een geeuw decisief haar mond dicht en deelde ijzig mede, dat ze nog nooit uren in de sneeuw had liggen wap peren. De mijnheer rond het een onbetamelijke veronderstelling en zei dat hij hel zoo niet be doelde. ,Jets van veel beloven en weinig geven en zoo", filosofeerde hij. Maar de juffrouw vond het een opvallend slecht grapje en zweeg. ,£al ik 'm dan maar oprapen", vroeg de mijnheer alsof hij iets gevaarlijks ging doen en liet er vérder geen gras over groeien, omdat hjf het idee van een met gras begroeide envelop vreeselijk dwaas vond. Twee seconden later lag ze weer in de sneeuw terwijl de mijnheer in zeer slechte taal een be toog hield over idioten, die leege enveloppen verliezen. „Neem die aoore vlek mee", balkte ae lantaarn tegen vier hielen die haast hadden. De envelop giechelde. voudlge platte gronden, die de moge- ïykheld laten tot onconventioneele m- deeling, waarbij b.v. de slaapkamers op vry-hangende vloeren, ter halver hoogte achter ln de groote woon ruimte worden aangebracht; lang gerekte ramen die de geheele hoogte van de woonlaag beslaan, waardoor licht en zon ongehinderd kunnen binnentreden en doordringen tot ach ter in het woonvertrek, o p het huls door platte daken met tuinen. Le Corbusier heeft afgedaan met de ons zoo vertrouwde „gang"-stra- ten, waarin zon een luxe ls en boo men, zoo er al plaats voor is, een kwynend bestaan leiden. Hy denkt zich de huizenryen op behooriyken afstand van elkaar, 5 tot 8 woonla gen hoog, geplaatst op kolommen, zoodat verkeer er onder door moge- ïyk biykt; de ruimten tusschen zijn langgerekte wonlngryen, rykeayk be plant. zoo echter, dat er geen onge- wenschte beschaduwing der gevels plaats kan vinden. Ziet men de platte gronden van zyn woonwyken en wo ningen, dan herkent men daarin den schilder van abstracte schilderyen en zoo komt men tot het besluit, dat de schilder en de archiect samen den mensch Le Corbusier vormen. DE MODERNE STAD EN HAAR EISCHEN Hoe zal de moderne stad er vol gens hem uit moeten zien Het stadsprobleem, de agglomeratie van menschen in kantoren, fabrieken en woonwyken is een maatschappelijk, sociologisch probleem van de eerste orde. Le Corbusier laat zijn kantoor gebouwen hoog in de lucht in torenen als wolkenkrabbers; geen plompe vierkante, naar boven toe pyrami- daal uitloopende massa's, maar ran ke. yie gevaarten met een kruisvor mig grondvlak. En alweer zy staan op zoodanl- gen afstand van elkaar, dat tusschen en om hen er ruimschoots plaats biyft voor beplanting en parkaanleg. Maar het gaat er niet alleen om ruimte te scheppen voor kantore!) en fabrieken, ook en vooral voor de •werkende bevolking, die deze gebou wen des daags bevolkt. En hij tra ceert de woonwyken in de onmiddel- ïyke nabijheid, in den trant als reeds beschreven. Zoo ziet hy kans, om. door toepassing van hoogbouw, tweemaal zooveel menschen onder te brengen op hetzelfde areaal als thans geschiedt, doch onder veel en veel etere omstandigheden. Het ligt voor de hand, dat Le Cor busier slechts tot de verwerkeiyking van zyn ideeën kan komen door de toepassing van boton, staal en glas. Het verkeersvraagstuk heeft Le Corbusier opgelost, door afzonderlij ke verkeerswegen, voor snel en lang zaam verkeer boven het straatniveau en boven elkaar aan te leggen, het geen weer mogeiyk is door de toe passing van de dragende kolommen. Den voetgangers blijft het recht op de parter re-afdeel ing: straten en pleinen. Het ls alles hoogst interessant en boeiend. Corbusier's droomen zakeiyk- practische droomen worden wer kelijkheid. zyn ideeën hebben andere architecten beïnvloed en reeds me nige gedachte van den meester is ook van anderen geesteiyk eigendom geworden en ln een of ander project verwerkt. Nu ls deze „architect-ln-vryen tyd". belast met het toezicht op den herbouw van eenlge Fransche steden en bovendien en vooral adv- seur voor den wederopbouw vjci Europa by de Verecnlgde Volken en vertoeft in New York. Erkenning bc- teekent uit erkenning door do hoogste instantie. Dat h(J al eerder erkend werd als schepper van nieu we sociaal-architectonische vormen, blijkt uit de waardeering van de Rtis. scn voor Le Corbusier, die hem con gé belangryke opdrachten hebben verstrekt; zoo ontwierp hy het groot, paleis Centrosoyus te Moskou, dat echter nog slechts gedeeltelik werd uitgevoerd. DE OUDE EN DE NIEUWE STAD Ongetwyfeld kan en zal zyn werk op den duur bydragen tot een betere organisatie van wonen en leven, al dus tot het scheppen vap mensch- waahdiger omstandigheden, tot ver hooging van welvaart en geluk, vre de en veiligheid het ideaal ter ver- wezeniyking waarvan het instituut der Vereenigdc Volken werd gesticht. Zoo nuchter en zakeiyk als hy schrijven mag, toch is hy <Je kunste naar, die door harmonische compo sitie van ïynen en vlakken het wezen der schoonheid benadert. Natuuriyk past de romantische, ontroerende slhoonheid van oude wo ningen en steden niet in zijn geeste- ïyk plan. Inderdaad, by de beschou wing van de plannen, teekeningen en fotoTs, denken wy onwillekeurig aan Amsterdam, aan de centra van schoone oude steden ln het buiten land en dan vraagt ook menigeen zich af „stel Je voor, dat ik lp een Le Corbusier-stad zou moeten wo nen..." Dat is dan een geconstrueer de stad. niet gegroeid door de eeuwen hen, zooals b.v. Amsterdam, door- ademd van verschillende eeuwenoude culturen, waar de historie huivert om de ranke topgevels en torentjes, waar gebouwen en paleizen getuigen van feodale uitbuiting, monarchistisch absolutisme en commerciecle tyran- nie zoo'n stad, gedacht door Le Corbusier heeft geen historie, maar ze is het begin van nieuwe aera; ze schept in deze tyden van cultuur loosheid de voorwaarden voor nieuwe cultuur. Deze oogenschyniyk nuchte re zakeiykheid is de bodem waarop een nieuwe styi, oen nieuw geloof, een gemeenschappelijk Ideaal zullen kun. nen groeien. Zyn Ideeën zyn de basis ideeën voor een nieuwe Cultuur van een menschheld in gemeenschap en den mensch-met-pcrsooniykheid. C. T.^- De bepalingen inzake uitvoergoederen Dr. Gani is 't er niet mee eens De republikeinsche minister van Economische Zaken. dr. A. K. Gani, heeft tegenover den spccialen cor respondent van A.N.P.-Aneta tc Ma- lang verklaard, dat binnenkort op de reeden van Cheribon en Probolinggo het Amerikaansche schip van de „IJsbrandtsen"iyn de „Flylng Cloud" wordt verwacht. Het schip zal textiel aanvoeren en dezelfde goederen laden als door Engelsche en Australische schepen zyn geladen te TJilatjap (volgens het Republlkeinsch pers bureau „Antara" zyn deze goederen teakhout, thee, kapok, koffie en ta pioca). Op een opmerking, dat deze goederen op de lijst van verboden ultvoergOederen staan, antwoordde dr. Gani: „Ik ben het met deze be- Klingen niet eens, voorts zyn het volkingsproducten en geen onder nemingsproducten". Te Brussel arriveerde gisteren Mr Harold E. 8tassen, candidaat voor de presidentsverkiezingen in Amerika, Hif zal een bezoek brengen aan nage noeg alle landen van Europa. DE MAN DIE T MEEST ONDER DE KOU TE LIJDEN HEEFT ,Geen i lid van de re- fjreering", zoo zeide Lord Shepherd, Labourlid van tet Engelsche Hooger- huis tijdens de beschul digingen, die tegen den minister van Brandstof- Energie-voorziening werden geuit, „heeft een scherper geest dan Shin wellae oppositie zou zich hebben verzet, in dien men in October 1916 koiendistributie had wil len invoeren". Wie is Shinwell Het was tydens den oor log. In het Lagerhuis houdt Shinwell weer een van zijn krachtige toe spraken. Plotseling wordt hii door Lady* Astor onderbroken: „Wie bent U? Wie is uw familje?" vraagt zij, om' daa zelf antwoord te geven: „Van U is niets bekend! Uyj familie zou men naar Polen terug moeten sturen!" Maar de man, op wien de boven aangehaalde paradox van toepassing is. komt niet uit Polen Ook ligt zijn verleden niet geheel in het duister, al wordt er dan ook niet veel over gesproken en weet „Who is who" van 1937 slechts een simpele 8 regels over be n te vertellen. Zijn geboorte op 18 October 1884 leverde geen stol' voor een society gesprek, hoewel hq toch in 't hartje tan Londen werd geboren. De vader van den huidigen minis ter was maar een eenvoudig werk man in een kleeding-fabriek in East •End. Hy heeft niet beter en niet slechter voor zyn gezin gezorgd dan iedere arbeider in de tweede helft van de 19e eeuw. Zoo was het ook Biets buitengewoons, dat Emanuël op zijn elfde jaar de school moest verlaten, om als loopjongen zyn eer ste boterhammen te verdienen. Maar de jongen wilde meer: een vak lee- ren. Waarschynlijk op aanraden van zijn vader werd hy dan ook kleer maker en als zoodanig had hij het dus al een heel eind in de maat- echappy gebracht. Maar een keer op weg naar een De Oranje" slaat alle records Dat ook het scheepvaartverkeer $ich na den oorlog steeds meer aan de eischen van het snelver keer gaat aanpassen blijkt uit het feit, dat het s^. ,j*otti" van de Mij. ,Jïederland" thans in 21 da gen van San Francisco naar Ba tavia vaart. Voor den oorlog duur de deze reis gemiddeld een maand. Het vlag geschip van de Mij. ,Jfederland", de „Oranje", dat tij dens den oorlog den Geallieerden zulke goede diensten heeft bewe. zen als hospitaalschip, maakt thans record-rcizen tusschen Am sterdam en Batavia, teneinde in de groote behoefte van het passa giersvervoer van en naar Indo. nesië te voorzien. Vrijdag vertrok de „Oranje"' onder gezagvoerder I. Bakker naar Batavia. Van deze reis keert het schip waarschijnlijk 6 April terug om dan 5 dagen later op nieuw den tocht tc aanvaarden. Eind Mei zal de Oranjetoeder- om de sluizen van IJmuiden bin nenvallen en vervolgens na een korte rust wederom het ruime sop kiezen. Om elke vertraging van lossen en laden te vermijden, wordt geen lading meegenomen. Emanuel Shinwell, de Engelsche minister voor de brandstof- en energievoorziening. beter bestaan, nam hy het niet al leen voor zyn vakgenooten op. Neen, met hem zou zqn heele klasse een betere toekomst tegemoet moeten gaan! Hoe hij dan in contact kwam met zeelieden, vertelt de historie niet. Evenwel staat vast, dat hy er gedu rende den eersten wereldoorlog in slaagde, deze mannen te organisee- ren en in oppositie met de offfciëelé unie zijn eischen te formuleeren en... ten deele te verwezeniyken. Na zyn eerste successen wordt hy dan geheel en al door de politiek In beslag genomen. Hq ls een goed spre ker, heeft een scherpe tong. is steeds in den aanval en komt steed3 met positieve voorstellen voor den dag. In 1922 wordt hij door een radlkale Schotsche groep in het Lagerhuis gekozen om reeds twee jaar later door het eerste Liabour-kabinet Mac Donald benoemd te worden tot parle mentair secretaris van het bureau van Mqnbouw. Niemand minder dan Lord Haldane gaf toen als zqn mee ning te kennen, dat Shinwell, de loop jongen van 1896, wel de bekwaamste Labour-afgevaardigde was. Toen het Labour-kabinet verdween, moest ook Shinwell zyn eersten groo- ten tegenslag in ontvangst nemen. Hij moest zqn regeerlngspost verla ten. Maar met het tweede kabinet Mac Donald komt ook hq weer opda gen en neemt, na een kort verblijf in het ministerie van Defensie, zqn oude plaats in. Ook deze ambtsperiode mocht niet van langen duur zqn. Voor den twee den keer moest hq een nederlaag In- casseeren. Daarna verdween hy ech ter niet van de publieke tribune Fel ler dan ooit propageerde hy het programma der Labour-party. En toen Mac Donald een nationalen koers had Ingeslagen, zag hy er niet tegenop, in den kieskring van zqn gewezen chef als tegen-candidaat op te treden en hem te verslaan. Zoo werd hq één van de vooraanstaande figuren der Labour-party en kreeg de reputatie van „playing a lonè hand". Deze mentaliteit is dan later mede aanleiding geweest, dat hy geen plaats nam in het oorlogskabinet. Ook had de destqds al 55-jarige te veel ondervinding en vreesde voor den derden keer zqn regeeringsfuno tie te moeten afstaan. „De coalltie- regeering", zoo voorspelde hq' in het- Lagerhuis, „is te vergelijken met een vliegende bom, die op haar hoogste punt naar beneden stort en explo deertzoodat niets meer over blijft" Hy bleef echter in den aanval: verweet Churchill naar dictatoriale macht te streverC noemde de verlies- cqfers onjuist, schetste de monetaire politiek als koorddanser-acrobatiek en stelde de ministers aan de kaak, die naar de rennen gingen en geen tqd hadden, de vragen in het Lager huis te beantwoorden. Hq leverde échter niet slechts af brekende critiek, maar verduideiykte het Ideaal,- dat hy nastreefde in „The

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1947 | | pagina 3