c
DE CONDUCTRICE IN DEN
ZWEEFMOLEN
•Rinsais
TWEE IN ÉÉN
■ITATZH
D
Op staanden voet
ontslagen
fl
ZUID-AMERIKAANSCH AVONTUUR
DOEL DER PRIJSBEHEERSCHING
LENTE 5yMPH0NIE
ART. 1639P BURGERLIJK WETBOEK
o
door Mr JAN LIEUWEN
NDER de bepalingen van arbeidsrecht in het Burgerlek Wetboek zijn er
een paar waarover reeds heel wat processen zyn gevoerd, n.1. do artike.
len 1639 o. en 1639 p. In begrijpelijk Nederlandsch overgezet bepalen deze
artikelen, dat de partyen by een arbeidscontract, dus patroon en arbeider,
de arbeidsovereenkomst niet zonder inachtneming van een opzegtermyn mo
gen beëindigen, tenzy er voor een onmiddellyko beëindiging een dringen-
do reden bestaat.
Wanneer mag de patroon zyn knecht op staanden voet ontslaan en
wanneer mag de knecht zonder vcrwyl vertrekken! Als daarvoor een drin
gende reden aanwezig is.
Wat is nu een dringende reden!
Hierover heeft in den loop der jaren tolkens verschil van meening bestaan
en als wy de rechterlijke beslissingen op dit stuk bezien, passcercn ons in.
bonten optocht allerlei tafcreelen, waarin werknemer en werkgover tegen
over elkaar staan, en zien wy hoe niet alleen de werkgevers doch ook
do werknemers het dikwyls mooi versieren kunnen.
Zoo heeft de Rechtbank -te Haarlem eens uitgemaakt dat, wanneer Uw
dienstbode de opmerking maakt: „ik dacht by fatsoenlyko monschon to zyn,
maar nu zie ik wat voor soort het is", U geen reden hebt haar onmid
dellijk te ontslaan. Wanneer deze dienstbode echter Uw jongste spruit met
naalden laat spelen of by een open kelder aan zyn lot overlaat of do baby
uit den kinderwagen op een steenen vloer laat vallen, dan mag U haar
onmiddellijk de laan uitsturen, aldus de Kantonrechter te Leiden.
Niet alleen slordige dienstboden maar ook amoreuze schildersknechts heb
ben den rechter hoofdbrekens gekost. Zoo besliste de Haarlemsche Kanton
rechter eens, dat het geven van een kus aan do dienstbode van do dames,
ten huizo van wie een schildersknecht werkzaamheden had te verrichten,
wel onbetamelijk was, maar niet van zoodanig gewicht, dat de patroon van
den knecht, bij wien de dames hun beklag hadden gedaan, dezen knecht
op staanden voet mocht ontslaan. Dat de patroon de dames als klanten ver
loor. kon volgens den kantonrechter niet van invloed zyn by de beoor
deeling van het feit.
<5«r
t
tjE Zaandamsche Kantonrechter
heeft thans een nieuwe parell toe
gevoegd aan de lange keten van
voaaissen omtrent datgene wat
mag en wat niet mag in de verhou
ding werkgever-werknemer. Dit
maal betrof het een conductrice bij
een autobusonderneming, die zich
volgens haar werkgeefster zooda
nig misdragen had dat zij onmid
dellijk ontslagen werd.
Wat was haar misdaad?
Op een avond in het voorjaar van
1946 kwam de bus, waarop de con
ductrice dienst deed, van de lijn
Hoorn-Purmerend, het dorp Aven-
horn binnen. De bus moest daar
volgens het dienstrooster tien mi
nuten wachten. Het was de laatste
bus. Nu geviel het dat men te
Avenhorn kermis vierde en dat
vlak bij 'de bushalte de zweefmo
len stond.
Tien minuten moest de bus wachten,
tien minuten moest het conductricetjo
het aanzien hoe do Avcnhornsche
•choonen in de davering van orgel-
klanken als kleurige vlinders rond
zweefden. Lezer en vooral lezeres, U
was ook jong of U is het nóg. Ik be
hoef U niet to zeggen wat gebeurde:
De conductrice, onweerstaanbaar aan
gelokt door die klanken- en kleuren-
vrougde, verliet de bus en zweefde ook
een rondje. De bus moest immers tóch
tien minuten wachten. Drie minuten
lang opgeheven to worden boven al
het aardscho gevoel en op orgelto
nen rond tc zweven en jong te zijn, wie
Zou haar dat misgund hebben!
Helaas het word haar niet gegund.
Eén van de passagiers, wie zal de
somberheid zijner ziel kunnen peilen,
«rgerdo zich aan die onschuldige
i vrengde. Hy ergerde zich zelfs zoo
hevig en langdurig, dat hy de kracht
rond een brief naar do directie te
schrijven, waarin hy zich in bittere
bewoordingen beklaagde over die con
ductrice, dio, in plaats van trouw op
hnar post naast den chauffeur te blij
ven, in een zweefmolen stapte. De
verontwaardiging van dezen passagier
is bepaald diep en aanstekelijk ge
veest, want ook de directie van de
antobusondernoming werd er door
aangestoken. De conductrice werd ten
kantore ontboden en op staanden voet
ontslagen.
En hier hebben wy weer het oude
probleem: Was dit tochtje in een
zweefmolen zóó buiten de perken, dat
die conductrice daarom op staanden
voet kon worden ontslagen!
De conductrice vond van niet en
daagde do directie voor den Kanton
rechter.
De aanklacht
De autobusonderneming motiveerde
het ontslag als volgt:
„Tot do werkzaamheden van de con
ductrice behoorden uiteraard niet al
leen hot verkoopen en verstrekken van
plaatsbewy/.en aan passagiers, die met
gedaagde 's autobussen meereizen, doch
ook het toezicht hbuden op de autobus
•n passagiers en het er voor waken dat
de autobusdiensten regelmatig en on-
g'stoord plaats vinden.
Op 30 April 1946 deed eischeressc
nu sla conductrice dienst op gedaag
de'» autobuslyn Hoorn-Purmerend.
Toen de onderhavige bus in Avenhorn
was gearriveerd, waar deze volgens
dienstrooster 10 minuten wachttyd
heeft, heeft ciscbcresse zich niet ge.
dragon als van een behoorlijke conduc
trice kon worden verwacht, doch het
oirbaar geacht, in stryd met de ver
plichtingen die uit den aard der dienst*
betrekkng voortvloeien, bus met pas
sagiers to Avenhorn, waar alstoon
kermis werd gehouden, te verlaten, om
zich op dio kermis to vermeien, o.m.
door een rondje in een zweefmolen to
draaien, na welk kermisgonoegen zjj,
toen inmiddels de vertrektijd van do
bu9 was aangebroken, haar werkzaam
heden heeft hervat en do rois ia voort
gezet.
Hot is niet onbcgrypelyk, dat een
dergolykc wijze van doen van een con
ductrice in haar diensttijd, dio een
grovelyko veronachtzaming van plich
ten oplevert, terecht do ergernis van
bus-passagiers en van gedaagdo heeft
opgewekt."
Het verweer
Daartegen werd van do zydo van do
conductrice het volgende opgemerkt:
„Eischcrepno heeft, terwijl de chauf
feur op do bus bleef, eenigen oogen-
blikken by den zweefmolen gestaan on
heeft ook een rondjo meegozweefd.
Toen het oogenblik van vertrek van de
bus weer daar was is eischcresse weer
ingestapt en meegereden. Dat buspas
sagiers zonder toezicht waren ia der
halve een bewering die eiken grond
mist, zijnde do chauffeur voortdurend
aanwezig, terwyl aan eischeresse
nimmer een instructie ia verstrekt, dat
zy de bus nimmer en onder geen enkele
voorwaarde zou mogen verlaten.
Door eischeresses daad is de bus
geen moment te laat vertrokken, zoo
dat de gang van zaken in geen enkel
opzicht is belommerd.
Het komt herhaaldelijk voor, dat het
buspersoneel, zoo do tyd dit toelaat en
er onderweg een wachttyd is, do bus
verlaat, met voorbijgangers spreekt,
yseo '8 koopt, inkoopen doet by bakkers
en slagers e.d., doch wanneer het uur
van vertrek stipt in acht wordt geno
men, dit aan»de passagiers geen reden
tot aanstoot geeft."
De uitspraak
Nadat zoo het standpunt van par
tyen den rechter was voorgedragen,
wees deze tenslotte vonnis en sprak
daarbij als volgt:
„Overwegende, dat Wy met de
èisckcres van oordooi zyn, dat do ten
dezo door gedaagdo gesteldo feiton
niet als dringendo redenen in den zin
der Wet kunnen golden.
Overwegend© toch, dat gedaagdo
niet heeft weersproken, dat gedurende
den korten tyd, dat eischores zich op
de kermis te Avenhorn in don zweefmo
len vermaakte, de chauffeur in do
bus bleef, de buspassagiers mitsdien
niet zonder toezicht waron en tovens
vaststaat dat do bus woor op'tyd ver
trokken is;
Overwegende, dat Wj, medo in aan
merking genomen eischeresses leeftyd
van oordeel zyn dat eischeresses ge
drag onmogolyk als grof plichts
verzuim kan worden gcqualificeerd en
mitsdien voor godaagde geen aanlei
ding was om eischeres op staanden voet
to ontslaan enz. enz."
Hit deze woorden blijkt duide
lijk dat, al kleedt een rechter zjn
vonnis in zware plechtige bewoor.
dingen, die rechter tezelfder tjd
met belde voeten op den bodem
der werkelijkheid staat en een ge
zond oordeel kan hebben, zelfs
omtrent datgene wat een conduc
trice van een bus betaamt.
Te Nykerk kwamen op uitnoodiging
personen nit alle kringen byeen om
zich uit te spreken over een plan voor
eon sportterrein, opgesteld door den
Sportraad. Bj de discussie zei de heer
Jnrling namens de Chr. groepoering,
dat do gemeente nog niet ryp was voor
de sportbeoefening. Spr. herinnerde
aan het woord uit don Bybol, waar
Paulus in 1 Tim. 4 8 zegt, „want li-
chamelyko oefening is tot weinig
nut..
(Nykerksche Courant)
Gewaagd experiment
In het Asta-theater aan de Rozon-
gracht te Amsterdam werd Zondagmor
gen een proef genomen met een nieuwe
wyze van Evangelieverkondiging. Een
accordeonorkest, een radiocabarettier
en een artistieke dansuitvoering moes
ten de harten der bezoekers openen
voor de werkzaamheid van den Heili
gen Geest, voor de korte Evangelisa-
tieboodschap, die door ds Van Glnkel
aan het slot gebracht werd, getiteld
„Leven op een koopje!
Wo twijfelen niet, of deze prediker
zal in den hem beschikbaren tjjd het
volle Evangelie hebben gebracht, maar
we betwijfelen wel, of do Heiland Zelf
Zjn goedkeuring zou hechten aan een
dergelyk voorprogramma.
(„Het Zoeklicht")
op een charmante manier
gpraken wij de vorige maal slechts over de hoeden, die tijdens de
modeshow in Amsterdam te zien waren, thans willen wij de
overige kleeding, die ons toen door de Francaises werd getoond, be
spreken. Het gebodene was heel mooi, doch niet verbazingwekkend
nieuw. Immers, over de kokerrokjes, die een
royaal stukje over de knie vallen, hebt U op
deze plaats reeds eerder kunnen lezen. Zoo
ook over gedrapeerde heup-garneeringen. Dat
de sleehak plaats moest maken voor een stijl-
hak met bijgelegenheid, een verhoogde zool
(platvorm-shoes) was eveneens reeds eerder
bekend gemaakten zelfs hebt U al meermalen
kunnen lezen over weinig-getailleerde of tail-
lelooze costuums, met als contrast de wes
pentaille, die het nog steeds blijft winnen.
Verschillende van de getoonde toiletten had
den zeer breede, doch ietwat schuinloopende
schouders, kennelijk geïnspireerd op de lijn
van de modernere heerencostuums, waarover
wij vroeger als eens spraken.
Wil eeif rfleuw aangeschaft toilet volgens de
laatste mode zijn, dan hebben we ons, on
danks de vele mogelijkheden (halsuitsnijding,
mouwlengte etc.) aan één voorschrift te hou
den. En dat luidt: laat zelfs het lijfje van het
nauwste japonnetje nog ruim vallen, want
een royale lijn bij schouders, oksels en rug-
breedte kenmerkt de huidige mode. Het over-
wijde armsgat is bij ons reeds aardig ingebur-
I gerd, doch alleen bij mantels. Nu staat dit,
als men niet heel kieskeurig te werk gaat,
nogal eens wat grof en lomp, terwijl een wijd
armsgat en een wijde bovenmouw in een ja
pon zonder uitzondering zeer chic staan. Die
genen, die een lap voor en nieuw Japonnetje
hebben liggen kunnen dus een dergelijk een
voudige mode-variatie gerust eens in over
weging nemen. Bovendien doet een ruim val
lend lijfje de heupen altijd iets smaller lij
ken. Dan is ook de keuze van het model van
de mouw nogal moeilijk. Lang, kort of drie
kwart? Driekwart wordt heel veel gelanceerd,
zal het echter niet boersch staan, of gauw
gaan vervelen? Verder Is een lange mouw
zoo lekker warm, maar een korte staat op
een zomerschen dag weer veel aardiger....
Het is moeilijk. Maar waarom eigenlijk? Hebt
U een ruime hoeveelheid stof? Waarom knipt
U dan niet twee soorten mouwen?- Het is eigenlijk het ei van Co-
1 umbus. U hebt het reeds op de teekening gezien: wij stellen U
voor de ingeknoopte mouw. Een grappige armsgatgarnee-
ring van overtrokken knoopjes, bovendien een gemakkelijke ma
nier om de mouwen te verwisselen. Men moet echter nauwkeurig
te werk gaan. De mouwen zetten we, inplaats van in het armsgat,
öp een keurig afgewerkt bandje. Daarop naaien we op gelijke af
standen knoopjes. Dan het armsgat afwerken met een tegenstuk-
je. De hoofdzaak is nu, dat het bandje, waarop de mouw is gezet,
denzelfden omtrek heeft als het armsgat, anders gaat het heele
zaakje „lubberen". Langs den rand van het armsgat komen na
tuurlijk nette knoopsgaatjes. Als het moet maakt U op deze wijze
een Jurk met tien verschillende mouwen 1 E.S.
Onverwacht onthaal van twee K. L. M.-ers
in Montevideo
qP 1 Maart vlagde heel Monte
video. Een kleurige menschen-
menigte deinde door de straten
van Hrugnay'g hoofdstad, want
dien dag zou do nieuwe president
heeëdigd worden. Parades, unl-
formgeschitter, bazuinklanken,
paardengetrappel, redevoeringen,
vlaggengewapper; kantoren en
winkels gesloten.
Op denzclfden dag was juist een
K.L.M.-toestel van den Zuid-AtlantL.
sclien Dienst in Montevideo aangeko
men en do bemanning ging passagie
ren, in afwachting van den terugreis.
De telegrafist en de steward, twee
oudo vrienden, gingen gezamenlijk op
stap in hun bcsto uniformen; de tele
grafist schitterde met zijn vier gouden
banden in de Zuid-Amorikaanscho zon,
do steward sloeg mot zyn twee zil
veren mouwstrepen ook lang geen
slecht figuur. Aangetrokken door het
feestgewoel dwaalden zy in do rich
ting van de binnenstad, waar op de
Placa d 'Indcpendoncia een enorme
menigte verzameld was. Eere-tribunes
aan de kanten en, met tien meter tus-
schenruimte, agenten van politie. Toen
ons tweetal zyn halzen rekte, om over
de talloozo hoofden heen te zien, werd
het door de menigte opgemerkt, die,
verblind door zooveel goud en zilver
op de uniformen, onmiddellijk opzij
ging om do Kljf-cu door to laton.
Deze maakten gebruik van de ge
legenheid en kramen midden op de
afgezette straat terecht, ©en driehon
derd meter van do eere-tribnnes. En
nu begonnen onwaarschijnlijke dingen
te gebeuren. Politiemannen sprongen
strak in de houding en salueerden;
iemand begon te applandiseeren en
spoedig daverde een algemeen handge
klap door de overvolle straten. Lang
zamerhand drong het tot de twee Hol
landers door, dat men hen blijkbaar
voor beroemde generaals of gcunifor-
meerde ambassadeurs van bevriende
staten aanzag; naar hun uitleg wilde
echter niemand luisteren en boven
dien.... zy spraken de landstaal
niet.
Een politieprefect kwam naar hon
toe en sprak eenige woorden in hot
Spaansch. Voordat ze nog ja of neen
kondon zeggen, werden zo naar de
eere-tribune gebracht en moesten
plaats nemen tusschen ambassadeurs,
genoraals, admiraals en andere hoog-
waardighcidsbekleedors; vlak bij den
nieuwen president. Zy zaten eenmaal
in het schuitje en moesten nu wel
meevaren. Anderhalf uur lang duurde
hun ongewilde maskerade, in welken
tyd hen het Uruguaysch volkslied
werd toegezonden en ze een schier
eindelooze parade aanschouwden. Toen
ze een gelegenheid kregen, stil weg te
sluipen, hebben ze die niet voorbij la
ten gaan.
En nu vertellen ze aan al hon col
lega's van het avontuur van hun le
ven, een verhaal, dat nog wel lang
onder KJUM.-ers verteld zal worden I
HET STREVEN NAAR VOORKOMEN VAN INFLATIE RIEP
DE PRIJSBEHEERSCHING IN HET LEVEN; TOT DIT DOEL
WERDEN OOK DE PLAATSELIJKE PRIJZENCOMMISSIES
OPGERICHT.
JJE schaarschte aan goederen, die tegenwoordig hcerscht, en daarnaast
de vrij groote omvang van de geldcirculatie, zouden zonder ingrijpen
van de Overheid tot sterke prijsverhoogingen leiden. Hooge prijzen maken
vaak verhooging van het loon noodzakelijk, waarvan andermaal een
nieuwe prijsstijging het gevolg zou zijn. Dit werkt inflatie in de hand,
die bepaalde bevolkingsgroepen, zooals kleine pensioentrekkers in een
zeer ongunstige positie zou brengen. Bovendien: als onze prijzen in ver
gelijking met die van andere landen niet laag liggen, komt onze positie
als concurrent op de wereldmarkt in gevaar. Het voorkomen van inflatie
Is daarom het voornaamste doel van het ingrijpen van de Overheid op
het gebied van de prijzen.
PUBLIEK DIENT MEE
TE WERKEN
TNFLATIE beteekent een goeden
tijd voor handige sjacheraars en
zwarte handelaren, maar armoede
en ellende voor het werkende deel
der bevolking. De prijsbeheersching
heeft ten doel dezen ramp te voor
komen en er aan mee te werken, dat
de levensstandaard van de lagere in
komensklassen zoo hoog mogelijk is.
Dit is het doel der prijsbeheersching,
en dat dient nu eindelijk tot het pu
bliek door te dringen, want een der
belangrijkste moeilijkheden, die het
Directoraat-Generaal van de Prij
zen ondervindt bij het ten uitvoer
leggen van de prijspolitiek, is de ge
ringe medewerking van het publiek,
in welks belang deze politiek wordt
gevoerd. Men is desnoods bereid te
vechten voor een loonsverhooging
van enkele guldens per week, maar
betaalt zonder eenig protest te hooge
prijzen.
De dienst van het Directoraat-
Generaal van de Prijzen heeft tot
taak de politiek van de regeering op
het gebied van de prijzen tot uit
voering te brengen. Deze dienst be
staat in hoofdzaak uit twee onder
deden, n.1. „De Prijsvorming" en de
„Contröle".
De prijsvormende afdeelingen ma
ken de voorschriften, waarin de prij
zen worden vastgesteld van levens
middelen, producten van de indus
trie, diensten van het ambacht, ta
rieven van het verkeer, enz. Met het
geven van de voorschriften alleen
worden de prijzen echter niet be-
heerscht; daartoe is het noodig, dat
de voorschriften ook worden nage
leefd; hier ligt de taak van den Con-
tröledienst.
De Contröledienst moet bij zijn
systematisch optreden afgaan op een
plan en op gegevens, die door een
soort van recherche verkregen wor
den en daarnaast op klachten, die
over het algemeen van geringe kwa
liteit zijn. Effectiever kan opgetreden
worden als het publiek in zijn eigen
belang aan het vragen van redelijke
prijzen gaat meewerken door zelf te
weigeren prijzen te betalen, die ken
nelijk het geoorloofde te boven gaan,
en door op daarvoor bestemde plaat
sen zijn gerechtvaardigde klachten
naar voren brengt. Het publiek daar
toe opvoeden zou men de moreele
taak van de plaatselijke prjjzen-
commissie kunnen noemen
Het is n.1. aannemclyk, dat men
eerder dan tot een ambtelijk appa
raat, zich wenden zal tot een uit het
publiek gevormde commissie, die in
sommige gevallen de anonimiteit van
den klager kan beschermen en dio
langs den minzamen weg der over
reding den verkooper er toe kan
brengen het teveel ontvangene aan
zijn klant terug te geven. Op dezo
manier wordt het handhaven vau
redelijke prijzen gemaakt tot een
zaak des volks.
De plaatselijke prljzencommissio
heeft dus tot taak:
le. voorlichting en opvoeding van
publiek en winkelier;
2e. behandeling van klachten van
koopers.
Zooals bij den Contróledienst zul
len ook bij de plaatselijke prijzen-
commissies tal van klachten binnen
komen. Hoe meer vertrouwen het
publiek in de commissie stelt, hoe
sneller dit aantal zal toenemen. Om
vangrijk is het werk, dat aan de be
handeling van deze klachten besteed
zal moeten worden. Tal van grooto
moeilijkheden doen zich bij dit werk
voor. Het begint al dadelijk met de
moeilijkheid te weten te komen, wat
nu de juiste prijs van een bepaald
artikel eigenlijk is. Voor sommige
artikelen, zooals bijv. levensmidde
len, is de zaak vrij eenvoudig, om
dat daarvoor veelal maximum-prij
zen zijn vastgesteld. Voor andere ar
tikelen, waarvan fabrikaten en kwa
liteit sterk uitcenloopen, zijn de
prijsvoorschriften lang niet zoo een
voudig en zal het veelal noodig zijn
aan de hand van inkoopfacturen van
de winkeliers de margeregeling toe te
passen, die voor verschillende arti
kelen bestaat.
De commissies dienen zich alleen
te bemoeien met artikelen, die noo
dig zijn voor het levensonderhoud, de
huishouding en het dagelijksch ge
bruik. De taak van de commissie»
zou te omvangrijk worden als men
zich bijv. ging bemoeien met bont
mantels en dure restaurants. Hier
mee zou tijd worden verspild, die
nuttiger kan worden besteed.
ijjYi' iié/M - bV
V. OeStefir