Mussolini's ,Staatsvijandnr. 1'
Voor het eerst
aan zee
Zuid-Afrika, het land
der toekomst
SIR ANTHONY EDEN VIJFTIG JAAR
Emigratie-aanvragen worden
sneller behandeld
Egypte: een tehuis voor
troonloze vorsten
Amerikanen eten te veel
Verbruik van levensmiddelen
enorm gestegen
Nieuw i
uit Curacao
The richt honourablk
ROBERT ANTHONY EDEN
werd 12 Juni 50 jaar Een verbluf
fend jong man dus als men in aan*
merking: neemt, dat hij reeds oen zo
belangrijke carrièie achter de rug
heeft. Hij werd 12 Juni 1897 in
Windlestone, Durham. geboren, ge
noot zyn opvoeding gedeeltelijk in
Eton en werd daarna student in Ox
ford, waar vol trots hel belangrijke
Christ Church-college hem als cén
van zijn alumni vermeldt. De eerste
wereldoorlog onderbrak zijn studie;
als majoor, gedecoreerd met het
Military Cross kwam hij uit Frank
rijk terug en zette zijn studie in de
Oosterse talen te Oxford voort. In
1922 beëindigde hij deze studie met
„first class honours". dus cum lau-
de. Nog in hetzelfde jaar werd hij
als conservatief candidaat tot lid
van het Parlement gekozen voor het
district Warwick and Leamington
(ten Z. van Coventry). Zijn be
kwaamheid en zijn belangstelling
voor de buitenlandse politiek deden
hem in aanmerking komen voor
particulier parlementair secretaris
van de minister van buitenlandse
zaken Austin Chamberlain. Van
1926—'29 bekleedde hij deze post,
die hem geen salaris, maar wel een
enorme ervaring op het gebied der
internationale politiek opleverde.
De verkiezingen van 1929 maak
ten Labour tot de sterkste partij in
het Lagerhuis en Mac Donald vorm
de zijn tweede ministerie. De zorg
der conservatieve leiders werd nu:
te bereiken, dat hun partij bij de
volgende verkiezingen de meerder
heid zou verkrijgen Een sociaal
program was daarvoor onmisbaar,
doch de naderende economische cri
sis maakte het geld schaars en de
enige» manier om het te vinden, was
door drastisch te bezuinigen op de
militaire uitgaven. De verzwakking
der nationale veiligheid zou men
dan moeten compenseren door te
steunen op de collectieve veiligheid,
die dé Volkenbond kon bieden.
Afkeer van oorlog
F) EZE overwegingen maakten de
jonge Eden bijzonder geschikt
als specialist der conservatieve par-
ti) op het gebied der buitenlandse
politiek.- Hij was bezield met een
grote afkeer van de oorlog en was
overtuigd, dat het in de toekomst
mogelijk moest zijn, internationale
geschillen door vreedzaam overleg
uit de weg te ruimen. Aan deze op
vattingen had Eden het te danken,
dat hij in 1931 bjj de vorming van
een Kabinet op breder basis, be
noemd werd tot onderstaatssecreta
ris voor buitenlandse zaken. HU
raakte, vooral ook door de Ontwa
peningsconferentie van 1932, in Vol-
kenbondskringen steeds meer be
kend, maar hij moet juist in die da-
Ëen. toen Duitsland door de wil van
li tier de Volkenbond verliet, toch
ernstig aan de verwezenlijking van
het ideaal der collectieve veiligheid
zij i gaan twijfelen.
Nog meende de Engelse regering,
da-: er door onderhandelingen iets te
bereiken viel; Eden werd de aange
wezen man geacht om met Hitier
te praten en om hem meer autori-
door
Ch H. van AKEN
Engelse struisvog«?lpolitiek een te
ken van zwakte was en zette zijn
Abessijnsc avontuur door. Eden had
nog getracht door een reis naar
Rome een compromis tussen Italië
en Abessynië tot stand te brengen,
maar het enige resultaat was, dat
hij en de Duce elkaar voortaan als
staatsvijand no. 1 beschouwden.
In December 1935 na het aftre
den van Hoareewerd Eden minister
van buitenlandse zaken, eerst on
der Baldwin, daarna onder Neville
Chamberlain. De eerste had geen
belangstelling voor buitenlandse
politiek, de tweede had geen inzicht
in die materie. Eden heeft het ruim
2 jaar uitgehouden onder toenemen
de internationale spanning met
Chamberlain te schermutselen over
wat hij noemde „de methode der
buitenlandse politiek". In een be
ginselstrijd tussen een oude en een
jonge man, waarvan de eerste be
zeten was door de gedachte, dat ge
varen moeten worden vermeden
door onderhandelen en niet moeten
worden uitgelokt door een starre
houding, heeft in Engeland de jonge
man slechte kansen. Eden had bo
vendien het nadeel, dat hij aan zijn
buitenlandse politiek geen kracht
kon bijzetten door te wijzen op de
Britse militaire macht.
Breuk met Chamberlain
kwam in Februari 1938 het
ogenblik, waarop de dunne
draad, die Chamberlain en Eden nog
bijeen hield, knapte, toen de eerste
7°
oir
minister in het gezicht van de be
zetting van Oostenrijk nogmaals
voor pressie van Hitier terugweek.
De Italiaanse en Duitse pprs juich
ten over de val van Eden, die voor
hen het symbool der collectieve vei
ligheid was geweest; de Engelse
kranten betreurden zijn aftreden,
omdat men voelde, dat hij het gelijk
aan zijn zijde had.
Lang bleef hij niet buiten de re
gering: de Tweede Wereldoorlog
maakte hem achtereenvolgens tot
minister van de Dominions, van
oorlog en iiT de jaren 1940—1945
opnieuw van buitenlandse zaken.
Bovendien was hij van 1942 af Lea
der van het Lagerhuis. Nog is het
te vroeg om zijn betekenis in de
oorlogsjaren geheel naar waarde te
schatten; wij weten slechts, dat hij
door een eindeloos aantal reizen
zich op de hoogte kon stellen van
de situatie in tal van hoofdsteden
en dat zijn conclusie over die situa
tie luidt „dat er een aantal moei
lijke kwesties op de wereld zijn.
waarvan sommige een verontrus
tend karakter hebben". Hoopvol
klinkt deze uitspraak, daterend van
vlak voor zijn aftreden als minister
in Juli 1945 niet. Hij moest aan zijn
opvolger Bevin, met wie hy in de
maanden vóór de Lagerhuisverkie
zingen steeds nauw contact heeft
gehad de oplossing van tal van
schier onoplosbare problemen over
laten.
Inmiddels blijft hij in de Engelse
politiek een machtige factor; hij
was een der weinige conservatieve
leiders, die in Juli 1945 herkozen
werden en nog steeds blijft niet on
mogelijk de verwezenlijking van
Baldwin's wens, dat Eden eens En-
geland's eerste minister zou worden.
Sinds de bevrijding in Mei 1945 is er een toenemende drang te consta
teren tot emigratie en van alle landen heeft voor Nederlanders Zuid-
Afrika wel de grootste aantrekkingskracht. Het zou onjuist zijn te me
nen, dat het merendeel der aspiranten hun plannen al gedurende de
bezetting koesterden of tot de avonturiers gerekend moet worden. In het
algemeen is de ontwikkeling van de situatie in ons land na de bevrijding
oorzaak van het huidige streven tot emigratie. De werkelijkheid beant
woordde en kon ook niet beantwoorden aan de gedurende de bezetting
gekoesterde idealen van een vrije en welvarende maatschappij en zo
doende hebben velen het gevoel dat Mei 1945 geen bevrijding bracht.
7HONY
Elejant diplomaat
teit te verschaffen, werd hij, als
Lord Privy Seal in het kabinet op-x
genomen (19341. Met Sir John Si-
mon, de minister van buitenlandse
zaken, zou hij naar Berlijn gaan,
welk bezoek door een diplomatieke
Verkoudheid, die Hitier voorwendde
na het bekend worden van de En
gelse bewapeningsplannen, moest
worden uitgesteld. Enige tytf later
venden de besprekingen op uitno-
Ovging van Hitier toch plaats: Si-
mon keerde na afloop ervan terug,
Eden deed nog een rondreis via
Warschau, Moscou en Praag, raak
te overspannen cn -moest rust hou
den
Mislukking in Stresa
7-1 ET is niet overdreven te bewo-
J 1 ren, dat het voor Engeland
rampzalig was. dat Eden door .leze
ziekte verhinderd was de conferen-
tvan Stresa bij te wonen. Hij zou
zeker niet hebben nagelaten, de
Abessynse kwestie naar voren te
b:-engen. wat men nu vermeed om
de verblijdende eensgezindheid van
hel „Stresa-front" tegen de Duitse
herbewapening niet te verstoren.
Mv.ssoMni begreep echter, dat deze
ge
behagen is het te wijten, dat dui
zenden met fanatieke ijver pogen
aan de vereiste papieren en permits
te komen.
Nu blijkt emigratie geen sinecure
te zijn en niet iets, dat in een
handomdraaien tot stand komt.
Vrijwel iedereen heeft natuurlijk in
zijn naaste omgéving daarover het
nodige gehoord en zo bereikten ook
ons diverse klachten. Deze zijn ta
melijk gelijkluidend en wij meenden
dan ook, dat het van belang kan
zijn voor velen, die de eerste schre
den op het pad der emigratie nog
moeten zetten, dat wij ons in ver
binding stelden met het Zuid-Afri-
kaanse Emigrantencomité. Wij
vonden de voorzitter A. T. Brennan
en mr. Martin Malan, secretaris van
het Z.A. Keurings Comité bereid
ons een onderhoud toe te staan.
„Een van de klachten is", zo
merkten wij op, „dat velen tijd en
field hebben gespandeerd aan hun
aanvragen, die tenslotte negatief re
sultaat opleverden. Kunt U ons
zeggen, waaraan zulks te wijten is?"
„Dat is te wijten aan de oude
werkwijze. De nieuwe prodecure
voorkomt nutteloze verspilling.
Want iedere aanvrager heeft thans,
alvorens verdere stappen te onder
nemen, zich in verbinding te stellen
met de Stichting» Landverhuizing.
Deze doet het voorbereidende werk
door de aanvrager op de hoogte te
stellen van de mogelijkheden die er
voor hem in het nieuwe land kun
nen bestaan. Zij bemiddelt ook bij
het Gewestelijk Arbeidsbureau, ten
einde toestemming te verkrijgen om
Nederland te mogen verlaten."
„Geeft het Gewestelijk Arbeids
bureau toestemming, dan zendt de
Stichting haar advies aan ons bu
reau, Raamweg 8, Den Haag. De
sollicitant ontvangt dan van ons
een inleidende vragenlijst. Het doel
is, dat wij een overzicht verkrijgen,
^alvorens wij nader in contact tre
den met de aanvrager."
„Geeft de beantwoording van de
vragenlijst daartoe aanleiding, dan
zenden wij de aanvrager de officiële
aanvraagformulieren. Deze moeten
ons geretourneerd worden, verge
zeld van acht foto's, waarvan twee
gelegaliseerd, verder een dokters
verklaring, politiecertificaat, af
schriften uit de bevolkingsregister
betreffende huwelijk en geboorte,
diploma's en getuigschriften van de
laatste vijf jaar enz."
„Indien alles goed klaar is, moet
de aanvrager de stukken komen te
kenen. Wij verkrijgen zodoende te
vens een persoonlijke indruk. De
stukken gaan dan per luchtpost
naar Pretoria, alwaar zij dan dóór
de Immigrants Selection Board na- i viees
der beoordeeld worden. Zoals u ziet 1
wordt de zaak serieus aangepakt."
„In de practijk," zeiden wij,
blijkt wel eens, dat ondanks de
nauwkeurige selectie. Pretoria toch
wel eens afwijkend bsechikt. Hebt
U daarvoor een verklaring?"
„Zeker, er is één punt, dat wij
hier niet kunnen beoordelen. Het
kan zijn, dat toekomstige werkge
ver in Zuid-Afrika niet aan de te
stellen normen beantwoordt en dus
als een „stroman" beschouwd moet
worden."
hier te lande is het onwaarschijn
lijk, dat Pretoria iemand afwijst op
een andere grond dan de zojuist ge
noemde betreffende de „man of
straw" Na zes maanden kan de
aanvrager echter een serieuze be
trekking hebben gevonden en dan
is hij natuurlijk wel aanvaardbaar."
„Worden alle beroepen toegelaten
of wenst men in Zuid-Afrika in
hoofdzaak mtchoolde arbeders?"
„Ieder is welkom," aldus de heer
Brennan. „WH wensen een grotere
gemeenschap op te bouwen en heb
ben daartoe behalve handarbeiders,
ook intellectuelen en kunstenaars
nodig. Slechts zij. die een beroep
uitoefenen, dat te onzent alleen
door de négers wordt uitgeoefend,
worden geweigerd."
„Op de formulieren wordt ge
vraagd naar hef ras waartoe aan.
vrager behoort. Betekent zulks ras
sendiscriminatie?"
„Geenszins. Het wordt slechts ge
vraagd voor statistische doeleinden,
teneinde onze regering een over
zicht te geven van de ethnologische
verhoudingen."
„Het schijnt, dat Pretoria slechts
weinig vergunnningen tot immigra
tie verleent Sommigen distilleren
daaruit een Angelsaksische tegen
zin tegen immigratie van Hollan
ders."
„Absolutely nonsense", riep de
heer Brennan uit. „Ieder die om
toelating verzoekt, geeft blijk van
belangstelling voor ons land en is
dus een vriend."
MARIETJE, Mariëtje, Marion, Marjolein
Marielouise doch dat is allemaal
hetzelfde Marietje is vandaag voor het
eerst van haar leventje aan het strand. Ze
is daartoe speciaal door moeder uitgedost
met een Mexicaanse hoed en het fonkel
nieuwe strandpakje blijkt de punten meer
dan waard te zijn.
Marietje zelf is er beduusd van. Ze is
eensklaps uit het kleine levenskringetje ge
heven, de straat, de tuin, de kamer, het
bedje. Eens. toen moeder jarig was, kwa
men er wel tien ooms en tantes. Eens vond
ze het toppunt van alles: de lucht Alle
grootse dingen waren do hoog als de lucht
en zo groot als de lucht. Maar nu... In de
trein en de tram bleken er al hopen ooms
en tantes te zijn die ze nooit eerder had
gezien. Nu lopen er door dat hete goedje
dat moeder „zand" noemt en waarin zij spe
len mag, honderden ooms en tantes.
„Gaan die allemaal naar bedje?"
„Neen," antwoordt mammie, „die dames
en heren zijn in zwempak en gaan in zee"
„In de zee?"
„Ja, daar!" en mammie's vinger volgend
kijkt Marietje tussen allerlei bruine benen
door en ziet een paar witte randjes op
een grauwe vlakte.
„Kom maar!" zegt moeder en ze wande
len voort. Ze krijgt schelpjes tussen de
tenen en links boven haar klimmen drie
blote ooms op eikaars schouders. Allemaal
kindertjes graven en maken hoge bergen.
Ze heeft ook een
schep waar is die nu
Dan staan ze onver-
f wacht voor do zee
moeder en kind. De
zee is nog groter dan
de lucht. Voorzichtig
haalt ma haar Marie
tje over om er maar
gerust in te stappen.
Dat ruist en bruist en
kolkt om haar blote
voetjes en dan komt
er zo een waterberg
aanrollen die haar
knietjes bespat.
Dat is teveel -oor
Marietje. Ze barst in
tranen uit en moeder
moet dc Mexicaan af
zetten om de vloed te
drogen. De eerste dag
aan zee!
Victor Emanuel van Italië heet thans
„graaf Pollenzo" v
schijnt zelden in het openbaar, maar
at. IaK dl,., na fffïlSI
Egypte is op het ogenblik het
IHttd, waar Europa's gewezen
monarchen de hun nog resten
de I levensjaren doorbrengen.
Tja ar bevinden zich de meeste
leden van drie voormalige re
gelende vorstenhuizen cn vol
gens buitenlandse kringen heeft
e<m vierde Peter 2 yan Joe
goslavië een uitnodiging
ontvangen om eveneens dit al
oude land tot zyn woonplaats»
te kiezen.
Koning Faroek I heeft naar het
voorbeeld van J^ll vader, koning
Goead, die Italiaanse architecten
naar Egypte "heeft gehaald om met
Italiaans marmer enige van de
meeste modernegèbouwen van het
land op te richten, de hand ter ver.
welkoming toegestoken aan de ge
vallen vorsten.
Bijna alle leden van het Italiaan,
se huis van Sa'vóye en velen van
zijn getrouwen zijn hier cn evenals
voor de oorlog hoort men in de
deftige gedeelten van Cairo en
Alexandrië veel Italiaans spreken.
Victor Emanuel en zijn gemalin
Elena leiden in een met bloemen
omgeven villa aan de buitenzijde
van Alexandrië een onopvallend le.
ven. De voormalige koningin ver-
Maakt dc gemiddelde "Nederlander zich zo nu en dan ernstige zorgen
over de vraag hoe hy zyn maag moet vullen, ln Amerika heeft men het
druk met het probleem de Amerikanen eens wat minder te laten eten,
wantde prijzen voor levensmiddelen zullen dalen, wanneer de Ame
rikanen net zoveel aten als voor de oorlog.
„Kunt U ons verklaren, waarom
Pretoria bij een afwijzing tegelijker
tijd mededeelt, dat de aanvrager na
zes maanden opnieuw een aanvrage
kan indienen?
Zes maanden kunrïen toch van een
ongewenste vreemdeling geen aan
vaardbaar iemand maken?"
„Na al het voorbereidende werk
Om een voorbeeld te noemen: de
Amerikanen verorberen gemiddeld
67.5 kilogram vlees per jaar, het
geen door sommigen nog te weinig
wordt geacht. Voor de oorlog peu
zelden zij slechts 56.5 kilogram per
man per jaar op. Wanneer de con
sumptie verminderd zou kunnen
worden, «ou 647.000.000 kilogram
voor de export beschikbaar
komen.
Een dergelijk surplus zou ook een
prijsdaling ten gevolge hebben en
het nodig maken, dat de regering
vlees gaat kopen, omdat zö dp prij
zen op peil moet houden op groni
van een wet, die het congres heeft
goedgekeurd.
Toen er tydens de oorlog maar
weinig auto's, textiel en andere
goederen te krijgen waren, hebben
vele Amerikanen, die een hoog ln.
komen hadden, zich er aan gewend
veel en beter te eten. En thans ziet
het er naar uit, dat zy die gewoonte
willen voortzetten.
De grotere vraag van de consu
menten komt nog beter tot uiting
door de stijging van het verbruik
van andere levenmiddelen ln ogen-
te nemen. Voor de oorlog aten de
Amerikanen gemiddeld 298 eieren
per jaar, op het ogenblik verschal
ken zij e.r 400 of wel 35 procent
meer.
Uit de officieele statistieken blijkt
de stijging van de consumptie voor
andere artikelen: kaas 25 procent,
gecondenseerde melk 14 procent,
verse melk en room 25 procent,
varkensvet 3 proc/lit, margarine 28
procent, zuidvruchten 24 procent,
fruit in blik 11 procent, ingeblikte
vruchtensappen 272 procent, bevro
ren fruit 250 procent, verse groen
ten 17 procent, blikgroenten 46 pro
cent, bevroren groenten 425 pro
cent, gedroogde erwten 80 pro
cent, soep in blik en babyvoeding
117 procent, corn sTrup 51 procent,
havermout 35 procent, koffie 23
Voor
philatelisL
Krocent, kip.penvlees 26 procent en
alkoenvleesch -69 procent.
Het Amerikaanse verbruik van
sommige schaarse' goederen is daar
entegen kleiner dan voor de oorlog.
Voornamelijk is dit een gevolg van
het feit. dat de vraag het aanbod
overtreft. Onder deze goederen be
vinden zich suiker, boter, mayon-
naiso, sla-olie, rijst, cacao en thee.
Pollenzo" noemt, brengt evenals in
zijn laatste jaren in Italië aan de
kust by Napels, vee tyd door met
vissen.
Hun zoon Umberto. de laatste ko.
ning van Italië, die in oen beschei
den villa ln de nabijheid woont,
deelde aan Associated Press mede,
dat ,1e oude koning en koningin het
goed maken. 'Anderen, die Victor j
Emanuel hebban gezien, zeiden, dat
de 77-jarige voormalige koning een
krasse oude heer is. die nog al ge
makkelijk lacht, al is het dan ook
op een wat verlegen en tegelijk
luidruchtige manier. „Maar," zo zei
den zy. „het is niet waar, dat hij en
ex-koning Zog van Albanië, die in
1939 door de Italianen is afgezet,
vriendschap hebben gesloten Zij
bezoeken elkaar nooit."
Zog en zijn gemalin, die eens
Amerikaans burgeres was, verdelen
hun tyd tussen Cairo en Alexandrië.
Naar laatstgenoemde stad komen
zy' evenals de rijke Egyptenaren
•>m Je hitte van de woestijn te ont
gaan.
Umberto, die thans bekend is als
graaf Zara. is uit Portugal naar
Egypte gekomen om zijn ouders te
bezoeken cn tegenwoordig te zijn bij
het huwelijk van zijn nicht, prinses
Victoria Calvi di Bergolo, met graaf
Guglielmo Guaricnti di Brenzone,
een 28-jarig Italiaans edelman, die
tydens de oorlog uit Italië is ge
vlucht.
Het jonge paar is naar Italië te
ruggekeerd, maar Calvi di Bergolo,
zyn echtgenote, Yolaoda van Sa-
voye en de andere leden der fa
milie, blijven in Egypte.
KLEINE PROBLEMEN
DEZER DAGEN
Scheer-perikelen
„Is het waar dat do Nederland
se officieren een buitenlands z.g
Gilette-gleuf-ficheerapparaat (wat
een woord!) krijgen", vroeg het
Tweede Kamerlid Van den Born
de minister van Oorlog. „Ja",
heeft deze-geantwoord.
Nu welt in ons, naar aanleiding
van bovenstaande vraag en het
antwoord daarop, een nieuwe
vraag op: „Een officier is een i
hoger soort soldaat, die in het
algemeen van betere uitrustings
stukken wordt voorzien. Zijn die
buitenlandse gleuf-acheer-appara-
ten plus de bijbehorende mesjes
dus beter dan de Nederlandse?"
Ik zie de minister treuzelen met j
zijn antwoord. Zegt hij „Neen",
dan krijgt hij misschien last met
de officieren, omdat die dan op z'n
best even goede scheer-apparaten
krijgen als de dood-gewone solda
ten. Zegt hij „Ja", dan krijgt hJj
onenigheid met de Nederlandse
scheerapparaten-fabrieken en de
idem scheermesjes-industrie.
Hier wordt een Salomo's ant
woord gevraagd.
HEBBEN we het de vorige mail
gehad over enige nieuwe uit
gaven in de Vereniede Staten, thans
kunnen wij opzc lezers wat meer
bijzonderheden geven over nieuwig
heden uit ons eigen Rijksgebied. Het
betreft hier de aanvullingSwaarden
in het Konijnenburg-type en dc
nieuwe luchtpost3erie van Curacao.
Het was omstreeks Maart van dit
jaar weliswaar bekend, dat in het
type Konij
nenburg 4
nieuwe
waarden
zouden ver
schijnen en
dat een ge
heel nieu
we lucht-
oostseric de
thans in ge
bruik zijnde zou vc~»angen. maar
men wist pog niet. of deze zegels
aan de Nederlandse verzamelaarslo
ketten verkrijgbaar zouden worden
gesteld en wanneer de nieuwe lucht
postserie zou worden uitgegeven.
In het type Konijnenburg ver
schenen als aanvullingswaarden
1 ys Gld. sepia; 2'/j Gld. violet-
rood; 5 Gld. geelgroen; 10 Gld.
oranje, alle met kamtanding 13',jX
14. zegelgrootte 30x37 mm. De lucht
postserie bestaat uit de volgende
waarden: 10 c. rood; 15 c. blauw;
20 c. geel-groen; 25 c. geel; 30 c.
blauwgrijs; 35 c. rood-oranje; 40 c.
blauwgroen; 45 c. paars; 50 c. violct-
roOd; 60 cx grocn-blauw; 70 c. sepia;
1.50 Gld. zwart; 2.50 Gld. violet-
rood; 5.Gld. groen; 7.50 Gld.
blauw; 10.— Gld. lichtpaars; 15.
Gld. oranje; 25— Gld. bruin.
De serie is ontworpen door A. van
der Vossen, die op dit gebied reeds
zijn sporen ver
diend heeft
wij denken hier
bij o.a. aan de
„Kind"-serie
1930 Nederland
en aan de uit
gave van 1934
van Curacao.
ter herdenking
van de 300-ja-
rige 'vestiging
van het Neder
landse Gezag
op Curacao en is uitgevoerd met
kamtanding 12VjX12 in zegclgrootte
24x31 Vi mm. Voor de waarden van
10—70 c. is het zegelbeeld rechtop
staand en voor de hogere waarden
liggend.
Naar wij vernemen, wordt van de
eerstvermelde zegels alleen de 1.50
Gld. aan de philatelistenloketten
verkrijgbaar gesteld en van Je
luchtpostserie alle waarden, behalve
de 2.50 Gld.. 5.— Gld., 7.50 Gld.,
10.-. Gld.. 15.- Gld. en 25.— Gld.
Voor deze
dacht nog op
gevestigd, dat, in verband met net
koersverschil tussen de Curacaose-
en de Nederlandse gulden, het nood
zakelijk was, de prijzen hier te lan
de met 40 te verhogen. Voor het
frankeerzegel van 1% Gld. betaalt
men hier dus 2.10 en dit geldt ver
der voor alle waarden, die aan de
verzamelaarsloketten verkrijgbaar
worden gesteld. D. E. J. MULDER.