Mussolini's ,Staatsvijandnr. 1' Voor het eerst aan zee Zuid-Afrika, het land der toekomst SIR ANTHONY EDEN VIJFTIG JAAR Emigratie-aanvragen worden sneller behandeld Egypte: een tehuis voor troonloze vorsten Amerikanen eten te veel Verbruik van levensmiddelen enorm gestegen Nieuw i uit Curacao The richt honourablk ROBERT ANTHONY EDEN werd 12 Juni 50 jaar Een verbluf fend jong man dus als men in aan* merking: neemt, dat hij reeds oen zo belangrijke carrièie achter de rug heeft. Hij werd 12 Juni 1897 in Windlestone, Durham. geboren, ge noot zyn opvoeding gedeeltelijk in Eton en werd daarna student in Ox ford, waar vol trots hel belangrijke Christ Church-college hem als cén van zijn alumni vermeldt. De eerste wereldoorlog onderbrak zijn studie; als majoor, gedecoreerd met het Military Cross kwam hij uit Frank rijk terug en zette zijn studie in de Oosterse talen te Oxford voort. In 1922 beëindigde hij deze studie met „first class honours". dus cum lau- de. Nog in hetzelfde jaar werd hij als conservatief candidaat tot lid van het Parlement gekozen voor het district Warwick and Leamington (ten Z. van Coventry). Zijn be kwaamheid en zijn belangstelling voor de buitenlandse politiek deden hem in aanmerking komen voor particulier parlementair secretaris van de minister van buitenlandse zaken Austin Chamberlain. Van 1926—'29 bekleedde hij deze post, die hem geen salaris, maar wel een enorme ervaring op het gebied der internationale politiek opleverde. De verkiezingen van 1929 maak ten Labour tot de sterkste partij in het Lagerhuis en Mac Donald vorm de zijn tweede ministerie. De zorg der conservatieve leiders werd nu: te bereiken, dat hun partij bij de volgende verkiezingen de meerder heid zou verkrijgen Een sociaal program was daarvoor onmisbaar, doch de naderende economische cri sis maakte het geld schaars en de enige» manier om het te vinden, was door drastisch te bezuinigen op de militaire uitgaven. De verzwakking der nationale veiligheid zou men dan moeten compenseren door te steunen op de collectieve veiligheid, die dé Volkenbond kon bieden. Afkeer van oorlog F) EZE overwegingen maakten de jonge Eden bijzonder geschikt als specialist der conservatieve par- ti) op het gebied der buitenlandse politiek.- Hij was bezield met een grote afkeer van de oorlog en was overtuigd, dat het in de toekomst mogelijk moest zijn, internationale geschillen door vreedzaam overleg uit de weg te ruimen. Aan deze op vattingen had Eden het te danken, dat hij in 1931 bjj de vorming van een Kabinet op breder basis, be noemd werd tot onderstaatssecreta ris voor buitenlandse zaken. HU raakte, vooral ook door de Ontwa peningsconferentie van 1932, in Vol- kenbondskringen steeds meer be kend, maar hij moet juist in die da- Ëen. toen Duitsland door de wil van li tier de Volkenbond verliet, toch ernstig aan de verwezenlijking van het ideaal der collectieve veiligheid zij i gaan twijfelen. Nog meende de Engelse regering, da-: er door onderhandelingen iets te bereiken viel; Eden werd de aange wezen man geacht om met Hitier te praten en om hem meer autori- door Ch H. van AKEN Engelse struisvog«?lpolitiek een te ken van zwakte was en zette zijn Abessijnsc avontuur door. Eden had nog getracht door een reis naar Rome een compromis tussen Italië en Abessynië tot stand te brengen, maar het enige resultaat was, dat hij en de Duce elkaar voortaan als staatsvijand no. 1 beschouwden. In December 1935 na het aftre den van Hoareewerd Eden minister van buitenlandse zaken, eerst on der Baldwin, daarna onder Neville Chamberlain. De eerste had geen belangstelling voor buitenlandse politiek, de tweede had geen inzicht in die materie. Eden heeft het ruim 2 jaar uitgehouden onder toenemen de internationale spanning met Chamberlain te schermutselen over wat hij noemde „de methode der buitenlandse politiek". In een be ginselstrijd tussen een oude en een jonge man, waarvan de eerste be zeten was door de gedachte, dat ge varen moeten worden vermeden door onderhandelen en niet moeten worden uitgelokt door een starre houding, heeft in Engeland de jonge man slechte kansen. Eden had bo vendien het nadeel, dat hij aan zijn buitenlandse politiek geen kracht kon bijzetten door te wijzen op de Britse militaire macht. Breuk met Chamberlain kwam in Februari 1938 het ogenblik, waarop de dunne draad, die Chamberlain en Eden nog bijeen hield, knapte, toen de eerste 7° oir minister in het gezicht van de be zetting van Oostenrijk nogmaals voor pressie van Hitier terugweek. De Italiaanse en Duitse pprs juich ten over de val van Eden, die voor hen het symbool der collectieve vei ligheid was geweest; de Engelse kranten betreurden zijn aftreden, omdat men voelde, dat hij het gelijk aan zijn zijde had. Lang bleef hij niet buiten de re gering: de Tweede Wereldoorlog maakte hem achtereenvolgens tot minister van de Dominions, van oorlog en iiT de jaren 1940—1945 opnieuw van buitenlandse zaken. Bovendien was hij van 1942 af Lea der van het Lagerhuis. Nog is het te vroeg om zijn betekenis in de oorlogsjaren geheel naar waarde te schatten; wij weten slechts, dat hij door een eindeloos aantal reizen zich op de hoogte kon stellen van de situatie in tal van hoofdsteden en dat zijn conclusie over die situa tie luidt „dat er een aantal moei lijke kwesties op de wereld zijn. waarvan sommige een verontrus tend karakter hebben". Hoopvol klinkt deze uitspraak, daterend van vlak voor zijn aftreden als minister in Juli 1945 niet. Hij moest aan zijn opvolger Bevin, met wie hy in de maanden vóór de Lagerhuisverkie zingen steeds nauw contact heeft gehad de oplossing van tal van schier onoplosbare problemen over laten. Inmiddels blijft hij in de Engelse politiek een machtige factor; hij was een der weinige conservatieve leiders, die in Juli 1945 herkozen werden en nog steeds blijft niet on mogelijk de verwezenlijking van Baldwin's wens, dat Eden eens En- geland's eerste minister zou worden. Sinds de bevrijding in Mei 1945 is er een toenemende drang te consta teren tot emigratie en van alle landen heeft voor Nederlanders Zuid- Afrika wel de grootste aantrekkingskracht. Het zou onjuist zijn te me nen, dat het merendeel der aspiranten hun plannen al gedurende de bezetting koesterden of tot de avonturiers gerekend moet worden. In het algemeen is de ontwikkeling van de situatie in ons land na de bevrijding oorzaak van het huidige streven tot emigratie. De werkelijkheid beant woordde en kon ook niet beantwoorden aan de gedurende de bezetting gekoesterde idealen van een vrije en welvarende maatschappij en zo doende hebben velen het gevoel dat Mei 1945 geen bevrijding bracht. 7HONY Elejant diplomaat teit te verschaffen, werd hij, als Lord Privy Seal in het kabinet op-x genomen (19341. Met Sir John Si- mon, de minister van buitenlandse zaken, zou hij naar Berlijn gaan, welk bezoek door een diplomatieke Verkoudheid, die Hitier voorwendde na het bekend worden van de En gelse bewapeningsplannen, moest worden uitgesteld. Enige tytf later venden de besprekingen op uitno- Ovging van Hitier toch plaats: Si- mon keerde na afloop ervan terug, Eden deed nog een rondreis via Warschau, Moscou en Praag, raak te overspannen cn -moest rust hou den Mislukking in Stresa 7-1 ET is niet overdreven te bewo- J 1 ren, dat het voor Engeland rampzalig was. dat Eden door .leze ziekte verhinderd was de conferen- tvan Stresa bij te wonen. Hij zou zeker niet hebben nagelaten, de Abessynse kwestie naar voren te b:-engen. wat men nu vermeed om de verblijdende eensgezindheid van hel „Stresa-front" tegen de Duitse herbewapening niet te verstoren. Mv.ssoMni begreep echter, dat deze ge behagen is het te wijten, dat dui zenden met fanatieke ijver pogen aan de vereiste papieren en permits te komen. Nu blijkt emigratie geen sinecure te zijn en niet iets, dat in een handomdraaien tot stand komt. Vrijwel iedereen heeft natuurlijk in zijn naaste omgéving daarover het nodige gehoord en zo bereikten ook ons diverse klachten. Deze zijn ta melijk gelijkluidend en wij meenden dan ook, dat het van belang kan zijn voor velen, die de eerste schre den op het pad der emigratie nog moeten zetten, dat wij ons in ver binding stelden met het Zuid-Afri- kaanse Emigrantencomité. Wij vonden de voorzitter A. T. Brennan en mr. Martin Malan, secretaris van het Z.A. Keurings Comité bereid ons een onderhoud toe te staan. „Een van de klachten is", zo merkten wij op, „dat velen tijd en field hebben gespandeerd aan hun aanvragen, die tenslotte negatief re sultaat opleverden. Kunt U ons zeggen, waaraan zulks te wijten is?" „Dat is te wijten aan de oude werkwijze. De nieuwe prodecure voorkomt nutteloze verspilling. Want iedere aanvrager heeft thans, alvorens verdere stappen te onder nemen, zich in verbinding te stellen met de Stichting» Landverhuizing. Deze doet het voorbereidende werk door de aanvrager op de hoogte te stellen van de mogelijkheden die er voor hem in het nieuwe land kun nen bestaan. Zij bemiddelt ook bij het Gewestelijk Arbeidsbureau, ten einde toestemming te verkrijgen om Nederland te mogen verlaten." „Geeft het Gewestelijk Arbeids bureau toestemming, dan zendt de Stichting haar advies aan ons bu reau, Raamweg 8, Den Haag. De sollicitant ontvangt dan van ons een inleidende vragenlijst. Het doel is, dat wij een overzicht verkrijgen, ^alvorens wij nader in contact tre den met de aanvrager." „Geeft de beantwoording van de vragenlijst daartoe aanleiding, dan zenden wij de aanvrager de officiële aanvraagformulieren. Deze moeten ons geretourneerd worden, verge zeld van acht foto's, waarvan twee gelegaliseerd, verder een dokters verklaring, politiecertificaat, af schriften uit de bevolkingsregister betreffende huwelijk en geboorte, diploma's en getuigschriften van de laatste vijf jaar enz." „Indien alles goed klaar is, moet de aanvrager de stukken komen te kenen. Wij verkrijgen zodoende te vens een persoonlijke indruk. De stukken gaan dan per luchtpost naar Pretoria, alwaar zij dan dóór de Immigrants Selection Board na- i viees der beoordeeld worden. Zoals u ziet 1 wordt de zaak serieus aangepakt." „In de practijk," zeiden wij, blijkt wel eens, dat ondanks de nauwkeurige selectie. Pretoria toch wel eens afwijkend bsechikt. Hebt U daarvoor een verklaring?" „Zeker, er is één punt, dat wij hier niet kunnen beoordelen. Het kan zijn, dat toekomstige werkge ver in Zuid-Afrika niet aan de te stellen normen beantwoordt en dus als een „stroman" beschouwd moet worden." hier te lande is het onwaarschijn lijk, dat Pretoria iemand afwijst op een andere grond dan de zojuist ge noemde betreffende de „man of straw" Na zes maanden kan de aanvrager echter een serieuze be trekking hebben gevonden en dan is hij natuurlijk wel aanvaardbaar." „Worden alle beroepen toegelaten of wenst men in Zuid-Afrika in hoofdzaak mtchoolde arbeders?" „Ieder is welkom," aldus de heer Brennan. „WH wensen een grotere gemeenschap op te bouwen en heb ben daartoe behalve handarbeiders, ook intellectuelen en kunstenaars nodig. Slechts zij. die een beroep uitoefenen, dat te onzent alleen door de négers wordt uitgeoefend, worden geweigerd." „Op de formulieren wordt ge vraagd naar hef ras waartoe aan. vrager behoort. Betekent zulks ras sendiscriminatie?" „Geenszins. Het wordt slechts ge vraagd voor statistische doeleinden, teneinde onze regering een over zicht te geven van de ethnologische verhoudingen." „Het schijnt, dat Pretoria slechts weinig vergunnningen tot immigra tie verleent Sommigen distilleren daaruit een Angelsaksische tegen zin tegen immigratie van Hollan ders." „Absolutely nonsense", riep de heer Brennan uit. „Ieder die om toelating verzoekt, geeft blijk van belangstelling voor ons land en is dus een vriend." MARIETJE, Mariëtje, Marion, Marjolein Marielouise doch dat is allemaal hetzelfde Marietje is vandaag voor het eerst van haar leventje aan het strand. Ze is daartoe speciaal door moeder uitgedost met een Mexicaanse hoed en het fonkel nieuwe strandpakje blijkt de punten meer dan waard te zijn. Marietje zelf is er beduusd van. Ze is eensklaps uit het kleine levenskringetje ge heven, de straat, de tuin, de kamer, het bedje. Eens. toen moeder jarig was, kwa men er wel tien ooms en tantes. Eens vond ze het toppunt van alles: de lucht Alle grootse dingen waren do hoog als de lucht en zo groot als de lucht. Maar nu... In de trein en de tram bleken er al hopen ooms en tantes te zijn die ze nooit eerder had gezien. Nu lopen er door dat hete goedje dat moeder „zand" noemt en waarin zij spe len mag, honderden ooms en tantes. „Gaan die allemaal naar bedje?" „Neen," antwoordt mammie, „die dames en heren zijn in zwempak en gaan in zee" „In de zee?" „Ja, daar!" en mammie's vinger volgend kijkt Marietje tussen allerlei bruine benen door en ziet een paar witte randjes op een grauwe vlakte. „Kom maar!" zegt moeder en ze wande len voort. Ze krijgt schelpjes tussen de tenen en links boven haar klimmen drie blote ooms op eikaars schouders. Allemaal kindertjes graven en maken hoge bergen. Ze heeft ook een schep waar is die nu Dan staan ze onver- f wacht voor do zee moeder en kind. De zee is nog groter dan de lucht. Voorzichtig haalt ma haar Marie tje over om er maar gerust in te stappen. Dat ruist en bruist en kolkt om haar blote voetjes en dan komt er zo een waterberg aanrollen die haar knietjes bespat. Dat is teveel -oor Marietje. Ze barst in tranen uit en moeder moet dc Mexicaan af zetten om de vloed te drogen. De eerste dag aan zee! Victor Emanuel van Italië heet thans „graaf Pollenzo" v schijnt zelden in het openbaar, maar at. IaK dl,., na fffïlSI Egypte is op het ogenblik het IHttd, waar Europa's gewezen monarchen de hun nog resten de I levensjaren doorbrengen. Tja ar bevinden zich de meeste leden van drie voormalige re gelende vorstenhuizen cn vol gens buitenlandse kringen heeft e<m vierde Peter 2 yan Joe goslavië een uitnodiging ontvangen om eveneens dit al oude land tot zyn woonplaats» te kiezen. Koning Faroek I heeft naar het voorbeeld van J^ll vader, koning Goead, die Italiaanse architecten naar Egypte "heeft gehaald om met Italiaans marmer enige van de meeste modernegèbouwen van het land op te richten, de hand ter ver. welkoming toegestoken aan de ge vallen vorsten. Bijna alle leden van het Italiaan, se huis van Sa'vóye en velen van zijn getrouwen zijn hier cn evenals voor de oorlog hoort men in de deftige gedeelten van Cairo en Alexandrië veel Italiaans spreken. Victor Emanuel en zijn gemalin Elena leiden in een met bloemen omgeven villa aan de buitenzijde van Alexandrië een onopvallend le. ven. De voormalige koningin ver- Maakt dc gemiddelde "Nederlander zich zo nu en dan ernstige zorgen over de vraag hoe hy zyn maag moet vullen, ln Amerika heeft men het druk met het probleem de Amerikanen eens wat minder te laten eten, wantde prijzen voor levensmiddelen zullen dalen, wanneer de Ame rikanen net zoveel aten als voor de oorlog. „Kunt U ons verklaren, waarom Pretoria bij een afwijzing tegelijker tijd mededeelt, dat de aanvrager na zes maanden opnieuw een aanvrage kan indienen? Zes maanden kunrïen toch van een ongewenste vreemdeling geen aan vaardbaar iemand maken?" „Na al het voorbereidende werk Om een voorbeeld te noemen: de Amerikanen verorberen gemiddeld 67.5 kilogram vlees per jaar, het geen door sommigen nog te weinig wordt geacht. Voor de oorlog peu zelden zij slechts 56.5 kilogram per man per jaar op. Wanneer de con sumptie verminderd zou kunnen worden, «ou 647.000.000 kilogram voor de export beschikbaar komen. Een dergelijk surplus zou ook een prijsdaling ten gevolge hebben en het nodig maken, dat de regering vlees gaat kopen, omdat zö dp prij zen op peil moet houden op groni van een wet, die het congres heeft goedgekeurd. Toen er tydens de oorlog maar weinig auto's, textiel en andere goederen te krijgen waren, hebben vele Amerikanen, die een hoog ln. komen hadden, zich er aan gewend veel en beter te eten. En thans ziet het er naar uit, dat zy die gewoonte willen voortzetten. De grotere vraag van de consu menten komt nog beter tot uiting door de stijging van het verbruik van andere levenmiddelen ln ogen- te nemen. Voor de oorlog aten de Amerikanen gemiddeld 298 eieren per jaar, op het ogenblik verschal ken zij e.r 400 of wel 35 procent meer. Uit de officieele statistieken blijkt de stijging van de consumptie voor andere artikelen: kaas 25 procent, gecondenseerde melk 14 procent, verse melk en room 25 procent, varkensvet 3 proc/lit, margarine 28 procent, zuidvruchten 24 procent, fruit in blik 11 procent, ingeblikte vruchtensappen 272 procent, bevro ren fruit 250 procent, verse groen ten 17 procent, blikgroenten 46 pro cent, bevroren groenten 425 pro cent, gedroogde erwten 80 pro cent, soep in blik en babyvoeding 117 procent, corn sTrup 51 procent, havermout 35 procent, koffie 23 Voor philatelisL Krocent, kip.penvlees 26 procent en alkoenvleesch -69 procent. Het Amerikaanse verbruik van sommige schaarse' goederen is daar entegen kleiner dan voor de oorlog. Voornamelijk is dit een gevolg van het feit. dat de vraag het aanbod overtreft. Onder deze goederen be vinden zich suiker, boter, mayon- naiso, sla-olie, rijst, cacao en thee. Pollenzo" noemt, brengt evenals in zijn laatste jaren in Italië aan de kust by Napels, vee tyd door met vissen. Hun zoon Umberto. de laatste ko. ning van Italië, die in oen beschei den villa ln de nabijheid woont, deelde aan Associated Press mede, dat ,1e oude koning en koningin het goed maken. 'Anderen, die Victor j Emanuel hebban gezien, zeiden, dat de 77-jarige voormalige koning een krasse oude heer is. die nog al ge makkelijk lacht, al is het dan ook op een wat verlegen en tegelijk luidruchtige manier. „Maar," zo zei den zy. „het is niet waar, dat hij en ex-koning Zog van Albanië, die in 1939 door de Italianen is afgezet, vriendschap hebben gesloten Zij bezoeken elkaar nooit." Zog en zijn gemalin, die eens Amerikaans burgeres was, verdelen hun tyd tussen Cairo en Alexandrië. Naar laatstgenoemde stad komen zy' evenals de rijke Egyptenaren •>m Je hitte van de woestijn te ont gaan. Umberto, die thans bekend is als graaf Zara. is uit Portugal naar Egypte gekomen om zijn ouders te bezoeken cn tegenwoordig te zijn bij het huwelijk van zijn nicht, prinses Victoria Calvi di Bergolo, met graaf Guglielmo Guaricnti di Brenzone, een 28-jarig Italiaans edelman, die tydens de oorlog uit Italië is ge vlucht. Het jonge paar is naar Italië te ruggekeerd, maar Calvi di Bergolo, zyn echtgenote, Yolaoda van Sa- voye en de andere leden der fa milie, blijven in Egypte. KLEINE PROBLEMEN DEZER DAGEN Scheer-perikelen „Is het waar dat do Nederland se officieren een buitenlands z.g Gilette-gleuf-ficheerapparaat (wat een woord!) krijgen", vroeg het Tweede Kamerlid Van den Born de minister van Oorlog. „Ja", heeft deze-geantwoord. Nu welt in ons, naar aanleiding van bovenstaande vraag en het antwoord daarop, een nieuwe vraag op: „Een officier is een i hoger soort soldaat, die in het algemeen van betere uitrustings stukken wordt voorzien. Zijn die buitenlandse gleuf-acheer-appara- ten plus de bijbehorende mesjes dus beter dan de Nederlandse?" Ik zie de minister treuzelen met j zijn antwoord. Zegt hij „Neen", dan krijgt hij misschien last met de officieren, omdat die dan op z'n best even goede scheer-apparaten krijgen als de dood-gewone solda ten. Zegt hij „Ja", dan krijgt hJj onenigheid met de Nederlandse scheerapparaten-fabrieken en de idem scheermesjes-industrie. Hier wordt een Salomo's ant woord gevraagd. HEBBEN we het de vorige mail gehad over enige nieuwe uit gaven in de Vereniede Staten, thans kunnen wij opzc lezers wat meer bijzonderheden geven over nieuwig heden uit ons eigen Rijksgebied. Het betreft hier de aanvullingSwaarden in het Konijnenburg-type en dc nieuwe luchtpost3erie van Curacao. Het was omstreeks Maart van dit jaar weliswaar bekend, dat in het type Konij nenburg 4 nieuwe waarden zouden ver schijnen en dat een ge heel nieu we lucht- oostseric de thans in ge bruik zijnde zou vc~»angen. maar men wist pog niet. of deze zegels aan de Nederlandse verzamelaarslo ketten verkrijgbaar zouden worden gesteld en wanneer de nieuwe lucht postserie zou worden uitgegeven. In het type Konijnenburg ver schenen als aanvullingswaarden 1 ys Gld. sepia; 2'/j Gld. violet- rood; 5 Gld. geelgroen; 10 Gld. oranje, alle met kamtanding 13',jX 14. zegelgrootte 30x37 mm. De lucht postserie bestaat uit de volgende waarden: 10 c. rood; 15 c. blauw; 20 c. geel-groen; 25 c. geel; 30 c. blauwgrijs; 35 c. rood-oranje; 40 c. blauwgroen; 45 c. paars; 50 c. violct- roOd; 60 cx grocn-blauw; 70 c. sepia; 1.50 Gld. zwart; 2.50 Gld. violet- rood; 5.Gld. groen; 7.50 Gld. blauw; 10.— Gld. lichtpaars; 15. Gld. oranje; 25— Gld. bruin. De serie is ontworpen door A. van der Vossen, die op dit gebied reeds zijn sporen ver diend heeft wij denken hier bij o.a. aan de „Kind"-serie 1930 Nederland en aan de uit gave van 1934 van Curacao. ter herdenking van de 300-ja- rige 'vestiging van het Neder landse Gezag op Curacao en is uitgevoerd met kamtanding 12VjX12 in zegclgrootte 24x31 Vi mm. Voor de waarden van 10—70 c. is het zegelbeeld rechtop staand en voor de hogere waarden liggend. Naar wij vernemen, wordt van de eerstvermelde zegels alleen de 1.50 Gld. aan de philatelistenloketten verkrijgbaar gesteld en van Je luchtpostserie alle waarden, behalve de 2.50 Gld.. 5.— Gld., 7.50 Gld., 10.-. Gld.. 15.- Gld. en 25.— Gld. Voor deze dacht nog op gevestigd, dat, in verband met net koersverschil tussen de Curacaose- en de Nederlandse gulden, het nood zakelijk was, de prijzen hier te lan de met 40 te verhogen. Voor het frankeerzegel van 1% Gld. betaalt men hier dus 2.10 en dit geldt ver der voor alle waarden, die aan de verzamelaarsloketten verkrijgbaar worden gesteld. D. E. J. MULDER.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1947 | | pagina 5