RATHENAU: eerste slachtoffer van het nationaal-socialisme Vijf en twintig jaar geleden door vier jongens vermoord Oorzaak hittegolven in Juni: warme, droge bovenlucht Jiwakyedvohij Met volle kracht achteruit? Doe het op Uw slofjes! WALTHER RATHENAU schadeloosstelling zou voldoen. Later, als minister, sloot Rathe- nau, terwijl Poincaré Duitslands herstel tegenwerkte en er onenig- Wie verlost? Ieder. Die boze wil tot zich neemt en van wie goede wil uitgaat. Die dwaling ontvangt en waarheid terugschenkt. Die haat duldt en liefde geeft. (Rathcnau). DEZER Jagen was het vijf en twintig jaar geleden, dat Walther Rathcnau, Duitslands minister van Buitenlandse Zaken in Berlijn werd vermoord door een viertal jeugdige handlangers van het nationaal- socialisme, respectievelijk 25, 21 en 16 jaar oud.... Zij kenden Rathe- nau's persooo en werk niet en wisten niet wat zij deden; het was Lloyd Goorge, die aan de dodenbaar een vlijmscherpe conclusie trok: „Door deze daad heeft Duitsland zelfmoord gepleegd!" Drie van de daders sloegen de hand aan zichzelf, Rathenau's moeder schreef aan de moeder van de Jonge Techow, die in leven bleef: „Zeg aan Uw zoon, dat ik, in naam en geest van de vermoorde, hem vergeef". Lloyd Gcorge's profetisch woord werd vervuld. Na deze eerste nationaal-socialistische moord volg den méór. Het hek was van Je dam en het uiteindelijk „resultaat*1 be hoeft goen betoog: de nog verse, bloedige littekens daarvan staan ons scherp genoog voor ogen. VERWIJLEN bij het leven en werk van Walther Rathenau, die op 29 September 1867 in Berlijn als kind van joodse ouders het licht aanschouwde, voert tot Je centrale vragen onzer samenleving, welke Rathcnau roeds in principe gekend heeft en die hun kern hebben in do algemene mechanisering van het leven en do maatschappij, waardoor do verantwoordelijkheid van dé en keling en de gemeenschap ver dwijnt en de ziel van alles, zonder welke geen be zieling mogelijk is, ge.lood wordt. Het is de, sinds de Middeleeuwen optredende mechanisator geweest, die het kapitalisme tot bloei bracht en het proletariaat-als klasse deed ont staan met alle gevolgen van die waarover Ratbenau in de meesto *ijnor schrifturen, doch vooral in zijn in 1911 uitgegeven ..Zur Kritik deg Zeit" spreekt, en waarin hy naast de oorzaak en daaruit gebo ren nood de heilige overtuiging stelt, dat tegen Je ziel geen macht der aarde kan standhouden en dat de door do mons zelf veroorzaakte nooj tenslotte die zielekrachten zal wekken, welke weer hogero moge lijkheden in de mensen en de cul tuur tot ontplooiing zullen brengen. De ziel is voor Rathenau het èoogste begrip geweest en waarschijnlijk was daarom zijn In 1912 verschenen werk: »Vom Reich der SeeJe", dat hij •pdroeg „Aan het jonge ge- Slacht'*, dus de thans actieve generatie, hem bijzonder Hef. Bet was zijn levensbekentenis •n op grond van de daarin uit gewerkte gedachten kan men hem mot Bergson en de moder ne Amerikaanse levensfilosoof en paeJagoog John Mac Mur- rav vergelijken. De kracht en de grootheid van deze geest worden duidelijk geken- ■rhetst door het feit, dat Je ideefin, welke Rathenau ruim vijf en twin tig en meer jaren geleden ontwik kelde, nog steeds actueel en be langrijk zyn. Zelfs de moord op de „jood Ra thenau*' heeft zijn betekenis als daad nog niet verloren en zijn jood zijn la, gezien in het kader van zijn leven, een appèl tegen het antf- lemietisme. Steun aan socialisme RATHENAU hoewel zelf één der „captains of industry" (hij volgde zijn vader op als directeur dor A.E.G., één der grootste electri- citeitsmaatscbappen ter wereld) poogde by zijn stroven naar ge meenschap het proletariaat op te heffen en zag daarbij >n de zich langzamerhand ontwikkelende democratie zy'n „rijk der ziel" nabij komen, waardoor hjj met zijn grote geestelijke stuwkracht het socialisme steun gaf. of_ schoon hy tegen deze stroming moormalen een waarschuwende stem verhief over zaken van bij komstige aard. Hij stelde zich op hot standpunt .Ier rustige ontwik keling, echter zonder bet dool uit het oog te verliezen, omdat bjj nu eenmaal niet aan een plotselinge verandering kon geloven. In cen discussie met Karl Kautskv drukte bij zyn geloof In een komende eenheid uit met Je woorden: „wjj moeten stap voor stap omhoog stijgen", hetgeen voldoende op zijn doelstellingen wijst. Het was zijn uitdrukkelijke wens, dat het levensgeluk der mensen uit bun werk zou spruiten. Ofschoon Rathenau steeds zijn beste krachten in dienst van de ge meenschap heeft gesteld en voor alles de vrlj-wordlng van de mens wenste, heeft hy het zichzelf in bet leven niet gemakkelijk gemaakt, terwijl hij bovendien vaak op grote tegenstand van zijn omgeving stuit te. Toch zette hij alle bittere er varingen ten spijt Joor tot men eindelijk waardering voor zijn stre- ven begon te krijgen, wat tijdens de eerste wereldoorlog tot uiting kwam toen de Duitse regering hem opdroeg de grondstoffen-voorzie ning te organiseren en later, in 1320 ticb uitte in bet. tot hem gerichte verzoek. deo| uit te maken van de dr«kundigen-conimissie voor de con ferentie in Spa. waar het voor Duitland om twee vragen ging, n.lhoe het ontwapende land zijn rechten zou kunnen-ver ledigen en hoe het aan zijn verplichtingen tot heden onder de geallieerden waren ontstaan, het verdrag van Rapallo met Rusland, dat een enorme mo rele overwinningvoor Duitsland betekende, doch de minister van Buitenlandse Zaken tot doodsvijand maakte van de „volksnationalen", Je organisatie Consul, die het com plot tot de moord smeedde. Hij verwachtte de dood T"* RAGISCH en kenschetsend voor de groep, welke de dood Rathenau wenste en bewerk stelligde is het, dat deze man, die door zijn beleid wist te bereiken, dat Duitsland weer als volwaardige natie in Europa een eigen plaats kon Innemen en de voormalige vijanden van zijn eerllijke bedoelin. gen wist te overtuigen,door Duitse hand de dood moest vinden. Voor hemzelf is het einde niet onverwacht gekomen: gedurende de conferentie in Genua, waar de gelen voor zyn veiligheid had ge troffen, antwoordde Rathenau op verontrustende brieven uit Duits land, dat het leven hem goed was goweest en zonder willekeur. „Het zal", zo vervolgde by „niet lang meer duren eer de willekeur er is. Ik ben nu van mensen vrij. Hoe moer ik vry ben, hoe meer zyn zij vry ondanks alles verwant en geliefd en ik beken met vreugde, aat ik voor hén. niet zy voor mij op de wereld zijn. Weliswaar is er niet veel meer van mij over. De vlam brandt niet meer." Eenmaal in Berlyn terugge keerd bewaakte de politie Ra thenau nauwgezet, tot hij zelf dit overbodig vond. Niet lang daarna bad de aanslag plaats, die rouw in geheel Duitsland bracht. Honderdduizenden zyn langs de dodenbaar getrokken om de laatste eer te bewyzen aan de man die eens heeft ge zegd: „Wij leven niet terwille van bezit, nocb om macht, ook niet om der wille van geluk, doch wy bestaan om van de menselijke geest uit tot de hel derheid van het goddelijke te komen." WIJ beloofden in ons laatste ar tikel terug te komen op de hittegolven in Juni. speciaal op de 27ste, toen alle records zelfs voor Juli werden gebroken. De opmerk zame lezer zal reeds hebben opge merkt, dat de laatste alinea, die geen zin meer had, vervallen moest en door de voorlaatste was vervan gen, geschreven op 28 Juni toen de afwijking der temperatuur reeds be kend was. Nu ook de laatste twee dagen bekend zijn kan onze schat ting door een berekening worden vervangen. Afgeleid uit de maxima en mi nima blijkt dat voor De Bilt de maand 2.3 te warm was. voor Den Helder 2.1 voor Maas tricht (vliegveld Beek) slechts 1.0 wat zoals we reeds meer opmerkten door het verschil in opstelling te Maastricht en Beek wordt verklaard. De afwijkingen over de laatste zes dagen was niet 60 70 maar 52 omdat de afkoeling krachtiger inviel dan wij op de 28ste dorsten hopen. Toch was die afkoeling m totaal mintnr sterk dan in het be gin der maand en Juli begon weer met warmte. Hoe kwamen de recordtemperatu ren op 3 en '27 'uni tot stuud? Wam al had de 3e stec.'i!. 34 graden, zo vroeg in de maand i odat toch hij zo tuier! Om dit te verklaren moeten wy even uitweiden over de wijze waar op normaal het dagmaxjmom tot stand komt. Ais het maximum be reikt wordt is er evenwicht tussen ontvangst en uitgaaf. Tegen die tijd is de ontvangst hoofdzakelijk van zon en atmosfeer aardstraling, de uitgaat de eigen straling van de lucht en afvoer door verticale luchtstromen. Op dagen waarop de bovenlucht extra koel is wordt het maximum dat bij de zonnestraling zou passen niet bereikt, omdat wan- j neer het temperatuurverval naar j boven meer dan 10 per kilometer wordt, valwinden een verdere stij- j ging beletten. Men zegt dan dat de zon wel warm ls. maar de wind koud. Om dus tot recordtemperaturen te komen moet de bovenlucht zo warm zijn dat valwinden zijn uitgesloten. Hogedruk toestand Dit is nu beide malen het geval geweest. Wy hadden in de eerste plaats hogedruk-toestand. dus lang zaam dalende luchtstromen, die de bovenlucht opdrogen en wolkenvor ming beletten. Dan Z.O.-wind. die uit het warme continent komt en niet alleen aan het oppervlak, maar ook in de hogere lagen tot minstens twee km. De warmte ln die hogere lucht kan nu extra groot worden, wanneer men met een Föhnver schijnsel te doen heeft Vochtige lucht uit Italië of Spanje stijgt met Z.O.- of Z.-winden> tegen de bergen (Alpen of Pyreneeën) op. conden seert daarbij zijn vocht en neemt daarbij slechts 0.5 per 100 m ln temperatuur al. terwijl bij de daling aan de andere zijde der bergen de lucht droog wordt en 1° per 100 m ln temperatuur stijgt zodat zi) na de overgang veel warmer en uiterst droog is. In de eerste plaats laat nu die droge lucht veel sterker zonnrstra- t len door; in de tweede plaats kan I WEERKUNDIGE KRONIEK feor PROF. VAN EVFRDINGEN de temperatuur op twee km zo hoog worden dat valwinden, zelfs bij zeer hope temperatuur aan het opper vlak ontbreken. Z.O.-winden Zowel op 3 Juni als op 27 Juni en voorafgaande dagen was hoge druk king in het N. of N.O. aanwezig. Blijkens het weerkaartje woeien Zuid-Oostelyke winden niet alleen aan het oppervlak maar ook op één en twee km afkomstig uit het Z.O. op 27 Juni en uit het Z. op de 3de. Overeenkomstig daarmede is. dat op de 27 en 28 Juni de tempera tuur op twee km niet minder dan 20 6 was, op de 3de 14 Meestal reikt de convectie, dat is het spel van stijgende en dalende stromen niet tot twee km, anders had het nog boven de 40 aan de grond kunnen worden, maar wij zijn er met 38 in het Z. en 36.8 in De Bilt dicht bij geweest. Op de 28 Juni draaide de bovenwind al naar een meer Noordelijke richting vóór het maximum bereikt ken worden en viel dus reeds overdag afkoeling in na een maximum van 28 Na de afkoeling was het op 6 Juni op twee Km zelfs 0.6, op 1 en 2 Juni 3 en 4°, thans (op 4 Juli) meldt het weerkaartje voor de 3de 7 we stygen dus weer: Maar de bovenwinden zijn nog W., er is dus nog geen gevaar voor een nieuw record! i IS Uw maag van streek, Uw hart van slag, hebt U pijnen, voelt U steken, scheuten of kloppingen. Neem mgn kruidenthee: een kopje voor het slapengaan en staat her boren op." Hebt U 'tooit eens geluisterd naar die marktkramer achter zijn stalle tje vol geheimzinnige geneesmidde len? Moet U toch eens doen. „He, opa. Heb ie wtl eens last van steken gehad" Opa die deze publiciteit op prys stelt, knikf ijverig ja. ,£n heb je toen kruiden gedron ken?" De opa aarzelt en zoekt in z$n geheugen. „Nou, vadertje wat zeg 'je daarop „Ja meheef' „U hoort het, lieden en omstan ders, opa heeft mijn kruiden gecon- sumpteerd en ziet hem eens aan? Is die baas niet ^ras gebleven? En let op m'n woorden, opa wordt honderd jaar! Hier vader, krijg jij een pak- kie voor niks, voor as reclameKen je Methusalem worre En zo brengt deze blanke medi cijnman zijn gczondheidspillen aan de man. Maar als je lang naar hem luistert, ga je je doodziek voélen. Want hij ziet in al je scheuten, je steken en je hoofdpijnen kwalen, die slechts met kruiden te verdrijven zijn, met veet kruiden althans. Over lief en leed in de Nederlandse sleepvaart Tal van problemen vragen om oplossing TERWIJL het zonnetje hoger en hoger klimt, maalt de schroef de sleep tegen de stroom in. Het gaat minder snel, de hulp van het get(j is men kwyt. Nu remt de tegenstroom de vaart af. Op de telegrwaaf staat de handle op „volle kracht vooruit". En toch is me nig „kappie" zoals dc kapitein vertrouwelijk wordt genoemd niet tevreden. Zyn indruk op de sleepvaart is veelal, dat het „met volle kracht achteruit" gaat. Dat zit zo: In 1941 ging de Secr.- Gen. van het Dep:'van Waterstaat over tot het instellen van een sleep- vaart-regeling, om de schaarse sleeptractie en de nog schaarsere kolen zo goed mogelijk te exploi teren. Een overkoepelend lichaam „de Sleepvaartcommissie" zorgde voor de uitvoering van het besluit, waarin het de eigenaars van sleep boten werd verboden, enig sleep- werk te verrichten, zonder een door de commissie afgegeven vergun ning. Tevens werd het mogelijk bij voldoende aanbod van schepen, de sleepboten rekening houdend met hun kracht bij een door de Prijsbeheersing vastgesteld tarief, een zo economisch mogelijke sleep te verschaffen, terwijl bij geringer aanbod het aanwezige sleepwerk over een zo groot mogelijk aantal sleepboten werd verdeeld. Daar naast stelde men nog een urgentie- Het ligt in de bedoeling van hei Amsterdamse gemeentebestuur bin nenkort bij de raad een voorstel in te dienen het nieuwe stadhuis te bouwen op de hojk van de Amstel en het Waterlooplein. Het plan Frederiksplein zo hiermee van de baan zijn. Daar zou in de toekomst een groot opera-gebouw worden gebouwd. Onze ,otc toont de plaats van het nieuwe stadhuis. Voor philatelisten Neerlands eerste postzegel: een nakomertje DE nieuwe 6 en 10 ets postze gels, die thans, als voorlopers van een geheel nieuwe Nederlandse uitgave, langzamerhand in omloop komen, doen ons enigszins terug denken aan de eerste Engelse ze gels, die op 6 Mei 1840 voor het eerst officieel verkrijgbaar gesteü werden in de waarden 1 penny zwart en 2 pence blauw. De beelte nis van Koningin Victoria, de op deze zegels voorkomt, was afgeleid van de zg. „City-medaille", die, ter gelegenheid van de intocht van de koningin in Londen op Lord- Mayorsdag, 9 November 1837, door de chef-graveur van de Koninklijke Munt, Wyon, vervaardigd was. De tekenaar Flenry Corbould maakte naar dit model de tekening, die ge. graveerd werd door Charles en Frederic Heath en de zegels wer den gedrukt door de fa. Perkins, Bacon en Pctch. Het Engelse voorbeeld werd spoedig in de andere landen nage volgd, Er waren echter ook landen, die op hun zegels het portret van Als je de hele dag op de been bent geweest, is het dan niet heerlijk, om ]e moede voeten eens neer te vlijen met zo'n paar zachte slofjes eraan, en waarmee Ie niet beng hoeft te zijn. de, Ie tekent U hmt bovenstuk,e De het meubilelr beschadigt, als Ie 'ooi knipt U na van stev,ge slot Ie onderdanen ook eens op stoel voor de onderkant en een zacht ol bank laat rusten? Bij onze 'W voor de binnenkant, ls de vscantle bagage mogen ze zeker stol er: dun, da i legt U er nog niet ontbreken. "I twee lap/es tussen. U stikt die zolen een paar maal tn U maakt se in een wip. Zet /engte op elkaar door. Uw voet cp een krant en trek Het bovenstuk je maakt U van er een potloodlijn omheen. U zachte stof. desgewenst met een knipt deze zool uit, waarbij U voerinkje. De aangegeven maten l c.M. van cf lijn afblijft. Dan gijn in cm fcor/e fcanf om. boordt U met een reep schuin- genomen stof. Dan rijgt U hel jp de zool, waarbij U aan de neus vier kleine plooitjes legt Nu omboorden we de hete zool. waarbij we dus gelijk het boven- stukje mee bevestigen. - - -i - Zet er een elastiekje aan als op ds tekening en U kunt Uw stofjes niet verliezen. ELLA BEZEM ER I 'Zi LENGTE ZOOI- - -7*1 hun vorst of vorstin niet konden afbeelden om de eenvoudige reden, dat zij geen souverein bezaten. Dit was bv. het geval met de landen van het Zwitserse Eedgenootschap, waarvan het.kanton Ztlrich het En gelse voorbeeld in 1843 volgde met Je uitgave van 2 zegels, de 4 en de 6 rappen, in cijfertekening. Ook het kanton Genève was er vroeg bij en liet in hetzelfde jaar een zegel van 5 centimes het licht zien. ech ter ln wapentekening. Er waren dus een drietal „stan daard-typen", het staatshoofd het cijfer en het wapentype. In verband hiermede is het wel aardig, eens beknopt na te gaan hoe wij in dit opzicht hier te lande gevaren zijn na het afkondigen van het K.B. van 12 November 1851, waarmede de. „dag der invoering van het gebruik van postzegels" op 1 Januari 1852, dus 12 jaar na de proefneming in Engeland, bepaald werd. De correspondentie, in 1851 ge voerd tussen de minister van Fi nanciën en de voorzitter van het Muntcollege, bewijst ons, dat men hier dacht aan de invoering van zegels van het eerstgenoemde stan daard-type, want aan de Koning werd het volgende verzoek gedaan: „Vermits de postzegels in som mige opzigten de plaats eener munt vervangen, heeft men op het voetspoor van Engeland in bijna alle landen het borstbeeld van den souverein. of in republie ken, zooals in Amerika en in Ffankrjjk, een andere beeltenis, tot type gekozen. Het zy my ge oorloofd, mitsdien Uwer Majes- teits vergunning te vragen, om ook hier te Lande Hoogstderzel- ver beeltenis op de bedoelde ze gels te mogen plaatsen." En zo geschiedde het, dat de heer J. W. Kaiser, die in latere ja ren directeur van het Rijksmuseum te Amsterdam werd, do eer te beurt viel een uitstekende gelijkenis van Koning Willem lil te maken naar een boetseerse! van de bekende kunstenaar N. Pieneman. welke gelijkenis prijkte op de eerste Ne derlandse postzegels van 5, 10 en 15 ets, die, voorzien van posthoorn watermerk, van 1852 tot 1864 in koers zyn geweest, toen een ander type. eveneens met het portret van de Koning, zijn intrede deed. D. E. J. MULDER. systeem samen, waardoor werd be reikt, dat schepen met preferente ladingen voorrang werd gegeven. Het spreekt vanzelf dat deze nieu- we regeling, die de vrijheid der va rensgasten zozeer aantastte, tegen kanting ondervond. In de eerste plaats meende men een e';m- me Duitse maatregel te zien aan de andere kant kwam er twij fel bij, omdat er al zo vaak zonder succes aan de sleepvaart was ge dokterd. BH die pogingen had een minderheid van sleepbooteigenaren altijd de afspraken genegeerd en geregeerd over de zwakkere broe ders. Een goede regeling losgelaten Maar het viel mee en een oude illusie van 1935, de vorming van een federatie van sleepbooteigena ren, scheen verwezenlijkt te wor den. Het werk- werd bovendien ruimschoots beloond en de moor dende concurrentie was uitgeban nen. De hele oorlog heeft deze re geling voldaan en ook nog na de oorlog. Totdat de Overheid in het voorjaar van 1947 besloot de rege ling los te laten. Daarmede werd het roer omgegooid en de telegraaf op „volle kracht achteruit" gezet. De slepers dreigden nu weer het slachtoffer te worden van sleep- agenten. die heel vaak beschikken over eigen sleepboten en kroegen, waarbij de wijsheid maar al te vaak ,,in de kan" verdwijnt. Vrijlating van de sleepvaartrcgeling beteken de een keldering Van de sleeplonen, een daling van de gage voor kapi tein en bemanning. Het gevolg is dan ook, dat vele varensgasten node rond kunnen komen. Zij hebben twee huishoudingen te bekostigen: dat van vrouw en kroost aan de wal en dat van zichzelf aan boord. Van 's ochtends 8 tot 's avonds 8 varen zij en al is er wel eens rust en zitten ze op de reling de dag is lang en het werk zwaar en inspannend. En dat voor 41 harde guldens per week. Dat is geen weelde, als je twee menages moet onderhouden. Velen zijn dan ook weer aan de wal gekropen, de an deren zijn blijven varen, omdat het avontuur de varensgasten lokt. Maar stabiel is de toestand lang niet. Opheffing van de Sleep regeling heeft meer gevolgen: zodra de sleepdienst niet meer afhankelijk is van de contröle, zal alleen daar worden gevaren, waar veel te ver dienen schynt. Dit leidt tot opeen hoping van tractie, terwijl op an dere trajecten de z.g.n. „spreiding" in gevaar komt. Urgentiesystemen, vaststelling sleepcontracten gaan verloren en de vervoerseconoiie zal leemten vertonen. Kortom men krijgt weer de „wilde" vaart, de moordende concurrentie en vernieti ging van het huidige sociale levens peil van de varensgast. Ook vrachtschippers Op de Rijn heeft een dergelijke situatie al tot botsingen geleid, die catastrophaal dreigen te worden; doordat men in onderlinge verdeeld heid ten gronde dreigt te gaan. Duitsland, eens het machtige ge bied voor de schipper heeft practisch geen werk en het blijft afwachten of de Rijnvaartcommis- sie Rotterdam en Antwerpen als transitohavens zal aanwijzen. De animo is echter groot, zodat er wel tractie voorhanden is. Nu zijn er twee groepen die op de Rijn naar werk dingen: de grote rederijen met haar machtige vlo ten en de particuliere schippers, het grootst in aantal. Deze vormden de algemene reserve op de Rijn, maar altijd was er werk te over. zo dat iedereen aan de vracht en de kost kwam. Maar na de laatste oorlog werd Duitsland een dood land, waar vooralsnog weinig van daan komt. Dc rederijen doen alles zelf en schuiven de particuliere ter zijde. Deze laatsten verenigden zich in de Particuliere Rijnvaartcentrale die op haar beurt als machtig lichaam weer tegen de reders op bokste. Eerst werd er nog wel getracht .-en beurtlyst te maken, later door een combinatie in het leven te roepen de z.g.n. „ComrHn" maar schippers zijn eigengereid en alle pogingen liepen op mislukkingen uit. Als twee honden vechten om een been.M Daaruit is een uiterst gespannen verhouding ontstaan, die niet be vorderlijk is voor de homogeniteit van onze vloot, juist nu, op het moment, dat de Rijnvaart op de geallieerde tafel komt. Bovendien i het vaak dat bH twee vechtende honden de derde met het been gaat strijken en er zyn Belgische. Franse en Zwitserse kapers op de kust. Hoe de situatie zich zal ontwikkelen, staat nog niet te bezien, maar dat de Overheid moet ingrijpen is een ding dat voor ieder die land en schip liefheeft, vaststaat. Er zjfn nog heel wat problemen op de vaart en heel wat degelijke brood van velen ia er mee gemoeid. En Nederland dient te beseffen, dat haar 5000 k.m. bevaarbaar water in staat ia ruim 20 millioen ton te verschepen. Over het algemeen is er nog te kort aan sleepkracht, daar er van de ruim 2200 sleepboten een groot deel ca. 1000 in de wilde vaart zit ten, ongeveer 500 jaarlijks in repa ratie zijn. Coördinatie ls nodig. te meer daar de brandstof nog schraal wordt toegemeten en de concur* rentie van rail- en wegvervoer ge vaarlijk is en onze schipperstand dreigt uit te roeien. De telegraaf op het Departement moet weer „op volle kracht vooruit" en er is geen schipper in ons waterland, die dan niet graag zal willen aanpakken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1947 | | pagina 8