Historische roman over Bredero m De wespentaille komt weeir m tel Ze menen het wel goed, die Denen INENTENOF NIET? We zitten te „springen" serviesgoed Wat is de oorzaak? Britse vaklieden zijn er tegen Rokken worden langer - en Buster Keaton is niet zo grappig meer.... MISLUKTE POGING VAN A. M. DE JONG HET la geen gemakkelijke taak die een ichrüvei zicb stelt, wanneer hij een bekende historische persoonlijkheid als hoofdpersoon kiest voor een roman De vaststaande, grotendeels uiterlijke, feiten en gegevens zijn uiteraard niet voldoende om diens i ersoonliikheid naar haar diepste wezen te peilen en in haar ontwikkeling te volgen. Aangezien dit echter voor de ro man onmishaa. is. ziet de schrijver zich genoodzaakt het tekort aan te vullen met behulp van zijn intuïtie en aanvoelingsvermogen Daarbij dient hi zich evenwel te blijven onderwerpen aan wat historisch vaststaat, ook al past dit minder goed in zijn concep tie Bovendien is zulk een „aan- vullend aanvoelen" alleen ver antwr ord op grond van een uit gebreide kennis omtrent zeden, denkwijze po!:tieke ge steldheid en geestelijke ach tergrond van het behandel de tijdperk De romancier A M de Jong. die op 18 Oct 1943 het slachtoffer werd van ©en représaille-moord, heeft zich door al deze moeilijkheden niet laten afschrikken om een poging te wagen, het leven van de beroemde 17de-eeuwse dichter en blijs-pelschrij ver Gerbrand Adriaensz Bredero lu romanvorir uit te beelden. Bredero Uit het werk van deze jong-gestor- ven dichter (15851618) rijst voor ons een tweeledig beeld op: ener zijds dat van een onstuimige, harts tochtelijke jongeman die volop in het roerige Amsterdamse leven van zijn dagen stond anderzijds dat van een telkens weer diep tot zichzelf in kerende godsdienstige natuur, door drongen van de ijdelheid dezer we reld. zijn heil zoekend bij God. Al is ongetwijfeld in Breero's werk een schat van persoonlijke ervarin gen verborgen, toch blijft het daar om gevaarlijk deze daaruit te willen reconstrueren te meer omdat in de posthume uitgave van zijn Groot Licd-boeck geen enkele chronologi sche volgorde in acht genomen is. En bovendien weten wij. bij gebrek aan andere gegevens, niet. in hoe verre de voorstelling der feiten in de verzen klopt met de werkelijkheid: dichten is nu eenmaal nooit een weergeven van de zuivere realiteit, maar altijd een transponeren daar van. hetzij de dichter ze inderdaad zo zag. hetzij hij ze zo wilde zien of door anderen doen zien Een bevre digende biografie van Bredero is dan ook nog steeds niet geschreven, al hebben Jan ten Brink, Kalft van Riinbach. Schepers Knuttel en an deren allerlei wetenswaardigs over hem weten bijeen te bi-engen. Historisch weinig juist A. M. de Jong kon dus slechts af gaan op „de weinige gegevens, die ons bekend zijn. en de vele. die in zijn dichtwerk voor den gevoeligen luisteraar en schertv/innigen opmer ker verspreid liggen", zoals het prospectus op de stof-omslag van het boek vermeldt Hoe hachelijk het laatste is. heb ik hierboven reeds uiteengezet Maar ook van „de wei nige gegevens, die ons bekend zijn" wijkt hij meer dan eens met de grootste vrijmoedigheid af. Zo b.v, wanneer hij Breero's jong-gestorven oudere broer Cornelis vervangt door Pieter. die eerst acht jaar na Ger- brands dood geboren werd als bu:- tenechtelijk kind van de inmiddels weduwnaar geworden vader: zo ook. wanneer hij de geboorte van het on echte kind van Gerbrands zuster Stijntje nog vóór diens dood doet plaats hebben, van het meisje een jongen maakt en daaromheen een ro mantische en tragische geschiedenis weeft, die in de roman een vrij be langrijke plaats inneemt, maar vol komen op fantasie berust. In andere Sevallen moeten wij wellicht eerder enken aan onvoldoende historische kennis dan aan opzet van De Jong, b v wanneer hij Barlaeus reeds in Breero's tijd een belangrijke plaats in het Amsterdamse literaire leven toekent, tot in de Eglantier toe: wan neer hij Maria Tesselschade Rooms- Katholiek laat zijn. zoals Ten Brink meende maar sindsdien door Sterck is weerlegd: of wanneer hij de twaalf sonnetten van de Schoonheid nog aan Bredero toeschrijft En zo *ijn er talloze kleine onnauwkeurig heden en onwaarschijnlijkheden meer. waarop ik hier nu niet uit voerig kan ingaan. Ondanks dit alles had deze roman toch nog belangrijk kunnen zijn. Het fa denkbaar, dat een scheppend au teur slaagt waar de wetenschap bij gebrek aan gegevens moet falen: en zo had De Jong. ondanks historische onvolkomenheden, ons in een stout- UtoeuiÉC iets van Rreoro's diep ste wezen beter kunnen leren ver staan Reeks liefdesgeschie denissen Daarvan ls echter geen sprake. Tenslotte ls zijn roman niet veel meer geworden dan het relaas van een lange reeks, deels historische, deels gefantaseerde liefdes en lief desteleurstellingen van Breero Wel doet hij een poging om het dualis me in diens leven te verklaren, on- feveer op de wijze als ik hierboven eb aangegeven: zijn voorstelling is «elfs boeiend en aanvaardbaar Maar tij blijft te zeer gebonden aan het platte vlak van de elkaar opvolgen de erotische belevenissen en mist daardoor diepgang Nergens wordt Breero's dichterschap essentieel en primair bij zijn levensverbaal be trokken Wel worrfrtr» er ver zen van hem geciteerd en wordt over hei ontstaan van zijn dramnftceh wefKV vrHwel steeds tpcloonj of als aehterffond *rr>nr de |le' balen, r.----'A' t' _ig van P-er een oppervlakkigheid die wij ook terugvinden in de uitbeelding van de 17de eeu;v«p achtergrond, welke all» reliëf mist. Hier en daar komen in deze lief desgeschiedenissen aardige vondsten voor. Ik denk b.v. aan de wijze waar op Tesselschade aan de al te schuch tere Breero haar liefde voor hem openbaart (al is De Jongs opvatting van de, verhouding tussen deze bei den in strijd met de geldende we tenschappelijke inzichten), en aan de liefde van Dieuwertje die als een gouden draad door het gehele boek loopt, totdat de dichter op zijn sterf bed erkent: ..Tk he'? altijd van je ge houden. Dieuwke Van jou al leenal die jaren langmaat ik heb 't niet geweten" (al beeft deze Dieuwertje nooit anders dan in dt fantasie van De Jong bestaan. Maai dergelijke vondsten kunnen toch evenmin als de vaart waarmee het boek geschreven werd, het geheel niet redden Wij moeten dan ook constateren, dat A. M. de Jong er niet in geslaagd is. over dit belangrijke gegeven ook een belangrijke roman te schrijven. Daarvoor is dit werk in alle opzich ten te beperkt gebleven. l) A M. de Jong: De dode vaan- drig Roman van Breero's leven (2 dln. 4 7 G Strengholt. A'dam, Maar een organisatie Hebt U ook de voorstelling, lezer, dat een expres een trein is, die verschrikkelijk hard rijdt? WIJ hadden haar wel, maar we zijn er achter, dat die voorstelling verkeerd was, sinds we met de Scandinavië- express naar Kopenhagen zijn gegaan en tot de ontdekking zijn gekomen, dat deze trein, zodra hy eenmaal over onze grens ls. bepaald niet voort maakt en verbazingwekkend vaak lang stilstaat We waren dan ook maar 3H uur te laat in Kopenhagen en als je toch al veroordeeld bent om 21 uur in een snikhete trein te zitten, gaat zo'n vertraging je niet In je koude kleren zitten. Maar laten we vooral niet mop peren. Al waren we dan te laat. en al liepen onze maaltijden in de war. al vonden we dan ook de combinat e van kabeljauw en spi nazie. die ons bij de lunch-dina- toire wérd voorgezet, weinig ge slaagd. we hadden tenminste de zitplaatsen, die wij besproken hadden. Hoe ongelooflijk veel dit waard was. hebben wij. verwend als wij hier in Nederland zijn, pas ontdekt op de terugreis, toen bleek, dat alle zes de zitplaatsen in onze coupé dubbel besproken waren van Kopenhagen af. terwijl in het holst van de nacht in Fre- dericia nog twee ongelukkigen in ons compartiment binnen kwa men met biljetten, diejien „recht" gaven om twee van "onze mede reizigers er uit te zetten. Erkend dient, dat de Deense conducteur onder deze verwarring zeer laco niek bleef en dat hij blijkbaar k raison van 4 Deense Kronen bij betaling voor ieder een meer of minder bevredigend* oplossing wist te vinden. Wat er gebeurd zou zijn. als de slachtoffers van de organisatie toevallig geen Deens geld meer bij zich hadden gehad, weten we niet. Wellicht hadden dan sigaretten uitkomst moeten brengen, zoals bil die Zweedse jongeman, die door de Duitse con ducteur op de heenreis betrapt werd als hebbende geen biljet van D-treintoeslag en toen uit zijn nood aan marken werd geholpen door een vriendelijke Amerikaan se soldaat, die aangetrokken door de ietwat opgewonden discussie in het nachtelijk uur. met zijn sigarettenkoker de oplossing van het valutaprQbleern bracht. Behoorlijke weerstand tegen een paar gevaarlijke kinderziekten Vaak is er nog wat weerstand tegen de inenting Een gezond kind ziek te maken, al is het ook nog zo weinig, een n oeder doet het toch niet graag. En pokken? Wie hoort daarvan nu nop in ons land? Nu ja. pas waren er nog enkele gevallen in Zuid-Limburg, maar van een epidemie was toch geen sprake. Neen. inderdaa_. pokkenepide mieën behoren in West-Europa tot het verleden. Maar dit is alleen zo. omdat de inenting een gebruik is geworden en bijna allé inwoners een of meer- dan een keer ingeënt zijn. Met de verplichting tot inenting is bij ons een weinig de hand ge licht nadat een tijdlang onaangena me verwikkelingen na inenting ble ken op te treden. Toen echter was vastgesteld dat deze zich nooit vertoonden na inenting op zeer jonge leeftijd onder het jaar heeft men de vcrnlichte inenting weer ingevoerd. Slechts met een doktersattest of op grond van reli gieuze overtuiging kan men van Productie stijgt maar aanmaak van sier-aardewerk is nog veel te groot E'NKELE malen reeds heeft op een der Nederlandse markten een k'oop- man gestaan met losse kopjes en schoteltjes, die h\j voor f 1.50 per vier stuks vrij mocht verkopen. De belangstelling van de huismoeders voor dit onmisbaar serviesgoed was zó enorm, dat zelfs dc politie er aan te pas moest komen om de vrou wen in een lange rU op te stellen en er voor te waken, dat de koopman niet met kraam en al omver gelopen werd. Is er duidelijker voorbeeld van de grote schaarste aan gebruiksaarde- werk. die op hel ogenblik in Nedeiland bestaat! Wy spraken onlangs met een Maastrichtse aardewerkfabrikant, die ln tegenstelling met onze ver wachtingen. een betrekkelijk opti mistisch geluld liet horen. „Het gaat met de aardewerk productie ln ons land gelukkig ln stijgende lijn," zo zei hy. „De pro ductiecijfers van de laatste maan den zijn aanzienlijk gestegen. Per soonlijk ben Ik van mening, dat het wel mogelijk zou zijn aardewerk voor de verkoop vrij te geven... met het behoud van het svsteem van in koopvergunningen en een zekere prioriteit voor jonggehuwden." Maar ais domper op onze aan vankelijke vreugde op het verne men van dit hoopgevend nieuws, voegde hij er onmiddellijk aan toe. dat de productie van huishoudeliik aardewerk van sommige fabrieken nog niet een vijfde bedraagt van die van vóór de oorlog. Twee oorzaken noemde hij hier voor: tekort aan ge schoolde ar beidskrachten en gebrek aan grond stoffen. De China-klei moet hoofd zakelijk... niet uit China gelukkig maar uit Engeland komen. Maar we kunnen te weinig importeren! Ook is er gebrek aan ^rlps. dat de industrie nodig heeft voor het gie ten van modellen. Dan zon de productie belangrijk kunnen stijgen als de aflevering van in he* buitenland bestelde machines wat vlotter ging." Tot zover de fabrikant. Geen degelijk huishoudelijk aar dewerk. maar wel vazen en scha len. zen. s'eraardewr**k en ceramiek heta eenzijdig en oppervlakkig ban men in de winkels volop konen. Een doodgewoontheeserviesje niet erg mooi. niet erg lelijk Maar hoevele huisvrouwen zouden het niet dolgraag in haar theekast heb ben siaanl Maar aangezien- er weinig vraag naar Is. blijven vele winkeliers met hun voorraden zitten. Het gevolg la reeds geweest, At fabrieken en fa briekjes, die in 1945 en '46 vanwege de hogere xv. ten bijna niets an ders vervaard) e-den dan deze sler- dingetjes. nu vanzelf, zli het schoor voetend, er toe overgaan, serviezen en losse Itnnjes en schotels te pro duceren. Maar nog wordt veel gla zuur en kiel verknoeid met de aan maak van oeper- en zoutstelleties, mosterdnoties, jampotten, koekdo zen e.d. m'r-der nodige dingen, waarmee de markt op het ogenblik wordt overstroomd. Jonggehuwden echter krijgen maar 35 punten toegewezen voor de aanschaffing van huishoudelijk aardewerk Wat hehben ze daaraan als een 44-deIig eetservies b.v. al leen al 80 punten vereist! Zolang vrent» naar gebruik*- aardewerk groter bliift dan die naar sieraardewerk zou de productie hiervan door de fabrieken geheel stnncpzpt mr - worden. De helft van de grondstoffen van iedere fa briek zou geheel moeten dienen voor de aanmaak van serviesgoed voor jonggehuwden: de andere helft voor de productie van vrii huishou delijk aardewerk. De Maastrichtse aardewerkfabri kant. waarmee wH spraken, raadt d jonggehuwden en huisvrouwen aan nog wat geduld te hebben Maar hoe lang wachtten zil reeds! Hebben zil niet het recht om te eisen, dat de beschikbare grond stoffen on de nuttigste wijze wor den aangewend! deze verplichting worden vrijge steld. Daarbij moet wel bedacht worden dat het nuttig effect van de inenting voor de gehele bevol king evenredig is aan het percen tage der bevolking, dat zicb eraan heeft onderworpen En diphtcrie? Inmiddels is door de inenting over jaren van grote bevolkings groepen het recle gevaar voor pok- ken wel sterk Medische a». - ders liggen de Orier verhoudingen met diphtherie. Nog steeds zijn zowel ziekte- als sterfgevallen aan deze infectieziek te betrekKelijk hoog. De inenting geeft een zeer behoorlijke weerstand tegen deze gevaarlijke kinderziekte. Men moet zich het mechanisme van de onvatbaarheid als volgt voorstel len. Ir. onze gemeenschap komt welhaast iedereen in zijn jeugd wel in aanraking met de diphthcriebacil. Bij een algemeen goede gezondheid wordt een klein aantal van zulke ziektekiemen wel door het organis me vernietigd. Order het mom van een geringe verkoudheid verloopt dat zo'n geringe diphtherie-infectie Daarna heeft zich dan een onvat baarheid ontwikkeld, die gewoonlijk voor de rest van het leven duurt. De pasgeborent heeft ln zijn bloed, dat geheel uit het moederlijk bloed bestaat, de antistoffen meege kregen tegen alle infecties, die de moeder in haar leven heeft doorge maakt. Langzamerhand vervangt het jonge organisme bet geërfde moederlijk bloed echter door eigen gefabriceerd bloed. Tegen de leef tijd var 6 A 8 maanden is dit pro ces geheel voltooid en op die leef tijd is de zuigeling dan ook vatbaar voor alle infectieziekten die hij in het eerste halfjaar slechts bij hoge uitzondering oploopt. Voorzichtig heid mtt de niet-ingeënte baby is dan ook geboden, tot de Inenting de onvatbaarheid wcr heeft opgewekt Bescherming tegen ziekten, die de moeder niet heeft ontmoet, kan men dus ook bij de zuigeling niet verwachten. Betrouwbare proef Wat nu dil hthcrie betreft, er be staat een zeer betrouwbare proef om aa.i te tonen of iemand nog vat baar is voor dez* ziekte. Valt die proef positief uit. dan is het dus geboden zo'n kind in te enten. Daarbij wordt eerst een kleine hoe veelheid ziektekiemen in do huid PARIJS, September. -"TERWIJL U aan ree of in de bossen verkoeling zocht tegen de hitte en gekleed ging in badcostuum of een heel dun zomerjaponnetje, pareerden vorige weck in Parijs de mannequins op de nieuwe najaarsshows. De bezoekers, allen zo luchtig mogelijk gekleed en gezeten voor de open ramen waar nog iets van een zuchtje van de wind tc voelen was werden verwend met jus d'oranje en andere verkoelende dranken om maar enigszins de hitte te kunnen trotseren. Maar de mannequins, die geen enkele blijk van warmte mogen verto nen. die er voor moeten zorgen dat er zich geen zweetdruppeltje op hun gezichten vertonen, die geen glimmende neus mogen hebben. liepen af en aan in telkens weer andere wollen ja ponnen en mantels of, nog erger, in bontman tels en niemand die let te op deze heldinnen, die bij 90° Fahrenheit herfstmode moesten de monstreren. Die herfst mode heeft ondertus sen veel voeten in de aarde gehad. Lang is er geconfereerd over de nieuwe lijn. Vooral is er grote strijd geweest over de lengte "an de rok. maar tenslotte heeft de langere rok het gewonnen Alleen de tailleurs blijven op normale lengte, de na middagjapon daarente gen is langer geworden, wordt zelfs al op een lengte van 30 cm. van de grond ontworpen. De avondjapon komt tot ongeveer 20 cm. van de grond of geheel lang. Over het algemeen zijn de rokken van onder zeer wijd. Helaas houdt de mode geen reke ning met de figuur van de vrouw, en zal de vrouw haar lijn naar de mode moeten proberen te wijzigen. Zo hebben we kunnen constateren dat de wespentaille weer de over hand gekregen heeft, om dit te ac centueren worden de heupen ver breed met grote uitstaande zakken. De hoofdlijn is dus: ronde schou ders. smalle taille, verbrede heupen, lange wijde rokken. DE stoffen van de eerste kwali teit wol en zijde, zijn weer te ruggekeerd. Als kleur wrodt veel zwart verwerkt, veel soorten grijs satijn tot prachtig parelgrijs. Groen van licht- tot bronsgroen en een zeker „vert d'étang" en een „jaune Nij". die aan de groene kleur van een vij ver doen denken en aan de gele kleur van de Nijl. En als speciale herfsttdeur: bruin. Verder nog rood en voor de avond vele soorten rose. Bij het bont kregen wij de prachtige vertegenwoordigers te zien. Wat een weelde: zibeline. hermelijn, vos. En als nouveauté: wolf. gebracht. Het lichaam begint dan onmiddellijk tegenstoffen te fabri ceren. Daarna brengt men een iets grotere hoeveelheid diphtheriebacil- len binnen, waarop een wat sterke re reactie van het lichaam volgt. De daarvoor verkregen onvatbaar heid blijft enkele jaren bestaan om na V/i a 2 jaar langzamerhand af te nemen. Herhaling om de 2 jaar van de Schich-test (zo heet de proef, waardoor de vatbaarheid wordt aangetoond) is dan ook noodzakelijk bij schoolgaande kin deren, vooral in tijden van vermeer derd optreden der ziekte, zoals we die nu sinds de oorlog beleven. Een voorbehoedende inenting tegen roodvonk bestaat nog niet. Wel kan daarbij, evenals trouwens bij diphtherie, serum van herstellen de zieken met succes worden toege past. zodra de ziekte geconstateerd is. Helaas bestaat er nog niet voor alle kinderinfectieziektes een deug delijk middel. Tegen de zo gevrees de kinderverlamming bijvoorbeeld is van epidemiologisch standpunt gezien nog geen therapie hekend. S. JOLES, arts. KN hier dan de voornaamste mo dellen: Maggy Rouff: De tailleurs en mantels, alle volgens die nieuwe lijn en met sterk afstekende kleu ren afgewerkt. Een hele serie diner en avondjaponnen in satin duchesse (een nieuwe satijn). Wij zagen een zwarte japon met een klein kraagje en afgewerkt met wit. Een andere, ook zwart met een lage décolleté en rechts een grote strik. „Cocktail" een blouse van rose satijn op een zwart satijnen rok. Christian Dior: Tailleurs, waar van de jasjes kort zijn op lange rechte rokken. We noemen er twee „Afglian", van zwarte wollen stof met driekwart mouwen cn brede manchetten, manchetten en revers van panter; „Automne" van rose wollen stof met petit gris. de rok van voren geheel met knoopsluiting Jeanne Lanvin: Vele sport-taü- leurs en wollen of bontmantels We zagen een jas van panter, gedragen op een groen mantelpakje Een plooi in de rok maakt de rechte, lange rok makkelijker draaebaar. Een rode mantel met zes knopen in een V een kleine kraag en zak ken, afgezet met zwart astrakan. Capes voor elk uur van de dag en voor 's avonds. Prachtige (jpmbina- ties van kleuren cn buitengewoon borduurwerk. Dit is alles misschien zo belang rijk niet voor de huisvrouw, die in Nederland met haar puntenkaarten haar gezin moet kleden. Maar Parijs geeft weer de toon aan. ook in Ne derland. De Britse kleermakers hebben zich tcgpn de nieuwe mode van lange rokken verklaard, die door de Parijse en Amerikaanse mode ontwerpers gedecreteerd is. De heer T. F\ Hevvitt. secretaris var de nationale kleermakershond. maakte bekend, dat de leden van diA bond niet tot het maken van langere rokken zullen overgaan omdat zij van oordeel zijn. dal do huidige lengte ideaal is en uitste kend pa9' bij de vrouwelijke lij nen. Bovendien was er nog er»n praetisehe reden, zei hij Langer rokken kosten meer materiaal, ei. dit zou in strijd zijn met de natio nale belangen Hij zei dat het on juist was van een nieuwe mode te spreken. wjj gaan eenvoudig te rug naar de stijl van 1900. PARIJS, September 1947 TERWIJL de dagen kor ten, worden de rokken langer. Beide feiten behoren ofschoon onafhankeliik ;'.n elkaar, tot de orde van de natuurverschijnselen. Uw oordeel wordt niet gevraagd Ook ln een democratie ontsnapt een aantal ge beurtenissen aan de controle van de kiezer. Door de droogte eten wij minder brood Omdat wij meer graan moe ten importeren, bezuinigen wij op de benzine De bakkers in Parijs zullen twee dagen per week sluiten, de slagers zullen slechts twee da gen per week open zijn. gebak mag niet meer worden gemaakt, auto's boven de 15 paardenkrachten mogen niet meer rijden, maar textiel is „vrij" en de wijn is nu ook „vrij" Dat zijn onherroepelijke besluiten, die over ons komen, even onafwend baar als het vallen van de bladeren, of van onze haren, of wellicht, van de reeds zo diep gezonken franc De rokken worden weer langer. U protesteert? Protesteert gerust. Gij vindt een bondgenoot in het mach tige Amerika Het machtige Ameri ka wil ook niets weten van langer wordende rokken Men wil er vrou wenbenen zien Maar geen atoombom mag hier baten Er is gedecreteerd, hier in Parijs, dat de rokken langer worden Hoger beroep bestaat niet De rokken wórden langer. MAAR zy worden niet té lang. denk niet. dat zij langer wor den. des ochtends, dan 33 cm. van de grond, of des middags don 30 c.m 's Ochtends worden zij 38 33 cm 's middags 35 30 cm Zij wor den geen millimeter langer, deze win- PARIJSE BRIEF I over de dingen van de dag ter. Nóg langere rokken, zeggen de beste Parijse couturières. zijn zwaar en on gracieus. Jonge vrouwen en de beste Parijse couturières kleden uitsluitend jonge vrouwen moeten er niet gaan uitzien als oude boerinnen, die met haar zware ja ponnen het stof van de boerderijen aanvegen Langer dus, maar vooral niet tè lang. Ook de niet direct op straat zicht bare mode wordt vrouwelijker, fluis teren de vrouwen Ronde voimen (geen rechte schouders meeri. een prominente boezem, een ingeregen taille, ronde heupen, zijn absoluut de rigueur. Vandaar corseries met baleinen en soutien-gorge op ijzeren karkasjes en andere char mant vermomde martelwerktuigjes, die toch ook onze groot-moeders on verschrokken hebben geaccepteerd en die hen zelfs niet hebben belet om te glimlachen tegen onze groot vaders. Geen mode meer? HET is trouwens de vraag of de glimlach nog mode ls tegen woordig, of misschien weer mode wordt, het komend seizoenIn een Parijs circus treedt op het ogen blik op de Amerikaanse komiek Buster Keaton. welbekend uit de da gen van de zwijgende film. De Parij- zenaars vragen zich af, waarom zij dit, nooit glimlachend*, houten ge- succes. zicht niet meer zo grappig vinden nis vroeger. Een hunner heeft het antwoord ge vonden. Vroeger was het grappig als iemand nooit glimlachte. Maar tegen woordig nu niemand meer glim lacht. valt dat niet meer zo op. WIJ leven nu in de „époque-Buster Kea ton", w(j lopen allemaal met houten gezichten rond en nu is Buster Kea ton niet grappig meer. Zullen wU ooit weer lachen om Buster Keaton? Wie weet, als de da gen weer langer worden en. mis- schie, de rokken weer korter, vol trekt zich ook dèt natuurverschijn sel.... Wereldkampioen kringen blazen. Een zekere Bert Pickel uit Cin- cinnatl beroemt er zich op wereld kampioen kringenblazer te zyn en hy treedt met zijn nummer thans op in variété's en nachtclubs. Ora te beginnen ziet hy kans om tege- lykertyd uit zHn rechter- en linker mondhoek rookkringetjes te blazen, die precies even groot ctfn. Dan blaast hfl een kring, die niet opstijgt, maar langzaam zakt en tenslotte ,,op de vloer gaat zitten". Eindelijk blaast hy een grote kring en een kleine, waarby deze laatste door de grote heeneaat zonder, dat oen van de iwe* ook maar Iets van vorm verandert. In tochtige zalen hooft het nummer natuurlijk geen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1947 | | pagina 3