„Dewijl saghen Sy eenen starre soo tooghensy" Koning gezocht en tenslotte gevonden HET WINTERLANDSCHAP De Pastoor van Gaurardé De vrees voor de Vrede Wat eet U op de Kerstdagen Beschouwingen over de ster van Bethlehem, aan de hand van astronomische gegevens „DEWIJL sy eegen starre saghen aoo tooghen sy heenen..." zo begint een oud Kerstboekje. En het is met die ster een moei lijk iets. Grote boeken zijn er over geschreven. Wie ze doorworstelt, komt uit op het zelfde punt waar hij begon. Komt uit bij „misschien" Die ster roept zoveel rechtstreek se en zijdelings problemen op en voert zo ongemerkt het rijk der vermoedens binnen, dat het niet gemakkelijk is, haar objectief als astronomisch pro bleem te zien. De eerste vraag is: zijn er wel meer nieuwe sterren verschenen? NIEUWE sterren zijn inderdaad wel vaker waargenomen. Het klas sieke voorbeeld daarvan is de ster, die in 1572 door de Deense astronoom Tyche Brahe werd gevonden in het sterrenbeeld de Slangendrager. Die Ster was zo helder, dat ze ook op klaarlichte dag met het blote oog te zien was. Langzamerhand nam die ster in lichtkracht af en op het ogenblik ziet men op de plaats, waar in 1572 die nieuwe ster verscheen, een sterretje van de 11e grootte. In 1901 gebeurde iets dergelijks. In 1938 verscheen er een nieuwe ster in het beeld Aquila en zo kan men voortgaan. De ster van Bethlehem kan dus een nieuwe ster geweest zijn. K&n... want ook op anoere mogelijkheden heeft men gewezen. Zo heeft men beweerd, dat er van eer nieuwe ster geen sprake was, maar van een zeldzame stand der planeten ten op zichte van elkaar. Door een niet vaak voorkomend samentreffen zouden enu. ge planeten een dusdanige stand heb ben ingenomen, dat hetj ieder moest opvallen die enigermate met de ster renhemel vertrouwd was. Nu schijnt een dergelijke conjunctie enige jaren EEN FACET VAN DE HOLLANDSE SCHILDERKUNST ALTIJD zo zegt men hebben de schilders in ons land belangstel ling gehad voor het winterlandschap. Maar dan moet u dat „altijd" met een korreltje zout nemen, want al hebben de Hollandse schilders wel altgd het winterlandschap in hun werk betrok ken, hun belangstelling was toch heel Vnders gericht en trok zich aanvan kelijk niet op 't landschap als zodanig samen. Want hun opvatting was lang niet altijd de zelfde. Er ligt een grote af stand tussen de vroege Vlaamse mees ters en de schilders uit deze en de vo- I rige eeuw. Die afstand bepaalt zich ook niet tot details, maar beheerst het ganse werk. Het hele zien. Vraag een kind naar zijn ervarin Vraag een kind naar zijn ervarin gen van de winter en het zal u een druk verhaal doen over beleefde avon turen. U vertellen, hoe druk het was op het ijs of hoe hoog de sneeuw wel U krijgt een verhaal te verwer ken. schel en uitbundig van kleurige byzonderheden. Maar nu de volwassene. Hg zal spreken over de rust en de schoonheid van de winterse pracht, die allerrijds over 't winterlandschap lag uitgespreid. Hij zal u misschien onder de indrukwekkende schoon heid van een besneeuwde boom trach ten te brengen of van een toegevro- ren meer of wat anders ook. Maar hij doet u geen verhal over concrete gebeurtenissen. Hij tracht de subtiele schoonheid te verwoorden, die hem trof in dat winterlandschap. Hij poogt als het ware een gedicht te schrij ven en al slaagt daarin maar een en keling, het trachten is meer mensen eigen dan men oppervlakkig zou me- nen. Want er zijn meer mensen dich ter. dan zij zelf vermoeden. EX NU DE SCHILDEK DIE ZELFDE lgn loopt door de schilderkunst en beheerst ook dat éne facet van die kunst: het winter landschap. De oudste Vlaamse mees ters noem b.v. de Breughels-ver- halen. Het is op hun doeken één we meling van figuren. Zij hebben een kinderlijke vi3ie en het landschap is volkomen ondergeschikt. Bovendien scheppen zij die werken niet allereerst om een indruk van de schoonheid, die hen trof, vast te leg gen en om te smedon tot een andere, tot een doorleefde schoonheid. Nog al tgd beheerst het godsdienstige ele ment hun voelen en denken. Zelfs schilderen zg nog niet om te schilde ren, want zg schilderen allereerst om te vereren. Daarom zijn hun doeken bijna zonder uitzondering ook bijbel se taferelen en wordt het winterland schap bij hen beheerst door voorstel lingen aan het Kerstfeest verwant, als b.v. de geboorte, de vlucht naar Egypte en de verkondiging door de engelen. Vanuit dat begin ontwikkelt zich dan dit oeuvre. In de Gouden Eeuw was de weg al in zoverre afgelegd, dat het verhaal voor de schilders niet meer alleen iets te betekenen had. Zg hebben de wijdsheid der geweldige luchten ontdekt en de onberoerde schoonheid van het winterse uitzicht leren zien. £>e beweging der figuren vult niet meer het doek alleen; die figuren zijn tot op zekere hoogte on dergeschikt geworden aan de uitbeel ding van de winterse schoonheid. Zij zgn als Vondel, die een geweldige taalpracht spreidt om en over mense- lijk gebéuren en beleven. Maar nog hebben zij geen afstand gedaan van de verhalende trant. Dat gebeurde eerst in de 19e eeuw. Toen ontstond het landschap als zodanig, ontdaan van alle bgkomstigheden. Toen werd de schoonheid van de win ter alleen onderwerp van het schil derij. En niet toevallig, maar logisch bij die ontwikkeling aansluitend, schre ven toen de dichters verzen waarin zg de ontroering uitspraken, die de winter in hen wekte. ploegende boer dient zijn God. Zij lieten evenwel ook des Zondags hun kerk ledig en dat viel de pastoor van Gaurardé zwaar. Hij smeekte zijn pa rochianen zó niet voort te gaan. Maar zij lieten ook op hoogtijdagen hun kerk ledig en dat kwetste hem tot in zijn ziel. Bretonse Kerstgeschiedenis Pe waarheid is de meesie... GAURARDÉ IS GEEN GEHUCHT ergens in het Bretonse land. De hui- ren liggen er als vastgeklemd op de kale rotsen en de akkers... Wie kan er aan vruchtbaarheid der aarde ge loven, waar de rotsen allerzijds hun Verweerde koppen opsteken? Gaurardé heeft een kerk. En Gaurardé heeft ook een pastoor. Maar de pastoor van Gaurardé is •lechts een schamele gezel in de kring zijner confraters, want Gau rardé is aen arme parochie. En niet alleen maar arm. Want de parochia nen zijn bovendien nog stuurs, wan trouwig en niet zeer geneigd hun geestelijke leidsman een grote plaats in te ruimen in hun leven. Hun zie len zgn als de grond die hen draagt, maar niet voeden kan: hard, verweerd <en ontoegankelijk. Nu was de pastoor van Gaurardé een geduldig man. Meet; nog: hg was een liefdevol mens. Meer nog: hij was een zoeker van verdwaalde zielen. En zelfs was hg een visser van men- Ben. gelijk zijn ambt zulks van hem verlangde. Maar zjjn parochie verstond dat niet. Zei, dat de pastoor maar een zach te was. Mompelde, dat de pastoor 'n dwaas was. die de ontzaggelijkheid des Jsvens niet verstond en nog de on barmhartigheid van wind en zee niet doorstaan had. En daarom lieten de parochianen hun kerk iedig. Lieten haar ledig in de week en dat was vergeeflijlc, want het werk eiste OP EEN KERSTAVOND beklemde de pastoor van Gaurardé een tot hit- terheid verschaald gevoel van on macht. Een leven vol nederlagen had hem schier overwonnen en hg wan kelde onder het ongeloof, zelfs op de dag der geboorte Christi. Toen hg zich dan ook ter ruste legde, hoopte hij nog slechts dat de slaap hem zou doen vergeten en mocht voeren uit In Gaurardé de hele mens en ook een de harde onverschilligheid van land voor of na het begin van onze jaar telling mogelijk geweest te zijn. Dat verschil van enige jaren zou dan het gevolg wezen van begane vergissin gen met de tijdrekening. VROEGER helde men over naar de overtuiging, dat nieuwe sterren door en uit een catastrofe in de ster renwereld voortkwamen. Le sterren zouden dan met grote snelheid tegen elkaar gebotst zijn en daarbij zo ver nield worden, dat de gloeiende gas sen uit het binnenste van het hemel lichaam zo naar buiten traden. In dat verband werd dan bijvoorbeeld gewe zen op de ringnevel in de Lier. In dit sterrobeeld vindt men een nevel in de vorm van het kringetje, dat u uit de rook van uw sigaret blaast. En in het middelpunt van die nevel kring staat een ster. Uit die stpr zou de nevel dan geboren zijn. Anderen hadden een nog eenvoudi ger verklaring. De ster zou plotse ling uit een •nevelmassa - die over al in het heelal verspreid zgn getreden zijn en daardoor voor een aards waarnemer verhelderd zyn. Maar nog andere feiten werden o" kt. Toen men vastgesteld had. dat de zg. spiraalnevels sterrestelscls op een ondenkbaar grote afstand waren, zag men in die spiraalnevels regel matig nieuwe sterren verschenen. En die sterren gaven zoveel licht, dat die energie niet op de normale manier ontwikkeld kon worden. Eerst toen men een beter inzicht kreeg in de radio-actieve processen en beter be kend werd met de atoom-ontbinding, begon men te vermoeden dat daarin de oorzaak van het ontstaan dei- nieuwe sterren te zoeken was. Hoe? Veel hypothesen zijn opgebouwd, die stuk voor stuk te breedvoerig zijn om zelfs maar beknopt in een artikel een plaats kunnen vinden. De ster van Bethlehem? Ook bij de geboorte van Boeddha verscheen er volgens de overleverin gen een nieuwe ster. Is het zo. dat de ster van Beth lehem verscheen terwijl het Kerst- wonder gebeurde, en niet omdat het gebeurde Die vraag behoeft de astronomie niet te beantwoorden en daarom valt zij ook buiten dit terrein. EEN JAAR, dat vol wa^ van zorgen, van woelingen en van teleurstellin gen, een jaar waarin wy dp onbekwaamheid van de mensheid voor de Vrede schrgnend hebben ervaren, voert ons aan z'n eind naar de stilte van de Kerstnacht, brengt ons aan des Vredes dageraad. 'DAAR ZIJN ER velen, die het Christusfeest met groot verlangen tege moet gaan. Zg tuigen de Kerstboom met groot enthousiasme op. Schoner dan vorig jaar. Maar de kans is zo groot, dat wanneer zij straks na Nieuw jaar de blinkende versierselen weer in de doos pakken, gelijkertijd hun hele Kerstfeest op zolder wordt gezet. Tot volgend keer. En zij gaan het nieuwe jaar in, even leeg als zij het oude hebben verlaten. DAAR ZIJN ER OOK en het sehgnt mij toe dat hun aantal groter is, die een angstige beklemming over zich voelen, wanneer zg de Kerstnacht zien naderen. Angstig, omdat het feest hun een dwaasheid lijkt en zij schuwen de comedie, neen de tragedie van de Vrede. Zo vieren wg Kerstfeest. Van jaar tot jaar. En het wordt voor de ene groep steeds zinlozer en voor de andere groep steeds angstiger. Vredesfeest van jaar tot jaar. Vijandschap en haat rondom ons. Van jaar tot jaar. En dan, wanneer wij ons in een stil ogenblik terneder zetten dan schreeuwt-daar uit ons hart die brandende klacht ten hemel: „O God, ver los ons van dit Vredesfeest vieren van jaar tot jaar. In vlakke eentonig heid. Zonder zin voor deze werèld en misschien ook zonder zin voor ons zelf". Als wij dan die vraag stellen in al haar 'felheid, dan kan het niet •-<e of wij schrikken op uit de roes of de somberte van otis bestaan En schijnt ons of wij ontwaken uit een droom. De drpom van de Kerstnacht, waarin wij zagen trekken de Wijzen uit het Oosten. Naar Bethlehem. En wij zagen hen offeren kostbare geschenken. Maar bok hen buigen de knieën in het stof. •JA, DAT IS HET. Nu 'ontwaken wij. Buigen in het stof... Nedervallcn en Christus aanbidden. Ncdervallen cn vragen: „O Heer, komt Gij ditmaal in mijn hart en geef mij de Vrede, die alle verstand te boven gaat, dan zal het Vrede zijn, nu en altgd". En dan zullen wg opstaan en onze weg mot blijdschap verder reizen. Want wg hebben Jezus gezien. Wg willen nederig God loven. Hem volgen waar Hij ons geleidt. Van Bethlehem naar Golgotha, Hem volgen en Hij zal onze Vrede zijn. Dan moge het woeden in de wereld. Dan mogen daar haat en vijand schap zijn; de golven zullen ons niet overstromen, want wij staan op de rots des Vredes. En het licht van die Vrede laten wij schijnen in de duis ternis, opdat"-voor elk. die in hét duister dwaalt, deez' zon moog zijn een helder licht! Zoek Hem, terwijl Hij nog te vinden is. VERBI DIVINI MINISTER. Hierboven ziet U een oude prent waarop de stal te Bethlehem is uitgebeeld Op de voorgrond Maria en Jozef met hei Kind Jezus Juisi boven het dak ontwaren we de herders met hun schapen. Verder zien we enkele symbolische figuren Vervolg van pagina 1 De pastoor van de Madeleinekerk kon echter ovenmin een oplossing brengen. „Weet u hiel dan niet een rijk man te wonen?" informeerde de afgezant van Savonnières. In zijn dorpse onnozelheid zag hij dat als laatste kans: rijke mensen kunnen immers overal aankomen! De Pastoor van St. Madeleine ver wees de plattelander naar Théophile Dubarty, die in de Madeleinestraat woonde. „Rijk is hij zeker, maar of hij U helpen kan weet ik niét. Hij zoekt zelf een koning..." en mensen. Maar hij rustte niet, via in verdoving als in een schacht vai verdriet. En plotseling doorschokte hem eet stem: „Hoedt Mijne schapen..." De pastoor van Gaurardé steund£ en vond geen fihtwoord. „Hoedt Mijne schapen!" herhaald^ de stem en de geestelgke kampte met angst, toorn en verdriet. En dreigen der herhaalde de stem: „Hoedt Mijr ne schapen..." „Heer God!' stamelde de pries|- ter „Het is mogelijk, dat Gij er gens een kudde schapen hebt, maar hier vond ik slechts wolven..." De stilte zweefde over hem heen. Bedde hem in. Werd dicht en zwaar. En angst doorpriemde de pastoor. Toen doorbrak de stem zijn verschrik king en zeide, zacht als een fluiste ring. „Hoedt gij dan Mijne wolven. Want de Heere God behoeft ook wol ven voor Zijn hof. Bezin u op een diepe zin..." De pastoor van Gaurardé is voor kort verscheiden. Maar zijn parochianen zullen nooit vergeten, hoe hy eenmaal het woord nam en hen 'toesprak met: „Mijn be minde wolven. God heeft u verordi neerd om te verslinden en mij om u te temmen, opdat men daaruit de goedheid Gods lezen zou..." En zgn opvolger heeft met naden- kelgke ogen het papier beschouwd, waarop in hoekige letters geschreven stond: „Beschouw dit land en besef alleen dit, dat bij God niet alleen de deugden tellen, de goedheid en de zachtmoedigheid. Want dat Hem meer dan dat de waarheid ter harte gaat". Doch tot dusver heeft hij het nog niet begrepen. De parochianen van Gaurardé evenwel zeggen, dat hij nog jong is en het eenmaal begrijpen zal. Mits hy lang genoeg blijft wonen op de rotsen en onder een stormge- jaagde lucht. Het Kerstdiner is altyd nog een vraagstuk, want die recepten uit vroeger dagen met eieren, boter en suiker... Wat hebt u er aan? En toch wilt u iets bijzonders. Probeert u dan eens als voorgerecht een heerlijk slaatje, dat niet veel vraagt, een gemakkelijk soepje dat toch extra lekker is en als hoofdschotel kip. Het voorgerecht 8 lepels doperwten; 8 struikjes ge kookte bloemkool, 8 koude aai-dap- pelen, een kleine gekookte biet, één eetlepel fijngehakte augurk, één fijngehakte prei, 4 ansjovissen, 2 eetlepels slasaus, evt. 1 ei. Wrijf alle ingrediënten fgn, roer ze goed dooreen met wat slasaus om een goed samenhangend mengsel te krg- gen. Opdienen op met groen versier de schotel, bedekt met een dun laagje saus. Garneer de schotel met de halve ansjovissen en eventueel met plakjes hard gekookt ei. De soep vooraf Een heerlijk soepje kunt u zonder extra kosten bereiden door de tradi tionele kip of konijn te koken in wa ter, waaraan u voldoende zout hebt toegevoegd, selderij en peterselie naar smaak en een flinke wortel. Na een uur koken is de soep vol-' doende afgetrokken. Zeven en warm opdienen. Wenst u een meer gebon den soep, dan kunt u wat fijne ver micelli toevoegen. Gefrituurde kip Hiervoor hebt u nodig een uitje, een wortel, selderij, peterselie, 125 gr. bloem, een half ei, zout, een thee lepel bakpoeder, een eetlepel slaolie en pl.m. 125 gr. vet. Het halve ei, zout en de olie klopt u door elkaar. Hier roert u één deel water of desgewenst bouillon door heen en vermengt dit met de bloem. Het zo ontstane deeg verdunt u tot de dikte van beignets-deeg. .Hieraan voegt het bakpoeder toe. Haal gelgke stukjes kip door dit deeg en bak ze goudbruin. Opdienen op evt. met groen ver sierde schoteL Om de kippenpootjes kunt u papieren manchetjes maken ter verhoging van de feestvreugde. Maar de groenten Wat denkt u van gebakken schor seneren? U kunt de wortels let u er op dat ze glad en niet te dun zijn! na schoonschrappen in stukjes snij den en die in wat vet of boter bak ken. Heerlijk is de volgende schotel Uit vier eetlepels bloem en één li ter melk en een kluitje boter maakt u een dunne saus. De schoongemaak te schorseneren doet u in een vuur vaste schotel en overgiet deze' met saus. Bovenop legt u wat plakken kaas en een paar kluitjes boter. Het geheel laat u In een matig warme oven lichtbruin woiden. &IONSIEÜR DUBARTY had reeds vele personen aan de deur gekregen met schaakkoningen, zonder dat er èèn was, die ook maar in de verte op het verloren stuk leek. De advertentie van Dubarty was geen verkapte propaganda voor het koningsschap. Théophile Dubarty mis te inderdaad de witte koningsngunr uit- zijn antiek schaakspel, waarvan de legende vertelde dat het gesneuea was uit de elpenbenen troon - ito® ning Salomo. En dit was te py-uijKee nu Dubarty voor zgn vrienden uit (te Parijse elite een schaaktournooi ge organiseerd had op 2e Kerstdag 1871. Doch hij werd prettig gestemd, toen hij begreep dat de dorpeling hem over een heel ander onderwerp kwam opre ken. De zaak was spoedig in orde. Enkele uren later bezat de bezoeker dank zij de mildheid en de connec ties van Dnbyty een passend Ker stekind. Eenmaal royaal bood Duberty de dorpeling tan, hem nog dezelfde avond nar Savonnières terug te bren gen. Diep in de Kerstnacht arriveer den de mannen in het dorp. Men be grijpt de verwondering van beiden, toen zij in de Kerststal reeds een Ko ning aantroffen... En welk een-koning! Het raadsel was weldra opgelost, maar de pastoor te Savonnières wens te onder geen voorwaarde afstand van de schaakkoning te doen, althans niet gedurende de tijd dat het Kerst - stalletje in de kerk stond opgesteld. Dubarty was zo goed niet, of hg moest zonder zijn schaakkoning te rug naar Parijs. Maar hij nam toch iets mee en wel het Kerstekind, dat speciaal voor Savonnières was ge maakt. EN ZO kon het gebeuren, dat op 2e Kerstdag 1871 een schaaktournooi in Parijs, uitgeschreven door de rail- lionair Theophile Dubarty, gespeeld werd met op één der borden het Ker stekind op de koningsplaats. De lieer Dubarty sprak zelf een openingswoord en vertelde daarin wat hem was wedervaren. „Ik geloof" zeide hij, „dat we hierin een symboliek mogen zien. Men ver gelijkt het wereldgebeuren dikwijls met'een schaakparty. Ik spreek de wens uit, dat op dit vredesfeest, het welk voor ons Fransen een dubbele betekenis heeft van het jaar, <5e Vrede vorst een allesbeheersende plaats moge innemen, ook op het srinnthb». rd der wereldgeschiedenis.!" Zijl gij over de krant tevrec Maak dan uw buurman bonnet

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1947 | | pagina 10