KAPPIE
8
Manus tracteerde de varkens
op zeep
Dit jaar Boekenweek
VOOR LENS
De huisbrandpositie
de pers over,
[f
Le Amateur-Gentleman
Een nader verhoor van de beruchte iu
fcreker Manus Oly, die door de centrale
recherche van de Amsterdamse politie
In een perceel aan de Prinsengracht is
gearresteerd, heeft een nog duidelijker
Uoht geworpen op vele misdaden, die
deze „chauffeur" o: zijn geweten heeft.
Oly was op 11 November uit de straf
gevangenis in Hoorn ontslagen tezamen
met H. Osterman. bekend als „revol
rer Henkie". Bij dit tweetal sloten zich
tevens aan een zekere Hoeksema en 'n
vierde
Aanvankelijk werden de heren gezamen
lijk, maar de moed en de brutale wijze
tan optreden van O y bracht tweespa
in het gezelschap. Oly eiste voor zich
ae„ „110..and met a s
centrum Purmerend. Amsterdam was
bem te gevaarlijk, dat was het gebied
.ienkie troi>
naar het Noorden van het land. De
den reeds gearresteerd. Oly, die door
zyn inbraken in tal van plaatsen in
de provincie te doen kreeg met de rijks
politie, wist zich steeds aan arrestatie
te onttrekken. Het waren adjudant
Webser en opperwachtmeester Roden
huis van de recherche district rijkspoli
tie Amsterdam, die het —ootste aan
deel hebben gehad in het welslagen van
de arrestatie. Zij waren h.;t die wistei
waar Manus te vinden zou zijn. Zij heb
ben de a nsterdamse ccn
trale recherche ingeroepen, die ten slot
te het n heeft gedaan.
De grote brutaliteit van Manus Oly
blijkt onder andere uit veediefstal
len, Hij had het vooral op varkens ge
munt. ie j.j uit het ,nd hun i
dé dieren het tchreeuwen te beletten
van 26 Febr. - 5 Maart
De boekenweek 1949 van 26 Fe
bruari tot 5 Maart zal geheel het
karakter dragen dat dit hoogtepunt iu
de propaganda van het Nederlandse
boek de laatste jaren heeft gekenmerkt.
Wederom wordt aan allen, die tijdens
de boekenweek voor f 3.90 contant)
Nederlandse boeken kopen, een geschenk
uitgereikt. Dit maal is dat de novelle
„Twee Negerkopjes r'. Een jury, bestaan
de uit mevrouw Jeaune van Schaik
Williug, Victor E. van Vriesland, Ben
Stroman, Autooa Gooien, benevens, als
leden der commissie voor de propaganda
van bet Nederlandse boek: Ghr. Leef
laug, F. J. Dupont, P. Bergmans, koos
en bekroonde deze novelle uit 12 inzeil
dingen voor de letterkundige boeken
weekprijsvraag. De tekenaar G. Douwe
verzorgde de omslag en maakte drie
illustraties bij de tekst. Dit is de eer
etc maal dat een geillustreerd geschenk
wordt geoffreerd.
De novelle wordt verspreid in een op
lage van 152.000 exemplaren het vo
rige jaar werd de novelle Oeroeg, waar
van Helia Haasse de schrijfster was,
verspreid in een oplage van 145.000
exemplaren)
LEZERSPRIJSVRAAG
De traditie: de lezers te doen deelne
men aan een tweede prijsvraag, wordt
dit jaar eveneens voortgezet.
Onder hen, die erin slagen te ont
dekken, wie de auteur van het ver
haal is. zullen 3 boekprijzen a f 100
en 50 prijzen a f 5 worden verloot.
De jeugduitgave van dit jaar is een
bundel gedichten, handelende over een
handwerk, een vak of een beroep, en
heet „De muze en het ambacht".
De verzen werden verzameld door Vic
tor E. van Vriesland en Han G. Hoek
stra. De gedichten, die van auteurs zijn
van de huidige dag tot en met de Gou
den eeuw, zijn in chronologische volg
orde opgenomen.
Het boekje Is verlucht met de por
tretten van de dichters en voorzien van
korte biografiiën. De bundel is bestemd
voor jongens en meisjes in de leeftijd
van 14 tot 18 jaar en is tijdens de boe
kenweek in de boekhandel verkrijgbaar.
Men hoopt van deze uitgave voor de
jeugd eveneens een traditie te maken.
Voor jonge kinderen wordt een kruis
woordpnazle beachikbaur gesteld, 'ver
band houdende met het boek. In een op
lage van 90.009 exemplaren zal de boek
handel deze puzzle gratis verstrekken.
Volgend jaar wordt uitgegeven „De mu
•e op reis".
had hij voor gewoonte hen een stuk
zeep in de bek te duwen en de bek dan
met een stuk touw dicht te binden. Het
("at zie t clan ontwikkelde, belet
te de dieren geluid te geven.
Is Tiio
Tiio niet?
In Oost-Europa en in het bijzonder
in diplomatieke kringen te Belgrado doet
het gerucht de ronde ,dat maarschalk
Tito niet de vroegere Kroatische metaal
arbeider Josip Br.»z is, doch de Sow-
jetRussische generaal Lobiedief.
Er zouden vele tekenen zijn, dat man-
schalk Tito tijdens de oorlog in een
Duitse parachute-overval werd gedood,
doch dat de Sowjets het bericht van
zijn dood tegenspraken, daar de parti-
sanen andera de partij van Mihailo-
witsj's Tsjetniks zouden hebben geko
zen. Men achtte de efficiënte leiding van
de Jougoslavisehe guerillaoorlog een be
wijs, dat deze in handen van een erva
ren soldaat was. Voorts haalt men een
verklaring in het Poolse emigrantenblad
„Lech" aan, dat. Josip Broz' broer en
zuster Tito niet herkenden, toen zij hem
iu Belgrado ontmoetten.
VERSCHIL VAN MENING
OP DE KERKMUREN
en hei
raadsel
van de
Rozenhouten kist
6. De oude Chinees maakte een zeer
diepe buiging voor Kappie en de maat.
„Gij maakt een arme oude man zo
gelukkig wanneer gij hem toestaat U
raar die tempel van het Wijze Oog te
brengen. Mijn boot ligt gereed." Kappie
en.de maat stapten in. „Zie je wel,
jong?" zei Kappie. „Die man wil ons
er helemaal heen brengen! Het kan ja
niet mooier!"
„Hm", mompelde de mant. „Dat moet
ik eens zien! Hij kan ons wel ik weet
niet waar brengen!"
De koelies Pong en Piet Paal zagen
nog net dat Kappie en de maat in het
bootje stapten.
„Daar gaan die papzakken!" mom
pelde Piet Paal. „Ze gaan met een
boot verder!"
„Ik zün zo moe!" zei de dikke Pong
hijgend. „Ik wil slaap! Jy haal die ro
zenliout kist en ik wachten op jou!"
„Jij gaat mee!" zei Piet Ifcai 0O<
„Vooruit! Lopen! We moeten ze inh«
len!"
De meester had nog nooit van zijn
leven zo hard gehold en hij hield de
twee koelies in het oog, hoewel die al
veel verder waren.
Op de muur van de St. Catharinakerk
in Frankfort am Main wkerd gedurende
de nacht aan het opschrift „Vryheid
voor Max Reimaun" de zin „Waarom
niet voor Mindszenty?" toegevoegd.
De vakgroep detailhandel in
brandstoffen schrijft ons:
Naar aanleiding van het antwoord aan
de heer Nederhorst door Minister van
den Briuk iu de Tweede Kamer met be
trekking tot de huisbrandvoorziening,
wensen wij op te merken dat hetgeen
Zijne Excellentie mededeelde omtrent de
bonvrye brandstof, een verkeerde indruk
moet wekken.
Geheel iu het midden latende, of de
raming dut de beschikbaar gekomen bon
vrije brandstof 2 eenheden per gezin zou
bedragen, niet van een te groot optimis
me getuigt, moet geconstateerd worden
dat een zeer groot aantal verbruikers
niet iu staat is geweest, zich van bon
vrije brandstof te voorzien.
Wat huisbrandturf betreft, de winst
marge op dit product is door het Direc
toraat Generaal v. d. Prijzen berekend
op een verbruik in de Noord Oostelijke
provincies, iu de streken dus op niet te
verre afstand van de veengebieden. Hier
door is het voor de turfhandel prak
tisch niet lonend, huisbrandturf uaar het
dichtbevolkte Westen en naar het Zui
den des lands te vervoeren.
Bruinkoolbriketten zijn uiterst schaars
en er zyn grote gemeenten waar sedert
Juli 1948 geen briketten meer werden
aangevoerd. Voor zover nog van aanvoer
sprake is, worden de briketten in de
eerste plaats gereserveerd voor bakke
rijen, enz. en zelfs voor dit doel zijn er
niet voldoende.
Wij menen goed te doen, deze aanvul
Iing op de mededeling van de minister
ter keunis van het publiek te brengen,
teneinde te voorkomen dat de mening
post vat, als zon de brandstoffenhandel
in staat zijn geweest, aan elk gezin 2
eenheden bonvrye brandstof af te leve
ren.
GRIEP
Ik zit in de trein Het is eivol in de
coupé. Er zitten er wel een man of vijf
te veel in en de stemming is slecht.
Grieperig. Zeurderig. Ongezellig. Wat
kan het anders niet een vreugdevol ge
kanker zijn, als er op een perron nog
weer enkele mensen staan te wachten
en de deur van de coupé opengaat en er
een of twee slacütoffers pogingen doen
om binnen te komen. En steevast ge
lukt -het ze ook.
Vandaag was het mis. Alles mopperde
als de deur maar even open ging. De
raampjes moesten hermetisch gesloten
blijven. Het was dus broeiheet. En het
gekucht en genies was niet van de lucht
Ik was nog kerngezond, toen ik in de
Lrein stapte. Toen ik echter een half
uur in die bedompte atmospheer had ge
gezeten, voelde ik de griep als het ware
bü mijn benen opklimmen. De haartjes
ringen recht overeind st an Tin e!':r
keer, als er weer een grieppatiënt met
een heftige niesbui de bacillen door de
coupé liet zwieren, kroop het ellendige
gevoel hoger.
Eindelijk was ik op de plaats van be
stemming. Er werd gemopperd toen de
deur open moest, maar ik moest er nu
eenmaal uit. Toen ik op het perron
stond overviel me een niesbui waar geen
eind aan wilde komen. Bij elke nies
scheen ik in te krimpen. Tot ik me zo
miserabel gevoelde, dat ik dacht, dat
ieder me aanzag, dat ik het niet lang
meer zou maken. In een half uur tijd
had ik griep gekregen. En over een
kwartier zou het wel longontsteking
zyn. Toen sloeg een oude kennL me op
de schouder. „Je ziet er nog patent
uitIk keek hem ongelovig aan.
Toen schoot ik in een lacli. Gezamen
lijk zijn we een kruideu|>iiter gaan driu
ken. Nog geen kwartier later was mijn
griep weer over.
Wy in Nederland mopperen op de be
lastingen. Gelukkig zyn we niet de eni
gen. Iu andere landen gaan soms ook
stemmen van ontevredenen op. En als
we dan eens vergelijken wat we hier en
wat ze in andere landen moeten betalen,
dan krygen we zelfs een geringe nei
ging o m de heer Lieftinck te beschou
wen als een universeel genie, die ons
voor grote rampen heeft behoed. By on
ze Zuiderburen kunnen ze er tenminste
ook wat mee. Iedere Berg betaalt daar
gemiddeld 7000 francs belasting per
jaar. Als we nn eens gaan omrekenen
blijkt het dat we er hier nog niet eens zo
slecht voorstaan.
Als dat nog maar weer niet gevaarlijk
wordt met die Benelux. We beginnen
hem een beetje te knijpen. Of het moet
zyn, dat: de Belgen zich bij ons gaan
aanpassen.
Wat hebben we allen indertijd hoog
gelopen met Willem Mengelberg. Die
Willem heeft ook op bet verkeerde
paard gewed. Zoals het ook heden ten
dage nog wel eens gebeurt Dan door
de een en dan door de ander. En het
gevolg was, dat hij niet meer mocht di
geren voor het orkest. Hy schijnt na in
Zwitserland te zitten. En hij heeft naar
alle waarschijnlijkheid nog geen gebrek
ook geleden. Bü de begrotingsdebatten
in de Amsterdamse raad is n.1. geble
ken. dat hij elk jaar een bedrag van
f 10.000 ontvangt uit te betalen door
het bestuur van bet Concertgebouw or
ke8t. Dat bestuur was daartoe volgens
contract verplicht. Het Amsterdamse ge
meentebe8tuur schynt nu enigszins de
smoor in te hebben, dat de subsidie
van de gemeente voor dergelyke doel
einden wordt gebruikt en een onerzoek
zal volgen.
Een lid van de Tweede Kamer heeft
ook al vragen gesteld. Want die tiedui
zend per jaar schynen ook nog op onze
deviezenpot te hebben gedrukt. Een fris
se boel, als je zo'n veroordeling krygt.
Je lacht toch zeker de hele kluit uit.
Als er nu maar een eind aan komt.
En anders de veroordeling herroepen.
Eén van de twee.
In de raad van Amsterdam is ook
voorgesteld om een cultuurheffing in 't
leven te roepen ,in de geest als de hef
fing van een radiodistributie, waaruit
het gehele cultuurleven kan worden ge
organiseerd buiten de politiek om. Jam
mer genoeg ontbreken ons de gegevens,
zodat het moeilijk is zich er een oor
deel over te vormen. Het schynt ons
een beetje riskant. Want dan vrezen
wy, dat het land er wel aan betaalt,
rnrar dat de grote steden er het meeste
van profiteren, terwyl het o.i. juist zo
noodzakelijk is, dat het culturele leven
op het platteland gestimuleerd wordt.
We hebben nog al eens de gewoonte,
als we door de lens kijken, dat we iets
zien, waarover we ons opwinden. Nu is
dat altyd slecht voor je gezondheid en
dus doen wc ons niterste best om die
opwinding te voorkomen. Maar één,
tjeee, drie heb je het weer. Dan komt
het tot een ontploffing Overal in de
'Twreld is het tegenwoordig koekoek
een zang. En de wyze is, dat we hard
moeten werken en sober moeten leven.
1 Dan zullen we er wel weer boven op
komen. Eerst hadden we daar geen be
zwaar tegen. En nu ook nog niet, hoe
wel de wys vervelend begint te wofden.
Maar als het dan gaat als het vervoe
gen van een werkdwoord dan zult u er
ons niet over horen. Das zo:
Ik werk hard. ik leef sober, jy werkt
hard, jy leeft sober, by werkt hard
hy leeft sober, wy werken allemaal
hard, wy leven allemaal sober. enz.
enz.
Maar als je dan het hele jaar gewerkt
hebt, hard gewerkt, sober geleefd en er
vau het genieten van vaeantie maar
schraal sprake was en er komt dan een
verslag voor de lens, waaruit blykt, dat
in drie weken tyds 15000 bezoekers in
een plaats in Tyrol hebben genoten van
de wintersport en dat het overal in de
bergen eivol was, dan komt de ontplof
fing plotseling. Misschien dat die men
sen ook wel hard hebben gewerkt. Iloe
wel we zelfs dat betwyfelen. Dat ze
echter niet tot de categorie behoren die
sober leven staat als een paal boven
water.
HEET BLOED
Naar verluidt zyn 6 personen om het
leven gekomen toen in Quito (Eeua—
dor) een menigte een radiostation plun
derde en in brand stak, dat haar de
schrik op het lyf had gejaagd door
berichten over een „invasie" uit Mars.
Het bericht van de aanslag op het
Station werd gerelayeerd uit Quayaquilq
(Equador) en in New York opnieuw
omgeroepen. Volgens het bericht zouden
vele personen gewond zijn.
HET PROCES MINDSZENTY
In een tweetal verzamelingen volko
men tegenstrijdige courantenberichten
willen we onze lezers aantonen, dat gro
te voorzichtigheid geboden is inzake ten
denzen, in verslagen gelegd!
De schriftelijke bekentenissen
Het toonaangevende katholieke week
blad „De Linie" schreef in baar nummer
van 28 Januari het volgende over de
door Mindszenty en zyn mede-aange
klaagden sehriftelyk gegeven bekentenis
sen:
Hun eigenhandig geschreden besehui
digingen zien er zo keurig uit, dat
ze door schooljongens geschreven
konden zyn onder het toeziend oog
van de onderwijzer, die oplet of elk
woord wel netjes gclykmatig gesehre
ven wordt. Geen enkele anngeklaagde
heeft een spel- of schrijffout ge
maakt.
De geestverwante katholieke couiant
„De Volkscourant" schreef op 2 Feór.
echter:
De brieven zyn in het Hongaars ge
schreven en dus hebben we een Hon
gaarse vriend gevraagd ze eens o-
spelling en stijl te bezien. HiacVj
kwamen dozynen fouten aan de
dag. De brieven hebben een erbarme
lijk slechte stijl en vertonen spelfou
ten die alleen een volkomen onge
letterd mens kan maken. Maar kardi
naai Mindszenty was beroemd om
zyn stijl en cultuur.
Wat is hier waarheid? Wy kunnen
het niet beoordelen!
Meer soortgelijke tegenspraken:
Over de gang van zaken gedurende het
proces en over eventueel toegepaste ver
dovingen schrijft de R.K. ,.De Tyd" van
5 Februari 1949:
Terwijl president Olty <le beklaagden
met stentorstem toebrult en lieu als
misdadigers behandelt, klinken de
stemmen van de beklaagden als kwa
men ze van de overzyde van het graf
Het is gewoon seliandelyk, zoals de
hoogste hoogwaardigheidsbekleder
van de Katholieke Kerk in Honga
rye door de communistische presi
dent wordt behandeld. Er wordt niet
in het minst gelet op zyn positie.
Hy wordt veeleer behandeld als een
gewoon misdadiger. Wy moeten hier
nadrukkelijk vaststellen, dat Kardi
naai Mindszenty niet spreekt als
een normaal mens, doch alsof hij
zich onder narcose bevindt. De moe
dige strijder staat als een jammer
lyke figuur voor zyn rechters. Zyn
antwoorden zyn dermate ongelooflijk
dat er geen twijfel kan bestaan, dat
de Kardinaal medisch geprepareerd
is
De president brulde de Kardinaal
brutaal toe en zei, dat hy toch nog
wel kon antwoorden, waarop de Kar
dinaal met nauweHiks hoorbare stem
zei: „Ik ben versclirikkelyk moe ik
kan niet meer". De president drong
echter verder aan en Mindszenty be
antwoordde als een stervende de
vragen. Vorst Eszterhazy was de
enige beklaagde, wiens stem een nor
male klank had en bü wie men de
werking van chemicaliën niet kon
merken.
Hiertegenover stellen wy wat de meest
serieuze krant van ons land, de Nieuwe
Rotterdamse Courant van 4 Februari
schreef:
De leiding van het proces is bij dr.
Olthy, een beroepsrechter, lid van de
Kuria, het Hongaarse hooegerechts
hof, in uitnemende handen. De oor
zitter bleek uitstekend op de hoogte
van alle details der zaak en stelde
zyn vragen vlot en scherp. De toon
was zakelyk, maar zeker niet onbe
hoorlyk of onvriendelyk.De ge
ruchten over mentale hpinvloejHnjf
der beschuldigden door .tn.
injecties vonden in de wyze, waarop
ze hun verklaringen aflegden geen be
vestiging. Men behoefde geen psychl
ater te zyn om vast te stellen dat
hier mensen aan het woord waren
in het volle bezit van hun psychische
middelen.
Er was onder de zeven beklaagden
uiaar een man, die door z'n stem de in
druk maakte sterk gedeprimeerd te
zün en dat was de grondbezitter
Paul Esterfonzp, wie deelneming
aan deviezen-speculatie wordt ten
laste gelegd. Deze beklaagde een man
van 48 jaar, een telg van een oud
Hongaars geslacht en tot kort gele
den een der rükste magnaten van
het land, was naar zün stem de oor
delen een zeer oud man.
Afgezien van de totaal andere visie
op de gang van zaken by het proces,
springt éven duidelyk als by de schrif
telüke bekentenissen direct naar voren
wns de grootgrondbezitter Eszterhazy
in Frankfort am Main werd gedurende
zaak?) nu de krachtigste of de zwakste?
Wat is hier de waarheid? Wy zyn gaan
twyfelcn aan de voorlichting over het
proces, aan de voorlichting inzake Oost
Europa
WOENSDAG 16 FEBR. 1949
Hilversum I 391 m 7.99 en S.00
Nieuws; 7.30 en S.15 Gram.muziek; 9.00
Voor de zieken; 9.30 Symphonisch con
eert; 10.39 Morgendienst; 11.15 Hoorspel
11.55 The Masq'ieraders; 12.40 Kamer
mermuziek; 13.00 Nieuws; 13.15 Orgel
concert; 13.45 Sextet Johnny Kroon;
14.15 NCRV koor; 14.40 Vorr de vrouw
15.00 Jeugdconcert; 16.09 Voor de jeugd
17.30 Promenade orkest; 1S.00 Harmo
ni©muziek; 18.30 Ned. Scrydkrachten;
19.00 en 20.00 Nieuws; 20.15 Een kwes
tie van eerlykheid, hoorspel; 21.00 NC
RV kwartet; 21.40 Trio Fantasia; 22,15
BBC symphouieorkest; 23.00 Nieuw£
Hilversum II 4.15 m. 7.00 en 8.00
Nieuws 7.15 en 8.15 Gr.platen; 9.00
Mozart concert; 10.00 Morgenwyding;
10.20 Voor de vrouw; 11.00 RVU uit
zending; 11.30 Populair non stop; 12.00
Accordeola; 12.38 Kilima Hawaiians;
13.00 Nieuws; 13.20 The Ramblers;
14.15 Jeugdconcert; 15.00 Hoorspel;
15.30 De Regenboog; 16.00 Voor de
jeugd; 17.15 Gram.muziek; 18.00 Nieuws
18.30 RVU uitzending; 19,30 Voor de
jeugd; 20.00 Nieuws; 20.15 le acte van
„Rigoletto" van Verdi; 21.30 'Tussen
hemel en aarde, hoorspel; 22.10 Metro
pole orkest; 22.45 Van boek tot boek;
23.00 Nieuws.
JEFFERY FARNOL:
De held van ons verhaal besluit,
na de ontmoeting met het knappe
meisje in het bos, onder de naam
van zijn moeder de wereld in te
gaanBarnabas Beverley dus. Dat
klinkt, 't is een entree in Londen,
?e ftod,töaar de rijke zoon van
herbergier en oud-bokser Barty,
veel verwacht.
10)
Onderweg vernam Barnabas uit de
mond van een bootsman toevallig wie
de seigneur was, die hy in het bos, ter
bescherming van het meisje, had afge
rost. De bootsman spuwde zyn gal over
de lieden van gegoede stand. Waren
volgens hem tegenwoordig allemaal
schetterende en boksende dandy's.
„Londen is er vol van", zei de man,
„die fatten dringen zelfs door in deze
eenzame streken hier, verdikkeme. Nog
geen uur geleden heb ik er een uit een
bos daar zien hinken. Ahl Een gelakte
schelm, een gevaarlijke schavuit. Een
van die akelige wellustelingen, een
gewetenloze dobbelaar, en dat alles op
galante manier. Hij staat zelfs in de
gunst by de prins. Als u succes wilt
hebben, mijnheer, dan moet u zyn
voorbeeld zo goed mogelijk navolgen".
„En hinkte hij, zegt u?", vroeg Bar
nabas peinzend.
„Ja. en dat was maar goed ook, zo'n
fielt."
„Hebt u misschien de kleur van zijn
jas ook gezien?", wilde Barnabas we
ten.
„Ja, die was groen, maar waarom
vraagt u dat hebt u hem gezien?"
„Ik geloof het wel Hij droeg een
groene jas. Weet U zyn naam ook?"
„Zijn naam is Carnaby Sii Mor
timer Carnaby."
„Sir Mortimer Carnabyzei Bar
nabas meer in zich zelf. En hij be
greep dat hij die Carnaby, na de vecht
partij in het bos, tot zijn gezworen
vijanden moest rekenen. De karakter
beschrijving, zojuist ontvangen, liet
daarover geen twijfel bestaan.
Barnabas had nog een ontmoeting,
nl. met een eenzame jongeman, ge
stoken in elegante kleren, die ruzie
had gehad met zijn „paps" Het was een
sympathieke jongeling met aangeboren
goede manieren. Onmiddellijk dacht
Barnabas aan zijn eigen landelijk pak
en lompe schoenen.
De jonker bleek Horatio Belassis te
heten. Zijn gezicht was bleek en knap
en ondanks het bestudeerde air van
mode-moeheid waren zijn ogen bijzon
der vlug en heel openhartig.
Zijn vader meende, dat hij nou oud
genoeg was om te trouwen, en dit
bestreed de zelfstandige knaap Boven
dien was er hevige ruzie geweest om
Horatio, die had ingeschreven voor een
paardenren, waartegen de „oudeheer*
zoals hij zijn vader aanduidde, zich fel
gekant had. Kort en goed, hij was nu
het huis uit.
„Wat ik u vragen wilde", zei Barna
bas toen zij een poos vertrouwelijk
hadden gesproken, „kent U ook een
zekere Sir Mortimer Carnaby?"
„Kennen?", riep de jonker uit. .'AHer-
een. die iets is, kent Sir M .vnmer
Carnaby. Ik ken hem speciaal en ben
trots op zyn vriendschap."
„Zo...Mi zei Barnabas.
{Wordt vervolgd