KAPPIE
0
VOOR LENS
De Tseise Vlieg, gesel van Jonker Afrika
BOB SCHOLTE, lieveling
aller Belgen
De kleine.
-Caruso"
Le Amateur-Gentleman
HOMOENWEE
We zijn in het gelukkige bezit van 'n
boud. Op zekere dag kwam het dier
ganlupen en lijj ia niet meer weg te
tlaan. Tot mijn grote vreugde trouwens
waut ik vind het een bijzonder lief
dier. Een nog groter vriendje heeft de
bond echter gevonden in mijn dochter.
Bet kind ie gewoon dol van het beest.
Helaas aijn we weer ia de tijd gekomen
dat de lammetjes geboren worden en
Ban verschijnen er nf en toe adverten
ties in de krant, dut men houden moei
v» :li"ndon. v. i rw seniel de
litie xe dood En na is Leiden in last.
De hond bemint de ergheid nog harts
tochtelijker dan Kravcfaenko en mij"
Gurr - .v u,
beid niet mag hebben, want dan sal
bc-t beest worden doodgeschoten
Eu dus staat de hond aan het touw.
Af en» toe breekt hij los. Dan wordt
de comedic volmaakt want dan ia mijn
dochter in een bepaalde staat eau hyste
ric. Ze holt als een dwaas ck>ór het
huis, krijgt buien vna schreeuwende ver
dwnzing, laat xirti ia de ene hoek neet
vallen, vliegt overeind, valt dan op een
andere plaats neer en kprmt dat de
hond nu wel zal warden doodgeschoten
Dan rfèegt ze nun» buiten, zoekt, roept
schreeuwt. Geen hond. Juist als ze op
hei punt staat om dol te worden, komt
het monster aanrennen. Dat moet nu
Oog twee maanden duren.
In hel Sovjet russische tijdschrift
„Nieuwe Tijden" komt een beschouwing
■oor over het Russische aanbod om
mei Noorwegen eeti niet aanrakpact
te sluiten Er wordt mei nadruk op ge
vrw.'-n, dat Rusland haar deel heeft
bijgedragen tot de bevrijding van Noor
wegen Kiik, dat is un weer eens een be
keml wijsje Dat hebben we de Inatste
tod meer geboord Ook ten opzichte van
Nederland We moeten toch zo dank
baar zijn, want de Russen hun bloed ge
geven voor de bevrijding van de kleine
naties We moeten kwispelstaarten,
want Amerikanen en Engelsen en Caua
dezen hebben voor onze vrijheid gezorgd
Onze lens beslaat van aandoening ah
we het lezen. Dat wij tenslotte bevrijd
zijn is een bijkomstige omstandigheid.
Daar hebben de grote rijken niet voor
gevochten. Amerika niet en Rusland
niet. Het was de grote strijd der wü
derals: Eet of wordt gegeten. En in
die strijd speelden Noorwegen eu Ne
uerland en nog enkele kleinere landjes
eea klein, een heel klein relletie. Oh
belangrijk. Nee, daarvoor behoeven we
toch heus niet dankbaar te zijn. En bo
vendien behoort ons land, al klinkt het
misschien vreemd, tot die lauden, die de
grootste offers hebben gebracht. We
hebben dus wel een steentje bijgedragen
De Veiligheidsraad wordt af en toe
een kluchtige vertoning Een demoustra
tie„ hoe het niet moet. Dat merken we
iedere keer als er over toelating van
nieuwe leden moet worden gestemd. Als
het staten zjjn, waarvan Rusland denkt,
dan weert Rusland ze. Als het anderen
dan weert Rusland se. Als hetande ren
betreft, die Amerika niet welgevallig
zijn, dan haalt Amerika het zelfde spel
let je uit. Als dat zo door blijft gaan
kan er nooit meer een nieuwe staat tot
de VN toetreden. Het is nog geen een
heidsfroct.
De laatste groep Duitse vluchtelingen
is uit Denemarken vertrokken. Kort
voor het einde van de oorlog hadden
de Nazi's een groep van bijna tweehon
derd vijftig duizend rluchtelingen naar
en hef
raadsel
van de
Rozenhouten kist
U. I>e meester kou maar langz n
naar de oever toezweiuuteu, want zün"
natte kleren en laurzeu wogen zwaar.
„Ik «toe! w.ciil.it tot die koot kier dacktea ook dat de meister rerdrook™
Is.... hoewel <He twee koelies onx was,
natuorUik todr suilt* Maar toen „Uk i„ „ader dia water!" aai r„„s
de auto de brug over was, sprongen
de koelies er nf. want ze wildea toch
weten, wat er precies gebeurd was. Ze
„Wij zullen hem niet wederzien! Wp
hem kwijt zijn! Schat van ons! Ha!"
„Dat zou je wel willenzei Piet
Paal.
„Kijk daar eens! Hij ataat daar! Aan
de overkant. Die kerel kon zwemmen.
Hg is expres in het water gesprw-n
om die anderen in dat bootje te waar
schuwen! Wanneer we niet vlug sgn le
die schat niet van onef'
Denemarken gezonden, die daar nu en
kele jaren verblijf hebben gehouden.
Wat een ellende. Een kwart millioeu
mensen op drift En over elk vaa die
gevallen zou je een roman kunnen sohrij
ven Wat moet het do laatste maanden
van de oorlog in Duitsland een vresely
ke toestand geweest zijn. En toch van
revolutie ge ensprake. Wel een bewüs.
dot men niet hard schreeuwt ais men
onder de dictatuur zit. Of zouden de
Duitsers zelfs aan het einde van de oor
log allemaal nog Nazi's geweest zijn?
Dat geloven we bijna niet. Maar iniuid
dels heeft de grap de Deense regering
nog eea aardig centje gekost. 230 mi?
Koen gulden. En «e zün niet te verha
len.
ARBITRAGE BIJ
LANOENWEOSTRIJOEN
Er is sprake van de wedstrijd Frank
rijkEngeland op 22 Mei te Parijs te
doen leiden door eea Nederlandse
scheidsrechter, bijgestaan door twee Ne
derlandse greareebters.
Reeds miihoenen slachtoffers
Het ik ongeveer een eeuw geleden, dat de slavenjagers van de Gongo hun
handelswaar naar de markten op de kustplaatsen van Afrika dieven Daar, iu
stof cn zonnehitte, werden de slaren onderzocht op mogelijke gebreken. Er
werd gelet op een stevig gebouwd lichaam, soepele spieren, gave tanden, maar
bovenal keek de koopman naar een eventueel gezwel 111 de nek van de slaaf.
Indien dit gezwel aangetroffen werd, dan was de ongelukkige onverkoopbaar
eu gedoemd te sterven. De tsetsevlieg had zijn fataal ruïneus werk gedaan
en het. slachtoffer was. behept met de verschrikkelijke slaapziekte, reddeloos
verloren
VEETEELT ONMOGELIJK
Geruisloos komt de tsetsevlieg nan
■weven, zet zich op z'n slachtoffer en
boort zjjn angel in de huid.
Niet alleen de mensen, doch ook die
ren zün niet veilig voor dé tsetsevlieg
He' is slechts met zeer veel risico en
ten koste van grote schadeposten mo
gelijk, enig vee te houden in' de Relgi
iche Congo. Frans «jtiatorijai Afrika.
Abessinië, de Britse bezittingen cn Por
logees West Afrika. Enige cijfers mogen
een voorbeeld geven van de'ontzxgcelü
kt- offers, die de mens reeds heeft moe
ten brengen aan dit gevaarlijke insect.
Tweehonderdduizend bewoners van de
Noordkust van het Yictorinmeer vielen
te'; offer aan de slaapziekte. Het o^er
blijvende deel vaa de bevolking kon zich
pleclits door een vlncbt naar een andere
landstreek, waar de tsetsevlieg niet
voorkwam, redden
Het gehoorde, na de eerste wereld
oorlog dat in de Ooneo <n enkele jaren
tijd» meer dan een mi'lioen negers stier
▼en aan de slaapziekte.
Regrüpe'iik. dat in deze streken zelfs
de landbouw niet intensief beoefend
wordt en de teelt van pinda's, katoen
enz slechts nTanuen zün die gedeeltelijk
uitgevoerd kunnen vor^ia.
In löOl deden twee Engelse dokters
nauwgezet onderzoekingen naar de oor
sprong van de slaapziekte. In het bloed
der patiënten ontdekten zjj ééncellige
diertjes, die naar de plaats Gambia,
waar het onderzoek plaats bad, (le naam
trypanosoma gnmbieuse kregen. Zij
noemden de ziekte, waaraan de patiënten
leden. Gambia koorts. Later ontdekte de
Engelse militaire arts Bruce, dat de in
het bloed voorkomende parasieten de
eigenlijke verwekkers van de slaapziek
te waren.
Het was de geniale bacterioloog Robert
Koek, die ontdekte dat de txypanosoma
eerst een bepaalde ontwikkelingsgang in
het lichaam van de tsetsevlieg door
maakt alvorens in lichaam van mens
of dier gebracht te worden.
HET VERLOOP DER ZIEKTE
Nadat' de patiënt .loor de testsevlieg
geïnfecteerd is. duurt het nog wel onge
veer 20 tot 30 dagen voordat hü daar
merjebnre gevolgen van ondervindt.
Kerst dan krijgt hjj last van hoofdpijn
en koortsen. Via het bloed dringen de
parasieten tot in de hersenen door en
het gevolg is, dat de halsklieren gaan
zwellen, hetgeen de slavenhandelaars
niet ontging.
De patiënten gaan aan waanvoorstel
lingen lijden en kannen soms in aan
krankzinnigheid grenzende woede nitbar
sten. Later worden ze zeer slaperig en
het wordt op de duur zo erg. dat de on
gelukkige onder de maaltijd of bjj zijn
werk in slaap valt. De slaap neemt ten
slotte de vorm van bewusteloosheid aan
Het lichaam vermagert snel cn wogdt
overdekt iuet zweren. In deze martelen
de fase heeft de zieke nog slechts op de
verlossende dood. die, soms lang op zich
lat wachten, te hopen.
DE GENEESMIDDELEN
Het eerste geneesmiddel, tegen deze
verschrikkelijke ziekte toegepast was
atoxyl eu werd door Robert Koch aan
gewend. Doordat dit middel evenwel veel
arsenicum bevat, kon het gebeuren dat
de patiënt we! herstelde, doch volkomen
blind werd.
Betere, doch nog steeds onvoldoende re
sultate.11 boekte men met het Bayer 203
door de Duitsers germauin genoemd.
liet nieuwste middel, door eea groep
Engelse geleerden uitgeprobeerd, heet
aiitrycide eu is in rtaat mens en dier
immuun f? maken tegen de steek van de
tsetsevlieg.
Wat deze overwinning van de genees
kunde betekent, zal men direct inzien
als men weet, dat hierdoor een land
streek in Afrika van ongeveer tweehon
derd maal de oppervlakte van Neder
land bewoonbaar is geworden Daardoor
is het voor Engeland nu o.m. ook moge
Hik, de veeteelt tot Afrika uit te breiden
hetgeen Argentinië, dat tot «m toe
steeds het vlees in Engeland importeer
de, op een schadepost rnn 100 millioen
pond sterling per jaar zal koinen te
staan.
O&C&teh. da ccxuêitien 1
W/iJ gewone mensen, kennen onszelf eigenlijk heel erg slecht en dat is
geen wonder, want de middelen, die ons ten dmnste slaan zijn maar
zeer gering. Daar hebben wij bijvoorbeeld onze stem. Ieder ander kent dat
orgaan van ons beter dan wij zelf. Ja. wij kunnen onszelf horen praten,
maar allerlei rechtstreekse en zijdelingse storingen beïnvloeden de indruk,
die wij daarvan ontvangen. Ons eigen geluid horen als kwam het van een
ander.... Neen. dat is voor óns, gewone stervelingen, niet weggelegd. Tja.
als wij ons geluid nu eens op een gramofoouplaat zouden kunnen vastleg
gen en onze stem op die wijze zouden kunnen beluisteren, dan....
Lezers, wat moet de man. die reeds 2300 maal zijn stem op eea gramo-
foonplaat liet opnemen, zichzelf dan goed kennen....! Tweeduizend ver
schillende gramofoonplatent Maar jabestaat er dan zo'n man? Zeker,
en hij is op het ogenblik ongetwijfeld de populairste liedjeszanger van
Belgie. zoals hij dat eens, voor de oorlog, van Nederland was.
En zijn naam luidt:Bob Scholte!
TWEEDUIZEND
PLATEN
A Is wij In Brussel in die heel erg
**- lange straat voor dat huis met
dat heel erg hoge nummer staan,
dan zien wij onmiddellijk dat dit een
bijzonder huis is, want met dikke
letters staat er op de gevel te lezen,
dat hier de opnamestudio's van de
..Decca" - gramofoonplatenmaatschap-
PÜ zijn. Wij treden binnen, lopen een
marmeren gang door, beklimmen een
stoep, gaan nog eens door een gang
en bevinden ons dan voor een deur.
Doch het is niet alleen die deur. die
ons tegenhoudt, onze gang word:
eveneens gestuit door een cacophonie
van geluiden en door een rood
lampje, dat onheilspellend brandt.
Ga nooit verder, als er rode lampen
branden!
Wij staan dus muisstil en plotseling
valt achter de deur eveneens een
doodse stilte....
En dan. ja daar klinkt de wel
bekende stem van Bob Scholte. Hij
ringt een vrolijk liedje over een
zekere juffrouw Carolina, die hij als
maar serenades brenet- We kijken
door 'n rond raampje in 'n andere
deur en zien tot onze verbazing Bob
Scholte staan. zo maar gewoon
«thar», zonder z'n mond open te
0«,0doen, de handen in de zakken, een
felle gele shawl om de hals en een
peinzende uitdrukking op het ge
zicht. Hij kijkt «onze richting uit
en als hij dan ons verwonderde ge
zicht door het ruitje ziet, wenkt hij
i' ons binnen te komen, hetgeen bin
nen deze gramofoonmuren een uit
zonderlijke uitzondering is
.n
OINSDAG 22 FEBRUARI 1949
Hilversum 1 301 m. 7.00 ca 8.00
Nieuws; 7.30 en S.15 Gr.muziek; 0.00
lichtbaken; 9.30 Ochteadconeert; 10.40
Schoolradio; 11.00 Muziek houdt fit;
11,40 Gr.muxifk; 12.00 Yioolrecital;
12.33 Amusementsorkest; 13.00 Nieuws
13.25 Piaiwxkto; 1540 Pianospel; 10.00
De Zonnebloem; 17.00 Voor de jeuffd;
18.00 Septet Johnny Ombacii; 18.30 N.
Strijdkrachten; 19.00 en 20.00 Nieuws;
20.12 „Koning Lear" van Shnkesneare;
22.10 Omroepkamer0rkest23 00 NienwJ
Hilversum II 415 m. 7.00 cn j.00
Nieuws; 7.1.1 en 8.15 Gr.muziek; 10.00
Morgenwijding; 10.15 Arbeidsvitaminen;
„Dat Is na mün tweeduizendste
opname,", zegt Bob. „Ia 192* zong U
voor dx eerate maal. Een heel wer*
dus."
Jack Bulterman, de befaamde com
ponist en arrangeur heeft het pata*
teivlied zeker tien keer met het or»
kéét gerepeteerd en het gaat uit»
stekend. Nóg eens een keer doome-i
men: Bob zingt nu de tekst mee. JA,
proef opname! Een signaal weer-
klinkt, een groen lichtje gaat bran
den, alle3 wordt stil. Rood licht: het
orkest zet in en Bob begint te zingen.
Het gaat prima.*volgens ons. maar
daar floept het rode licht uit. De
bekende Belgische componist, Emile
Deltour. muzikaal leider van de
Decca, komt in gezelschap van Ro
bert Bosmans, directeur -van de amu-
sements-uitgeverij „Editions Bens",
uit de luistercabine naar buiten. De
violen zijn niet goedOver. Weer;
groen licht, weer stiltePèèèh!
Een der muzikanten begint uit lou
ter zenuwen te vroeg te blazen. Nog
snerpend er signaal. OverI
Lezers, neemt gij het ons kwalijk,
dat ónze zenuwen het niet meer kon-,
den volhouden? We zijn dan ook;
maar vertrokken- Doch we weten]
wel, dat heel België binnenkort de
lange uithaal van „Patates!" zal zin-}
gen. Maar we weten nu ook. wat er'
allemaal voor nodig was, voordat
die Nederlandse refreinzanger der
mate populair werd ln België.
BOB SCHOLTE
ereburger
Op onze onuitgesproken vraag
Bob's stem klinkt immers steeds
maar door zonder dat hij zingt
fluistert hij: „Wij draaien even een
proefopname door, die wij zojuist
hebben gemaakt. Even luisteren, of
er soms nog foutjes zün. Dadelijk
gaan we dit liedje definitief draaien."
De proetopname blijkt naar aller
tevredenheid uit te vallen en het
lied over de lieftallige Carolina
wordt definitief gedraaid, cLw.z. de
eigenlijke „moedergramofoonplaat",
waarvan alle dochterafdrukken wor
den geperst, wordt opgenomen.
Patates
Ns Carolina kwam weer eea ande
re liefde. We lul*erden naar htt
schone lied „Patates frites", da t__
gtsche geschiedenij van ean man. die
een meisje leert kranen da; patates
frites verkoopt, met haar trouwt en
dan niets dan patates frites te eten
krijgt, een baby krijgt, wiens eer
ste woorden ook weer „patates frites"
zijn en dieEnfin, eea fascine
rende pataten-historie.
tt
Thans ereburger
l>ob Schalie is van geboorte
derlander. Teen hij 14 jaar
werd, kwam hij op toneel onder
de naam „De kleiae Caruso" bij
kei bekende operette-gezelschap
vaa Nxp de la Mar, met o.a. Bep-
pie de Vries. Op 16-jarige leeftijd
kreeg hij „de baard" 'in de keel en
was ket voorlopig met zijn san-
gersloopbaan gedaan.
Enkele Jaren later kent heel Ne
derland hem vla de radio: hü Is
dan refreinzanger bij het orkest
van Kovacs Lajos. Dat duurt BVz
jaar en in 1939 gaat hij voor het
eerst in België op tournée. In de
oorlog wordt het hem steeds moei
lijker op te treden en in 1943
komt het fatale ogenblik; hij wordt
met vrouw en kinderen gearres
teerd. Twee en een half jaar con
centratiekamp volgen, o-a. Voght.
en In de hal vaa AnswtUch wordt
hQ op I Mol IMS bo«r«d-
Het daarop volgende ferste half
jaar kan hij uiteraard ai ei wer
ken, zo verzwakt la hij. Daarna
gaat h|J evenwel weer naar Bel
gië en tot nn toe werkt hQ ln geen
enkel ander land.
Over succes gesproken: Boh
Scholte is ereburger van Kaprijke!
Men was daar zo veiuki
zangerskivaliteiten, dat ram
tol die vererende positie verhiel
11.00 Zangrecital; 11.30 Voor de zieken
12.00 De Papavers; 13.00 Nieuw»;
13.20 Promenade orkest; 14.00 Met
naald en schaar; 14.30 Radio matinee;
16.40 Voor de jeugd; 17.30 Musetteor
kest; .18.00 Nieuws; 18.30 RVU uitzon
ding; 10.15 Achter het voetlicht; 19.30
Radio muziekjournaal; 20.00
20.15 Bonte DiusdagAvondtrein -
Willjr Vervoort; 22.00 Orkest Maria
Znmorra; 22.30 OHorecital; 23.00
Nieuws;
JEFFERY FARNOL:
Barnabas en zijn medereiziger (Jon
ker Horatio alias Dickhebben be
hoorlijk met elkaar gevochten. Bar
nabas won, dank zij een kaakstomp,
die zijn metgezel aan het duizelen
bracht. Niet voor niets is de held van
ons verhaal- de zoon van een oud-
bokskampioen. De twee jongelui had
den ruzie gekregen wegens het kan
ten zakdoekje van de knappe Cleone.
Barnabas zei dat hij deze schoonheid
niet kende. Dat was ook zo. Hij had
in het bos vergeten haar naam te
vragen Maar het klonk ongeloof
waardig, reden waarom z'n kameruad
hem een leugenaarhad genoemd.
Zo komen de misverstanden in de
wereld
15)
Terwijl tg naar elkaar keken, glim
lachte Barnabas plotseling ondanks zyn
gespleten lip en op datzelfde ogenblik
stak de jonkheer zijn hand uit. „Bever-
ly. na je zeer overtuigende overwinning
zal ik je geloven, als je me zegt, dat je
met alle kampioenen van Mendoza,
Jack Slack en Broughton gebokst hebt,
want je hebt een drommels doorslaande
en krachtige marier om je beweringen
waar te maken. Maar
„Maar?" vroeg Barnabas.
„Wat nu betreft dat zakdoekje?"
„Dat heb ik gevonden op een
braamstruik in een bos."
„In een bos!"
„In Annersley Wood! Ik heb daar ook,
een mosje gevonden."
„Een meisje?"
„Een heel mooi meisje," z-3i Barnabas
peinzend.
„Lady Cleone Meredith! Maar in
een bos!"
„Zij was van haar paard gevallen."
„Wanneer? Was zij gewond?"
„Vanmorgen en zij had een klein
wondje."
„En j ij hebt haar gevonden?"
„Ja. en ik heb haar ook veilig uit het
bos gebracht".
„En kende je haar naam niet?"
„Ik heb-'helemaal vergeten die te
vragen," bekende Barnabas, „en ik heb
haar voor vanochtend nooit gezien."
„Nu dan," zei de jonker, .laten we
gaan ontbijten en elkaar Dick en Bev
noemen."
„Accoord, maar eerst moet ik je eer
lijk zeggen, dat ik Lady Cleone Mere
dith liefheb," zei Barnabas.
„Wét zeg je?" riep de jonker ver
baasd. „Maar je hebt haar maar één
maal gezien."
„Zeker, maar ik ben van plan haar
in het vervolg dikwijls te zien. Ik zal
mogelijk later met haar trouwen.,."
De jonker lachte en fronste zijn voor
hoofd en lachte weer, zag dan de vast
beraden gelaatsuitdrukking van zijn
vriend, werd peinzend en keek vervol
gens met een nieuwe en plotselinge
ontwaakte belangstelling naar Barna
bas. Wie was hjj? Wat was hy? Naar
zijn kleren te oordelen kon hy iets zijn
tussen een hereboer en een houtvester.
Barnabas keek met dromerige ogen in
de verte; hy had zyn kleren en zijn
stompe schoenen helemaal vergeten.
Wat kunnen per slot van rekening
schoenen of kleren een man of vrouw
schelen? Inderdaad, zij verdwijnen in
het niet, wanneer het gelaat van hen,
dife ze dragen, gekenmerkt is met het
oprechte en toch vastberaden vertrou
wen, dat op Barnabas' gelaat te lezen
was.
„Trouwen met Cleone Meredith?"
zei de jonker eindelijk.
„Met haar trouwen, ja."
„Laat ik je dan in de eerste plaal3
zeggen dat zij meer dan hoogmoedig en
trots is"
„Zo wil ik haar juist hebben."
„En drommels moeilijk te bevredi
gen."
„Die indruk had ik al van haar ge
kregen."
„En een rijke erfgename."
„Dat is geen bezwaar."
„En vol grillen en luimen."
„En dus vrouwelijk," zei Barnabas.
„Beste Beverly," zei de jonker, weer
glimlachend, „ik zeg je, dat de man,
die Cleone Meredith wint, sterker,
knapper en rijker moet zijn dan welke
dandy, fat ook
„Of vastberadener!"
„Of vastberadener, ja!"
„Dan zal ik zeker later met haar
trouwen."
Weer keek de jonker Barnabas een
ogenblik zwijgend aan, maar ditmaal
glimlachte hy niet meer. „Hum," zei hy
eindelijk, „dus het schijnt, dat ik met
een vriend tegelijk een medemin
naar gevonden heb."
,Daar ben ik erg bang voor," zei Bar
nabas en zij liepen verder- Maar toen zij
somber zwijgend een eindje doorgelopen
waren, zei de keurig geklede jonkheer:
Beverly, eenmaal gewaarschuwd
maakt dubbel voorzichtig."
„Ja. daarom heb ik het je gezegd."
„Dan geloof ik, dat we elkaar de hand
maar moesten geven."
Wat zij ook deden.
Haastig en hijgend kwam de kleine
stalknecht Milo beide mannen tegemoet.
Zijn gezicht was opgezwollen. Kenne
lijk had hij gevochten.
„Wie heeft het gedaan?" vroeg zijn
baas.
Kir Mortimer Carnaby zijn vriend
heeft het gedaan."
„Sir Mortimer's vriend?"
„Ja, mijnheer
„Waarom?"
„Omdat ik hem getrapt had."
„Jij hebt Sir Mortimer's vriend ge
trapt? Hoe kom je daar nu by?"
„Omdat het mij gezegd hebt, mijn
heer
„Ik heb je gezegd te trappen?"
„Ja. Verleden week hebt u tegen me
gezegd (toen ik de slagersjongen teepn
ae grond geslagen had) „vecht nist, be
halve als je niet anders kan, maar be
scherm altijd de dames," en als hij soms
te groot is, om met je vuisten bij hem te
komen nou. dan gebruik je je laar
zen." en dat heb ik gedaan, mijnheer."
„Dus heb je een dame beschermd."
„Juffrouw Clemency. Zy is altijd goed
voor my geweest en toen ik zag, dat
hij haar lastig viel en ik haar hoorde
schreeuwen toen ben ik door het
raam gesprongen en heb hem getrapt en
toen heeft ie me een watjekou gegeven.
„En hoe zag Sir Mortimer's vriend
eruit?"
„Een grote, heel slaperige man, die
glimlachte."
„Ha!" riep de jonker opschrikkend
uit. „En met een litteken op zijn ene
wang?"
„Ja, mijnheer."
Dick keek ontstemd. „Dat moet Chi-
chester zijn," zei hij peinzend. „Ik zou
wel eens willen weten, wat die kerel
zo ver van Londen brengt"
„Nou, mijnheer" opperde Milo. „ik
vermoed zo'n beetje dat er een vrouw
achter steekt. Ik heb hem met Sir Mor
timer Carnaby over een dame horen
praten."
„Hebben ze haar naam genoemd?"
„Die slaperige wel. Toen Sir Morti
mer Carnaby in het rijtuig stapte, zei
hij: ,Jk wens je geluk met de mooie
Cleone Meredith."
„Cleone Meredith?" riep da jonker uit.
„Wat een schooier, die Carnaby. Dat
laat ik er niet opzitten. Jongen,- span
dadelijk de paarden in."
Ook Barnabas was onrustig gewor
den (Wordt vervolgd.)