KAPPIE 0 VOOR LENS De Tseise Vlieg, gesel van Jonker Afrika BOB SCHOLTE, lieveling aller Belgen De kleine. -Caruso" Le Amateur-Gentleman HOMOENWEE We zijn in het gelukkige bezit van 'n boud. Op zekere dag kwam het dier ganlupen en lijj ia niet meer weg te tlaan. Tot mijn grote vreugde trouwens waut ik vind het een bijzonder lief dier. Een nog groter vriendje heeft de bond echter gevonden in mijn dochter. Bet kind ie gewoon dol van het beest. Helaas aijn we weer ia de tijd gekomen dat de lammetjes geboren worden en Ban verschijnen er nf en toe adverten ties in de krant, dut men houden moei v» :li"ndon. v. i rw seniel de litie xe dood En na is Leiden in last. De hond bemint de ergheid nog harts tochtelijker dan Kravcfaenko en mij" Gurr - .v u, beid niet mag hebben, want dan sal bc-t beest worden doodgeschoten Eu dus staat de hond aan het touw. Af en» toe breekt hij los. Dan wordt de comedic volmaakt want dan ia mijn dochter in een bepaalde staat eau hyste ric. Ze holt als een dwaas ck>ór het huis, krijgt buien vna schreeuwende ver dwnzing, laat xirti ia de ene hoek neet vallen, vliegt overeind, valt dan op een andere plaats neer en kprmt dat de hond nu wel zal warden doodgeschoten Dan rfèegt ze nun» buiten, zoekt, roept schreeuwt. Geen hond. Juist als ze op hei punt staat om dol te worden, komt het monster aanrennen. Dat moet nu Oog twee maanden duren. In hel Sovjet russische tijdschrift „Nieuwe Tijden" komt een beschouwing ■oor over het Russische aanbod om mei Noorwegen eeti niet aanrakpact te sluiten Er wordt mei nadruk op ge vrw.'-n, dat Rusland haar deel heeft bijgedragen tot de bevrijding van Noor wegen Kiik, dat is un weer eens een be keml wijsje Dat hebben we de Inatste tod meer geboord Ook ten opzichte van Nederland We moeten toch zo dank baar zijn, want de Russen hun bloed ge geven voor de bevrijding van de kleine naties We moeten kwispelstaarten, want Amerikanen en Engelsen en Caua dezen hebben voor onze vrijheid gezorgd Onze lens beslaat van aandoening ah we het lezen. Dat wij tenslotte bevrijd zijn is een bijkomstige omstandigheid. Daar hebben de grote rijken niet voor gevochten. Amerika niet en Rusland niet. Het was de grote strijd der wü derals: Eet of wordt gegeten. En in die strijd speelden Noorwegen eu Ne uerland en nog enkele kleinere landjes eea klein, een heel klein relletie. Oh belangrijk. Nee, daarvoor behoeven we toch heus niet dankbaar te zijn. En bo vendien behoort ons land, al klinkt het misschien vreemd, tot die lauden, die de grootste offers hebben gebracht. We hebben dus wel een steentje bijgedragen De Veiligheidsraad wordt af en toe een kluchtige vertoning Een demoustra tie„ hoe het niet moet. Dat merken we iedere keer als er over toelating van nieuwe leden moet worden gestemd. Als het staten zjjn, waarvan Rusland denkt, dan weert Rusland ze. Als het anderen dan weert Rusland se. Als hetande ren betreft, die Amerika niet welgevallig zijn, dan haalt Amerika het zelfde spel let je uit. Als dat zo door blijft gaan kan er nooit meer een nieuwe staat tot de VN toetreden. Het is nog geen een heidsfroct. De laatste groep Duitse vluchtelingen is uit Denemarken vertrokken. Kort voor het einde van de oorlog hadden de Nazi's een groep van bijna tweehon derd vijftig duizend rluchtelingen naar en hef raadsel van de Rozenhouten kist U. I>e meester kou maar langz n naar de oever toezweiuuteu, want zün" natte kleren en laurzeu wogen zwaar. „Ik «toe! w.ciil.it tot die koot kier dacktea ook dat de meister rerdrook™ Is.... hoewel <He twee koelies onx was, natuorUik todr suilt* Maar toen „Uk i„ „ader dia water!" aai r„„s de auto de brug over was, sprongen de koelies er nf. want ze wildea toch weten, wat er precies gebeurd was. Ze „Wij zullen hem niet wederzien! Wp hem kwijt zijn! Schat van ons! Ha!" „Dat zou je wel willenzei Piet Paal. „Kijk daar eens! Hij ataat daar! Aan de overkant. Die kerel kon zwemmen. Hg is expres in het water gesprw-n om die anderen in dat bootje te waar schuwen! Wanneer we niet vlug sgn le die schat niet van onef' Denemarken gezonden, die daar nu en kele jaren verblijf hebben gehouden. Wat een ellende. Een kwart millioeu mensen op drift En over elk vaa die gevallen zou je een roman kunnen sohrij ven Wat moet het do laatste maanden van de oorlog in Duitsland een vresely ke toestand geweest zijn. En toch van revolutie ge ensprake. Wel een bewüs. dot men niet hard schreeuwt ais men onder de dictatuur zit. Of zouden de Duitsers zelfs aan het einde van de oor log allemaal nog Nazi's geweest zijn? Dat geloven we bijna niet. Maar iniuid dels heeft de grap de Deense regering nog eea aardig centje gekost. 230 mi? Koen gulden. En «e zün niet te verha len. ARBITRAGE BIJ LANOENWEOSTRIJOEN Er is sprake van de wedstrijd Frank rijkEngeland op 22 Mei te Parijs te doen leiden door eea Nederlandse scheidsrechter, bijgestaan door twee Ne derlandse greareebters. Reeds miihoenen slachtoffers Het ik ongeveer een eeuw geleden, dat de slavenjagers van de Gongo hun handelswaar naar de markten op de kustplaatsen van Afrika dieven Daar, iu stof cn zonnehitte, werden de slaren onderzocht op mogelijke gebreken. Er werd gelet op een stevig gebouwd lichaam, soepele spieren, gave tanden, maar bovenal keek de koopman naar een eventueel gezwel 111 de nek van de slaaf. Indien dit gezwel aangetroffen werd, dan was de ongelukkige onverkoopbaar eu gedoemd te sterven. De tsetsevlieg had zijn fataal ruïneus werk gedaan en het. slachtoffer was. behept met de verschrikkelijke slaapziekte, reddeloos verloren VEETEELT ONMOGELIJK Geruisloos komt de tsetsevlieg nan ■weven, zet zich op z'n slachtoffer en boort zjjn angel in de huid. Niet alleen de mensen, doch ook die ren zün niet veilig voor dé tsetsevlieg He' is slechts met zeer veel risico en ten koste van grote schadeposten mo gelijk, enig vee te houden in' de Relgi iche Congo. Frans «jtiatorijai Afrika. Abessinië, de Britse bezittingen cn Por logees West Afrika. Enige cijfers mogen een voorbeeld geven van de'ontzxgcelü kt- offers, die de mens reeds heeft moe ten brengen aan dit gevaarlijke insect. Tweehonderdduizend bewoners van de Noordkust van het Yictorinmeer vielen te'; offer aan de slaapziekte. Het o^er blijvende deel vaa de bevolking kon zich pleclits door een vlncbt naar een andere landstreek, waar de tsetsevlieg niet voorkwam, redden Het gehoorde, na de eerste wereld oorlog dat in de Ooneo <n enkele jaren tijd» meer dan een mi'lioen negers stier ▼en aan de slaapziekte. Regrüpe'iik. dat in deze streken zelfs de landbouw niet intensief beoefend wordt en de teelt van pinda's, katoen enz slechts nTanuen zün die gedeeltelijk uitgevoerd kunnen vor^ia. In löOl deden twee Engelse dokters nauwgezet onderzoekingen naar de oor sprong van de slaapziekte. In het bloed der patiënten ontdekten zjj ééncellige diertjes, die naar de plaats Gambia, waar het onderzoek plaats bad, (le naam trypanosoma gnmbieuse kregen. Zij noemden de ziekte, waaraan de patiënten leden. Gambia koorts. Later ontdekte de Engelse militaire arts Bruce, dat de in het bloed voorkomende parasieten de eigenlijke verwekkers van de slaapziek te waren. Het was de geniale bacterioloog Robert Koek, die ontdekte dat de txypanosoma eerst een bepaalde ontwikkelingsgang in het lichaam van de tsetsevlieg door maakt alvorens in lichaam van mens of dier gebracht te worden. HET VERLOOP DER ZIEKTE Nadat' de patiënt .loor de testsevlieg geïnfecteerd is. duurt het nog wel onge veer 20 tot 30 dagen voordat hü daar merjebnre gevolgen van ondervindt. Kerst dan krijgt hjj last van hoofdpijn en koortsen. Via het bloed dringen de parasieten tot in de hersenen door en het gevolg is, dat de halsklieren gaan zwellen, hetgeen de slavenhandelaars niet ontging. De patiënten gaan aan waanvoorstel lingen lijden en kannen soms in aan krankzinnigheid grenzende woede nitbar sten. Later worden ze zeer slaperig en het wordt op de duur zo erg. dat de on gelukkige onder de maaltijd of bjj zijn werk in slaap valt. De slaap neemt ten slotte de vorm van bewusteloosheid aan Het lichaam vermagert snel cn wogdt overdekt iuet zweren. In deze martelen de fase heeft de zieke nog slechts op de verlossende dood. die, soms lang op zich lat wachten, te hopen. DE GENEESMIDDELEN Het eerste geneesmiddel, tegen deze verschrikkelijke ziekte toegepast was atoxyl eu werd door Robert Koch aan gewend. Doordat dit middel evenwel veel arsenicum bevat, kon het gebeuren dat de patiënt we! herstelde, doch volkomen blind werd. Betere, doch nog steeds onvoldoende re sultate.11 boekte men met het Bayer 203 door de Duitsers germauin genoemd. liet nieuwste middel, door eea groep Engelse geleerden uitgeprobeerd, heet aiitrycide eu is in rtaat mens en dier immuun f? maken tegen de steek van de tsetsevlieg. Wat deze overwinning van de genees kunde betekent, zal men direct inzien als men weet, dat hierdoor een land streek in Afrika van ongeveer tweehon derd maal de oppervlakte van Neder land bewoonbaar is geworden Daardoor is het voor Engeland nu o.m. ook moge Hik, de veeteelt tot Afrika uit te breiden hetgeen Argentinië, dat tot «m toe steeds het vlees in Engeland importeer de, op een schadepost rnn 100 millioen pond sterling per jaar zal koinen te staan. O&C&teh. da ccxuêitien 1 W/iJ gewone mensen, kennen onszelf eigenlijk heel erg slecht en dat is geen wonder, want de middelen, die ons ten dmnste slaan zijn maar zeer gering. Daar hebben wij bijvoorbeeld onze stem. Ieder ander kent dat orgaan van ons beter dan wij zelf. Ja. wij kunnen onszelf horen praten, maar allerlei rechtstreekse en zijdelingse storingen beïnvloeden de indruk, die wij daarvan ontvangen. Ons eigen geluid horen als kwam het van een ander.... Neen. dat is voor óns, gewone stervelingen, niet weggelegd. Tja. als wij ons geluid nu eens op een gramofoouplaat zouden kunnen vastleg gen en onze stem op die wijze zouden kunnen beluisteren, dan.... Lezers, wat moet de man. die reeds 2300 maal zijn stem op eea gramo- foonplaat liet opnemen, zichzelf dan goed kennen....! Tweeduizend ver schillende gramofoonplatent Maar jabestaat er dan zo'n man? Zeker, en hij is op het ogenblik ongetwijfeld de populairste liedjeszanger van Belgie. zoals hij dat eens, voor de oorlog, van Nederland was. En zijn naam luidt:Bob Scholte! TWEEDUIZEND PLATEN A Is wij In Brussel in die heel erg **- lange straat voor dat huis met dat heel erg hoge nummer staan, dan zien wij onmiddellijk dat dit een bijzonder huis is, want met dikke letters staat er op de gevel te lezen, dat hier de opnamestudio's van de ..Decca" - gramofoonplatenmaatschap- PÜ zijn. Wij treden binnen, lopen een marmeren gang door, beklimmen een stoep, gaan nog eens door een gang en bevinden ons dan voor een deur. Doch het is niet alleen die deur. die ons tegenhoudt, onze gang word: eveneens gestuit door een cacophonie van geluiden en door een rood lampje, dat onheilspellend brandt. Ga nooit verder, als er rode lampen branden! Wij staan dus muisstil en plotseling valt achter de deur eveneens een doodse stilte.... En dan. ja daar klinkt de wel bekende stem van Bob Scholte. Hij ringt een vrolijk liedje over een zekere juffrouw Carolina, die hij als maar serenades brenet- We kijken door 'n rond raampje in 'n andere deur en zien tot onze verbazing Bob Scholte staan. zo maar gewoon «thar», zonder z'n mond open te 0«,0doen, de handen in de zakken, een felle gele shawl om de hals en een peinzende uitdrukking op het ge zicht. Hij kijkt «onze richting uit en als hij dan ons verwonderde ge zicht door het ruitje ziet, wenkt hij i' ons binnen te komen, hetgeen bin nen deze gramofoonmuren een uit zonderlijke uitzondering is .n OINSDAG 22 FEBRUARI 1949 Hilversum 1 301 m. 7.00 ca 8.00 Nieuws; 7.30 en S.15 Gr.muziek; 0.00 lichtbaken; 9.30 Ochteadconeert; 10.40 Schoolradio; 11.00 Muziek houdt fit; 11,40 Gr.muxifk; 12.00 Yioolrecital; 12.33 Amusementsorkest; 13.00 Nieuws 13.25 Piaiwxkto; 1540 Pianospel; 10.00 De Zonnebloem; 17.00 Voor de jeuffd; 18.00 Septet Johnny Ombacii; 18.30 N. Strijdkrachten; 19.00 en 20.00 Nieuws; 20.12 „Koning Lear" van Shnkesneare; 22.10 Omroepkamer0rkest23 00 NienwJ Hilversum II 415 m. 7.00 cn j.00 Nieuws; 7.1.1 en 8.15 Gr.muziek; 10.00 Morgenwijding; 10.15 Arbeidsvitaminen; „Dat Is na mün tweeduizendste opname,", zegt Bob. „Ia 192* zong U voor dx eerate maal. Een heel wer* dus." Jack Bulterman, de befaamde com ponist en arrangeur heeft het pata* teivlied zeker tien keer met het or» kéét gerepeteerd en het gaat uit» stekend. Nóg eens een keer doome-i men: Bob zingt nu de tekst mee. JA, proef opname! Een signaal weer- klinkt, een groen lichtje gaat bran den, alle3 wordt stil. Rood licht: het orkest zet in en Bob begint te zingen. Het gaat prima.*volgens ons. maar daar floept het rode licht uit. De bekende Belgische componist, Emile Deltour. muzikaal leider van de Decca, komt in gezelschap van Ro bert Bosmans, directeur -van de amu- sements-uitgeverij „Editions Bens", uit de luistercabine naar buiten. De violen zijn niet goedOver. Weer; groen licht, weer stiltePèèèh! Een der muzikanten begint uit lou ter zenuwen te vroeg te blazen. Nog snerpend er signaal. OverI Lezers, neemt gij het ons kwalijk, dat ónze zenuwen het niet meer kon-, den volhouden? We zijn dan ook; maar vertrokken- Doch we weten] wel, dat heel België binnenkort de lange uithaal van „Patates!" zal zin-} gen. Maar we weten nu ook. wat er' allemaal voor nodig was, voordat die Nederlandse refreinzanger der mate populair werd ln België. BOB SCHOLTE ereburger Op onze onuitgesproken vraag Bob's stem klinkt immers steeds maar door zonder dat hij zingt fluistert hij: „Wij draaien even een proefopname door, die wij zojuist hebben gemaakt. Even luisteren, of er soms nog foutjes zün. Dadelijk gaan we dit liedje definitief draaien." De proetopname blijkt naar aller tevredenheid uit te vallen en het lied over de lieftallige Carolina wordt definitief gedraaid, cLw.z. de eigenlijke „moedergramofoonplaat", waarvan alle dochterafdrukken wor den geperst, wordt opgenomen. Patates Ns Carolina kwam weer eea ande re liefde. We lul*erden naar htt schone lied „Patates frites", da t__ gtsche geschiedenij van ean man. die een meisje leert kranen da; patates frites verkoopt, met haar trouwt en dan niets dan patates frites te eten krijgt, een baby krijgt, wiens eer ste woorden ook weer „patates frites" zijn en dieEnfin, eea fascine rende pataten-historie. tt Thans ereburger l>ob Schalie is van geboorte derlander. Teen hij 14 jaar werd, kwam hij op toneel onder de naam „De kleiae Caruso" bij kei bekende operette-gezelschap vaa Nxp de la Mar, met o.a. Bep- pie de Vries. Op 16-jarige leeftijd kreeg hij „de baard" 'in de keel en was ket voorlopig met zijn san- gersloopbaan gedaan. Enkele Jaren later kent heel Ne derland hem vla de radio: hü Is dan refreinzanger bij het orkest van Kovacs Lajos. Dat duurt BVz jaar en in 1939 gaat hij voor het eerst in België op tournée. In de oorlog wordt het hem steeds moei lijker op te treden en in 1943 komt het fatale ogenblik; hij wordt met vrouw en kinderen gearres teerd. Twee en een half jaar con centratiekamp volgen, o-a. Voght. en In de hal vaa AnswtUch wordt hQ op I Mol IMS bo«r«d- Het daarop volgende ferste half jaar kan hij uiteraard ai ei wer ken, zo verzwakt la hij. Daarna gaat h|J evenwel weer naar Bel gië en tot nn toe werkt hQ ln geen enkel ander land. Over succes gesproken: Boh Scholte is ereburger van Kaprijke! Men was daar zo veiuki zangerskivaliteiten, dat ram tol die vererende positie verhiel 11.00 Zangrecital; 11.30 Voor de zieken 12.00 De Papavers; 13.00 Nieuw»; 13.20 Promenade orkest; 14.00 Met naald en schaar; 14.30 Radio matinee; 16.40 Voor de jeugd; 17.30 Musetteor kest; .18.00 Nieuws; 18.30 RVU uitzon ding; 10.15 Achter het voetlicht; 19.30 Radio muziekjournaal; 20.00 20.15 Bonte DiusdagAvondtrein - Willjr Vervoort; 22.00 Orkest Maria Znmorra; 22.30 OHorecital; 23.00 Nieuws; JEFFERY FARNOL: Barnabas en zijn medereiziger (Jon ker Horatio alias Dickhebben be hoorlijk met elkaar gevochten. Bar nabas won, dank zij een kaakstomp, die zijn metgezel aan het duizelen bracht. Niet voor niets is de held van ons verhaal- de zoon van een oud- bokskampioen. De twee jongelui had den ruzie gekregen wegens het kan ten zakdoekje van de knappe Cleone. Barnabas zei dat hij deze schoonheid niet kende. Dat was ook zo. Hij had in het bos vergeten haar naam te vragen Maar het klonk ongeloof waardig, reden waarom z'n kameruad hem een leugenaarhad genoemd. Zo komen de misverstanden in de wereld 15) Terwijl tg naar elkaar keken, glim lachte Barnabas plotseling ondanks zyn gespleten lip en op datzelfde ogenblik stak de jonkheer zijn hand uit. „Bever- ly. na je zeer overtuigende overwinning zal ik je geloven, als je me zegt, dat je met alle kampioenen van Mendoza, Jack Slack en Broughton gebokst hebt, want je hebt een drommels doorslaande en krachtige marier om je beweringen waar te maken. Maar „Maar?" vroeg Barnabas. „Wat nu betreft dat zakdoekje?" „Dat heb ik gevonden op een braamstruik in een bos." „In een bos!" „In Annersley Wood! Ik heb daar ook, een mosje gevonden." „Een meisje?" „Een heel mooi meisje," z-3i Barnabas peinzend. „Lady Cleone Meredith! Maar in een bos!" „Zij was van haar paard gevallen." „Wanneer? Was zij gewond?" „Vanmorgen en zij had een klein wondje." „En j ij hebt haar gevonden?" „Ja. en ik heb haar ook veilig uit het bos gebracht". „En kende je haar naam niet?" „Ik heb-'helemaal vergeten die te vragen," bekende Barnabas, „en ik heb haar voor vanochtend nooit gezien." „Nu dan," zei de jonker, .laten we gaan ontbijten en elkaar Dick en Bev noemen." „Accoord, maar eerst moet ik je eer lijk zeggen, dat ik Lady Cleone Mere dith liefheb," zei Barnabas. „Wét zeg je?" riep de jonker ver baasd. „Maar je hebt haar maar één maal gezien." „Zeker, maar ik ben van plan haar in het vervolg dikwijls te zien. Ik zal mogelijk later met haar trouwen.,." De jonker lachte en fronste zijn voor hoofd en lachte weer, zag dan de vast beraden gelaatsuitdrukking van zijn vriend, werd peinzend en keek vervol gens met een nieuwe en plotselinge ontwaakte belangstelling naar Barna bas. Wie was hjj? Wat was hy? Naar zijn kleren te oordelen kon hy iets zijn tussen een hereboer en een houtvester. Barnabas keek met dromerige ogen in de verte; hy had zyn kleren en zijn stompe schoenen helemaal vergeten. Wat kunnen per slot van rekening schoenen of kleren een man of vrouw schelen? Inderdaad, zij verdwijnen in het niet, wanneer het gelaat van hen, dife ze dragen, gekenmerkt is met het oprechte en toch vastberaden vertrou wen, dat op Barnabas' gelaat te lezen was. „Trouwen met Cleone Meredith?" zei de jonker eindelijk. „Met haar trouwen, ja." „Laat ik je dan in de eerste plaal3 zeggen dat zij meer dan hoogmoedig en trots is" „Zo wil ik haar juist hebben." „En drommels moeilijk te bevredi gen." „Die indruk had ik al van haar ge kregen." „En een rijke erfgename." „Dat is geen bezwaar." „En vol grillen en luimen." „En dus vrouwelijk," zei Barnabas. „Beste Beverly," zei de jonker, weer glimlachend, „ik zeg je, dat de man, die Cleone Meredith wint, sterker, knapper en rijker moet zijn dan welke dandy, fat ook „Of vastberadener!" „Of vastberadener, ja!" „Dan zal ik zeker later met haar trouwen." Weer keek de jonker Barnabas een ogenblik zwijgend aan, maar ditmaal glimlachte hy niet meer. „Hum," zei hy eindelijk, „dus het schijnt, dat ik met een vriend tegelijk een medemin naar gevonden heb." ,Daar ben ik erg bang voor," zei Bar nabas en zij liepen verder- Maar toen zij somber zwijgend een eindje doorgelopen waren, zei de keurig geklede jonkheer: Beverly, eenmaal gewaarschuwd maakt dubbel voorzichtig." „Ja. daarom heb ik het je gezegd." „Dan geloof ik, dat we elkaar de hand maar moesten geven." Wat zij ook deden. Haastig en hijgend kwam de kleine stalknecht Milo beide mannen tegemoet. Zijn gezicht was opgezwollen. Kenne lijk had hij gevochten. „Wie heeft het gedaan?" vroeg zijn baas. Kir Mortimer Carnaby zijn vriend heeft het gedaan." „Sir Mortimer's vriend?" „Ja, mijnheer „Waarom?" „Omdat ik hem getrapt had." „Jij hebt Sir Mortimer's vriend ge trapt? Hoe kom je daar nu by?" „Omdat het mij gezegd hebt, mijn heer „Ik heb je gezegd te trappen?" „Ja. Verleden week hebt u tegen me gezegd (toen ik de slagersjongen teepn ae grond geslagen had) „vecht nist, be halve als je niet anders kan, maar be scherm altijd de dames," en als hij soms te groot is, om met je vuisten bij hem te komen nou. dan gebruik je je laar zen." en dat heb ik gedaan, mijnheer." „Dus heb je een dame beschermd." „Juffrouw Clemency. Zy is altijd goed voor my geweest en toen ik zag, dat hij haar lastig viel en ik haar hoorde schreeuwen toen ben ik door het raam gesprongen en heb hem getrapt en toen heeft ie me een watjekou gegeven. „En hoe zag Sir Mortimer's vriend eruit?" „Een grote, heel slaperige man, die glimlachte." „Ha!" riep de jonker opschrikkend uit. „En met een litteken op zijn ene wang?" „Ja, mijnheer." Dick keek ontstemd. „Dat moet Chi- chester zijn," zei hij peinzend. „Ik zou wel eens willen weten, wat die kerel zo ver van Londen brengt" „Nou, mijnheer" opperde Milo. „ik vermoed zo'n beetje dat er een vrouw achter steekt. Ik heb hem met Sir Mor timer Carnaby over een dame horen praten." „Hebben ze haar naam genoemd?" „Die slaperige wel. Toen Sir Morti mer Carnaby in het rijtuig stapte, zei hij: ,Jk wens je geluk met de mooie Cleone Meredith." „Cleone Meredith?" riep da jonker uit. „Wat een schooier, die Carnaby. Dat laat ik er niet opzitten. Jongen,- span dadelijk de paarden in." Ook Barnabas was onrustig gewor den (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1949 | | pagina 3