KSniEKK^EBI
TT
Snoep en Santo
in speelgoedland
pVAN DIT EM YAM DAT...
Een verliespartij van dr. Euwe
Voetbalverslaggever in Como
is niet overleden
Or.s vervolgverhaal
De zeven Kabouters
van Sneeuwwitje
„Er is niets te zien buigen," ver
klaarde Knorrepot, terwijl hij
beefde en vervolgde, „en toch
staat er een groot pak voor de
deur. En net toen ik het pak wil
de opnemen, kreeg ik een sneeuw
bal tegen mijn neus. Kijk maar."
De neus van Knorrepot was inöer
daad opgezet. De elfjes keken de
kabouters en de kabouters keken
de elfjes aan. Dat was een vreem
de historie. Ten slotte behaalde
de nieuwsgierigheid de overhand
en Zonderhaar en Hummeltje zou
den met zijn tweeën gaan kijken.
Voorzichtig deden ze de deur
open en zagen inderdaad een
groot pak. Toen ze het wilden op
nemen werden ook zij bekogeld
met sneeuwballen en ijlings sto
ven ze naar binnen. En het
vreemdste was, dat ze niets ge
zien hadden. In de kamer raak
ten allen in de grootste opwin
ding. Langbaard. Wijsneus. Krom
'been en Welgemoed verklaarden,
dat ze niets geloofden van de ver
halen over onzichtbare sneeuw
ballengooiers en ze spraken af,
dat ze met zijn vieren naar bui
ten zouden gaan. Twee zouden
scherp uitkijken en de andere
twee zouden snel het pak naar
binnen halen.
Zo gezegd, zo gedaan. Wijsneus
en Welgemoed stonden uit te kij
ken en Langbaard en Krombeen
bogen zich voorover. Jammer ge
noeg ging Krombeen toen juist op
de baard van Langbaard slaan en
het gevolg was, dat die een
schreeuw gaf van pijn en schrik.
Een ogenblik letten Wijsneus en
Welgemoed niet op en meteen
werden ze onthaald op een lawi
ne van sneeuwballen. Ze werden
er letterlijk onder bedolven en ze
wisten niet, hoe snel ze naar bin
nen moes'.en vluchten.
En inmiddels stond het grote
pak nog steeds voor de deur van
de kabouTers. De kabouters zelf
za'-en moedeloos om het vuur. De
elfjes daar en tegen redeneerden
zo druk, dat horen en zien ver
ging. Er moest iets met dat pak
aan de hand zijn. Wat wisten ze
niet. maar het was ongetwijfeld
iets heel bijzonders. Herhaalde
lijk spoorden ze de kabouters
aan, om toch nog een keer *e
gaan kijken, maar die moss en
niet hebben.
Eindelijk kreeg een der elfjes
er erenoeg van.
Ais de kabouters dan zulke ban
gebroeken waren, zij niet. Ze liep
naar de deur. opende ze en keek
naar buiten in de stralende zon
neschijn. Wa; was het mooi in
het bos. De bomen waren bedek1
met een dikke sneeuwlaag. De
lucht was blauw en het zonnetje
schsen helder. Ja. daar stond het
pak. Alleen kon ze het ech er
vast niet dragen. Ze behoefde
echter dé andere elfjes niet meer
te roepen, want die stonden ook
al in de deur te kijken. En toen
riep een elfje, dat achteraan
stond en dus over de anderen
heen moest kijken: ..Kijk daar
eens daar in die boom"
Alle elfjes keken naar boven en
ln een hoge boom. vlak bij zagen
ze twaalf eekhoorns zitten, alle
maal een sneeuwbal klaar Maar
naar de elfjes goo'dpn ze nie1 In
tseendeel ze begonnen te lachen
en 1'eten de sneeuwballen vallen
..Hp' pak is voor jullie." riepen
ze ..Wisten jullie niet. dat we er
voor zouden zorgen, dat jullie
n'euwe kleren zouden krijgen?
Haal het maar spoedig naar bin
nen en kijk wat er m zit."»
De elfjes stonden te dansen van
de pret en dat vonden de eek
hoorns zo aardig, dat ze naar be
neden kwamen en mee wilden
dansen. Voor ze er echter aan
toekwamen, werd de deur op
nieuw geopend en traden zes ka
bouters naar buiten, die wel een
beetje streng keken, toen de eek
hoorns met de elfjes wilden gaan
dansen. Dus kwam er van het
dansen niets. Maar het mooiste
elfje nam plotseling een eekhoorn
in haar armen en zoende hem op
zijn harige wangen. De eekhoorn
bloosde door zijn ruige baard
heen, maar hij vond het niet on
pleizierig, want hij huppelde naat
een ander elfje, ten teken, dat hij
meer wilde hebben. En zo kregen
alle eekhoorns van alle elfjes zoe
nen die klonken als een klok.
Toen was het feest plotseling
ten einde, want de aanvoerder
van de eekhoorns riep ze bij el
kaar. Ze gingen op een rij s'aan.
maakten een buiging en waren
een minuut later in een wilde
warreling verdwenen.
Eerst toen kon het grote pak
naar binnen worden gesjouwd.
En daar zat me wat schoons in.
UIT DE NATUUR
m>M> m> m>
Liefde voor de dieren
Ik heb deze zomer verschillen
de vogels en dieren beschreven.
Ik heb er merkwaardigheden over
verteld en mischien hebben jullie
wel bemerkt, dat het mijn bedoe
ling is geweest door deze s'ukj-s
bij jullie de liefde voor de natuur
maar nog meer de liefde voor het
dier aan te moedigen. Misschien
vragen "jullie ie zelf af: Is dat wel
nodig? Nou! En of!
Want. o, jongens en meisjes,
maar ook ouderen kunnen soms
heel wreed zijn voor dieren. Mis
schien niet eens me: het opzet
om te plagen. Het gaat veelal on
bewust. Ik kreeg naar aanleiding
van deze stukjes uit de nal.uur
laatst een brief van een dame.
die me het volgende verhaal
deed:
Iemand had enkele jonge katies
ln het wa er gegooid. De bedoe
ling was ze te verdrinken, want
hij wilde geen zeven of acht kat
ten in huis hebben. Dat kan ik
me voors' ellen. Maar hoe kon
men ze dan zo maar In het water
gooien. Het duurde ontzaglijk
lang. voor de beesTen verdronken
en ze martelden en schreeuwden
dat het niet was om aan te zien.
Nu waren er enkele jongens in
de buurt en die begonnen de jon
ge kapjes met kluiten modder te
emmer» Ze moesten immers dood
Gélukkig was er ook een jongen
bij, die het vreseliik vond en een
katje wist te redden en mee naar
hids nam.
Tot zo ver het verhaal van deze
dame, die het me wel niet kwa
lijk zal nemen, dat Ik het verkort
weergeef, om er dan van mijn
kan; nog wat van te zeggen.
Ik geloof, dat de man, die de
jonge katjes in het water gooi!,
dat niet doe; met de vooropgezet
te bedoeling om die dieren ie mar
telen. Anders zou het een on
mens zijn. Maar waarschijnlijk
heeft hij zelf het land aan hel
baantje. Vindt hij het naar om de
beesten ln een zak te doen me1
een steen er ln en dus gooit hij
ze in de sloot en verdwijnt zo
snel mogelijk. En wat zijn nu de
gevolgen? Daar denkt zo iemand
niet aan.
Een die is. reeds als het pasge
boren is, heel anders dan een ba
by. Een baby is volkomen hulpe!
loos. Maar een jonge kat zwemt j
een uur nadat ze geboren is. Die
katten verdrinken dus niet. Die
zwemmen, tot ze nie; meer kun
nen en eerst dan verdrinken ze.
Of ze bereiken de wal, waar ze
dan van uitputting' moeten stej*
ven.
En nu nog ie's over de handel
wijze van die jongens. Dat. zijn
geen vrienden van Oom Rob.
Want daar heb ik maar weinig i
goede woorden voor over. Als je
een bees; in nood ziet, moet je 't
niet nog radelozer maken. En in
dit geval was het natuurlijk al
heel miserabel om die weerloze
katjes met kluiten te gooien. Al
moesten ze dan ook dood.
Weet jullie waar dit verhaal me
nu zo heel sterk aan herinnert;
Aan da; van een soldaat, die in
de oorlog neergeschoten werd
door een vliegenier. Die vlie
genier had eerst die soldaat opge
jaagd. In het open veld had hij
enkele keren boven die arme blik
sem gecirkeld. De soldaat probeer
de op alle manieren om te ont
komen en zich te verbergen. Hij'
was radeloos van angst, want hij
kon aan die dood niet ontsnap
pen. En ten slotte werd hij dan
ook neergeschoten.
Zo is het ook .als dieren in het
water voor hun leven vechten en
er jongens op de kant s'aan. dié
ze de dood weer injagen. En nu
zullen de katten het niet zo bele
ven als die arme soldaat. Maar
de jongens, die op de kant hun
bedrijf ui'o?fenen. zijn even mi se
rabel als de vliegenier in het
jachtvliegtuig.
Dus vrienden, als er dieren in
nood verkeren, piinig ze dan niet
nog eens extra. En ouders als ge
dieren h?bt, die opgeruimd moe
ten worden, en we kunnen nu
eenmaal niet alle dieren houden,
doe het snel. doe het zo nijnloos
mogelijk en doe het zo. dat het
eeen schouwspel voor d? jeugd
wordt.
OOM ROB
Toen PoH een
iochie was
We hadden bii ons vroeger op
het dorp een s^uk of wat jongens,
die zo ongeveer allemaal tegelijk
leerden fietsen. Ik heb Jullie daar
al eens eerder over verteld, maar
denk nu niet, dat oom Rob een
koe wordt, die gaat herkauwen,
want zo is het niet. Dit is weer
heel iels anders. Toen we dan
met zijn zessen een paar maan
den hadden gefietst, meenden
we natuurlijk, da; ons nimmer
iets kon overkomen. En als we
een vrije middag hadden, dat was
in de regel Woensdag of Zal er
dagmiddag en soms ook op Zon
dag, dan moest het gebeuren.
Hardrijden op de fiets. Een re
glemeni was er niet. Maar wel
was er een winnaar. En die win
naar, dat was helaas oom Rob
niet. La en we die jongen maar
Henk noemen. Geweldig zoals die
kon fietsen. Hij^ was ons steeds
enkele meters voor.
Tegenwoordig zou hij ongetwij
feld wel ontdekt worden en bin
nen enkele jaren meedoen ln
wegwedstrijden. Toen was daar
nog niet zo veel sprake van. in
ieder gevael is Henk nooit een na
tionale beroemdheid geworden.
Maar een dorpsberoemdheid was
hij wel. Niet zo zeer. omdat hij
zo hard kon fietsen, maar omdat
hij gedurende die race de wonder
lijksle geluiden voortbracht. Hij
blafte als een hond, miauwde als
een poes, loeide als een koe en
«og veel meer. Ook dat had hij
bij ons voor. Want ook wij maak
ten rare geluiden gedurende die
wegwedstrijden, maar ze geleken
nergens op. Alleen op het gebrul
en gebler van kwajongens. Suc
ces had je daarmee nooit. Maar
als Henk kwam aanracen en er
liep een wandelaar, dan wist het
meermalen te gebeuren, dat hij
de man een paar meter in de
lucht deed springen, alleen al
van de schrik, omdat hij plotse
ling als een woedende hond ach
tér hem begon te blaffen. Als
Henk dan voorbij reed, schudde
hij van het lachen.
iEn wij, die daar weer achter kwa
men, gierden van de pref.
1<,De kruik gaat ecv>'-?r zo lang te
«ater tot ze breekt Een keer
ioopt het fout. En dat ondervon
den we op een keer op erg hard
handige wijze. Er woonde op hel
,dorp een rentenier, die we al een
paar maal aan het schrikken
hadden gekregen. Het is dus te
begrijpen, dat de man een weinig
wraakzuchtig was Toen we nu
weer zo'n wegwedstriid hielden.
Henk voorop, wandelde die man
op de weg buiten het dorp. Had
den we goed opgelet, dan hadden
we aan zijn manier van lopen
wel kunnen merken, dat er geen
argeloos man liep. Maar wij let
ten daar niet op. We naderden
stiel, We reden met zijn zessen en
we waren maar een naar meter
achter Henk. Toen Henk voorbij
«norde. loeide hii als een koe. Hii
r^akt echter niet eens uitgeloeid.
Want juist toen Hein lachend
voor wiide gaan, sfak de man
zijn wandelstok tussen Henks
spaken. Wat er toen gebeurde.
ging razend snel. Henk was plot
seling uitgelachen. Hij tuimelde
als een zoutzak op de w?g. En wij
konden onze vaart niet meer hou
den. Vijf jongens rolden over
Henk heen. Het was een ruine. En
we brulden allemaal om he'
hardst. Alleen de man, die deze
ramp had veroorzaakt, brulde
niet. Hij lachte zachtjes en toen
we ons zelf weer hadden opge
zocht, zei hij met een heel vrien
delijk gezicht. „Zo Jongetjs. Wie
het laatst lacht, lach' het best.
Ik denk, dat jullie het nu wel
zul; laten om vreedzame wande
laars de stuipen op het lijf te ja
gen. En anders heb ik nog wat-
anders voor jullie in het vet."
We waren natuurlijk bar nieuws
gierig, wat dat was, maar we heb
ben toch nooit de moed kunnen
vinden ,om nog meer van die stre
ken uit te halen. Want behalve
schrammen en builen, kostte het
onze vaders nog geld.
Neef Harty vertelt
Terwijl Snoep en Santo zo op
bezoek waren bij majoor Scheer
mes en zijn vrienden, moest
Snoep plotseling denken aan die
arme Zazou. wiens handen ver
keerd stonden. Opeens kreeg ze 'n
idee. Majoor Scheermes, zei ze
verlegen, mag ik u iets vragen?
Natuurlijk, jongedame, zei dcze
galant. Weet u geen manier om
ons vriendje Zazou, wiens han
den verkeerd staan, te helpen?
Van die vraag keek de majoor
een beetje vreemd op. Daar vraag
je me iets, zei hij. Hoe zou ik dat
moeten doen? Ik ben wel erg knap
maar om een manier te vinden
om Zazou te helpen is heel moei
lijk. Weet jij er iets op. korporaal
Kwast?
Korporaal Kwast keek bedenke
lijk. „Ik zou erg diep moeten na
denken om daarop iets te vinden,
majoor", zei hij. „maar van den
ken word Je kaal. zegt men."
De korporaal keek bedrukt en
vervolgde: ,.Als ik. korporaal
Kwast, m'n haardos zou verliezen
zou ik me geen raad meer weten.
Ik zou niets meer kunnen doen!
'k Zou me gewoonweg g-en
Kwast meer voelen!"
„Korporaal Kwast is bang z'n
wilde haren te verliezen." spo te
lord Zeepstaaf. De korporaal wou
alweer opstuiven, doch een gebie
dende blik van majoor Scheer
mes weerhield hem van zijn voor
nemen.
„Ik geloof, dat ik wel een mid
dei weet om Zazou te helpen." zei
lord Zeepstaaf nadenkend. „Kijk,
de poppenmaker heeft bij de ge
boorte van Zazou diens armen
verkeerd aan zijn lijf geplaatst.
Als wij nu die armen er weer af
halen stuurt onze baas Zazou na
tuurlljk terug naar de popnenma
ker en dan zet die de armen na
tuurlijk goed aan het lijf van Za
zou.
Snoep en Santo zuchtten van
bewondering om die knappe lord
Zeeps'.aaf, maar korporaal Kwas*
vroeg: „Hoe moeten we dan dig
armen van Zazou halen?"
„We gaan gewoon naar Vadej
tje Schaar en vragen of die ze er
af wil knippen," antwoordde Zeen
staaf.
Dat was een goed idee. „W
gaan meteen op weg om het plail
uit te voeren," zei majoor Scheer
mes. En daar ging het hele stel,
de majoor voorop, daarachter kor
poraal Kwast, vervolgens Snoep
en Santo en tot slot Lord Zeep
staaf. Toen ze villa Stopmand na
derden zagen ze Vadertje Schaar,
die voor zijn huis een pijpje wol
stopte. Het werd een hartelijke
begroeting. Majoor Scheermes
schudde Vadertjp Schaar de hand
Naald en Draad sprongen om die
rare Korporaal Kwast heen en
Lord Zeepstaaf boog deftig tooi*
Vingerlje Hoed.
Oom Rob antwoordt
Ik kreeg deze week een verzoek,
of ik niet eens wat over padde
stoelen kon schrijven. En degeen,
die me dat schreef, zei, dat het
zo jammer was. dat de kinderen
de paddestoelen zo onnadenkend
stuk schoppen, omdat er zo'n gro
te schoonheid in zit.
Dat is inderdaad zo. Paddes oe
len kunnen heel mooi zijn. En
toch schrijf ik er niet over, om
dat ik er geen verstand van heb.
Als er misschien onder de leze
ressen of lezers zijn, die dat wel
heeft, zou ik me in r.ijn vingers
kunnen snijden. Maar behalve
dat, er zit iels riskants aan pad
destoelen. Er zijn namelijk heel
vergiftige soorten bij. En nu zou
ik mijn vrienden deze raad willen
geven: Het is helemaal niet no
dig„ dat je paddestoelen opze te
lijk stuktrapt. Maar het is ook
niet nodig, da: je ze aanraakt of
er van probeert te eten Want 't
zou je slecht kunnen bekomen.
EN NU WAT ANDERS.
Wat heb ik weinig antwoorden
gekregen op de vraag naar de
verborgen plaatsnamen. Waren ze
te moeilijk? Dat kan ik me niet
voorspellen. Of was het weer nog
te mooi? Want da; is een feit. des
te mooier weer. des te m'nder brie
ven ik krijg.
De prijs werd d'tm-al gewon
nen door: Trini Nobel, Nieuwe
weg C 17, N. Niedórp.
DE TEKENWEDSTRIJD
Op het ogenblik dat ik dï: schrijf
beginnen de eers'e tekeninsen
binnen te komen. Daar is blijk
baar weer liefhebberij voor. Jullie
kunt inzenden to; a^rctaa^de
Zarerdag. Dat is dus 29 Oc'ober.
Je hebt dus nog een b°le w-ek de
tijd om wa; te mnken Er zijn
twee rubrieken. D? ene rubr'ek
voor kinderen tot en met tien
jaar. de andere voor k'nderen
van tien tot Ja. dat is moei
lijk. Laten we zeereen van t*en tot
en met tachtig. Dan zo°k ik wel
uit. wie er een prijs krügt
DE POSTZFOTS.
On'evreden ben ik niet. maar
toch moet het harder gaan dan
deze zomer. Deze weken onfvi"g
ik postzegels van een onbekende,
1250 stuks, van Rinkje Meijer 250
stuks, van mevrouw Bonman 250
stuks. Mijn hartelijke dank.
OOM ROB.
Schak
en
Als kampioenen verliezen is dit
altijd een sensatie, en als Euwe
verliest is het. iets bijzonders. In
de onderhavige partij, gespeeld
ln de Maandag door de Alkmaar
se schaakvereniging WV georga
niseerde simultaanseance, weet
de zwartspeler onze matador in
een zeer aardige, combinatierijke
partij te verschalken. Een simul
taanpartij die niet „grof" is. doch
door een geestige offercombinatie
in het voordeel van het „slachfof
fer" uiiliep. en dat is nu eenmaal
de bekoring van een simultaan.
Wit; Dr. Euwe, (simultaanspe
Ier)
Zwart: J. Levendig (Dirkshorn)
Spaanse partij.
1. e2e4, e7e5;
2. Pgl—f3. Pb8c6;
3. Lflb5. Pg8— f6:
4. 0—0. Lf8c5;
Een zeldzaam gespeelde variant
die in elk geval het voordeel
heeft dat de zwartspeler eigen we
gen kan bewandelen. En in het
begin heeft de simultaanspeler nu
eenmaal weinig tijd, dus
vechten.
5. Pf3 x e5, Pc6 x e5;
6.d2d4.' c7c6;
7. d4 x e5, c6 x b5;
8. *5 x f6. Dd8 x fö;
Men ziet het resultaat van de
cpeningsschermulselingen. Wit
krijgt een pion meer, zwart vrijer
spel en het loperpaar. Een kwes
tie van smaak, tegen Euwe is een
pion achter riskant, maar een ge
drukte stelling nog erger.
8. Pblc3, 00:
Consequent gespeeld. Zwart wil
de betere ontwikkeling behouden
en laa; dubbelpion b5 graag in
de sieek.
10. Pc3 x b5. Df6c6;
11. Pb5c3. Tf8e8
12. Kgl—hl
Euwe verlaat de fixatie van lo
per c5 om f3 te kunnen spelen.
1 2b7b6!
Moedig gespeeld. Tientallen
spelers zouden de d pion naar vo
ren hebben gebracht, maar zwart
taxeer; juist, dat de loper op de
koningsvleugel gerich; een gevaar
Jijk wapen wordt.
13. Ddld3?
Te vlot gespeeld. De dame staat
hier onguns ig. Beter was direcf
f3.
1 3Lc8b7
Met a5 had zwart zich. blijkens
het vervolg, een tempo kunnen
besparen.
14. f2—f3. a7a5
15. Pc3—d5. Lb7a6
16. c2c4, Lc5d6;
Zeer origineel bedacht. Dit „on"
positionele veld vormt de sleutel
voor de scherpe aanval op de wit
te koningsstelling1.
17. b2b3, b6b5
Deze venijnige wet werd tevens
nog als tactische toegif; in Ld6
verdisconteerd.
18. Pd5e3. Ld6—f4:
19. Lel—b2. Te8e6;
20. Pe3—f5?.
Voor de hand liggend en „chijn
baar sterk met het oog op de drei
ging Pd4, maar zwart kom; met
'n fraaie combinatie uit de bus
20. b5 x c4:
21 Dd3c2
Hier was vermoedelijk Dd5 nog
reddend geweest.
21c4c3;
22. Lb2 x c3, La6 x fl;
23. Pf5d4t
Op deze zet had de simultaan
speler waarschiinliik gebouwd,
maar hij wordt brillan; verrast.
23Lfl x g2tü;
Een prachige combinatie, die
tot in de finesses klopt.
24. Khl x g2. Te6h6ü;
25. Tal—hl, Dc6g6f
26. Kg2—fl. Ta8c8ü;
Alles staat gebonden, en de
zwarte figuren hebben een maxi
mumwerking.
27. Pd4—f5. Dg6—a6t;
28. Kfl—12. Da6—b6t;
29. Kf2—e2 Db6—c5!:
30. Ke2—<13. Thöd6f
31. Kd3e2
Natuurlijk niet P x d6 wegens
De3 mat.
31Td6d2t
32. Dc2 x d2. Lf4 x d2;
en Tswart won.
Onlangs meldden wij, dat een voetbal
verslaggever in Como vermoord was na
een scherpe critiek vart zijn zijde op de
plaatselijke voetbalclub. Sergio Cabag
lio, zo luidt de naam van de ongelukki
ge, leeft echter nog en zal zeer waar
schijnlijk Zondag weer op de tribune
zitten. Hij was door de speler Maesani
uitgenodigd met hem te komen praten
over de critiek, die Cabaglio had gele
verd. Maesani maakte echter al direct
gebruik van al te „stevige" argumen
ten en aangezien hij drie handlangers
bij zich had, vond Cabaglio het raad
zamer een winkel in te vluchten, waar
na de aanvallers afdropen. De verslag
gever kwam er met wat builen en
schrammen af. Waarmee bewezen is,
dat ons vak nog niet van gevaar is on'
bloot!
Na de vierde dag van de strijd om
het wereldkampioenschap moderne vijf
kamp leidt de Zweed Bjurefelt nog
steeds met IS punten. Het vierde on
derdeel wist hij echter niet te winnen.
Het was zijn landgenoot Hall, die de
300 meter vrije zwemwijze in de wacht
sleepte in 4 min. 05.1 sec.
Bjurefelt won het laatste nummer, de
vedlloop. waardoor hij wereldkampioen
werd. De Fin Viekke werd tweede.
Zweden was eerste in het landenklasse-
ment.
x
Het staat thans vast, dat Luc van
Dam op Dinsdagavond 22 November
a.s. in de ring zal komen tegen de
Fransman Kid Marcel. Giel de Roode
zal die avond ook boksen, maar tegen
wie is nog niet bekend. Waarschijnlijk
wordt dit wel Omar le Noir. De Roode
bokst overigens op 31 October a.s. in
Parijs tegen Humez.
x
In Folkstone is het plan gerezen vol
gend jaar een estafettcwedstrijd over 't
Kanaal te organiseren. Men verwacht
voor deze wedstrijd, waarvoor het ge
meentebestuur van Folkstone een beker
beschikbaar stelde, ploegen uit de Ver.
Staten, Frankrijk, België. Egypte en
Groot Brittannië. Tevens wordt door
de vroede vaderen van Folkstone een
beker uitgeloofd voor de snelste per
soonlijke overtocht in 1950.
x
Een voetbalwedstrijd tussen de
league elftallen van Ierland en Schot
land, welke te Dublin werd gespeeld,
is in een 1—0 overwinning voor de
Schotten geëindigd, door een doelpunt
van Reilly. 20 minuten na de hervatting
Voor de finale van het biljartkampi
oenschap van Nederland, hoofdklasse
cadre 71—2, die van 1 tot en met 4
December a.s. in Amsterdam wordt ge
houden, hebben ingeschreven de biljar
ters Eichelsheim, Kruithof, De Leeuw,
Metz, Van der Pol, De Ruyter en
Sweering.
LUC. VAN DAM
..Weer werk aan de winkel-