Waar sterren leerden spelen
Hoe komt een weer bericht tot stand?
Als de baby
lacht
KAPPIE VERLIEST DE KOERS
Grote diamantsmokkel kost
Engeland 600000 dollars
Het Huis aan de Baai
De belangstelling voor dit onder
werp waarover Prof. dr. Bleeker van
liet KNMI de Bilt Woensdagavond
«prak t» Middenmeer. voor het Nut
«prak viel ons niet mee. De voorzitter
de heer P de Jong kon aan ongeveer
80 a 90 personen het welkom toe
loepen.
Prof. Bleeker die al spoedig het
Woord kreeg begon met op t? roerken
dat <ie belangstelling voor de weer
berichten na de bevrijding sterk Is toe
genomen. In samenwerking met PTT
Is het bijv. thans mogelijk in de prov.
Utrecht om automatisch per telefoon
fee weersverwachting te vragen. Per
dag wordt men 2400 keer opgebeld.
Wat dit zal worden als er uitbrei
ding mogelijk Is behoeft geen nader
betoog, want Utrecht is betrekkelijk
Baar een klein object, doch als de
Intensieve landbouwstreken de moge
lijkheid krijgen om per telefoon het
weerbericht te ontvangen, begint het
pas.
Hoe komt zo'n weerbericht tot
«tand? Wij werken niet met stekende
likdoorns of wijten het aan rheuma-
tlsche aandoeningen, nog minder zoe
ken we het In het meer of minder van
vliegen.. Ook hebben wij geen sterreto
ren in de Bilt zoals men wel eens ten
pnechte denkt; di maan, sterren en
planeten hebben niets met het weer ie
maken. Wij hebben alleen de zon. Er
bestaan verschillende rijmpjes ovet het
weer. Op 't Instituut hebben we er een
dik boek van. sommige zijn goed doch
de meest-n zijn van geen betekenis.
Een boer en een visser hebben soms
een goede kijk op de weersverwachting
Doch hun indruk geldt maar voor ten
hoogste 5 4 6 uur. Op bet KNMI moe
ten wij een weersverwachting geven
voor 1 of 2 dagen.
Een weersverwachting komt
•tand aan de hand van gegevens van
een groot aantal punten ln Europa en
Amerika die afleo op de zelfde tijd
ti|n opgetekend en In kaart gebracht
Waaruit de verwachting kan worden
flenalyseerd.
Draadloos, per telefoon en teler ko
Ben deze berichten binnen van ale
weerstations. Meteorlogie Is een nog
Jonge wetenschap. Spr. noemt de na
Ben van de pioniers als de Franse ge
leerden Lavasier en Lamarkx. zomede
van de Nederlander Buys Ballot In
alle landen heeft men die pioniers ge
had.
Te de Bilt beschikt het instituut over
verschillende instrumenten en hulpmidde
len om een verwachting samente stel
len. Een waarnemer moet de verschil
lende thermometers aflezen met betrek
king tot de vochtigheid van de lucht
de temperatuur, hij moet de windrich
tlng, snelheid en luchtstromen meten,
Waarvoor een toren van 36 meter hoog
op het terrein van het Instituut
staat. Men kan dit op de grond doen
ln verband met allerlei wervelingen en
stromingen die er zijn tussen huizen en
bomen. Voorts moet hij de neerslag
of regen meten, de hoogte van de wol
ken schatten, temparatuur van het aard
vlak. bij vorst ook hoe diep deze in
de grond ziet. Van al deze gegevens
Boet hij een rapport op maken in een
bepaald code.
Intussen zijn ook waarnemingen ver
richt in de hogere luchtlagen. Vroeger
bediende men zich van een vliegtuigi
en steeg er iedere morgen een toestel
van Soes ter berg op tot 5 a6Ü00 meter
om daar waarnemingen te verrichten.
Tegenwoordig doet men dit eenvoudi
§er en laat men een ballon op met
waterstof gevuld. Aan deze ballon
hangt een radio sonde, die alle gege
vens uitzendt die dan beneden opge
nomen worden op de ontvangers. Op
een bepaalden hoogte barst de ballon
dan opent zich een parachute en de ra
dio sonde komt omlaag.
Vcor het terugbezorgen ontvangt de
vinder f 5.—. Er gerafcen er natuurlijk
ook weg, of b.-derven doordat ze niet
tijdig worden gevonden. Die op de
weer schepen worden opgelaten zijn na
turiijk altijd verloren. Een dure lief
heberij zegt spr. doch niet zo duur
als een vliegmachine met al de risico's
Er is echter zo'n groot algemeen belang
meer gebaat met een vrij nauwkeurig
weerbericht, spr. zegt bijv.- dat men
er niet over zou denken om de oceaan
over te vliegen als men de gegevens
over het weer niet had. dat het verlies
van de radio sonde geen rol speelt.
Helaas is er geen goed projectie ap
paraat aanwezig, zodat prof. Bleeker
niet in de gelegenheid was om zijn
lezing met lantaarnplaatjes toe te lich
ten.
Uit een rondgedeeld weerbericht
(van heden) kon men als leek een
vluchtige indruk krijgen over het zgn
lage en hoge drukgebied. de fronten
en de veel besproken depressie, kort
om op deze volledige weerbericht-
kaart stond een weerwar van lijnen,
curven, tekens en formules, waar dan
tenslotte in leesbaar Hollands een alge
meen overzicht en verwachting onder
aan stonden afgedrukt.
Na de lezing van prof. Bleeker volg
de een zeer geanimeerde gedachtewis
seling. Er werden tal van vragen ge
steld en natuurlijk werden allerlei ge
zegden aangehaald over volksuitdrak
kinqen waarmede weer wordt voor
speld. Zoals bijv. .Morgenrood plomp
in de sloot Avondrood mooi weer
aan boord Prof Bleeker verwierp deze
voorspellingen. Onderzoekingen van
prof. van Everdingen hebben ultgewe
zen dat dit niet op locica berust. Niet
temin hielden de betrokken vragens'tl
Iers hardnekkig vol dat het voor 80
procent altijd uit kwam.
Verder werd er ook nog gevraagd
hoe hoog het percentage is van de ver
wachtingen die niet uitkomen. Dit is
niet te zeggen aldus spr. omdat dit
van allerlei factoren afmangt. Kortom
prof Bleeker noemde dit gedeelte al
tijd het prettiaste en leerzaamste (o^V
voor hem zelf) van d» avond. Men
was niet zuinig met het vragen stellen
en het was laat toen voorzitter de
long met een hartelijk woord van dank
aan prof. Bleeker deze bijenekomst
sloot
i—i icru» «i» net O m t
len oud is, nauwkeurig J
Het is begrijpelijk, dat i
eder dit allee ju de biik
Over het begrip van een j
baby schrijft dr. Charlottei
Bühler in haar „Practische kin-
derpsychologie" het volgende: 4
Iedere moeder denkt dat het 1
kind heer reeds als het 3 4 4*
maanden
herkent,
de moeder
en de glimlach van haar kind
meent te zien en dat kan ook 1
geen kwaad, zolang zij niet op/
grond daarvan al te gecompli- f
ceerde prestaties verwacht. 1
Daarom moet van de volgende 1
feiten nauwkeurig kennis ge- j
nomen worden:
le. Pas in het tweede halfjaar?
begint het kind bekende en on-
bekende dingen te onderschei-i
den.
2e. liet kind leert véél vroeger
L»ri.aslde banda'ingen begrij-i
pen en verwachten, dan da; het
kenmerkende bjj zonderheden j
van oe dmgen leert kannen. Na i
6 of 3 weken herkent het kiud-
je aJ de opeenvolging van de
handelingen: uil oe wieg ne-1
men, verdrogen, slabbetje om?
doen enz. en hut bagint reeds
in afwachting te zuigen vóór de i
voeding Maar het moet wel 4
a 5 maanden zjjn vóór het de J
fles zelf herkent, als het ten-
minste steeds dezelfde is en
pas mei 8 maanden herkent het 4
het voedsel aan de kleur.
HABIS
Dat denkt deze soldaat, die uit In
donesië terug keert, ook.
Hij heeft de tijd er op zitten en
heeft zijn vreugde tot uitdrukking ge
bracht döor met grote letters op zijn
pet „Habis" te zetten. 1
24. Toen ze in de karoïr kwamen,
waar Horrel achter het bureau had ge
zeten, vonden ze op dezelfde plek de
Koniig zitten. Hij zat daar vastgebon
den en had een lap voor zijn mond.
„De schurk" riejp Kappie. „Om een
Koning zo te behandelen. Helpen jullie
me gauw om hem los te maken."
Binnen zeer korte tijd hadden ze de
Koning bevrijd en even later spraken
ze all*maaj door elkaar, tot Kappie
eindelijk kon uitleggen, dat hij dacht,
dat het Horrel om de parels te doen
was, die in de oesters zaten, en dat
ze hier iets aan doen moesten.
„Wie had ooit kunnen denken, dat
er op mijn eiland nog eens een stel
zeerovers zou komen" sprak de Koning
„Het spijt me dat ik jullie op heb Ia
ten sluiten'.
„Wij moeten nu meteen naar de
oesterbanken" zei Kappie.
„Moet ik ook mee?" vroeg de maat
„Mag ik niet naar de Kraak?'
„Jij gaat ook mee" zei Kappie streng.
Ze gingen naar buiten en holden
door het nauwe straatje. De grijsaards
die er liepen bleven stokstijf staan van
Merbazing, want ze hadden hun Ko
ning nog nooit zo hard zien hollen tus
sen een stelletje vreemdelingen in.
Een Londens gerechtshof Is begon
nen met het behandelen van 47 aan
klachten tegen drie maatschappijen
een bank. een directeur en een procu
ratie houder, die ervas worden be
schuldigd betrokken te zijn in een plan
om ruwe diamanten tot een hoeveel
heid van 19.451 uit Engeland te ver
zenden, waarbij de «evlezcnwet op
zettelijk werd ontdoken.
De openbare aanVhger vtrki-.ardr
dat de Britse regering als gevolg van
het heimelijk verzenden van ruwe dia
mant uit Londen naar Tanger, waar
de edelsteen weer verder verkocht
naar de Verenigde Staten, reeds een
bedrag van zes honderd duizend do'
lar heeft verloren. Het compoh kwant-
uit. doordat op het hoofdpostkantoor
te Londen drie postpakketten werden
geopend, die diamanten ter waarde van
75.254 Pond sterling bleken te bevat
ten.
De opzet van het plan was de diaman
ten niet rechtstreeks naar de Verenig
oe Staten te verkopen ia dat geval
had Engeland er dollar» voor onrvan
gen doch via de omweg van Tan
ger. waar een stroman zorgde voor
de wederverkoop naar Amerikaans?
diamanthandelaren. De Icots van het
pond sttf'kf was destijds nog 4.2
voor een pond. doch de notering be
droeg te Tangers slechts om en bij 3.2
dollar. Op deze wijze wisten de Aroe
-'kaanse diamanthandelaren een on
wettige extra winst van 20 tot 25
procent te boeken, terwijl F.-geland de
zo zeer benodigde dollars ontgingen.
Het had de aandaant van de doua
ne getrokken dat zich een grote uit
voer van diamanten uit Engeland naar
Tanger begon te ontwikelen, daar geen
der Londense diamant deskundigen iets
wist van een markt voor diamanten
in deze Noord Afrikaanse haven.
Ballon uit België
gevonden
In het Noorden van dpolder werd
een dezer dagen een ballonnetje gevor
den door Mej. J A Bakker, waaraan
een kaartje bevestigd dat deze is opoe
laten op een baüonwedstrijd te Antwer
oen. De vinder (ster) werd verzocht
het kaartje portvrij op te zenden, bet
o-en zij gedaan heeft
ÏN het jaar 1869 werd door een
4 aantal Nederlanders op een
letterkundig congres te Leuven
het denkbeeld geopperd, te gera
ken tc»t de oprichting van een
verbond, dat zich ten doel zou
stellen de verheffing der toneel
speelkunst. In zyn eerste verga
dering, October 1871, aanvaard
de dit verbond, dat dank zij het
ijveren van mr. J. N. van Hall
tot stand was gekomen, een om
vangrijk plan tot oprichting van
een toneelschool. Op 30 Novem
ber 1874, thans dus byna 75 jaar
geleden, werd deze school, die
gesteund werd door „Het Nut",
gevestigd in een klein perceel
aan de Prinsengracht. Tot de
eerste leerlingen behoorden de
later zo beroemde sterren Anna
Sablairolles en Cornelis Schultze.
Die eerste behuizing was verre
van comfortabel. Toen echter
ook koning Willem III een jaar
lijkse subsidie van 5000 had
verleend, kon men in 1878 ver
huizen naar het nieuwe gebouw
aan de Marnixstraat, hetzelfde
pand, waar ook nu nog ae adspi-
rant-toneelspeiers zich in hun
schone kunst bekwamen.
Men begrijpe goed, in die eer
ste dagen stond in ons land de
„kaste der komedianten" min of
meer buiten de maatschappij.
Haar kunst werd vrijwel louter
als kermisvermaak beschouwd.
Het denkbeeld van een „verhef
fing", waarvoor het toneelver
bond zich inspande, was dan ook
allerminst misplaatst en het is
begrijpelijk, dat juist in die
tijd de toneelschool vóór alles
..school" was. De dames en heren
van het Toneelverbond bemoei
den zich evenwel vrat erg veel
met de leiding, hoezeer hun werk
ook mocht worden gewaardeerd.
Dit leidde in 1913 bijna tot een
conflict, toen het verlangen toe
nam de toneelschool meer v a k-
school te doen worden. Maar..
Amsterdamse
peilingen
daarvoor was geld nodig, veel
geld. En zodra financiën ln het
geding komen, wordt het voort
bestaan vaak moeilijk. Toch is de
toneelschool er nog, en de na de
oorlog opgerichte Stichting,
waarin Rijk, gemeente en het
Toneelverbond samenwerken,
heeft de situatie thans wel zo
verhelderd, dat de school een
waardig 75-jarig jubileum kan
vieren.
Op 30 November wordt dit ju
bileum gevierd. In de Stads
schouwburg houden curatorium
en hoofdbestuur een receptie en
voorts zal een historische ten
toonstelling over de ontwikkeling
van het toneel in 75 jaar worden
geopend. De „echte" viering
vindt plaats op 3 December. Dan
wordt in de Stadsschouwburg
een spectacle coupe ten tonele
gebracht, waaraan alleen oud
leerlingen der toneelschool mede
werken. En nu moet u eens op
letten hoeveel klinkende namen
genoemd worden.
Voor do pauze van deze gala
voorstelling, die uit twee delen
bestaat, treden de ouderen op.
Zij brengen vijf stijlperioden uit
de nationale toneelhistorie op de
planken. Het eerste fragment is
gewijd aan de tijd van de Ko
ninklijke vereniging „Het Neder
lands toneel", de tweede aan de
tijd-Herman Heyermans, de der
de aan Willem Rooyaards, de
vierde aan Eduard Verkade. De
laatste periode is gewijd aan Van
Dalsum's „Oostnederlands To
neel". Aan deze scènes werken
mede: Rika Hopper, Emma Mo
rel, Jacques Röhle, Marie Meu
nier, Anton Roemer, Louis van
Gasteren, Fie Carelsen, Frits van
Dijk, Georgette Hagendoorn, Nel
Knoop, Willy Haak, Hetty Beek,
Dick van Veen e.a.
Na de pauze komen de jonge
ren. Mary Dresselhuis, Johan
Remmelts, Gerard Hartkamp,
Ank van der Moer, Jan Retel,
Bab Wijsman, Elise Homans,
Fons Rademakers e.a. brengen
fragmenten uit werk van Sehmit-
zer, O. Neill, Wilder en Vondel.
Waardiger viering dan met zo
veel prominenten, die hun dank-
b ?id uiten, is moeilijk denk
baar.
SATERDAG 26 NOVEMBER 1949,
NA TWAALF UUR.
12-33 Metropole orkest; 13.00 Nieuws;
13.15 Lichte muziïk; 14.00 Volkszang
14.20 Dansmuziek; 14.50 Streekuitzen
ding: 15.(5 uach
16 15 Grdm >f'Xn— 7iek; 17.00 Gr.pl.
17J0 Voor de Jeugd; 18.00 Nieuws;
18.30 Strijdkrachten; 19.00 Artistieke
staalkaart: 19.30 Bijbellezing; 20.00
Nieuws; 20.15 We en se muziek: 20.45
Gevarieerd progr 22.00 Orgelspel;
22 25 Hoorspzl. 23.00 Nieuws
Hilversum II. 416 m 12.03 Amu
sementsorkest; 12.33 Orgelspel; 13.00
Nieuws; 13-20 Promenade orkest; M.00
Fanfare orkest; 14.40 Utrechts Sted.
orkest; 15.25 Kroniek van letteren en
kunsten; 16.15 Boekbespreking; 16.30
„De schoonheid van het Gregoriaans";
17.00 Voor de jeugd; 18.00 Volksliede
ren: 18-30 Gramofoonmuziek; 19.00
Nieuws; 19.30 Omroeporkest; 20.00
Nieuws; 20.15 „Lichtbanken"; 21.00 Ge
varieerd programma; 21.55 Amuse
mentsorkest; 22.30 „Wij lulden de Zon
dag In". 23.00 Nieuws.
ZONDAG 27 NOVEMBER 1949.
Hilversum I, 301 m 8.00 Nws.;
8.40 Dansmuziek; 9.15 Verzoekprogr.;
10.00 Meestcr-trio; 10.25 Letterkundige
uitz.; 10.50 Gr.pl; 11.15 Cabaret; 12.10
Pianospel; 12.30 Zondagsclub; 13.00
Nws.: 13.20 Waltztime; 14.05 Boekbe
spreking: 1430 „Die Schopfung" van
Haydn; 16.30 Sport; 17.30 Ome Keesje
18.05 Sport; 18.15 Nws.; 18.30 Strijd
krachten: 19.00 Jeugduitzending: 20.00
Nieuws; 20.20 Hersengymnastiek; 20.45
Pianorecital; 21.10 Paul Vlaanderen;
21.45 Ned. Zwitsers uitwlsselingsprogr.
22.30 Gev. progr- 23.00 Nieuws
Hilversum 415 m 8.00 Nieuws
8.30 Hoogmis; 9.30 Nieuws; 10.00
Hoogmis; 12.00 Boodschap Prinses Wil
helmina; 12.40 Lunchconcert: 13.00
Nieuws; 13.20 Lunchconcert; 14.00
Koorzang; 14.30 Cocca-tgebouworkest;
15.3C Kath. overig: 15.55 Fluitreatal;
16.15 Sport; 16.30 Vespers; 17.00 Kerk
dienst: 18.30 Orgelspel; 1900 Psalmen
19.30 Nieuws: 19.52 Boekbespreking;
20.12 Uit eu Thuis, gevarieerd progr.
23.00 Nieuws.
«ra»'-" <oj)r
Andrew Mackenzie
Beuingrijk punt: de duivelskap,
waarmee de moordenaar van oude
Johnny zich tooide, is gevonden in
de studeerkamer van dominee Bar-
low, die ook eerder reeds verden
king op zich geladen had. Nadert
de grote zaak haar ontplooiing?
75
Meestal lees ik s avonds voor het
naar bed gaan een uurtje en maak ik
me daarna een of andere drank klaar,
maar na de avonturen van die dag
voelde ik me zo vermoeid, dat ik be-
aloot onmiddellijk te gaan slapen. Ik
moet al enige uren geslapen hebben,
toen opeens een geluid tot me door
drong. Terwijd ik nog maar half wakker
was, meende ik, dat het niexa andera
kon zijn dan het t'kken van het touw
van de jaloosieën teg'o het raam. Maar
dan weM het me duidelijk, dat iemand
mijn aandacht probeerde tv trekken. Ik
•prong juist uit mijn bed. toen een
handvol kJezekjea tegen he' raam werd
gegooid Ik deed geen lick* aao en
lichtte voorzichtig de Jalousie wat op om
ln de tuin te kunnen kijken. In het gril
lige maanlicht kon ik een vrouwenfiguur
onderscheiden met een sjaal om het
hoofd. Eén enkel ogenblik van extase
meende ik dat het Judith was. Maar toen
de sjaal van het hoofd verwijderd werd,
herkende ik het dienstmeisje Mary.
Ik kleedde me haastig aan en deed een
sjaal om mijn hals, daar het een koude
nacht was. Toen Ik de gang doorliep,
hoorde Ik het gesnurk van mijn huis
houdster.
Mary stond nog op dezelfde plaats.
Gelukkig, dat u wakker werd.
meneer, fluisterde ze, in haar agitatie
mijn arm vastgrijpend. Het betreft juf
frouw Judith.
Is haar Iets overkomen? vroeg ik,
terwijl mijn hart bonsde.
Nóg niet, meneer. Ze kwam mijn
kamertje binnen even na middernacht
en maakte me wakker. Ze was doods
bleek en rilde van angst. We zijn hele
maal alleen in huis, Mary, zei ze. Ze
v-a-tolde me, dat ze wakker was gewor
den 3-jct het geluid van iemand in hatfr
Toen ze haar oom wilde wekkeu,
bleek diens bed onbeslapen te zijn. En
boven gekomen, ontdekte ze, dat ik de
enige bediende in huis was. Alle anderen
waren weg. Ze verzocht me, naar u toe
te gaan om hulp te vragen. Ze heeft zich
met een revolver in haar kamer opge
sloten. Maar ze zei, dat u niemand iets
mocht vertellen, ook de politie niet. Als
de politie erin gemengd wordt dat
waren haar eigen woordea zullen ze
wraak nemen.
De zaak werd hoe langer hoe fantas
tischer. Ik geloof, dat ik, wanneer dit
verhaal me bij helder daglicht verteld
was, gelachen zou hebben, maar zoals
Ik nu hier stond in de vaag verlichte tuin
tegenover het angstige, bleke meisje,
dacht ik slechts aan één ding, namelijk
het gevaar waarin Judith zich eventueel
bevond.
Hoe ben je hier gekomen? vroeg Ik.
Ik moest de weg achterom door de
velden nemen, antwoordde het meisje.
Het was erg donker en ik kwam niemand
tegen. Bartholomeus was niet in zijn hut,
Ik geloof, dat hij óók verdwenen is.
Ik beval het meisje op mij te blijven
wachten en keerde naar mijn kamer
terug. Een gekrabbeld briefje aan Bran-
nigan, dat ik op mijn tafel neerlegde,
en dat juffrouw Clitherwood hem de
volgende morgen wel zou overhandigen,
zou hem uitleggen waar ik heen gegaan
was. Tegen dia tijd zou Judith 's verzoek
om geheimhouding wel niet meer van
kracht behoeven te njn
Het was tegen drie uur dat ik mijn
nachtelijke tocht naar het Huis aan de
Baai begon. Het dorp was volkomen in
duisternis gehuld. Ook in de pastorie
brandde geen enkel licht. Tot op dit mo
ment had ik roe niet gerealiseerd, hoe
moe ik was. Mijn instinct zei me haast
te maken, maar mijn been deed me pijn.
Gelukkig was er geen regen meer geval
len en waren de velden droog. Mary
scheen onvermoeid te zijn. Ze was van
ons tweeën dan ook ln de beste con
ditie, toen we bij het Huls aan de Baai
aankwamen. Ik keek op mijn horloge.
Het was inmiddels half vijf geworden.
Mary wilde de achterdeur openmaken,
maar ik beduidde haar stil te blijven
staan. Het Huis was één doodse zwarte
stenen massa. Er was geen lichtje te be
kennen. Opeens huiverde lk. Ergens in
het Huis hoorde lk slepende voetstappen-
De voetstappen hielden op bij de deur. Ik
luisterde met gespannen aandacht en
hoorde een doffe slag. Ik wist nu opeens
duidelijk, wat me te doen stond. De deur
gaf gemakkelijk mee toen ik de knop
omdraaide. Zachtjea deed ik baai- wat
verder open. len vlaag wind woei door
het huls en ergens bovec sloeg «en deur
met een bons dicht. Op de grond in de
gang lag een donkere figuur. Iven. in
een ogenblik van verbij narende ontstelte
nis, dacht ik dat het Juditb wms. Maar
toen zag lk UU het Ucto' van mijn zaklan
taarn, dat het het lange uwi-ere llcnaain
van de kolonel sec Hij lag met zijn ge
zicht naar omlaag op de stenen vloer vau
de gang. Ik knielde naast hem neer en
beurde zijn hoofd even op. Zoals ik wel
vermoedde, was hij bewusteloos en de
reden daarvoor was niet moeilijk te vin
den. Het bloed druppelde uit een diepe
snij wond in zijn voorhoofd.
Mary rende naar de keuken om water
te halen. Gedurende de enkele seconden,
dat ze weg was, begonnen de oogleden
van de bewusteloze man te knipperen.
Daarna krabbelde hij met veel gekreun
overeind.
Waar ben ik? steunde hij.
Kalm maar aan, kolonel, zei ik. U
bent ln uw eigen huis. De een of andere
schurk heeft u aangevallen. Maar nu
bent u veilig.
Ben Jij het, Arlen? Beste man, lk
weet niet, hoe Je hier gekomen bent*
maar vóór de nacht om Is, zou lk je hulp
wel eens nodig kunnen hebben. Geef me
je arm en help me in een stoel. In de
zitkamer liefst.
Ik schonk de kolonel een straffe whisky
in en nam er zelf ook een. Eerst op dat
moment viel het me op, hoe buiten
gewoon stoffig de kleren van de man, die
tegenover me zat, waren. Hij was geheel
aangekleed in een oud tweed pak De
kolonel dronk een klein slokje.
Alles komt nu op mij neer, Arlen,
zei hij. Ga eens kijken, of mijn nichtje
veilig is. Neem Mary mee. die zal Ie haar
kamer wijzen.
(Wordt v«r vuigd)