1 Walt Di sney Voor onze tekenaars Welkom fot mijn nieuwe vrienden Vogels in de koude Ons Raadselhoekje Een nieuwe opgave Ons vervolgverhaal De zeven Kabout ers van Sneeuwwitje Het was al weer donker, toen de elfjes en de kabouters hun huls binnenstapten. Knorrepot maakte vuur en ontstak de grotP storm lantaarn en toen de vlam hoog ge n'oeg was opgeflikkerd en ze wil den gaan plaats nemen, bleven ze plotseling stokstijf van schrik staan. Want tegen de wand ge drukt stonden zeven elfenvaders. de burgemeester van Elfenstad en zeven elfenpolltleagenten. En de gezichten van die indringers ston den lang niet vriendelijk. De elfj ss wilden op hun vaders toesnellen en ze om de hals val len, maar ze werden bars terug gewezen door de verbolgen va ders, die het hen niet konden ver geven dat ze met de kabouters waren weggelopen. De kabouters stonden zich te verbijten van boos held. Hun elfjes hadden dat toch zeker niet verdiend. Wat drom mei, dan hadden hun vaders hen maar niet zo slecht moeten be handelen. Maar ze hadden ook nog een beat jet ontzag voor die zéven stevige palitleagenten. dus besloten ze eerst nog een beetje een voorzichige houding aan te ne nemen. De burgemeester van Elfenstad d^cht, dat de kabouters bang wa ren. E dus werd hij heel moedig en s'aDte naar voren O. wat keek hij boos. Wie heeft jullie het recht ge geven om de elfjes uit Elfen* ad weg te voeren, bulderde hii. Weet Julliewel, dat het een ernstige mis daad is waarop een lange gevan genlsstraf staat. De politieagenten deden al een stap naar voren en ze stroopten hun mouwen op. Maar dat was voor de kabouters, die wel vrede llevend. maar helemaal niet bang waren, net te veel. Ze stroopten hun mouwen op. trokken hun mutsen van het hoofd en gingen daar op staan dansten om eens goed boos te worden en ze wilden net op de politieagenten afstor men. toen de elfjes om hun hals gingen hangen. Want die wilden geen gevecht. Toen er weer een beetje rust in de hut gekomen was. verklaarde Knorrepot op nog veel bozer toon dan de burgemeester van Elfen sfad maar ooit zou kunnen ge bruiken dat het heel jammer was. dat de elfjes tussenbeide ge komen waren, want dat er an ders zeven politieagenten in de sneeuw zouden hebben gespar teld. Het scheelde maar heel wei nrg of het gevecht zou toch nog ontbrand zijn. maar Hummeltje bracht uitkomst, door op dP te nen voor de burgemeester van El fens^ad te gaan staan en hem de ■toverfluit voor te houden. Als ik hier op blaas, raasde hij tegen dP burgemeester, die W:ï een hoofd groter was dan h'i komen er twaalf slangen en die vérslinden jullie met huid en haar. Daar wist Hummeltje natuurlijk niets van. Dat was hst nare van dé toverfluit. Het kon goed ziin maar het kon ook eebeuren, da* er iets heel wonderlijks te voor schiln kwam. waar je niets aan had. De burgemeester was echter on der de indruk van de boze kabou ter en hii haalde geen grote mond meer open. In plaats daarvan be gonnen dP kabouters en de elfles eens heel gemoedelijk te praten met hun vaders en de burgemees ter. terwijl de politieagenten op tamme kastanjes werden getrac teerd. Na korte tijd bleek, dat d^ kabouters en de burgemeester het heel gopd rget elkaar konden hEbben. Toen kwam ook de aap uit de mouw. Er heerste in Elfen stad een griep epidemie onder de vrouwelijke inwoners. Alle vrou wen lagen met griep in bed en nu was men toch zo verlegen om hulp, dat ze smeekten de elfjes om terug te komen. Bovendien verklaarde de bur gemeester. gaat het toch eigen lijk niet aan, dat jullie hier zo maar zit. Jullie moet eera', be hoorlijk trouwen en we mos ten een feest hebben. Nauwelijks hoorden de elfjes van de griep in Elfenstad of ze hadden geen rust meer. Ze moes ten heen om te helpen. Knorrepot keek Zonderhaar aan. Welgemoed begon met krom been te fluisteren. Wijsneus con fereerde met Langhaard en Hum meltje zoog op zijn duim. Hij wist niet wat hij zeggen moest. Wat heerste er een verslagen stem ming in het kabouterhuis. Als jullie eenmaal weg bent. mopperdP Knorrepot, dan kom jullie nooit meer terug. Jullie ver veelt Je hier. Jullie bent maar wat blij dat Jullie weg kunt. Pat was niet aardig van Knor repot.. Zijn elfje sprong dan ook op hem toe, viel hem om de hals en bezwoer hem da* het niet waar was. In het voorjaar konden d? kabouters weer naar Elfenstad komenen dan gingen ze weer mee terug en dan zouden ze gaan trouwen. Als de kabouters dan fenminstP nog wilden. Maar ze konden hun zieke moeders toch niet laten iggen. Sn de vaders moesten toch ook geholpen wor den. Dat was verstandige taal en de kabouters konden eir niet veel te gen In brengen. Het werd een hartroerend afscheid en de ka bouters konden die nacht geen VAK DIT EN VAN DAT Oom Rob antwoordt Jullie krijgt nu de smaak van het oplossen van raadsels te pak ken. Elke week komen er meer op lossingen en steeds weer ontdek ik nieuwe vrienden. Montbretia Anna Paulowna Fijn dat ik eindelijk weer eens wa tvan je hoorde. En wil Je aan Viooltje zeggen, dat ik zorgen zal dat er ook eens een gemakkelijk raadsel in de Kinderkoerier komt? Jullie houdt zeker veel van bloe men hè. dat Jullie van die mooie schuilnamen gekozen hebt. Viooltje: Hoe oud ben Jij eigen lijk? Je schreef van 6 Jaar, maar je schrijft al zo flink. Ik kon hat bijna niet geloven. Dik de Geus Zuid Noord Schermer Je behoeft tegen Oom Rob geen meneer te zeggen, hoor, Dik. Als je soms nog- eens schrijft ik ben voor Jullie alle maal Oom Rob. Tineke van Zoonen. Oude Nie dorp AI weer een nieuweling, ook jij hartelijk welkom In de club. Zal Je vadetr de groeten doen? Stijnie Benit. Winkel Moet jij nu in de huishouding helpen. S'ijnle nu moeder ziek is? Ik hoop. dat ze maar weer spoedig beter wordt. Gre van den Berg. Schagen Dat was een hele poos geleden, dat ik van jou ie^s heb gehoord, Gre. Beleef je nooit iets bizon ders in Schagen? Trini Nobel. Nieuwe Niedorp Dat vind ik vestandig van ie Tr< ni om Esperanto te leren. En wat leuk. dat je al correspondentie vriendinnetjes hebt in het buiifen land. Nan Tijssen. Dirkshorn Wat heb Jij een prachtoplossing inee zonden van het raads 1 Nan. En wat een aardige tekenigen er bij. Lousle Rempt. Bloemstrant D 48 Alkmaar Hartelijk welkom in de club. En Louise wil een ponden Mevr iendlnnet JP hbben Wie schrijft er aan haar? Het adres staat er bij. AnniP Slikker. Wieringerwaard Ook jij harteliik bedank* voor de postzegels. Annie. Ik vind het h-Temaa! niet erg da» jij u'^ere kend hebt. hoP oud Oom Rob ls. Maar precies weet Je het toch niet. En nu maar weer tot dvolden d keer OOM ROB Toen Oom poV> een iochie was Weet je wat ik de laatste jaren bijna niac meer zie Het steltlo pen. Misschien komt dat wel om dat het hout zo schaars is gewor den en de stelten dus heel erg duur werden. Ik geloof zelfs, dat velen van jullie het nog nimmer hebben ge daan. In mijn Jeugd was het een heerlijk vermaak en we hebben er reuzeplezier mee gehad. Als je nog maar een jaar of zes was. begon je met heel kleine stelten, maar als je een Jaar of twaalf, dertien was geworden dan zorg de Je wel. dat je van die fijne hoge stelten kreeg. Als Je daar op liep. was het net of Je een reus was. Er waren sommige jongens, die stelten hadden, die wel een meter hoog waren. Daar kon je enorme stappen mee geven, niaar ze hadden het nadeel, dat Je er niet zo vlug mee kon wegk imea. Soms hl lden wP wedstrijden wie het hardst opde belten kon lo pen. We deden takjes op stelten, korom alles wat we maar konden bedenken. Als je het nog moest leren viel het lang niet mee. Maar na een paar dagen had Je de kunst te pakken en als het seizoen weer om was. dan was je een volleerde steltloper. oog dicht doen, toen de elfjes ti et hun vaders en de burgemeester en de politieagenten in rinkelen de arresleden waren weg gereden, terwijl de lichtjes van de lan taarns in het duister langzaam verdwenen. De kabouters werden duchtig koud. Ze rilden toen ze weer In de hut terug kwamen en ze konden de hele nacht niet warm worden. Wij hadden bij ons op school 'n stel Jongens en meisjes, dat was werkelijk een stel rabauwen, zoals onze ouders het soms uit drukten. Het gingons nimmer te raar. Een gewoon spelletje was natuurlijk niet mo°i genoeg. Nee het moest iets anders zijn. Hardlopen op stelten of takjes, daar haalden wP al spoedig onze neus voor op. Maar ja, wat dan? Het ls niet zo heel gemakkelijk om een nieuw spelletje op stelten te bedenken. Je kunt er nu een maal niet alles mee doen. Ik meen dat ik jullie al eens iets verteld heb over het slootje, waar we zo graag slootje spron gen. Een heerlijk slootje, waar je alle mogelijke spelletjes kon doen. Welnu, op een rn'rtrioe. het was in de nazomer, waren we bezig steltlopen, toen een meisje Griet heette ze. voorstelde om te gaan steltlopen in het slootje Als het een Jongen was geweest die het had voorgesteld, zouden we het misschien wel niet gedaan hebben. Want we voelden, dat 't ontzettend dwaas was. Stel je voor steltlopen in een sloot. Te gek om los te lopen. Maar nu door een meisje voorgesteld werd, was er niet een Jongen, die be zwaren durfde maken. En Ant en Jans dl"; er ook Ni waren, waren al net even roekeloos als wij die lieten zmh ook n'e* kennen. Dat wij op weg naar het slootje, dat midden in de weilanden lag. Beste clubvrienden, we hebben een middag gehad om nooit te vergeten. Er heeft niemand een been gebroken hoor. En er is ook niemand verdronken. Maar wel zijn we allemaal klets nat thuis gekomen. Maar luistert naar de avonturen van jullie oude Oom. Het steltlopen in het slootje viel mee. Want het slootje had 'n heel harde bodem en de stelten waren niet zo erg dun. Als je dus niet lang op een plaats bleef staan, zakte jft er niet zo diep in. dat je er niet uit kon komen. He* eiste een vaardigheid en j? moest natuurlijk JP even wicht «w verbeven Maar het ging. En het spatte heerlijk. Dat was niet zo pretig voor je zelf. maar het was zo heerlijk om an de'en nat te spatten. Het werd een verrukkelijke mid dag'. Vooral toen Griet die het voorstel had gedaan, met haar stel ten te ver in de modder zakte en niet kon los komen. Langzaam be gon ze voorover te hellen en we zagen het ogenblik, waarop ze in de sloot zou vallen naderen. Ze deed nog een wanhopige poging om op de wal te springen, maar het mislukte grandioos en ze sprong midden In de sloot. Griet trok zich echter nergens iets van aan en een ogenblik later was ze weer op de lange latten. Het ging er steeds opgewonde ner toe. We zagen geen gevaar meer en we voelden ons in het slootje al aardig thuis. Het moet voor de mensen die verder op het land werkten een heerlijk gezicht zijn geweest. Ten slotte waadden we in een lange rij achter elkaar aan door de sloot. Zo lang er niets bizon ders gebeurde, ging het voortref felijk. Maar er zou iets bijzonders gaan gebeuren. Griet liep voor op. En of het nu een ongeluk was. of moedwil, daar ben Ik nooit achter kunnen komen plotseling liep ze niet ver der, met het gevolg, dat de lange rij vlak achter elkaar kwam te staan, want de anderen liepen nog even door. Bi toen viel Griet achterover. De gevolgen waren vreselijk. De hele lange rij van veertien Jongens en meisjes viel achter over in het water. Niet een kon zich houden. Het was een gegil en geplas en het duurde pon poos Je, voor we allen op dP wal ston den met de stelten bij ons. Toen keken we elkaar eens aan. Wat zagen we er vreselijk uit. Onder de modder. En we begonnen alle maal tegen Griet te schelden. Die hield echter strak en stijf vol, dat ze er niets aan kon doen. Maar ik geloof meer dat ze het er om ge dann hopf* Alleen durfde ze er niet rond voor uit tP komen. Want geloof maar dat we r.ief zo heel erg zachzinnig waren en ze zou er van gelust hphben. OOM ROB. woorden zoeken. En die woorden zet je onder elkaar. Als Je dan alle woorden goed hebt en Je leest de voorste letters van onder naar beneden, dan heb Je een zin en die zin zegt iets, dat alle oplossers zal interesseren. Wat behoort niet in de melk? Welke bomen worden In Noord holland ziek. Welk dier dat hier zelden ge brul kt wordt, heeft grote oren? Wat ligt er achter de duinen? Welk dier huist graag In ée bo men? H?t tegenovergestelde van mooi. Een kerk in Utrecht Iemand, die vroeger op een kasteel woonde. Noemen we iemand die ande ren graag plaagt. Een overstroming, een grote brand, is een Iets waar we deze winter nog niet op zijn geweest. Heeft men onder de neus. Behoort men te zijn, indien men uit zijn bed stapt. Iets waar men mee schrijft. Een manlijk familielid. Weer een familelld, maar nu vrouwlij k. Een lijn die om de aarde loopt, ook een onderdeel van een wc schaal. Een ander woord voor edel. Ook de uitvinder van dynamiet. Ziezo, daar kun Jullie je best op doen. Maar ik geloof toch. dat Jp heft bij een beetje spanning wel zult kunnen redden. Inzendingen voot 23 Januari aan OOM ROB. postbus 3. Schagen. Er hebben al weer enkele ma len kinderen gevraagd wanneer er een tekenwedstrijd wordt ge houden. Nu. daar zijn wp dan doe allemaal jullie tjest. We hou den er weer een. Als Je een tekening inzend schrijf er dan bij. of Je hebt naee *ekend. of dat het eigen fantasie is En ook hoe oud Je bent. Ik heb voor belde wedstriiden weer fraaie prijzen beschikbaar. En als ik veel in zend'neen krü" heb ik nog een plannetje. Maar dan moet ik er veel. heel vee! krilgen. Tr»»pndingen veer 1 Febr- a.s aan: OOM ROB. postbus 3. Schagen Sedert een paar weken verschijnt de Kinderkoerier ook in de Wie ringermeer In Herrijzend Wierin germeerland en ik heb bemerkt dat ik er reeds enkele vrienden en vr:endinnen heb gekregen. Dat doet me erg veel plezier, want. des te groter de club wordt, des te gezelliger vind lk het. Alle Wierin^cmeervrienden kun nen natuurlijk ook meedoen aan de prijsvraag en de raadse! Onthoudt he* adres gocd: OOM ROB postbus 3 Schagen. Nu ik er zo veel nieuwe vrien den bij heb. en als ik over vrien den spreek bedoel lk natuuriiik ook vriendinnen, stel ik het altijd op prijs, dat ze me eens schrijven. hoe ze de Kinderkoerier vindei) of ze wensen hebben dip ik schien vervullen kan. Dat geldt natuuriiik ook voor de oude vrien den. maar die behoef ik dat niet tP zeggen. Hoewel ik soms de ln druk heb, dat ze niet precies voc de d«g dn^vpn komen. Genee»* jul lie nl°t. hoor. OOM ROB. UIT DE NATUUR We« hebben vorige week geschre ven over reigers en kievieten, die niet wegtrekken, voor de winter voor goed zijn intrede heeft ge daan. En we hebben het ook ge had over vogels, die geen trekin stmet hebben. Over die laatste willen we het nu nog eens heb ben en dan hebben we tevens de gelegenheid om over andere vo gels te spreken, die in strenge winters geweldig kunnen lijden. En denk nu maar niet. dat er geen strenge winter meer kan ko men. De winters, die omstreeks half Januari beginnen, zijn veel al de strengste. Enkele Jar enferug, ln de stren ge winter van 39—40 ontdekte ik toen de vorst inviel, dat was om streeks half December 'n reiger, die geen lust had om naar het Zuiden te vertrekken. Ik besloot hem voortdurend in de gaten te houden. En dat heb lk .gedaan, tot de reiger van de koude ls omgek® men. De eerste weken dat hoi vroor ging het goed. Waarschlja lijk is het dier weldoorvoed ga weest en naar me later bleek had hij een plek open water gevoa den. waar een bron was en waar hij zijn dorst kon lessen en voed sel vinden. Omstreeks Kerstmis dooide hefl> en de reiger was dagelijks op de zelfde plek te vinden. Maar een week later vlei de winter met her nieuwde hevigheid weer in. D® reiger die eerst dikwijls nog vluchten had gemaakt, waar schijnliik naar anderQ open plek ken. ging nu niet meer de lucht in. Er kwamen meer dieren naar de bron toe. Eenden, riethennen, meerkoeten dartelden er ln rond, maar verdreven tevens het voed sel voor de reiger. Met de dag werd het dier suf fer en luste'ozer. Nimmer verloor hij echter zijn schuwheid. Als ik brood neerstroofde voor de ande re vogels verdween hij. hoe moet lijk het vliegen hem ook viel. Aan; het eind van Januari was hij op een morgen niet meer aan het open wafer. Hii was een slachtof fer geworden van de koude. En inmiddels winterde het maar door. Er kwamen vrachten 3neeuw en ten laatst was zelfs de wel dicht. Daar wist niemand in de omgeving ooit van. Toen werd het voor de vogels vreselUk. Want daar konden ze nog steeds hun dorst lessen. Het was merk waardig na te gaan, hoe ze na twee dagen zonder water te heb ben gezworven, al hun schuwheid voor de mens aflegden. Vogels die jP anders v«»* He verto kon benadprpn. zwVrvpn nu rond de huizen als vriendelijke nenrpn er eenmaal een bakie met hi^dpTY neergezet en rpfelma*'*? voor verversing zorg den. Dat was natuurlijk nodig, want in een mo* imy bevroor he* va ter fo* De riethennen zwierven rond da voerbak. Kraaien stonden op een paar meter afstand als ie brood strooide en streken er dan zo fel op aan dat JP er bang van w-rd. Zelfs het voer op de vogel tafel was voor hen niet ve'lie en daarop vertoonden ze zich alleen ai* ze radeloos van de honger wa ren. Dan kun jullie je wel voorstel len, boe het met de andere vogels gestcld is geweest, want de kraai is een vogel, die zich zelf ontzag lijk lang redt. Als Je een tocht maakte in de met sneeuw bedekte landen, waar over een harde Noordooster ijzig blies, dan ontmoette je overal vo gels die de hadden moeten opgeven. Ten laatste leek het of (3P VJ- ^^oreld ult<?eslp*,"°n was. Bijna alles wat nog m^ar enige kracht had. was weggetrok ken naar de zeekust of de Wad denzee. Maar ook de Waddenzee vroor dicht en de Noordzee wa.* een barrière van sneeuw en lis op het strand. Er sneuvelden duizenden vo gels. De meeuwen, de riethennen, de scholeksters, die aan zee geen voedsel meer konden vinden kwa men weer naar het land terug. In Februari scheen het of de dool zou intreden. Het was s'-'4V,"*c r~i vreugde van een paar dagen. Op nieuw greep de vorst raak en het was half Maart, toen eindelijk de winter voor goed afs^VM van ons nam. Toen jubelden de kievieten, die uit het Zuiden teruggekomen waren ln de lucht. Maar op de aarde waren geen bonte Pieten meer te zien. Geen riethennen be volkten de vaarten. Slecht ~-n enkele had de strenge winter overleefd, dank zij de medewer king van vele vogelvrienden, die zorgden. daf er eten en drinken voor hen was. Het heeft jaren geduurd voof de vogelstand zich weer herstelde van die slag. Maar weet jullie, wat het wou. derlijkste was? Toen de sneeuw verdwenen was en de aarde eis het water weer tevoorschijn wc ren gekomen, was er meteen weer schuwheid over de vogels Zelfs de dieren, die i uand hadden gegeten in de lijden vaa nood, die je had kunnen aanra ken, hadden in twee dagen hun oorspronkelijke wildheid weer herkregen. Wat Je nog bij de vo geltafel zag warp-» de huismus sen en enkp^p ,en. De rest bedankte ix..s v,..,, net heerlijk st-e voedsel. Ze redden zich zelf wel weer in volle vrijheid. Daaruit blijkt wel dat het voiko men nutteloos is, een vogeltafel te maken, als h:t niet wintert. Slechts de luiaards en gemakzuch tigen komen er op af. En laat <He maar voor zich zelf zorgen VONDST TE STEENBERG L.Y Bij restauratiewerkzaamheden aan een pand in de Blauwstraat te Steen bergen heeft men 1 muur ontdekt die nog moet dateren ran de 15e eeuw. In de muur zijn 2 ronde bogen aan gebracht. in het midden rustende op een pilaar van zandsteen. In de muur was een bi kleuren geschilderd wapen aangebracht, dat o.m. 3 vo gels (vermoedelijk duiven en drie In goud geschilderde sterren te zien geeft. Het wapen kon geheel gaaf worden uitgebroken. Een nieuwe schepping van Walt Disney's nieuwe grote tekenfilm, The Three Caballeros (De drie cabelleros), die nu in ons land in vertoning komt, bestaat eigenlijk uit vier korte films, die in een raamvertelling tezamen zijn gevoegd. Som- m:ge van die filmpjes ziin prachtig, gc-rsug van opzet en fijn in de Uitwerking, hetgeen vooral de geschied- :*Is van een pinquin, die op een ijsschots naar warmer streken reist, tot een juweeltje maakt. De andere zijn niet zo goed, ben enkele maal wordt een of andere scène zelfs een beetje fondantachtig, maar er ls in de combinatie van mu ziek, zang. dans en kleur toch bij zender veel feestelijks, veel moois, veel waars in Disney's film waarin hij telkens opnieuw zijn meester schap bewijst. Hij caricatureert men selijke zwakheden in ziin dierfigu ren en handelingen, hij verwerkt stukjes folklore van Mexico en Z. Amerika in zijn geschiedenis van Donald Duck. die avonturen beleeft, samen met Joe Carioca met wie we in Saludos Amigos kennis maak ten en een nieuwe vp-schijning: de Mexicaanse haan Ranchito. Disney heeft in deze film geëxpe rimenteerd: hii combineerdegeteken de met levende figuren. Zo kregen Donald Duck en zijn vriendjes als „tegensneelsters" bekende re wiester ren: de danseres-zangeres' Aurora Miranda, zuster van Carm»n Miran da. uit Brazïl'ë, de danseres Camion Molina uit Mexico. Bovendien heeft Disney ziin Donald een hele serie Mexicaanse strandbeauties laten ont moeten. De betekenis van dit experiment acht ik heel groot: de mooeliikhedpn voor de film in deze richting ziin legio en zij scheppen e°n geheel nieuw soort humor. Niettemin is 't experiment nog slechts ten dele g°- slaa<»d: slechts enkele malen geeft de film een illusie van e<m volkomen samengaan van de tekeningen en de levende figuren meestal bewegen zij zich kennelük in verschillendP vlakken, waardoor we ons het feit dat de film niet drie-dimensionaal is veel sterker dan gewoonliik bewust worden. Maar stellig zal men tech nische moeilijkheden nog verder overwinnen en nu reeds ziin de re sultaten het aanzien overwaard. The Three Caballeros kreeg een Nederlandse na-synchronisatie. Ook die is slechts ten dele geslaagd: de tekst is niet steeds erg duidelijk ver staanbaar. Toch liggen er ook op dit gebied juist bij de tekenfilm moge lijkheden voor de toekomst en daar om is het goed, dat men ermee expe rimenteert. PINOCCHIO, een van de meesterlijke scheppingen van Walt Disney. Hier volgt de oplossing van ons Invulraadsel: beest. 3 4 7 5 6 duur 1 10 11 12 stel 8 9 2 13 ur» 14 15 naast Geen mens Nie. goedkoop Een paar Een vrucht Op zij van, terzijde 20 18 19 16 17 Rij bomen laan 26 21 22 23 Ietswat we niet graag meer zou den hebben W. A. 24 25 En als Je nu de letters onder d? cijfers zette, dan kreeg je de hele zin die luidde DE BESTE STUURLUI STAAN AAN WAL. Deze keer weer eens ie'is anders Ook een soort kruiswoordpuzzle, al ls er dan geen vorm te beken nen. Maar het is toch andere

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1950 | | pagina 3