1 Walt Di
sney
Voor onze tekenaars
Welkom fot
mijn nieuwe vrienden
Vogels in de koude
Ons Raadselhoekje
Een nieuwe opgave
Ons vervolgverhaal
De zeven Kabout ers
van Sneeuwwitje
Het was al weer donker, toen de
elfjes en de kabouters hun huls
binnenstapten. Knorrepot maakte
vuur en ontstak de grotP storm
lantaarn en toen de vlam hoog ge
n'oeg was opgeflikkerd en ze wil
den gaan plaats nemen, bleven ze
plotseling stokstijf van schrik
staan. Want tegen de wand ge
drukt stonden zeven elfenvaders.
de burgemeester van Elfenstad en
zeven elfenpolltleagenten. En de
gezichten van die indringers ston
den lang niet vriendelijk.
De elfj ss wilden op hun vaders
toesnellen en ze om de hals val
len, maar ze werden bars terug
gewezen door de verbolgen va
ders, die het hen niet konden ver
geven dat ze met de kabouters
waren weggelopen. De kabouters
stonden zich te verbijten van boos
held. Hun elfjes hadden dat toch
zeker niet verdiend. Wat drom
mei, dan hadden hun vaders hen
maar niet zo slecht moeten be
handelen. Maar ze hadden ook
nog een beat jet ontzag voor die
zéven stevige palitleagenten. dus
besloten ze eerst nog een beetje
een voorzichige houding aan te
ne nemen.
De burgemeester van Elfenstad
d^cht, dat de kabouters bang wa
ren. E dus werd hij heel moedig
en s'aDte naar voren O. wat keek
hij boos.
Wie heeft jullie het recht ge
geven om de elfjes uit Elfen* ad
weg te voeren, bulderde hii. Weet
Julliewel, dat het een ernstige mis
daad is waarop een lange gevan
genlsstraf staat.
De politieagenten deden al een
stap naar voren en ze stroopten
hun mouwen op. Maar dat was
voor de kabouters, die wel vrede
llevend. maar helemaal niet bang
waren, net te veel. Ze stroopten
hun mouwen op. trokken hun
mutsen van het hoofd en gingen
daar op staan dansten om eens
goed boos te worden en ze wilden
net op de politieagenten afstor
men. toen de elfjes om hun hals
gingen hangen. Want die wilden
geen gevecht.
Toen er weer een beetje rust in
de hut gekomen was. verklaarde
Knorrepot op nog veel bozer toon
dan de burgemeester van Elfen
sfad maar ooit zou kunnen ge
bruiken dat het heel jammer
was. dat de elfjes tussenbeide ge
komen waren, want dat er an
ders zeven politieagenten in de
sneeuw zouden hebben gespar
teld. Het scheelde maar heel wei
nrg of het gevecht zou toch nog
ontbrand zijn. maar Hummeltje
bracht uitkomst, door op dP te
nen voor de burgemeester van El
fens^ad te gaan staan en hem de
■toverfluit voor te houden.
Als ik hier op blaas, raasde
hij tegen dP burgemeester, die
W:ï een hoofd groter was dan h'i
komen er twaalf slangen en die
vérslinden jullie met huid en
haar.
Daar wist Hummeltje natuurlijk
niets van. Dat was hst nare van
dé toverfluit. Het kon goed ziin
maar het kon ook eebeuren, da*
er iets heel wonderlijks te voor
schiln kwam. waar je niets aan
had.
De burgemeester was echter on
der de indruk van de boze kabou
ter en hii haalde geen grote mond
meer open. In plaats daarvan be
gonnen dP kabouters en de elfles
eens heel gemoedelijk te praten
met hun vaders en de burgemees
ter. terwijl de politieagenten op
tamme kastanjes werden getrac
teerd. Na korte tijd bleek, dat d^
kabouters en de burgemeester
het heel gopd rget elkaar konden
hEbben. Toen kwam ook de aap
uit de mouw. Er heerste in Elfen
stad een griep epidemie onder de
vrouwelijke inwoners. Alle vrou
wen lagen met griep in bed en nu
was men toch zo verlegen om
hulp, dat ze smeekten de elfjes
om terug te komen.
Bovendien verklaarde de bur
gemeester. gaat het toch eigen
lijk niet aan, dat jullie hier zo
maar zit. Jullie moet eera', be
hoorlijk trouwen en we mos ten
een feest hebben.
Nauwelijks hoorden de elfjes
van de griep in Elfenstad of ze
hadden geen rust meer. Ze moes
ten heen om te helpen.
Knorrepot keek Zonderhaar
aan. Welgemoed begon met krom
been te fluisteren. Wijsneus con
fereerde met Langhaard en Hum
meltje zoog op zijn duim. Hij wist
niet wat hij zeggen moest. Wat
heerste er een verslagen stem
ming in het kabouterhuis.
Als jullie eenmaal weg bent.
mopperdP Knorrepot, dan kom
jullie nooit meer terug. Jullie ver
veelt Je hier. Jullie bent maar wat
blij dat Jullie weg kunt.
Pat was niet aardig van Knor
repot.. Zijn elfje sprong dan ook
op hem toe, viel hem om de hals
en bezwoer hem da* het niet
waar was. In het voorjaar konden
d? kabouters weer naar Elfenstad
komenen dan gingen ze weer mee
terug en dan zouden ze gaan
trouwen. Als de kabouters dan
fenminstP nog wilden. Maar ze
konden hun zieke moeders toch
niet laten iggen. Sn de vaders
moesten toch ook geholpen wor
den.
Dat was verstandige taal en de
kabouters konden eir niet veel te
gen In brengen. Het werd een
hartroerend afscheid en de ka
bouters konden die nacht geen
VAK DIT EN VAN DAT
Oom Rob antwoordt
Jullie krijgt nu de smaak van
het oplossen van raadsels te pak
ken. Elke week komen er meer op
lossingen en steeds weer ontdek
ik nieuwe vrienden.
Montbretia Anna Paulowna
Fijn dat ik eindelijk weer eens
wa tvan je hoorde. En wil Je aan
Viooltje zeggen, dat ik zorgen zal
dat er ook eens een gemakkelijk
raadsel in de Kinderkoerier komt?
Jullie houdt zeker veel van bloe
men hè. dat Jullie van die mooie
schuilnamen gekozen hebt.
Viooltje: Hoe oud ben Jij eigen
lijk? Je schreef van 6 Jaar, maar
je schrijft al zo flink. Ik kon hat
bijna niet geloven.
Dik de Geus Zuid Noord
Schermer Je behoeft tegen
Oom Rob geen meneer te zeggen,
hoor, Dik. Als je soms nog- eens
schrijft ik ben voor Jullie alle
maal Oom Rob.
Tineke van Zoonen. Oude Nie
dorp AI weer een nieuweling,
ook jij hartelijk welkom In de
club. Zal Je vadetr de groeten
doen?
Stijnie Benit. Winkel Moet
jij nu in de huishouding helpen.
S'ijnle nu moeder ziek is? Ik
hoop. dat ze maar weer spoedig
beter wordt.
Gre van den Berg. Schagen
Dat was een hele poos geleden,
dat ik van jou ie^s heb gehoord,
Gre. Beleef je nooit iets bizon
ders in Schagen?
Trini Nobel. Nieuwe Niedorp
Dat vind ik vestandig van ie Tr<
ni om Esperanto te leren. En wat
leuk. dat je al correspondentie
vriendinnetjes hebt in het buiifen
land.
Nan Tijssen. Dirkshorn Wat
heb Jij een prachtoplossing inee
zonden van het raads 1 Nan. En
wat een aardige tekenigen er bij.
Lousle Rempt. Bloemstrant D 48
Alkmaar Hartelijk welkom in
de club. En Louise wil een
ponden Mevr iendlnnet JP hbben
Wie schrijft er aan haar? Het
adres staat er bij.
AnniP Slikker. Wieringerwaard
Ook jij harteliik bedank* voor
de postzegels. Annie. Ik vind het
h-Temaa! niet erg da» jij u'^ere
kend hebt. hoP oud Oom Rob ls.
Maar precies weet Je het toch
niet.
En nu maar weer tot dvolden
d keer OOM ROB
Toen Oom poV> een
iochie was
Weet je wat ik de laatste jaren
bijna niac meer zie Het steltlo
pen. Misschien komt dat wel om
dat het hout zo schaars is gewor
den en de stelten dus heel erg
duur werden.
Ik geloof zelfs, dat velen van
jullie het nog nimmer hebben ge
daan. In mijn Jeugd was het een
heerlijk vermaak en we hebben er
reuzeplezier mee gehad. Als je
nog maar een jaar of zes was.
begon je met heel kleine stelten,
maar als je een Jaar of twaalf,
dertien was geworden dan zorg
de Je wel. dat je van die fijne
hoge stelten kreeg. Als Je daar
op liep. was het net of Je een reus
was. Er waren sommige jongens,
die stelten hadden, die wel een
meter hoog waren. Daar kon je
enorme stappen mee geven, niaar
ze hadden het nadeel, dat Je er
niet zo vlug mee kon wegk imea.
Soms hl lden wP wedstrijden wie
het hardst opde belten kon lo
pen. We deden takjes op stelten,
korom alles wat we maar konden
bedenken.
Als je het nog moest leren viel
het lang niet mee. Maar na een
paar dagen had Je de kunst te
pakken en als het seizoen weer
om was. dan was je een volleerde
steltloper.
oog dicht doen, toen de elfjes ti et
hun vaders en de burgemeester
en de politieagenten in rinkelen
de arresleden waren weg gereden,
terwijl de lichtjes van de lan
taarns in het duister langzaam
verdwenen. De kabouters werden
duchtig koud. Ze rilden toen ze
weer In de hut terug kwamen en
ze konden de hele nacht niet
warm worden.
Wij hadden bij ons op school
'n stel Jongens en meisjes, dat
was werkelijk een stel rabauwen,
zoals onze ouders het soms uit
drukten. Het gingons nimmer te
raar. Een gewoon spelletje was
natuurlijk niet mo°i genoeg. Nee
het moest iets anders zijn.
Hardlopen op stelten of takjes,
daar haalden wP al spoedig onze
neus voor op. Maar ja, wat dan?
Het ls niet zo heel gemakkelijk
om een nieuw spelletje op stelten
te bedenken. Je kunt er nu een
maal niet alles mee doen.
Ik meen dat ik jullie al eens
iets verteld heb over het slootje,
waar we zo graag slootje spron
gen. Een heerlijk slootje, waar je
alle mogelijke spelletjes kon doen.
Welnu, op een rn'rtrioe. het was
in de nazomer, waren we bezig
steltlopen, toen een meisje Griet
heette ze. voorstelde om te gaan
steltlopen in het slootje
Als het een Jongen was geweest
die het had voorgesteld, zouden
we het misschien wel niet gedaan
hebben. Want we voelden, dat 't
ontzettend dwaas was. Stel je
voor steltlopen in een sloot. Te
gek om los te lopen. Maar nu
door een meisje voorgesteld werd,
was er niet een Jongen, die be
zwaren durfde maken. En Ant en
Jans dl"; er ook Ni waren, waren
al net even roekeloos als wij die
lieten zmh ook n'e* kennen. Dat
wij op weg naar het slootje, dat
midden in de weilanden lag.
Beste clubvrienden, we hebben
een middag gehad om nooit te
vergeten. Er heeft niemand een
been gebroken hoor. En er is ook
niemand verdronken. Maar wel
zijn we allemaal klets nat thuis
gekomen. Maar luistert naar de
avonturen van jullie oude Oom.
Het steltlopen in het slootje
viel mee. Want het slootje had 'n
heel harde bodem en de stelten
waren niet zo erg dun. Als je dus
niet lang op een plaats bleef
staan, zakte jft er niet zo diep in.
dat je er niet uit kon komen. He*
eiste een vaardigheid
en j? moest natuurlijk JP even
wicht «w verbeven Maar het
ging. En het spatte heerlijk. Dat
was niet zo pretig voor je zelf.
maar het was zo heerlijk om an
de'en nat te spatten.
Het werd een verrukkelijke mid
dag'. Vooral toen Griet die het
voorstel had gedaan, met haar stel
ten te ver in de modder zakte en
niet kon los komen. Langzaam be
gon ze voorover te hellen en we
zagen het ogenblik, waarop ze in
de sloot zou vallen naderen. Ze
deed nog een wanhopige poging
om op de wal te springen, maar
het mislukte grandioos en ze
sprong midden In de sloot. Griet
trok zich echter nergens iets van
aan en een ogenblik later was ze
weer op de lange latten.
Het ging er steeds opgewonde
ner toe. We zagen geen gevaar
meer en we voelden ons in het
slootje al aardig thuis. Het moet
voor de mensen die verder op het
land werkten een heerlijk gezicht
zijn geweest.
Ten slotte waadden we in een
lange rij achter elkaar aan door
de sloot. Zo lang er niets bizon
ders gebeurde, ging het voortref
felijk. Maar er zou iets bijzonders
gaan gebeuren.
Griet liep voor op. En of het nu
een ongeluk was. of moedwil,
daar ben Ik nooit achter kunnen
komen plotseling liep ze niet ver
der, met het gevolg, dat de lange
rij vlak achter elkaar kwam te
staan, want de anderen liepen
nog even door. Bi toen viel Griet
achterover.
De gevolgen waren vreselijk.
De hele lange rij van veertien
Jongens en meisjes viel achter
over in het water. Niet een kon
zich houden. Het was een gegil
en geplas en het duurde pon poos
Je, voor we allen op dP wal ston
den met de stelten bij ons. Toen
keken we elkaar eens aan. Wat
zagen we er vreselijk uit. Onder
de modder. En we begonnen alle
maal tegen Griet te schelden. Die
hield echter strak en stijf vol, dat
ze er niets aan kon doen. Maar ik
geloof meer dat ze het er om ge
dann hopf* Alleen durfde ze er
niet rond voor uit tP komen.
Want geloof maar dat we r.ief
zo heel erg zachzinnig waren en
ze zou er van gelust hphben.
OOM ROB.
woorden zoeken. En die woorden
zet je onder elkaar. Als Je dan
alle woorden goed hebt en Je leest
de voorste letters van onder naar
beneden, dan heb Je een zin en
die zin zegt iets, dat alle oplossers
zal interesseren.
Wat behoort niet in de melk?
Welke bomen worden In Noord
holland ziek.
Welk dier dat hier zelden ge
brul kt wordt, heeft grote oren?
Wat ligt er achter de duinen?
Welk dier huist graag In ée bo
men?
H?t tegenovergestelde van mooi.
Een kerk in Utrecht
Iemand, die vroeger op een
kasteel woonde.
Noemen we iemand die ande
ren graag plaagt.
Een overstroming, een grote
brand, is een
Iets waar we deze winter nog
niet op zijn geweest.
Heeft men onder de neus.
Behoort men te zijn, indien
men uit zijn bed stapt.
Iets waar men mee schrijft.
Een manlijk familielid.
Weer een familelld, maar nu
vrouwlij k.
Een lijn die om de aarde loopt,
ook een onderdeel van een wc
schaal.
Een ander woord voor edel. Ook
de uitvinder van dynamiet.
Ziezo, daar kun Jullie je best op
doen. Maar ik geloof toch. dat Jp
heft bij een beetje spanning wel
zult kunnen redden.
Inzendingen voot 23 Januari aan
OOM ROB. postbus 3. Schagen.
Er hebben al weer enkele ma
len kinderen gevraagd wanneer
er een tekenwedstrijd wordt ge
houden. Nu. daar zijn wp dan
doe allemaal jullie tjest. We hou
den er weer een.
Als Je een tekening inzend
schrijf er dan bij. of Je hebt naee
*ekend. of dat het eigen fantasie
is En ook hoe oud Je bent.
Ik heb voor belde wedstriiden
weer fraaie prijzen beschikbaar.
En als ik veel in zend'neen krü"
heb ik nog een plannetje. Maar
dan moet ik er veel. heel vee!
krilgen.
Tr»»pndingen veer 1 Febr-
a.s aan:
OOM ROB. postbus 3. Schagen
Sedert een paar weken verschijnt
de Kinderkoerier ook in de Wie
ringermeer In Herrijzend Wierin
germeerland en ik heb bemerkt
dat ik er reeds enkele vrienden
en vr:endinnen heb gekregen.
Dat doet me erg veel plezier,
want. des te groter de club wordt,
des te gezelliger vind lk het.
Alle Wierin^cmeervrienden kun
nen natuurlijk ook meedoen aan
de prijsvraag en de raadse!
Onthoudt he* adres gocd: OOM
ROB postbus 3 Schagen.
Nu ik er zo veel nieuwe vrien
den bij heb. en als ik over vrien
den spreek bedoel lk natuuriiik
ook vriendinnen, stel ik het altijd
op prijs, dat ze me eens schrijven.
hoe ze de Kinderkoerier vindei)
of ze wensen hebben dip ik
schien vervullen kan. Dat geldt
natuuriiik ook voor de oude vrien
den. maar die behoef ik dat niet
tP zeggen. Hoewel ik soms de ln
druk heb, dat ze niet precies voc
de d«g dn^vpn komen. Genee»* jul
lie nl°t. hoor. OOM ROB.
UIT DE NATUUR
We« hebben vorige week geschre
ven over reigers en kievieten, die
niet wegtrekken, voor de winter
voor goed zijn intrede heeft ge
daan. En we hebben het ook ge
had over vogels, die geen trekin
stmet hebben. Over die laatste
willen we het nu nog eens heb
ben en dan hebben we tevens de
gelegenheid om over andere vo
gels te spreken, die in strenge
winters geweldig kunnen lijden.
En denk nu maar niet. dat er
geen strenge winter meer kan ko
men. De winters, die omstreeks
half Januari beginnen, zijn veel
al de strengste.
Enkele Jar enferug, ln de stren
ge winter van 39—40 ontdekte ik
toen de vorst inviel, dat was om
streeks half December 'n reiger,
die geen lust had om naar het
Zuiden te vertrekken. Ik besloot
hem voortdurend in de gaten te
houden.
En dat heb lk .gedaan, tot de
reiger van de koude ls omgek®
men. De eerste weken dat hoi
vroor ging het goed. Waarschlja
lijk is het dier weldoorvoed ga
weest en naar me later bleek had
hij een plek open water gevoa
den. waar een bron was en waar
hij zijn dorst kon lessen en voed
sel vinden.
Omstreeks Kerstmis dooide hefl>
en de reiger was dagelijks op de
zelfde plek te vinden. Maar een
week later vlei de winter met her
nieuwde hevigheid weer in. D®
reiger die eerst dikwijls nog
vluchten had gemaakt, waar
schijnliik naar anderQ open plek
ken. ging nu niet meer de lucht
in. Er kwamen meer dieren naar
de bron toe. Eenden, riethennen,
meerkoeten dartelden er ln rond,
maar verdreven tevens het voed
sel voor de reiger.
Met de dag werd het dier suf
fer en luste'ozer. Nimmer verloor
hij echter zijn schuwheid. Als ik
brood neerstroofde voor de ande
re vogels verdween hij. hoe moet
lijk het vliegen hem ook viel. Aan;
het eind van Januari was hij op
een morgen niet meer aan het
open wafer. Hii was een slachtof
fer geworden van de koude.
En inmiddels winterde het
maar door. Er kwamen vrachten
3neeuw en ten laatst was zelfs
de wel dicht. Daar wist niemand
in de omgeving ooit van. Toen
werd het voor de vogels vreselUk.
Want daar konden ze nog steeds
hun dorst lessen. Het was merk
waardig na te gaan, hoe ze na
twee dagen zonder water te heb
ben gezworven, al hun schuwheid
voor de mens aflegden.
Vogels die jP anders v«»* He
verto kon benadprpn. zwVrvpn nu
rond de huizen als vriendelijke
nenrpn er eenmaal een bakie
met hi^dpTY neergezet en
rpfelma*'*? voor verversing zorg
den. Dat was natuurlijk nodig,
want in een mo* imy bevroor he*
va ter fo*
De riethennen zwierven rond
da voerbak. Kraaien stonden op
een paar meter afstand als ie
brood strooide en streken er dan
zo fel op aan dat JP er bang van
w-rd. Zelfs het voer op de vogel
tafel was voor hen niet ve'lie en
daarop vertoonden ze zich alleen
ai* ze radeloos van de honger wa
ren.
Dan kun jullie je wel voorstel
len, boe het met de andere vogels
gestcld is geweest, want de kraai
is een vogel, die zich zelf ontzag
lijk lang redt.
Als Je een tocht maakte in de
met sneeuw bedekte landen, waar
over een harde Noordooster ijzig
blies, dan ontmoette je overal vo
gels die de hadden moeten
opgeven. Ten laatste leek het of
(3P VJ- ^^oreld ult<?eslp*,"°n
was. Bijna alles wat nog m^ar
enige kracht had. was weggetrok
ken naar de zeekust of de Wad
denzee. Maar ook de Waddenzee
vroor dicht en de Noordzee wa.*
een barrière van sneeuw en lis op
het strand.
Er sneuvelden duizenden vo
gels. De meeuwen, de riethennen,
de scholeksters, die aan zee geen
voedsel meer konden vinden kwa
men weer naar het land terug. In
Februari scheen het of de dool
zou intreden. Het was s'-'4V,"*c r~i
vreugde van een paar dagen. Op
nieuw greep de vorst raak en het
was half Maart, toen eindelijk de
winter voor goed afs^VM van
ons nam.
Toen jubelden de kievieten,
die uit het Zuiden teruggekomen
waren ln de lucht. Maar op de
aarde waren geen bonte Pieten
meer te zien. Geen riethennen be
volkten de vaarten. Slecht ~-n
enkele had de strenge winter
overleefd, dank zij de medewer
king van vele vogelvrienden, die
zorgden. daf er eten en drinken
voor hen was.
Het heeft jaren geduurd voof
de vogelstand zich weer herstelde
van die slag.
Maar weet jullie, wat het wou.
derlijkste was? Toen de sneeuw
verdwenen was en de aarde eis
het water weer tevoorschijn wc
ren gekomen, was er meteen weer
schuwheid over de vogels
Zelfs de dieren, die i uand
hadden gegeten in de lijden vaa
nood, die je had kunnen aanra
ken, hadden in twee dagen hun
oorspronkelijke wildheid weer
herkregen. Wat Je nog bij de vo
geltafel zag warp-» de huismus
sen en enkp^p ,en. De rest
bedankte ix..s v,..,, net heerlijk
st-e voedsel. Ze redden zich zelf
wel weer in volle vrijheid.
Daaruit blijkt wel dat het voiko
men nutteloos is, een vogeltafel
te maken, als h:t niet wintert.
Slechts de luiaards en gemakzuch
tigen komen er op af. En laat <He
maar voor zich zelf zorgen
VONDST TE STEENBERG L.Y
Bij restauratiewerkzaamheden aan
een pand in de Blauwstraat te Steen
bergen heeft men 1 muur ontdekt die
nog moet dateren ran de 15e eeuw.
In de muur zijn 2 ronde bogen aan
gebracht. in het midden rustende op
een pilaar van zandsteen. In de
muur was een bi kleuren geschilderd
wapen aangebracht, dat o.m. 3 vo
gels (vermoedelijk duiven en drie In
goud geschilderde sterren te zien
geeft. Het wapen kon geheel gaaf
worden uitgebroken.
Een nieuwe schepping van
Walt Disney's nieuwe grote tekenfilm, The Three Caballeros (De drie
cabelleros), die nu in ons land in vertoning komt, bestaat eigenlijk uit
vier korte films, die in een raamvertelling tezamen zijn gevoegd. Som-
m:ge van die filmpjes ziin prachtig, gc-rsug van opzet en fijn in de
Uitwerking, hetgeen vooral de geschied- :*Is van een pinquin, die op een
ijsschots naar warmer streken reist, tot een juweeltje maakt.
De andere zijn niet zo goed, ben
enkele maal wordt een of andere
scène zelfs een beetje fondantachtig,
maar er ls in de combinatie van mu
ziek, zang. dans en kleur toch bij
zender veel feestelijks, veel moois,
veel waars in Disney's film waarin
hij telkens opnieuw zijn meester
schap bewijst. Hij caricatureert men
selijke zwakheden in ziin dierfigu
ren en handelingen, hij verwerkt
stukjes folklore van Mexico en Z.
Amerika in zijn geschiedenis van
Donald Duck. die avonturen beleeft,
samen met Joe Carioca met wie
we in Saludos Amigos kennis maak
ten en een nieuwe vp-schijning: de
Mexicaanse haan Ranchito.
Disney heeft in deze film geëxpe
rimenteerd: hii combineerdegeteken
de met levende figuren. Zo kregen
Donald Duck en zijn vriendjes als
„tegensneelsters" bekende re wiester
ren: de danseres-zangeres' Aurora
Miranda, zuster van Carm»n Miran
da. uit Brazïl'ë, de danseres Camion
Molina uit Mexico. Bovendien heeft
Disney ziin Donald een hele serie
Mexicaanse strandbeauties laten ont
moeten.
De betekenis van dit experiment
acht ik heel groot: de mooeliikhedpn
voor de film in deze richting ziin
legio en zij scheppen e°n geheel
nieuw soort humor. Niettemin is 't
experiment nog slechts ten dele g°-
slaa<»d: slechts enkele malen geeft
de film een illusie van e<m volkomen
samengaan van de tekeningen en de
levende figuren meestal bewegen
zij zich kennelük in verschillendP
vlakken, waardoor we ons het feit
dat de film niet drie-dimensionaal is
veel sterker dan gewoonliik bewust
worden. Maar stellig zal men tech
nische moeilijkheden nog verder
overwinnen en nu reeds ziin de re
sultaten het aanzien overwaard.
The Three Caballeros kreeg een
Nederlandse na-synchronisatie. Ook
die is slechts ten dele geslaagd: de
tekst is niet steeds erg duidelijk ver
staanbaar. Toch liggen er ook op dit
gebied juist bij de tekenfilm moge
lijkheden voor de toekomst en daar
om is het goed, dat men ermee expe
rimenteert.
PINOCCHIO, een van de meesterlijke
scheppingen van Walt Disney.
Hier volgt de oplossing van ons
Invulraadsel:
beest. 3 4 7 5 6
duur 1 10 11 12
stel 8 9 2 13
ur» 14 15
naast
Geen mens
Nie. goedkoop
Een paar
Een vrucht
Op zij van, terzijde
20 18 19 16 17
Rij bomen laan 26 21 22 23
Ietswat we niet graag meer zou
den hebben W. A. 24 25
En als Je nu de letters onder d?
cijfers zette, dan kreeg je de hele
zin die luidde
DE BESTE STUURLUI STAAN
AAN WAL.
Deze keer weer eens ie'is anders
Ook een soort kruiswoordpuzzle,
al ls er dan geen vorm te beken
nen. Maar het is toch andere