Boerderij
typen
Japan ruimt Amerikaansche steunpunten op
Het Japansche oorlogsdoel in
Zuid-Oost-Azië
De slag in
N.-Afrika
Gevechten rond Tobroek
duren voort
De prijspolitiek in Nederland
Zaterdag 13 December 1941
DAGBLAD VOOR HOLLANDS NOORDERKWARTIER
Tweede blad
HET OOSTELIJK GEDEELTE
VAN DE STILLE-ZUIDZEE.
Op deze kaart zijn de verde
el igingszónes van Japan en de
Ver. Staten in het Oostelijk deel
van de Stille Zuidzee aange
geven.
Aan de.Pacific-Kust der Ver.
Staten is de staat van beleg
afgekondigd. Pearl-Harbour op
de Hawaii eilanden is door de
Japanners hevig uit de lucht
aangevallen, eveneens de Mid-
way eilanden.
De Amerikaansche voorpos
ten in de Stille-Zuidzee Wake
en Goeam kunnen voor de Ver.
Staten als verloren worden be
schouwd.
KAART VAN PELT.
SLAGSCHEPEN VERNIETIGD
DOOR LUCHTTORPEDO'S.
^V.P.B.) Japan heeft, zooals
•eer begrijpelijk ie, getracht oprui
ming te houden onder de Ameri
kaansche vlootsteunpumten en
liuchtbases in den Stillen Oceaan,
die een bestendige bedreiging vorm
den. Behalve de Ha/waii-eilanden
waren dit vooral Midway, Jöhn-
eton en Palmyra. Van Hawaii uit
zet zich een reeks eilanden voort
naar het Noord Westen. Het verste
daarvan is, op een afstand van on
geveer 2000 k.m., het koraaleiland
Midway, een tussohenstation van
den kabel San Francisco-Guam via
Honoloeloe.
Ongeveer 1500 k.m. ten Z.W. van
Hawaii ligt het eilandje Johnston,
dat wel is waar niet grooter is dan
drie vierkante k.m.,. doch dat het
eenige puntje land is, dat honder
den kilometers in den omtrek boven
het oppervlak van de zee uitsteekt.
Nog 1200 k.m. verder in Z. richting
ligt Palmyra, het voornaamste
eiland van de centraal-Polynesi-
sche groep.
Op groote afstanden sluiten zich
daarbij aan de Jarvis- en Baker-
eilanden, die eveneens te beschou
wen zijn als onderdeelen van het
Amerikaansche steunpuntensys-
.teem.
De meeste van deze eilanden zijn
van sterke verdedigingen voorzien.
Reden waarom Japan ze altijd
reeds met een wantrouwend oog
heeft gadegeslagen. Thans heeft het
ze, gebruik makende van het ver
rassingselement, aangevallen en
daarbij aanzienlijke successen be
haald. Deze aanvallen leverden
te meer succes op, omdat de voor
naamste strijdkrachten van de
Amerikaansche marine in den Paci
fic waren geconcentreerd.
Sterkte der Amerikaansche
Pacificvloot.
Volgens berichten uit Japanschen
bron bestond deze vloot uit 12 slag
schepen, 11 zware kruisers, 14 lich
te kruisers, drie vliegtuigmoeder
schepen, 92 torpedojagers en 31
duikbooten.
Hierbij komen nog de Engelsche
zeestrijdkrachten, welke in den
laatsten tijd naar Singapore en
„onbekende bestemmingen" in de
Stillen Zuidzee zijn gedirigeerd. De
eerste Japansche slagen zijn ver
rassend snel toegebracht en hebben
geleid tot het verdwijnen van en
kele Amerikaansche en Engelsche
slagschepen. Aangezien, naar het
schijnt de meeste van deze resul
taten te danken zijn aan treffers
van luchttorpedo's komt hierdoor
het vraagstuk of slagschepen vol
doende beschermd kunnen worden
geacht tegen vliegtuigen, opnieuw
op den voorgrond.
Olie, tin eo robber voor
de oorlogsvoering
SINGAPORE EN BIRMA-WEG
BEDREIGD.
(V.P.B.) Na eenige dagen strijd
worden de groote lijnen van het Ja
pansche offensief zichtbaar. In twee
richtingen blijkt Japan zijn strijd
krachten aan te wenden, naar het
Oosten en naar het Zuiden. Naar
het Oosten om de Amerikaansche
slagvloot en steunpunten buiten
gevecht te stellen en aldus de ver
bindingen van de Ver. Staten naar
Oost-Azië te verbreken. Naar het
Zuiden om economische en strate
gisch belangrijke bezittingen van
het A.B.C.D.-blok te bezetten. Ter
wijl in den Stillen Oceaan vloot en
luchtmacht de hoofdrol spelen,
neemt bij de operaties in het Zui
den ook het leger, ondersteund dooi
de andere wapens, een* groot aan
deel aan den strijd.
Een tweeledig doel.
De bezetting van Thailand en de
landing op Malakka en de Philip-
pijnon hebben een tweeledig doel.
Eenerzijds beoogt Japan ongetwij
feld de verwerving van belangrijke
grondstoffen: ertsen en kolen op de
Philippijnen, tin en rubber in Thai
land en Malakka. In dit verband
kan dus ook een landing op Noord-
of Oost-Borneo met zijn olierijkdom
men tot de mogelijkheden gerekend
worden. Anderzijds gaat het in dit
gebied om strategische punten, als
de Birma-weg en Singapore.
Nog altijd komt in Rangoon het
voor Tsjang-Kai-Sjek bestemde ma
teriaal aan om langs den Birma-
weg verder vervoerd te worden. De
regentijd is nu voorbij en de weg
dus beter begaanbaar. Eerst gaat
het materiaal per spoor of langs de
rivier Irawadi van Rangoon naar
Lasjio aan de Chineesche grens.
Rangoon en Lasjio liggen slechts
enkele kilometers van de Thailand-
sche grens verwijderd, zoodat het
waarschijnlijk de bedoeling is dezen
slagader af te binden. Aldus zou de
bezwaarlijke veldtocht door de pro
vincie Joennan, waarvan aanvanke
lijk sprake was, kunnen vermeden
worden.
Op Malakka.
Meer ïn Ket Zuiden worden op
het schiereiland Malakka hevige
i gevechten geleverd. Japansche troe-
Generaal Sugiyama, de opperbevel
hebber van het Japansche leger.
(Associated-Press-Recla)
pen zijn bij het vliegveld Kota Ba-
roe, 500 k.m. ten N. van Singapore,
in grooten getale geland en hebben
er de Ëngelschön verdrongen. Het
is duidelijk dat Japan deze basis
gebruiken wil voor verdere opera
ties in zuidelijke richting.
Het terrein op Malakka leent zich
slecht voor een grootscheepschen
opmarsch naar het Zuiden. Hooge
bergruggen in Noord-Zuid richting
bedekt met tropische wouden, be
lemmeren snelle operaties, terwijl
langs de kust moerassen en rijst
velden elkander afwisselen. Waar
schijnlijk zullen nog op andere pun
ten landingen plaatshebben. Het
einddoel is uiteraard de sterke zee
vesting Singapore.
MISREKENING VAN DEN BRIT-
SCHEN GENERALEN STAF.
(Van onzen V.P.B.-correspondent.)
ROME, December. Van welken
kant men de situatie in Noord-Afri-
ka ook moge bezien, zooveel is ze
ker, dat de Engelschen op veel
taaier tegenstand zijn gestuit, dan
zij hadden voorzien. Dit geven zij.
overigens ook zelf toe. De Britsche
generale staf moet erkennen, dat
men zich heeft vergist in de beoor
deeling van de sterkte der Duitsch-
Italiaansche troepen en in hun re
servemateriaal. Generaal Rommel
heeft veel grootere hulpmiddelen
tot zijn beschikking gehad, dan
men vermoedde.
Het plan tot den veldslag in Li-
bye is dus blijkbaar op dezen ver
keerden grondslag uitgewerkt. Het
beoogde alle in den driehoek bij de
grens staande troepen en pantser
divisies van de spilmogendheden
door een grootsch opgezetten aan
val te omsingelen. Generaal Rom
mel had blijkbaar zijn voorzorgen
getroffen. In de Engelsche pers
wordt beweerd, dat men thans
vooral moest steunen op de superi
oriteit van de vloot en van de lucht
macht in N.-Afrika, aangezien is
gebleken, dat de Engelsche troepen
langzamer vorderen, dan men aan
vankelijk in Cairo had aangeno
men.
Thans heeft zich een nieuwen
factor in den strijd gemengd: de
regen. De heftige regenvlagen wis
selen af met zware zandstormen,
die aan het slagveld een geheel an
der aanzien geven.
De eerste ronde.
In Londen strijdt-men blijkbaar
over de vraag, welke van beide par
tijen de eerste ronde heeft gewon
nen. Om geheel in den toon te blij
ven, beweerde de militaire mede
werker van een der Londensche
bladen, dat Engeland deze eerste
ronde „op punten had gewonnen",
maar dat er nog geen sprake was
van een knook-out.
Dit standpunt wordt ook gedeeld
door den miliairen medewerker
van de „Times", kapt. Cyrill Falls,
die' zegt: „Wij moeten ons niet blij
maken met een doode musch. De
hoop, dat de Duitschers en Itali
anen niet geravitailleerd zouden
kunnen worden, is ij del gebleken.
Bovendien zijn onze verliezen zeer
zwaar, in aanmerking genomen de
aan den strijd deelnemende krach
ten. .De. g.e.heelq v veldtocht, zaj. langer
duren, dan wici hadden gedacht:
Doch wij móeten er alles op zetten',
om het aóel te bereiken, dat wij ons
hebben gesteld'.'
DE REDE VAN HITLER.
In het verslag van de redevoe
ring van Hitier staat in de passage
waarin de Führer mededeeling
doet van de geleden verliezen, dat
deze verliezen geleden zijn in het
tijdvak van 22 Juni tot 1 Septem
ber. Dit moet zijn, zooals de aan
dachtige lezers reeds zullen heb
ben opgemerkt, het tijdvak van 22
Juni tot 1 December.
ROME, 12 Dec. Het 558ste com
muniqué van het Italiaansche hoofd
kwartier luidt:
In de Marmarische woestijn du
ren de gevechten voort ten W. van
Tobroek. Nieuwe krachtige aanval
len van den vijand, dóór pantser
wagens gesteund, zijn afgeslagen
Bij Solloem en Bardia is de actie
der wederzijdsche artillerie hevi
ger geworden. Italiaansche en Duit-
sche duikbommenwerpers hebben
herhaalde malen concentraties van
gemechaniseerde strijdmiddelen en
autocolonnes in de zone van Bir
Hacheim gebombardeerd. Bij lucht
gevechten hebben "Duitsohe jagers
zes vliegtuigen neergeschoten. De
vlootformatie, die op 10 Dec. Derna
had gebombardeerd, is opnieuw
aangevallen door Duitsche vliegtui
gen, die wederom bomtreffers heb
ben geplaatst op een kruiser en een
tor pedobootj ager.
In het centrale deel van de Mid-
dellondsche Lee hebben onze ja
gers twee vijandelijke vliegtuigen
vernield. Bij een aanvalspoging op
de baai van Argostoli werd een der
de vliegtuig neergehaald door het
afweergeschut. Een onzer vliegtui
gen is niet teruggekeerd.
In den ochtend van den llden
hebben een vijandelijke kruiser en
twee torpedobootjagers opnieuw
Derna gebombardeerd. Wederom is
eenige malen het hospitaal Prin
cipe di Piemonte getroffen. De
schade is van weinig beteekenis.
Batterijen der Italiaansche marine
openden het vuur op den kruiser,
die waarschijnlijk getroffen werd.
Een aanval op Benghazi in den
nacht van 10 op 11 Dec. veroor
zaakte drie slachtoffers. Schade
werd niet aangericht.
Onze vliegtuigen hebben de vloot-
basis La Valetta op Malta gebom-
In het Verre Oosten is de oorlog in volle hevigheid ontbrand, waar-
bi) de Japansche strijdkrachten reeds opmerkelijke successen hebben
bel- Ean Japansche afdeeling aan den maaltijd.
Aseoci ate d-Pre ss-Re cia
Uiteenzetting van den ge
machtigde voor de prijzen
mr. H. C. Schokker
INSTANDHOUDING VAN VOLKS
KRACHT EN BEDRIJFSLE -
VEN VORMT HET RICHT
SNOER.
'S-GRAVENHAGE, 12 Dec. Voor
het Soc.-Econ. Genootschap „Ne
derland en Europa", heeft de ge
machtigde voor de prijzen, Mr. H.
C. Schokker, een voordracht ge
houden over „De prijspolitiek in
Nederland".
Aanwezig waren o.m. Prof. Mr.
J. van Loon, de heeren A. Meyer
Schwencke, F, L. Raimibonnet en de
zaakvoerend secretaris, K. W.
Boekholt.
Na een korte inleiding van den
voorzitter, prof. Van Loon, gaf mr.
Schokker een helder en uitvoerig
overzicht van de in Nederland ge
volgde prijspolitiek. De twee groote
belangen, die bij de prijspolitiek
gelden, zijn de instandhouding van
de volkskracht en die van het be
drijfsleven. Hieruit volgt, dat de
pijspolitiek een groot aanpassings
vermogen dient te ontwikkelen. De
twee gevarenzones de reëele
koopkracht der loonen en de ren
tabiliteit van het bedrijfsleven
moeten immers steeds voor oogen
worden gehouden en die maatrege
len dienen te worden getroffen, die
met het oog op de situatie in deze
twee zones noodzakelijk zijn. Spr.
ging op deze twee onderdeelen na
der in aan de hand van een kort
overzicht over de gevolgde prijs
politiek sinds Mei 1940.
Positie bedrijfsleven niet
slecht.
Uit ingestelde onderzoekingen is
spr. gebleken, dat de positie van
het bedrijfsleven in haar ge
heel bezien niet slecht was.
Daartegenover stond echter door de
verschillende prijsstijgingen een in
verdrukking komen vatr een aan
tal verbruikers. Twee middelen
stonden toen ter beschikking: de
rentabiliteit van het bedrijfsleven
iets terugschroeven en door overleg
met het college van rijksbemidde
laars een aantal lage loonen te ver-
hoogen. Beide middelen werden
toegepast, waardoor in feite een re-
eele herziening van de verdeeling
van het volksinkomen heeft plaats
gevonden. Een groote toevloed van
nieuwe prijsverhoogingen is vol
gens spr. hierdoor niet ontstaan.
Het grootste deel van deze directe
of indirecte loonsverhoogingen is
opgevangen door het bedrijfsleven
en kan door de bestaande marges
worden opgevangen.
Naast deze algemeene maatrege
len is overgegaan tot verscherping
van de prijsvorming door de af
kondiging van het prijsvormings-
besluit. Spr.'s algemeene indruk
van de prijspolitieke maatregelen
is, dat hem geen geval bekend is,
waarbij van het bedrijfsleven iets
onmogelijks is gevergd.
Verscherping van de prijs
politiek.
De situatie in 1941 gaf aan
leiding tot verscherping van de
prijspolitiek. Intern leidde de
ze tot een aantal door spr. opge
stelde richtlijnen, welke ge
volgd moeten worden bij de be
handeling van aanvragen tot
prijsvaststelling of tot prijs-
verhooging.
In dit verband vroeg spr. de be
langstelling voor eenige belangrijke
punten van deze richtlijnen, uit
gaande van twee praemissen:
le. dat het thans geen tijd is
voor het bedrijfsleven om zich in de
prijzen te dekken tegen bijzondere
risico's, voor zoover deze risico's
als volk, als geheel, gedragen moe
ten worden.
2e. dat het thans geen tijd is om
extr a-wins ten te maken.
BELANGRIJKE TENTOONSTEL
LING IN AMSTERDAM.
Op Zaterdag 20 December zal in
het Stedelijk Museum te Amster
dam een belangwekkende tentoon
stelling worden geopend van ont
werpen, ingekomen naar aanlei
ding van de prijsvraag, uitgeschre
ven door het genootschap „Archi-
tectura et Amicitia", ter gelegen
heid van zijn zeventiende lustrum,
voor een ontwerp van éen boerderij
met theeschenkerij, te bouwen in
het Amsterdamsche Bosch.
De prijsvraag, waarop 210 archi
tecten hun krachten hebben be
proefd, werd gesubsidieerd door de
gemeente Amsterdam, welke bij de
opening vertegenwoordigd zal zijn
door burgemeester Voute en wet
houder dr. Smit Het publiek zal
dien dag geen toegang hebben,
doch de tentoonstelling zal van 21
Dec. tot en met 1 Febr. geopend
zijn.
De eerste prijs kende de jury toe
aan ir. C. Wegener Sleeswijk te
Amsterdam, de tweede prijs aan ir.
G. Treep te Bussum en de derde
Italiaansch
Weermachtbericht
bardeerd. Ongeveer 1800 gevangen
genomen Engelschen zijn gered van
het schip, dat, zooals in het weer-
machtsbericht van 10 Dec. gemeld
was, getorpedeerd is. Onder de ge
redden bevinden zich eenige ge
wonden.
prijs aan de architecten G. Potho
ven en F. Sevenhuyzen.
Boerderijen-typen.
Aan de tentoonstelling wordt
een afdeeling documentatie van
boerderijen-typen verbonden, 'n
serie opmetingen en teekenin-
gen dus van oude boerderijen in
de verschillende deel en des
lands, bedoeld als historische
en cultureele documentatie van
de gewestelijke boererij-ty-
pen.
Tevens zal worden geëxposeerd
de bestaande literatuur, zoowel
technisch als cultureel, die over de
boerderijen verscheen. De bezoeker
zal op deze afdeeling dus een over
zicht krijgen van de versohenen
boeken en tijdschriftartikelen.
Daarnaast wordt een kleine ten
toonstelling ingericht van Hans
Gilberg's foto's en typische boeren
koppen uit verschillende deel en des
lands.
Deze uitgebreide expositie, die
van zeer veel belang belooft te
worden zoowel voor den architect
en voor den plattelandsbewoner als
voor het Nederlandsche publiek in
het algemeen, zal worden ingericht
in de zalen op de eerste verdie
ping van het stedelijk museum,
waar de tentoonstelling „In Hol
land staat een huis", was geves
tigd.
DE EEN HEEFT VEEL
DE ANDER NjETS
GEEFT WINTERHULP
VAN HET VELE
IETS
L.
Wat deze richtlijnen betreft, ging
spr. t.a.v. de prijsvorming nader in
op de volgende punten van belang:
loonen, vaste kosten, rente en over
winst. (grond- en hulpstoffen mo
gen in de kostprijsberekening
slechts tegen de wettelijk toelaat
bare verkoopprijzen worden opge
voerd).
Loonen en salarissen.
Hier geldt in het algemeen de
gedragslijn, dat deze mogen worden
berekend tegen de geldbedragen,
welke op 9 Mei 1940 werden opge
voerd, behoudens verhoogingen met
toestemming der overheid verleend.
Uiteraard mogen ook sociale lasten
in den kostprijs worden opgenomen.
Afschrijving en andere vaste
kosten mogen slechts in den prijs
van het product worden opgevoerd,
voorzoover deze kosten per product
ontstaan bij een volle bezetting. De
kosten van onderbezetting komen
dus voor rekening van den onder
nemer. Komt de liquiditeitspositie
in gevaar, dan bestaat de moge
lijkheid om de onderneming tege
moet te komen. Spr. bestreed de
opmerking, dat het door hem voor
geschreven afschrijvingssysteem t,
a. v. vaste goederen irreëel zou zijn.
Wat betreft de rente, die in den
kostprijs mag worden berekend
over het in het bedrijf geïnvesteer
de kapitaal, merkte spr. op, dat de
ze in het algemeen op 4% mag wor
den gesteld. Spr. voorzag, dat in
de toekomst het algemeene rente
niveau nog iets lager zal komen.
Overwinst.
Ten einde aan de verschillende
omstandigheden en de individueele
bijzonderheden van de onderschei
dene bedrijfstakken, resp. de ver
schillende ondernemers, recht te
doen wedervaren, heeft spr. voor
de berekening van dit percentage
eenige globale richtlijnen opge
steld, waarbij bijna ieder geval
naar eigen merites wordt beoor
deeld.
Spr. stelt zich op het standpunt,
dat in het algemeen voor onder
nemingen in de huidige omstandig
heden, het toe te rekenen percen
tage aan overwinst niet meer dient
te bedragen dan twee pet. Dit
beteekent dus, dat de onderneming
behalve de vier pet. rente over het
te investeeren kapitaal, normaal
nog twee pet. rente maakt als over
winst en dus in totaal tot een ren
tabiliteit van zes pet. kan komen.
Daarnevens acht spr. het verant
woord een iets ruimer standpunt in
te nemen tegenover ondernemers,
die goederen vervaardigen, waar
voor bijzondere ondernemerspres
taties worden vereischt en welke
voor de volkshuishouding van bij
zonder belang zijn, b.v. producten,
welke tot het noodzakelijke levens
onderhoud behooren.
Voor die ondernemingen, waarbij
het kapitaal niet kan dienen als
basis voor de overwinstbelasting,
geldt in het algemeen de regel, dat
de overwinst niet grooter mag zijn
dan in eenige voor den oorlog lig
gende basisjaren.
De plicht der ondernemers.
Bij de thans ingezette verscher
ping van de prijspolitiek gaat spr.
er van uit, dat de aanvragen voor
prijsverhoogingen nog slechts in
zeer beperkte mate aan de orde zul
len komen. In de eerste plaats rust
thans op den ondernemer de plicht
na te gaan op welke wijze hij door
besparingen als anderszins zijn
prijzen kan verlagen ten einde de
ze in overeenstemming te brengen
met het algemeen belang. Daarom
heeft spr. in zijn uitweidingen de
richting aangegeven, waarop het
bedrijfsleven zich kan afstemmen.
Na deze belangrijke uiteenzetting
inzake de prijsvorming behandelde
sor. nog enkele andere punten uit
het prijsvormingsbesluit, namelijk
voorschriften, die de controle moe
ten vergemakkelijken (administra
tie-plicht, prijsaanduiding, plicht
tot het verstrekken van inlichtin
gen) en regelingen, welke voorzie
ningen bevatten t.a.v. eenige' ont-
duikingsvormen der prijspolitiek
(achterhouden van goederen, ver
bod van koppelverkoop).