Groningen fokt paarden Coen Botverstekeling bij Dorus Rijkers Weet U het nogl Zaterdag 21 Februari 1942 DAGBLAD VOOR HOLLANDS NOORDERKWARTIER Tweede blad EEN ZEEHELD ZESTIG JAAR De man die het woord „vrees" nooit kende Overwinnaar op de zee «inds meer dan 40 jaren Coen Bot Maandag 60 jaar een leven, gewijd aan een der manlijkste bedrijven, die denk baar zijn. Een leven, gewijd aan hard avontuur en driest doorzettingsvermogen. Een zee ridder, in de meest volstrekte beteekenis van dat woord. Het is hem niet cadeau gege ven, dat wonderbaarlijke cijfer van 487! Net zoo min als het jaren geleden den grooten Do- rus cadeau gedaan werd. Daar moest voor gepéésd en geploe terd worden. Daar moest ontbe ring voor geleden worden. Daar moest veel opgeofferd worden, zóóveel, dat niet velen daartoe bereid gevonden zouden wor den. Eén ding had Bot mee: hij was redder tot in de kleinste vezel van zijn ijzersterke body. *t Menschenredden was hem in geboren, werd een stuk van zijn bestaan, zonder hetwelk hij niet leven kan. In bonte volgorde... Wij hebben het nagezien, het boek, waarin de eere-staat van Bot opgeteekend is: een imposante rij namen en geredden. In bonte volg orde rijen ze zich aan elkaar, ieder jaar... 't Begint officieel met het 18e jaar op de Terschellinger gron den met de vlet vétn Dorus Rijkers. Dat \fois in het jaar 1903. In 1906 volgt al de beroemde Serbia-red- ding, eveneens met Rijkers aan het roer. Dat waren de jaren dat er nog „particulier" gered werd. 't Zal de menschen die men redde bitter weinig hebben kunnen sche len of het al dan niet „particulier" geschiedde, 't Voornaamste was dat robuste Heldersche vletterlui hen uit de kaken van den golven dood sleepten en aan wal brachten. Dat waren de jaren van Rijkers, van Runnenburg, van Bijl, van Ewald, van Kuiper, van Tabbie, den Gor- relde jaren van de vlet en de vermaarde sleepboot Hercules, wiens kapitein, de heer Bakker, juist dezer dagen op hoogen leef tijd overleden is. De goede keuze. De „Volta" in 1908, de „Elfrida" in 1911, de „Roma"... en toen wis selde Rijkers zijn plaats met Bijl. Dat bleef zoo tot 1918, toen Coen Bot aangesteld werd tot schipper van de zelfrichtende roeireddings- boot. Later bleek dat men geen an der beter had kunnen kiezen en dat het bestuur van de N.Z. Holl. Red ding Mij. wederom den juisten man op de juiste plaats gezet had, een besluit waarvan het nimmer spijt zou hebben. In 1922 lezen wij van de prachtige „Alforf'-redding en dan gaat het door: 1924 „Promus" 1926 „Perdeaux"1926 Texel sche en, Heldersche visschersboo- ten1928 „Shonga"3928: Het jaar waarin- in November ve le etmalen uitgevaren werd met noodweer en men slechts één man mocht redden. Daarna ieder jaar reddingen van sloepen, vletten, stoomschepen van diverse natio naliteiten, Texelsche en Urker bot ters, kortom, alle schepen die in de wijde omgeving van het storm nest Den Helder in gevaar komen, zijn een doel van Bot en z'n dap pere maats en vrijwel zonder uit zondering blijft Bot de „meneeren met wit voor", zooals Tabbie Bak ker de Noordzee-brekers placht te noemen, de baas. DE OORLOG. Dan komt de oorlog en ook In die periode doet Bot van zich spre ken. Hij blijft niet thuis voor mij nen of andere oorlogsmonsters. In tegendeel, hij trekt er zich geen zier van aan, doch verlaat keer op keer de haven. Hij weet het: hij speelt hier met den dood, die achter iedere golf dreigt. Hij weet het maar 't is de prijs die hij betalen wiL Enkele weken geleden slechts werd de laatste redding volbracht. Hij werd er voor gehuldigd. En na vandaag zullen er weer andere ko men net zoo lang tot hij het roer overgeeft aan z'n opvolger, die daarmee een wel extra verantwoor delljke taak toebedeeld krijgt en geen benijdenswaardige, bij zulk een illuster voorganger. Goud en zilver Coen Bot verkreeg vele gedenk- teekenen en brevetten en medail les. Hier volgen zijn voornaamste eereteekenen de groote gouden me daille van de N.Z.H.R.M., kleine gouden medaille N.Z.H.R.M., eere medaille van de Orde van Oranje- Nassau in goud, bronzen en zilve ren medaille voor menschlievend hulpbetoon, zilveren medaille N.Z.- H.R.M., de gouden medaille van Frankrijk, de zilveren van Enge land, de bronzen van Italië. Kort Een sleden-karavaan op weg naar het front. Op vele plaatsen in het Oosten heeft de slede den wagen verdrongen en bewijst daar belangrijke diensten. Scherl-Fellinga-P. K. Henisch Buste van den zeeheld Dorus Rijkers. .(cl liché archief) geleden werden hem Duitsche sou venirs uitgereikt en verkreeg hij de gesp behoorende bij de gouden medaille van de N.Z.H.R.M. Coen's eerste reis. Een verhaal apart is Bot's eerste reis: Dat is zóó gegaan: Iedere maal als de reddingboot van- Doru3 Rij kers op stormachtige nachten zee koos, stond de jonge Coen te kij ken. En zich te verbijten, dat het hem niet vergund was mee te gaan Want die wilde zee en dat razend- opgezweepte water lokten hem on weerstaanbaar. Het machtig be drijf van menschen fegen elemen ten trok en bleef trekken. JJij moest en zou in de reddingboot ko men. Kost wat kost. En hij kwam erin. Op een barren nacht kwam 't sein: „schip vergaan". Dorus ver zamelde zijn maats op het Anker park bij het boothuis, waar reeds een aantal matrozen van 't wacht schip bezig was de reddingvlet op den wagen te plaatsen, teneinde die naar de haven te rijden. Rijkers was er, zooals gezegd, ook bij. Nauwelijks had deze zijn huis verlaten, of de jonge Coen sloop hem na. Dezen nacht zou hij zijn kans wagen. Nu of nooit! Hij moest maar zien wat er van kwam Hij sloop op het door snotlampen spaarzaam verlichte Ankerpark rond en verdween, toen de kans 't gunstigst leek, boven op den wa gen en in de vlet. Geholpen door de duisternis lukte de poging. Een der elf in de boot aanwezige olie- pakken sloeg Coen om en zoo wacht te hij de komende gebeurtenissen, niet al te gerust, af. Aan de haven, op het oogenblik, dat de vlet te water moest, miste een der instappers z'n oliegoed en rapporteerde dit aan ouden Dorus! Nu was Dorus op die momenten, als het ging om seconden, een al- lerongemakkelijkst heerschap en woedend zocht hij zelf de boot door om het pak te vinden... Hij vond het ook, maar met den jongen Coen als verstekeling er in. Opa begreep wel wat er in den jongen moest zijn omgegaan om zóó te handelen en zei er niet veel van. Maar juist op het moment dat de bom toch in al haar hevig heid zou barsten, toen zei' Coen's vader, dat de jongen dan maar mee moest gaan en dat hij thuis bleef. Dit werd Coen's eerste reis. Zijn vader ging nadien nooit meer mee. Het was ook niet meer noodig, want de zoon was een waardig opvolger geworden, die de traditie hoog hield en het blazoen van het ge slacht niet zou bezoedelen. Dat hij het kón, bewees reeds die eerste torn met Opa Rijkers naar het groote Engelsche s.s. „Domingo de la Vrenaga", waarbij hij zijn talen ten als all round zeeman wist te ontplooien, zelfs tot tevredenheid van de allerongemakkelijksten en uiterst critischen Dorus Rijkers, die het alleen de besten van de besten toestond met hem te varen. Maandag is Coen Bot 60 jaar. In zijn woonark „Betty" te Van Ewijck sluis zal hij dien dag zeker zijn leven de revue laten passeeren en bij menig hoogtepunt in gedachten stil staan. Coen Bot is een man, die het woord „vrees" nooit gekend heeft. Hij bezit een ruim hart en hij weet dat hij telkens weer "t eigen leven inzet voor dat van anderen. Hij is de zeeridder van achttien karaat. Coen Bot is een prachtig Neder lander. Een van die kerels, waarop we grootsch zijn en waarvan wij zouden willen dat er twaalf in 't dozijn gingen, helaasmen vindt ze slechts sporadisch: zóó flink, zóó dapper, zoo volstrekt: gemeenschapsmensch. Namens de bevolking van noor delijk Noord Holland: proficiat Coen Bot! Nog menige redding en evenzoovele behouden thuiskom- stenl IA, wij klagenover de kolen, P over het brood, over het vee voer, over de tabak, over ons figuur, over wat niet al. 't Is niet prettig in dezen tijd, inderdaad en 't spreekwoord, dat klagers geen nood hebben, gaat, thans inderdaad niet meer heelemaal op. Soms ook nog wel, want 't is wel merkwaar dig, dat diegenen het hardst klagen, van wie redelijkerwijze verwacht mag worden, dat ze nog wel iets in 't vat, onder de kurk. in de sigarendroogtrommel en in de kolenkit hebbenMaar goed we klagen, en 't komt allemaal om dat het oorlog is en ons land be zet werd, vertellen we elkaar en dan volgt 't bekende verhaaltje Ach, vertellers, die het allemaal zoo héél goed weten, weet u nog hoe het begin 1917 was? Toen ons land ook als bufferstaat tussehen twee machtige elkaar op leven en dood bestrijdende naties lag, maarde oorlog de grenzen voorbij gegaan was? Néén, niet 1918, maar 1917, toen de oorlog precies als nu twee en een half jaar aan den gang was. Om een vergelijking te treffen, moet men nu natuurlijk rekenen vanaf 1 September 1939, toen En geland Duitschland (en niet omge keerd, zou Max Blokzijl zeggen) den oorlog verklaarde. Dezen keer zullen we ons nog weer bepalen tot de Schager Courant in die da gen, volgende maal zullen we, om niet eenzijdig te schijnen, ons in stellen uit een ander provinciaal blad. Commentaar is verder over bodig, *de gevallen spreken voor ziohzelf. Uit de Schager Courant. 2 Januari 1917. KOLENSCHAARSCHTE. De coöperatieve beetwortelsuikerfa briek Zevenbergen te Zevenbergen is sedert 3 dagen stop gezet moe ten worden wegens gebrek aan kolen. 12 Januari 1917. STROOG EBR EK. Wegens stroogebrek zijn te Oude Pefcela 23 arbeiders van de strookartonfa- briek Brittanhia ontslagen. 12 Januari 1917. BOOMBLADEREN. Hermanus Hogensteyn uit Castricum zocht dezen herfst heel gruizig wat boombladeren bijeen, die behoor den aan 't gesticht Duin en Bosch. Dat mocht niet en bezorgde hem een eisch tot f2 boete of 1 dag hechtenis. meer dan 75 de gastoevoer zal worden afgesneden. 3 Maart 1917. GEZONDHEIDSTOESTAND. De gezondheidstoestand die in de ach ter ons liggende oorlogsjaren bij zonder gunstig bleef, begint een eenigszins minder gunstig karakter aan te nemen, althans op enkele plaatsen klom de sterfte in de laat ste maanden boven den norm. 21 Maart 1917. ZORG VOOR DE TOEKOMST. De gemeenteraad van Nijkerk heeft besloten een terrein van ruim iy2 H.A met aardappelen en andere gewassen te bepoten. Tevens zal een groote tuin, behoorende bij de burgemeestenswoning in bouwland worden omgezet. 24 April 1917. MEELGEEREK. Eenige bakkers op Texel zijn gedwongen den ar beid te staken daar ze geen meel kunnen bekomen, terwijl verschil lenden bijna geen voorraad meer hebben. Dat ziet er bij de toch al kleine broodporties voor de bur gers duister uit. 28 April 1917. VOOR HET VEE. Wegens de schaarschte aan veevoederartikelen zal de Boerenbond te Nijmegen al daar het afval uit de keukens van de woningen ophalen. En toen waren wij niet in oor log! Officieele Landbouwmededeelingen voor de provincie Noord-Holland HET OPGEVEN VAN BEDRIJFS- VERANDERINGEN. In verband met nog veel gestelde vragen over dit onderwerp, wordt eerf ieder, die als georganiseerde bij de L.C.O. voor Noord-Holland is aangesloten er aan herinnert, dat men verplicht is onmiddellijk opga ve te doen van de wijzigingen, wel ke in de bedrijfsvorm, zoomede in den naam en in de plaats van ves tiging van het bedrijf worden ge bracht Het niet op tijd opgeven kan lei den tot allerlei moeilijkheden en overtredingen bij eventueele con trole op het bedrijf. RUNDVEELEVERING VAN DEN AANSLAG 1941. Eenigen tijd geleden is aan de veehouders, die nog koeien hadden te leveren van den aanslag 1941, een kaart gezonden, dat ze deze runde ren tot nader order boventallig aan mochten houden. Thans moeten deze runderen ech ter worden geleverd, waarvoor ge bruik gemaakt wordt van aanschrij- vingsformulieren, waarop het aan tal nog te leveren dieren geheel of gedeeltelijk is vermeld, alsmede de datum vóór welke geleverd dient te worden. Het bovenste gedeelte van deze formulieren moet aan den betref- fenden handelaar worden overhan digd. De handelaar geeft dit formu lier bij levering af aan den markt- administrateur. Wanneer niet vóór of op den dag welke op het formulier vermeld staat, geleverd wordt, zal boete wor den toegepast, zooals op genoemd formulier staat aangegeven. Waneer men echter van meening is, dat aan de oude leveringsplioht 1941 is voldaan (wat mogelijk is doordat kort geleden nog is gele verd en de bonnen hiervan in cir culatie kunnen zijn) is het aan te raden hierover per ommegaande aan ons kantoor Afd. Veeleverings- administratie te schrijven met ver melding van de boninummers. Aangezien door het vele weit geen bezoek meer ontvangen kan worden, dan alleen na oproeping, moeten vragen daaromtrent schrif telijk worden ingediend om teleur stellingen te voorkomen. Vrijwillige levering op den nieu- wén komenden aanslag, kan op de zelfde manier doorgang vinden. Binnenkort zal over de nieuwe veelevering een en ander worden medegedeeld. HUIS SLACHTING VARKENS (ZELF VERZORGERS) Het is gebleken, dat er onder de huisslachters nog veelal een ver keerd begrip bestaat, over de bere kening van het vleesclirantsoen en daarmede samenhangende kwesties. De berekening van de hoeveelheid vleesch, waarop de huisslachter recht heeft, geschiedt op een basis van 750 gram per persoon per week. Aan de hand van het geslacht ge wicht, berekent de bureauhouder het aantal weken, waarvoor vleesch kaarten moeten worden ingeleverd. Hiervan doet de bureauhouder me- dedeeling aan den distributiedienst. Bij - de uitreiking van nieuwe vle.eschkaarten kan de zelfverzor- ger zelf bepalen, hoeveel kaarten hij in wil leveren, daar hij tot 1 Fe bruari 1943 den tijd beeft om zijn scbuld aan te zuiveren. Hij kan dus een gedeelte van de kaarten inleveren, en het restant behouden. Voor iedere 4 weken ingeleverde bonnenschuld wordt een zegel afge geven. Deze zegels moeten ingele verd worden bij den 'bureauhouder, die het aantal weken bonnenschuld hiermede vermindert. Het js noodig om duidelijk naam, adres en org. nr. te vermelden, op dat de gegevens niet op den naam van den verkeerden persoon worden geboekt. Zoodra er geen bonnenschuld meer is, ontvangt de zelfverzorger hiervan bericht, terwijl hij ook tus- schentijds van zijn schuld op de hoogte wordt gehouden, middels een zoogenaamd saldobiljet. Indien er teveel vleesclhkaarten worden ingeleverd, kan er overleg met den distributiedienst worden gepleegd, om rantsoenfbonnen voor vleesch retour te ontvangen. Als het gezin van den zeiverzorger wordt uitgebreid, of wordt verkleind moet hiervan mededeeling wordgn gedaan aan den distributiedienst. Er kan bepaald worden, of het nieuwe gezinslid aan de zelfverzor- ging deel neemt, en in mindering van de bonnenschuld zijn vleesclh kaarten inlevert., of dat hij zijn vleeschkaarten behoudt. Bij vertrek van een lid van het gezin van den zefverzorger, kunnen hem rantsoenbonnen voor vleesch worden uitgereikt, op een basis van het normale burgerrantsoen van 250 gram per week. Aan zelfverzorgers, die weer een varken voor huisslachting willen gaan houden wordt medegedeeld, dat er van een eventueele gelegen heid tót huisslachting .in het na jaar van 1942 nog niets bekend is. Na 15 Februari 1942 mag er geen varken boven 40 kg., behalve fok- zeugen aanwezig zijn. Men houde dus bij het aanschaf fen van varkens rekening met deze gewichtsgrens. DE PROVINCIALE VOEDSEL- COMMISSARIS VOOR NOORD HOLLAND. 7 Februari 1917. BESPARING VAN GASVERBRUIK B. en W. van Sc'hagen brengen ter algemeene kennis, dat de raad dier gemeente heeft bepaald, dat vanaf heden etalageverlichting is verboden, dat de straatverlichting niet zal worden ontstoken/ dat het gebruik van gas boven 65 tot 75 van het gebruik in de overeen komende maand van het vorige jaar zal worden heiast met f0.50 pe'r M3., terwijl bij verbruik van HENGSTENKEURING VOOR LANDBOUWTUIGP AARDEN. De keuring van hengsten voor dekking, waar een premiekeuring aan is verbonden, door de Vereen, tot Bev. der Paardenfokkerij in Ne derland (V.L.N.), zal worden ge houden in de prov. N.H. op Donder dag 26 Februari a.s. te 11 uur op de Gem. keuringsbanen te Hoofddorp. Naast de bekende, reeds eerder gekeurde, hengsten zullen verschil lende nieuw ingevoerde deelnemen. Zoo kocht de vereen. „Ons Be lang" een 3-jarige op de keuring in Aurich (Oost-Friesland). Verder komen ter keuring de twee bekende voshengsten uit de prov. Utrecht, nml. „Ugoldman" en „Anton". Ook voor twee fokproducten uit de prov. N.H. zal getracht worden het goedkeuringsbrevet te verkrij gen. Wij wekken alle paardenfokkers en liefhebbers op deze, vooral in de tegenwoordige tijd nu het paard in de volle belangstelling staat, be langrijke keuringen te bezoeken. I SCHITTERENDE COLLECTIE HENGSTEN OP DE KEU RING TE GRONINGEN. De jaarlijlksche hengstenkeuring te Groningen vond wederom plaats in het Stadspark. Er waren dit jaar 92 jongere en oudere hengsten van het Groningsche type aangegeven (dat is het zware warmfoloedpaard in tegenstelling met het Geldersche type dat lichter gebouwd is, meer 'hals en schoft heeft en daardoor ook zeer geschikt als rijpaard (za- delpaard) en tuigpaard. Slechts en kele aangegeven hengsten lieten verstek gaan. De monsterbaan was prima in or de gemaakt. Ondanks de bijzonder ongunstige weersomstandigheden gaven honderden toeschouwers van hun belangstelling blijk. Wat bloeit daar de fokkerij. Dank zij de bezie lende leiding van Inspecteur Maar- singh is daar in het Noorden in den loop der jaren een fokcentrum op gebouwd van het Groningsch-Olden- burgsch-Oost-Friesche type, dat respect afdwingt. Door import van 't allerbeste fokmateriaal uit 01- den/burg voornamelijk (gedeeltelijk ook uit Oost-Friesland) en door voortdurende selectie en teeltkeus van 't eigen fikdistrict heeft met 't zich gestelde fokdoel-ideaal steeds meer benaderd en daardoor tevens een groote mate van uniformiteit. Groningen is zoover dat 't heng sten van klasse fokt uit de eigen merrie-stammen en men fokt daar reeds zooveel goede vaderpaarden dat er jaarlijks een overschot be schikbaar is voor de overige pro vincies waar men de Groningsche richting nastreeft. De allerbeste jonge -hengsten houdt men daar vast, wat ook juist is. Een fokkerij opbouwen is zeer moeilijk, maar om, als men een maal een bepaalde hoogte heeft be reikt, in ieder geval op dat niveau te blijven, is nog veel moeilijker. Daarom is het ook zoo noodzakelijk het allerbeste fokmateriaal vast te houden en daarom is het ook noo dig streng te keuren. Daaruit vloeit ook vanzelf voort, dat men b.v. som mige jonge hengsten niet goed ge- genoeg acht voor het élitecentrum der Groningsche fokkerij, maar dat zoo'n jonge hengst elders in het Rijk in 'n gebied waar de fokkerij nog niet zoo hoog staat, nog vrucht baar werk kan doen. Vandaar dat zulke jonge hengsten goedgekeurd worden voor dekking in het Rijk en niet opgenomen worden in het Gro ningsche Stamboek, Worden zij dan eventueel uitgevoerd naar het ge bied van de V.L.N. (Vereeniging tot bevordering der landbouwtuigpaar- denfokkerij in Nederland), dan kunnen zij daar voor het stamboek der V.L-.N. worden aangeboden. Een jonge hengst die b.v. voor Gro ningen iets te weinig massa heeft, kan in Utrecht of Gelderland zeer goed op zijn plaats zijn. Vlotte gan gen wegen in de beide laatste pro vincies zwaarder dan in Groningen. Toch kregen wij den indruk dat ook Groningen weer meer waarde aan 'n vlotte draf b.egint te hechten. Het viel ons op, dat er zooveel heng sten werden voorgeleid met prima gangen. Er waren beste hengsten inge voerd uit Oldenburg en Oost-Fries land. De bekende hengsten-opfok- ker en handelaar D. E. Mellema uit Finste rwolde stond met 25 hengsten in de catalogus. Voor één van zijn 3-jarigen werd tevergeefs f30.000 (zegge dertigduizend gul den geboden. Voor 'n goede hengst moet men op het oogenlblik zoo van de f 10.000 tot f 15.000.betalen of nog meer. Voor een hengsten- vereeniging is dit nog te doen, maar voor de particuliere hengstenhou- derij zijn deze prijzen te hoog. Daar voor zijn de dekgelden te laag en de onkosten te hoog. Een 3-jarige hengst dient eigenlijk niet meer dan pl.m. 120 merries te dekken. 't Sterkst vertegenwoordigd wa ren Gambo, Godehard, Ridderslag en Grutus met respectievelijk 14, 13, 7 en 7 zonen. Hendrik 3 (zelf 'n Gamfoo) met 4 en Jacques (ook 'n Gambo) met 2 zonen. Gambo was er in totaal met 14 zoons en 6 klein zoons. 't Is een machtige verschij ning, zwaar, gespierd, schitterend van proporties. Een hengstenfokker bij uitstek en daardoor voor 't Gro ninger land van onschatbare be teekenis. Godehard was ook goed vertegen woordigd met 13 nazaten. Een goe de fokhengst die helaas te .vroeg gestorven is. De Ridderslagzoons kenmerken zich door goede beenen en prima voeten en vlotte gangen. Ze toonen wel eens wat groot en 'n tikje smal- rond over 't kruis. In totaal een koppel hengsten jong, zoowel als oud, voor een paar denliefhebber om te watertanden, 't Toilet tot in de puntjes verzorgd' en het monsteren onberispelijk. Dat zijn daar vaklui tot en met. De pu blieke belangstelling bleef ondanks het barre winterweer onverflauwd van 's morgens 10 tot 's mjddags half zes. Achter de schermen bij den klokke- maker. - Een kapitaal hall-stuk in restauratie. Het binnenwerk wordt door den meester gecontroleerd Pax Holland-De Haan m Tot 7 Maart 't versche cadetje De secr.-pen. van het dep. van Sociale Zaken heeft de tot en met 21 Febr. door hem toegestane afwij king van de Arbeidswet, voor wat betreft het vervoer en den verkoop van brood, opnieuw verlengd. Het zal tot en met Ziaterdag 7 Maart geoorloofd zijn, brood, dat na acht uur des namiddags van den vorigen dag gebakken' of opge warmd is, van zeven uur 's mor gens af uit het gebouw met aanho- righeden, waarin zich de broodbak kerij bevindt, te vervoeren. Dit brood mag van half acht af wor den vervoerd of afgeleverd. Met koude voeten maar 'n warm hart zijn we na afloop de stad Gro ningen weer binnengetrokken en nog menig uur hebben we over paarden gepraat. (Nadruk yeiiboden.) D REMPT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Dagblad voor Hollands Noorderkwartier | 1942 | | pagina 5