De lucht rooiers van HDITIIÜ Strijd en Overwinning Het gebruik van gedroogde groenten Beste jongens en meisjes I 't Is verbazend aardig, te zien dat Onze rubriek in de smaak valt. 't Beste bewijs daarvoor zien we vandaag bij de briefjes, waarbij er heel wat zijn van nieuwe vrienden en vriendinen. Nu, hoe meer hoe liever! Alle brieven zijn beantwoord en nu had ik een voorstel. Wat zouden jullie er van denken, als we een correspondentie-club oprichtten? Bij voorbeeld: een meisje uit Schagen schrijft af en toe een brief aan een meisje in Den Helder. Een jongen in Barsingerhorn schrijft een jongen in Winkel, enzovoort. Als jullie er voor gevoelen moet je dat volgende week maar aan me schrijven. Dan zal ik nagaan hoe dat verder geregeld kan worden. Denken jullie er allemaal maar eens over. De prijs is gewonnen door: RINSE SNIJDER, Anemonenstraat 30, Den Helder. Azrnie Vos, St. Maarten. En Annie, is je Moeder al weer beter? Wat heeft je zusje veel gekregen met haar verjaardag. Agners, Jan en Adria&n Tromp, Schagen. Welkom, drietal! Ik hoop, dat jullie trouwe vriendjes zullen worden. Is jullie Moeder al weer beter. Rie Bakkum, Anna Paulowna. Alweer een nieuweling. Ook welkom hoor. Wat heb jij een mooi postpa pier. Tot volgende week. Clazlen Vorst, Wil je voortaan ook in je briefje schrijven waar je woont? Want van alle kinderen kan ik dat niet onthouden. Tonie Vader, Callantsoog. Dat is jammer, dat de krant zo laat komt. Dat zal wel door het weer komen. Want de postverbindingen zijn nu allemaal in de war. Maar ik zal er rekening mee houden, hoor. Trien Doefcs, St. Maarten. Na tuurlijk Trien, mag je meedoen. En is je zusje lief? Ik ben blij, dat de eneeuw van de straten gaat hoor. Janny Bijpost, St. Maarten. Er komen deze week een heleboel nieuwe vriendjes en vriendinnetjes bij. Nu, dat vir.d ik leuk. Dus ben jij ook van harte welkom. Is jouw broertje ook lief, Janny? Dag! Sientje Bouthoorn, Den Helder. En heb jij het prettig in Schager- brug, Sientje. Het deed me genoegen, dat je zo blij bent met je boek. Houd je van lezen? En heb je nog meer boeken Jan van Westen, St. Maarten. Nu, ik za! ook lij zijn als alle stra ten weer schooi, zijn en het niet zo koud meer is. Vind je het'fijn, dat je niet naar school moet? Ilikus Hagenaar, Dirlcshorn. Nog wel gefeliciteerd, Rikus. Ik ben wel veel te laat. Maar ik wist het niet. Je schrijft, dat je aldoor het raadsel niet wist. Maar dan mag je evengoed wel een brief schrijven, hoor. Hier schrijft iemand, dat ze nog twee broertjes heeft, Mar- tien en Jantje. En hij of zij schrijft dat ze 24 Febr. jarig is. Wie ben je? Je hebt vergeten je naam en adres In je briefje te schrijven. Sientje Karbee, Schagerbrug. Verlang je erg niar Den Helder, Sientje? Nu, ik denk de meeste mensen wel. Annie Bakker, Den Helder. Welkom, Annie! Wat aardig van je, dat je nog steeds wat brood hebt voor de vogels. Want die hebben het zo nodig, nu me die kou. Jacob Graaff, Schoorl. Dat is leuk hè, Jacob, zo met je slee van een heuvel af. En wat glad is dan zo'n baan, hè? Ben je niet bang, als je zo hard naa. beneden gaat? Annie Dolver, Den Helder. Nu ik wilde ook graag dat de sneeuw weg was, Annie. De vogels heb ben het nu hard hoor. Ik denk, dat die ook wel verlangen naar het voorjaar. Repelsteeltje, Den Helder. Na tuurlijk mag je een schuilnaam ne men. Alle mensen willen graag, dat het gaat dooien Jan de Graaf, Schoorl. Je vraagt of ik kan schaatsenrijden? Ja hoor Jan. En ik heb ook nog wel gereden. Hen Korbee, Schagerbrug. Je heb zeker wel reuzehonger als je steeds in de sneeuw speelt. Lena Korbee, Schagerbrug. Zo, was je zo big, dat je het boek had gewonnen? Ik ben er blij om, dat het naar je zin was. Wat fijn dat je zusje voorleest. Gezellig is dat Beppie de Boer, Den Helder. Dat was geen grote brief, Beppie. Krijg ik volgends week een gro tere? Jan Zegers, Den Helder. Eens zal pe wel wat kinnen, Jan. Heb maar geduld. En los maar trouw de raadsels op. Beppie Korbee, Schagorbrug. Dat is zeker een mooi gezicht, Bep pie, als de boomen met rijp bedekt zijn. Vorige week op een morgen was het ook zo'n mooi gezicht. En evenals jij kan ik daar een hele tijd naar kijken. Ik vind het dan net een sprookje. Ali van Straateu, Anna Paulowna. Natuurlijk mag je meedoen, Ali. Krijg ik volgende week een lange brief van je? Agaftha Pronk, Den Helder. Zeker, Agatha, mag jij een gedichtje schrij /en. En als het dan geschikt is, zal ik proberen het te plaatsen. Rein v. d. Vegtt, Wieringen. Wat fijn, dat je een nieuwe slee hebt gehad. Daar heb je nu plezier van. Jacobus Cornelissen Bals, Wierin gen. Jullie houden zeker erg van dieren, dat jullie er zo veel hebt. Twee geiten, een paard en een poes. Dat is heel wat. Ik heb alleen maar een hond. En die kan vreselijk brommen. Theo de Kok, Schagen. Wat is het koud gewejst hè, Theo? Zo, gaan jullie weer naar Den Helder terug. Vind je het fijn wonen in Den Helder? Je broertje Leen mag ook meedoen, hoor. Dlkkie en Sillie Dompselaar, Wieringerwaard. Zo Dikkie, had jij geen tijd om een brief te schrij ven. Had je het zo druk met sleeën of schaatsen. Het was fijn, dat je moeder het wou doen. De groeten aan je moeder en aan Sillie. Henk Eggink, Wieringerwaard. Je zou zeker graag willen weten wie ik was hè, Henk. Nu, je moet maar eens raden. Zeggen doe ik het niet. Sommigen zijn wel eens erg „warm" geweest en één heeft het eens geraden. Maar dat wist hij zélf niet! Dag Henk. Kika Hartman, Den Helder. Nog wel gefeliciteerd met de ver jaardag van je moeder. Zo, heb jij' taartjes gegeten. Dat vond je zeker wel lekker hè. Wat jammer, dat je postpapier op is. Corrie Bekebrede, Den Helder. Ik heb inderdaad vorige week je briefje niet gezien. Anders had ik het zeker beantwoord. Je hebt mooi postpapier, CoTie. Wees er maar zuinig op, want je kunt het niet meer krijgen. Weet je al wanneer je naar Edam gaat? Jannle Buter, nna Paulowna. Ja, Jannie, ik kan me best voor stellen, dat je moeder boos wordt, als je met natte voeten thuiskomt. Ten eerste Is het zeer ongezond en ten tweede is het slecht voor je schoenen. Of draag je al klompjes? Annie en Rens de Jong, Schagen. Dat zouden jullie wel willen hè, om je met een reuze vaart van een hel ling te laten glijden. Berend Kok, St. Maartensvlot- brug. Wat een gezellig groot ge zin hebben jullie, Berend. Het is 's avonds zeker wel leuk, als jullie allemaal thuis zijn. Gerie. Muntjewerf, Schagen. Het is te hopen Gerie, dat het nu goed gaat dooien. Dan is alles weer gauw normaal met het verkeer. En kunnen jullie weer hele dagen naar school. Dag Gerie. Jan Visser, Burgerbrug. Nu Jan, dat zou ik leuk vinden als je buurjongetjes ook mee gaan doen. We krijgen dan een hele grote vriendenkring. Tot volgende week Roelof Burgerbrug. Natuur lijk Roelof, mag jij ook meedoen. Ik vind het fijn als ik veel vriendjes en vriendinnetjes lcrQg. Is je broer tje lief? Schrijf je volgende week je naam voluit in je briefje? Jacob Bregman, Burgerbrug. En heb je plezier met je nieuwe slee, Jacob. Je vind het nu zeker wel naar dat het gaat dooien Of met. Martha Briars, Den Helder. Je moet maar geduld hebben, Martha. Wie jjeet hoe gauw je een prijs wint. Doe maar trouw mee. Weet je nu al wanneer je naar h?t zieken huis moet? Schrgf het dan maar, dan zal ik je een briefje schrijven. Piet Tol, Den Helder. Hier heb je dan eens een briefje voor je. Vond je het in Egmond aan Zee fijn wonen. Ik ben er van de zomer dikwijls geweest. En vond het altijd wel leuk. Waar woon je liever? Trientje Pranger, Den Helder. Gelukkig maar Trientje, dat het dooit. Ik hoop ook maar, dat het niet niet weer gaat vriezen. Krijg ik volgende week eens een langere brief van je? Rinse Snijder, Den Helder. Weet je al Rinse, wanneer je naar het ziekenhuis moet. Schrijf het dan even. Dan hoef jij niet te schrijven en krijg je evengoed een briefje in de krant van mij. Dag Rinse! Alie Pranger, Den Helder. Nu hoef je niet eer half uur te zoeken naar je briefje. Want hier is het. Krijg ik van jou ook eens een lan gere brief? Fe";eiteer je vader maar n~mens mij. Everard Schouten, Zuld-Schar- woude. Wat heeft jouw zusje een mooie naam. Hoe wórdt ze ge noemd? Annie of Anneke of mis schien Ansje. Ben je er erg blij mee? Beppie Kole, Anna Paulowna. Heb je veel plezier gehad in de sneeuw, Beppie? Wat lag het op sommige plaatsen hoog hè? Je kon er gewoon niet doorkomen Rekeltje, Scliagen, Wat heb jij een leuke schuilnaam gekozen, Re keltje. Doe je soms je naam eer aan en ben je een rekel? Vind je dé raadsels zo moeilijk. Doe maar goed je best, dan leer je het wel. Gerrie van der Wal, Je schrijft hoe ik de tekening vind, die je me stuurt. Maar ik heb gezocht en nog eens gezocht, maar vond geen tekening. Heb je vergeten hem er in te sluiten. Houd ik hem nog te goed Brechtje van der Wal, En Brechtje, wordt het, mooi, wat je voor je moeder aan het maken bent. Ik vind het leuk, dat jullie meedoen. Maar schrijven jullie voortaan goed jullie naam en adres in je briefje. Dus niet alleen op de -nvelop. Ike van der Wal, Ja, je zal zeker wel koude benen gehad heb ben, toen je door de sneeuw liep. Had je geen natt' voeten, Ike. Of had je klompen aan. Die zijn in deze tijd beter dan schoenen. OPLOSSING RAADSEL VORIGE WEEK. Horizontaal: Water, al, at, gezel. Verticaal: Wrang, To, rafel, a z. Goede oplossingen ontvangen van: Wim v. H.; Gerrit de B.; Paul de B.; Annie B.; Annie G.; Clazien V.; Wim N.; Beppie de B.;Jan .Z.; Su- zanna de B.; ~orrie v. B.; Piet J. Annie D., Rinse S.; Trientje P.; Piet T.; Piet de L.; Pietie en Attie W.; Martha, Tony n Dientje B.; Henkie en Jagtje S., Betsie, Corrie en Tinie' B.; Rika H.; Netty R.; Bep L., Theo P.; Alie P., allen te Den Helder. Sientje R.( Schagerbrug: Marijke W., 'Schoorldam; Rikus H., Dirlcs horn; Jan van. V Sint Maarten; Trien D., Sint Maarten; Tonie V., Callantsoog; Janny B., Sint Maarten; Rie B., Anna 1 aulowna; D. Z., Ber gen; Annie V., St. Maarten; Dikkie en Sillie D., Wieringerwaard; Theo d° K., Schagen; Rein v. d. V., Wes- reland; Jacotus B., Westerland; Aagje en Corrie S., Breezand; Ali v. S., Anna Pauowna; Jan .de G., Schoorl; Henk E., Wieringrwaard; Gerie M., Schagen; Berend R., St. Maartensvlotbrug; Annie en Rens de J., Schagen; Rieka S., Breukelén- Nijenrode; Janine B., Anna Paulowna NIEUW RAADSEL. Zoek in de volgende zinnen woor den, die op de landbouw betrekking hebben. 1. Steeds hoger stond het water Voor de Ouders Een actueel probleem n. Maatschappelijke toestanden zul len steeds van invloed zijn op de criminaliteit der jeugd. Krotwonin gen, omgang van jonge kinderen met volwassenen, die zoo vaak in woord en daad in huis, werkplaats en daar buiten, de zielen der jonge menschen vergiftigen, armoede, weelde, enz. enz. zijn zaken, welke in het verle den, het heden en de toekomst er waren, zijn en zullen zijn. We kunnen ons theoretisch een ideale wereld vormen, practisch zal het ideaal op deze aarde nimmer verwezenlijkt worden. We hebben in het verleden de gevolgen der werkloosheid kun nen zien, thans zien we den invloed van het oorlogsgebeuren en wie durft ons zeggen, dat na deze periode een tijd zal komen, welke ons de ideale samenleving brengen zal Zeker, we verwachten haar allen, maar we kunnen weten, dat maatschappelijke misstanden nimmer gehee. opgelost worden en wel om de eenvoudige reden, dat niet alle menschen van goeden wil zijn en a-sociale indivi duen en groepen er wel altijd zullen blijven. In tg den van armoede was het de armoede, die in vele gezinnen slechte verhoudingen, toestanden, teweeg bracht, in tijden van weelde is het de weelde, vaak door sterke beenen amper te dragen, welk- men schen uit het lood slaat. Wg houden rekening met deze feiten en zgn van oordeel, dat de jeugdcriminaliteit in alle tijden bij ali- jeugd voorkomen zal. Alleen en dat kan als troost gelden, er zal gradueelverschil zijn tusschen de tijdvakken en d<- criminaliteit. M.a.w. w gelooven in de betrekkelijke macht der opvoeding, van het onder- wijt en van de verbeteringen op- maatschappelijk terrein. Onder punt noemen wg de pro blemen, welke verband staan met de bestaande wereld- en levensbe schouwingen en geloofsovertuigingen Tn tijden van overgang is vooral cp dit terrein de botsing hevig. We be hoeven dit niet nader ie verduide lijken. In onzen tijd is de botsing tusschen de verschillende beschou wingen en overtuigingen tot een dramatisch gebeuren uitgegroeid. Temidden van dit alles leeft de jeugd die, de jeugdpsychologie heeft het ons geleerd, zoo snel in vuur en vlam staat, en men behoeft waarlijk maar rond te zien in eigen omgeving on te kunnen constateeren, dat vele jongeren het niet weten te verwer ker en, zij het onder invloed van vol wassenen vaak,zich overgeven aan allerlei excessen. En nu moge dit weliswaar een tijdsverschijnsel lij- k e n, in feite hebben we dergelijke dingen ln alle tijden gehad. Zelfs in rustiger tijden als die wij nu beleven was de invloed van levens- en we reldbeschouwing en geloofsovertui ging op de jeugd groot. Fanatieke dweepers sleepten de jeugd mede en zweepten haar op tot daden, welke niet vaak misdaden bleken te zijn. Maar we behoeven niet eens de aandacht te vestigen op dergelijke „groote" invloeden. We weten heel goed, dat volwassenen, die 't met' het mijn en dijn niet nauwkeurig nemen, de jeugd kunnen beïnvloeden en aan zetten tot diefstal en geweldpleging, dat een op godsdienstwaanzin lijken de geloofsovertuiging slachtoffers ihaakte onder jonge menschen, dat een levensbeschouwing, gespeend van alle gemeenschapsbesef, jonge menschen kan brengen tot een en naar de problemen. Ten slotteg a-sociale levenshouding. Al deze dingen brengen ons tot nadenken en zoeken naar de problemen. Ten slotte komen we tot de ontstellende ontdekking, dat de problemen over- stelnend zijn en dat we te ioen heb ben met een complex. En in tijden van hevige beroeringen wordt dit complex nog vergroot door de nieu we problemen. 166. De b( zijn zak e zwarte hai mannen, d mond brac in het ruim. Zou het schip dan toch zinken 2. Hoog en droog stonden wij op een heuveltje. 3. Zou niemand het bedrog ge merkt hebben? 4. Eerst rook ik ook een benauw de lucht, maar na een poosje was ik er aan gewend, en merkte ik er niets meer van. We kunn aannemen: den loop de gaan zooals machteloos lijkheden, o aan en lati door de mc Het beho laatst gene juiste en g Het is di uitgebreid hulp van v< schillende v »taak. We doktoren, op gebied i lgke macht, De zorg i de p r a c en als onde hier in dez (we vatten ding. onde! middelen, le om der will ruimte het bijdragen b school. En zoo vraag: Wal het terrein fceit? Wanneer bezinnen, lc< dat beantwi derom stel complex. I kinderen, dj lieleden en waarmede 1 in aanrakir 0 n d e r w ij leergang, dj enz. en ten 1 e e r k r a c het toezicht opi oeding. in zekeren zelf zijn, zi bulten wereh tallooze pr< blemen van lijken aai*!, men moet den, dat de school in hi kring bij hf voor deze u ken. De kind* probleen die veertig heeft, heeft veel prob'en meenschapp' scheiden bij leerlingen, r aantal verst van zoo'n gi wat weet e kinderen, al: onder zijn 1 rende een j; uren van de bleem! Hoe school? Is 1 karakter We hebbe jeugd, kinde der gegoede abnormale j misdadig a zoo kunnen levend mate zer werken nieuwe veri een klas ka uitoefenen c de hoogere men al weer FEUILLETON Dr. Burmesters Roman van Hans Hirxhammer (Nadruk verboden) 57. Hij snelde haar na en vond haar in haar eigen kamer voorover op den divan liggend, het hoofd in een kus sen verborgen en krampachtig snik kend. Hij ging bij haar op een rand van den divan zitten, nam haar stevig bg de schokkende schouders en bracht zijn hoofd heel dicht bg het hare. „Luister toch eens, Dorothy, wees toch verstandig, ja... Ik mag je zoo graag, dat weet je immers wel, maar... Ik heb toch mijn vrouw... zij wacht op me." „Wachten! Wachten!" riep Doro thy onbeheerscht, terwijl zij met een ruk overeind vloog. „Dat is het im mers juist, zg kan niets anders dan wachten. Alles laat ze je alleen dra gen. Je zou er allang bovenop zijn geweest, als ze aan je zijde was ge gaan, in plaats van altijd maar ach ter je aan te loopen en zich door jou te laten voortsleepen. Ja, ja, zij is er de schuld van, dat je niet vooruit komt! Waarom is ze niet met je meegegaan naar Berlijn om haar aan deel in den strijd op zich te nemen! Zij zit thuis, veilig geborgen en wacht. Tot het zoover is, dat ze in een opgemaakt bed kan stappen. Bah, dan is het geen prestatie meer om een goede kameraad, een goede vrouw te zijn!" Lorenz had haar onverwachte uit barsting met een zekere huivering aangehoord. Haar woorden streelden als een zoet vergif zgn zelfbewust zijn; goed besbhouwd kon je niet zeg gen, dat ze ongelijk had. Het viel niet te ontkennen, dat haar conclusies een grond van waarheid bevatten. Hartstochtelijk sloeg Dorothy haar armen om zijn hals. „Ik heb het... uit liefde gedaan, hoor-je, Lorenz...? Uit liefde voor jou... ben ik je nage- loopen. Ik was het, die je uit je on waardig bestaan wegsleepte, ik ben het geweest, die je weer naar je be roep heeft terug gebracht. Ik ik heb veel meer recht op je dan die an der ondaiiks alles! Lorenz!" Daar boog hij zich over haar heen, zgn lippen brandden op de hare; een opwelling van onbedwingbaren harts tocht verstikte zgn geweten. Toen, plotseling was het, alsof hij Marlene's gezicht voor zich zag. Een oogenblik leek het, of die roode lip pen, dat hooge voorhoofd, die scherp gebogen wenkbrauwen, die lange wimpers of dat alles aan Mariene toebehoorde. Hij sloot zgn oogen in volkomen overgave aan een intens gevoel van gelukzaligheid, die niet van deze wereld scheen te zijn. Mariene, Mariene! „Lorenz!" fluisterde Dorothy hui verend. De vreemde klank van deze stem bracht hem tot bezinning. Verward en ontsteld staarde hg een oogenblik naar het meisje daar voor hem. Dan sprong hij plotseling overeind, vluchtte de kamer en de woning uit, rende de trap af, bereikte de straat en dook in de menigte onder. „Mariene!..." Meer recht Wat Omdat zij over grootere macht en onverbruik te krachten beschikte Was dat misschien een offer geweest of een strijd? Ach kom, meisje Dorothy! Zou jij voor me gehongerd hebben? Zou jij dan misschien jaren lang zonder klachten of verwijten nood en zorg op je hebben genomen? Jij hebt gemakkelijk praten, meisje Do rothy, dochter van meneer doctor Müller, jij hebt goed praten over kameraadschap en steun en hulp. Jg bent rijk en je hebt mij van je rijkdom een kleinigheid afgestaan, omdat je bah, wat jij zoo liefde noemt! Liefde!... Die wordt niet naar den omvang van je hartstocht afgeme ten, maar naar de grootte van het offer, dat je bereid bent te brengen. Het is geen kunst over liefde te spreken, als je welvoldaan in een goed verwarmde kamer zit en meer dan een behoorlijk dak boven je hoofd hebt. Wat? Je had me willen helpen? Nee, meisje Dorothy, koopen wilde je me. Schitterend had je dat alles overdacht, listig geënsceneerd en uitgewerkt. Wat je zegt! Jij zou, als je in Marlene's plaats was geweest, met mij mee naar Berlijn zijn gegaan? Misschien zelfs wel loopend, wat? En jg zou gevochten, werkelijk ge vochten hebben en alle goede dingen van jé leven aan dezen strijd ten offer hebben gebracht Ach kom, meisje Dorothy, dat geloof je toch immers zelf niet!... Het was hem nu, terwijl hij zich een weg baande door de menschen- menigte in de Leipziger straat, of hij behoefte gevoelde Dorothy te vernederen en haar handel wg ze aan minderwaardige, Zelfzuchtige over wegingen toe te schrijven. Het was, alsof hij wraak moest nemen voor het helaas onloochenbare feit, dat het haar gelukt was hem „in haar netten te verstrikken." uurder greep geld telde het in de vh palmen van een i de vingers in den e*\ een ien nu tweeërlei houding 1. Ons overgeven aar :r dingen. Het moet maai i het gaat. We staan toch tegenover zoo veel moei- f 2 We pakken de zaak gn ons niet afschrikken leilijkheden. efi geen betoog, dat d° ■ernde houding de eenig oeue is. jidelijk, dat bg een zoo problemen-complex de elen noodig is. Voor ver- 'olksgroepen ligt hier een denken aan predikanten, >nderwgzers, autoriteiten /an bestuur en rechter- enz. enz. /oor de jeugd behoort tot tische sociologie rdeel daarvan noemen we e bijdragen de s c h o o daaronder samen opvoe- rwijs, leerkrachten, leer- ierstof, enz.). We moeten e van de ons toegemeten begrip school in deze eperken tot de lagere komen we dai tot de kan de school doen op van de jeugdcrimlnall- we ons op deze vraag >men we tot de conclusie, aordi ïg daarvan ons we- t "oor een problemen- Daar zgn allereerst de m de ruders en fami- de overige volwaseenen, iet kind minder of vaker ïg komt. Dan is er het s, d.w.z. de leerstof, de 5 indeeling der stof, enz. slotte zijn daar de h t e n en allen, die hebben op onderwas en De schoolwereld moge sin een wereldje op zich- j staat niet los van de 1. Ook dit feit brengt ïblemen met zich, pro- permonenten en t^fde- En met al dene proble- rekening gehouden wor- karkrachten der lagere un dagelljkschen werk- srhaling komen te staan iteenloopende vraagstuk keen. Ieder kind ls een en een onderwijzer, leerlingen ln zijn klasse te maken met even zoo nen. Zeker, er zijn ge- eüjke dingen te onder deze groep van veertig naar daar is een grooter shillen en juist die zijn •oote beteekenis. En dan: en onderwijzer van zijn s hij ze slechts een jaar tosde heeft, d.w.z. gedu- a.ar nog maar enkele :n dag? Een nieuw pro- is het kind thuis, hoe in iet sociaal? Hoe is zijn n stads- en plattelands- ren uit gegoede en min- kringen, normale en leugd, verwaarloosde en tangelegde kinderen en we voortgaan. Met dit iriaal moet de onderwij- en steeds staat hij v.>or •assingen. Een kind in n een kwaden in voed >p de geheele jroep In leerjaren zfln de probie- anders. Oudere jongens Hoe had jg je dat eigenlijk voor gesteld, meisje Dorothy? Dacht je, dat ik me misschien zou laten... scheiden om jou te kunnen trouwen En dat zou je hebben klaar gespeeld, wat? Niettegenstaande je uit mijn verleden wist, hoe het met Mar iene gesteld is, dat een dergelijke laffe streek haar in den dood zou hebben gedreven Geleidelijk vervloeiden zijn ge dachten, hij liet zich doelloos met den menschenstroom meedrijven, kwam op de Spittelmarkt terecht, boog de Wallstraat in en bemerkte plotseling, dat hij de Krautstraat naderde. Verschrikt bleef hij staan. Het Josefsheim! Dus daarheen leidde zgn weg terug? En vandaag hadden vijfentwintig patiënten hem op zijn spreekuur bezocht... Morgen zouden het er stellig nog meer zgn geweest. Het zij dan zoo! Er bestaan nu eenmaal geen zij wegen, waarop men het lot naar zijn hand kan zetten. Men heeft slechts te kiezen ln de diepte te ble ven of den stijlen rechten weg naar den top te wagen. Het leven biedt geen concessies. Het schenkt Je niets. Alleen op Je eigen moeizame streven komt het aan. schel fluitsignaal liet hooren. Het ging ze door merg en been, tot drie maal achter elkaar, en ge lukkig! WAT RAUWE GROENTEN ER DOOR VERHOOGT VOEDINGS WAARDE EN SMAKELIJK HEID. Het Voorlichtingsbureau van dea Voedingsraad schrijft: Nu er in de groentewinkels wei nig versche groenten te krijgen zijn, ziet men meer en meer de „ge droogde" groenten verschijnen. De techniek van het drogen is langzamerhand zeer verbeterd en er zijn thans verschillende goede soorten in den handel verkrijgbaar. Hebben deze groenten nu waarde voor de voeding en is het verant woord om hiervoor een deel van het huishoudgeld uit te geven? Zij bevatten vrijwel alle voe dende bestanddeelen van de versche groenten. Alleen het grootste gedeelte van het water is verwijderd en bij deze bewer king zijn enkelé vitaminen ver loren gegaan. Het is daarom van belang bij een maaltijd met deze groenten oen rauw slaatje te geven of aan stamppot op het laatste oogenblik een kleine hoeveelheid rauwe groenten toe te voegen. De verpakte soorten zijn het minst aan bederf onderhevig. Het is ech ter aan te raden om na opening van het pak de groente spoedig op te ge bruiken. Zij trekt nl. gemakkelijk het vocht uit de lucht aan en gaat dan schimmelen. Daar de inhoud van de pakjes zoo gebruikt wordt en er geen afval meer ontstaat, is deze groente voordeelig in het ge bruik. In het algemeen rekent men. dat 100 gr. gedroogde groenten overeen komt met 1 kg. versche groenten. Het water, dat bij het drogen ver loren ging, wordt door vooraf wee ken of langeren tijd zachtjes koken weer aan de groenten toegevoegd. Dit moet voldoende lang geschie den, wil de groente niet hard ea onsmakelijk blijven. Het gebruik van gedroogde groenten in soep ia wel bekend, maar maakt u er ook eens stamppot mee klaar. Stamppot van gedroogde wortelen. (voor 4 personen) 200 gr. schapenvleesch of rund- vleèsch, 100 g. gedroogde wortelen, 2 kg. aardappelen, 2 flinke uien (of prei), wat boter of vet, 100 g. rauwe winterpeen, ca. liter water. De wortelen weeken. Het in blok jes gesneden vleesch met de ui (prei) in de boter bruin bakken, de gedroogde wortelen met de op het pak voorgeschreven hoeveelheid water (ca. \Vz liter) toevoegen en alles zachtjes 40 min. koken. Nu de in stukken gesneden aard appelen en uien toevoegen en alles samen gaar laten worden. De aardappelen en groenten stam pen en vlak voor het opdienen de boter en de geraspte rauwe wortel erdoor roeren. en meisjes zitten vaak in dezeiifde klasse eh he t probleem der co- educatie en co-inatructiï treedt scherp op den voorgrond. Ovéeka. Maar terwijl hij nog aarzelde voelde hg zich, als door een ge heimzinnige kracht tot het Josefs heim aangetrokken. Had h(j daar, in dieperen zin, eigenlijk niet meer een tehuis gevonden dan b(j Arno Meissner of bij Dorothy? Tot dat oogenblik was h(J den juisten weg gegaan en wat daarna was gebeurd, dat was niet meer geweest dan een laffe vlucht. Met een zucht van verlichting vervolgde Lorenz zijn weg. Koel en nuchter overleg had gezegevierd over zg'n innerl(jken tweestrijd. Hij trof broeder Vincent in diens kantoortje, waar hij juist bezig was lange rijen cijfers samen te tellen. B(j Lorenz' binnentreden keek hij even op om daarna verrast van zijn stoel overeind te springen. „Meneer Burmester! U? Ja, waar heeft u in 's hemelsnaam uit gehangen Waarom hebt u niets van u laten hooren?" „Tja, broeder Vincent, om u eer lijk de waarheid te zeggen, ben ik verdwaald geraakt. Dat kan toch den beste overkomen, niet?" „Hm!" luidde het antwoord. „Het kan wel, Ja maar een verstandig en volwassen mensch als u moest zooiets toch niet overkomen". (Werdt vervolgd.y

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Dagblad voor Hollands Noorderkwartier | 1942 | | pagina 7