DAGBLAD VOOR
Aan wien de schuld?
Schiereiland Cotentin afgesneden.
De roofmoord te Schellinkhout.
Amerikanen landden op Saipan.
Druk op Karelische
landengte.
Amerikanen maken zich gereed voor
aanval op Cherbourg.
Afweersucces bij Caen.
Luchtbombardementen op scbeepsconcentraties.
Verduister van 22-5.15 uur.
Drie collectes.
Requisitoir: niet meer in
de maatschappij terug.
Examentijden
J
Bij verovering zou Tokio binnen
bereik der luchtmacht zijn.
Zware vijandelijke verliezen.
Prijsaanduidingsplicht geldt
niet voor grossiers.
tJitgave:
Dagblad voor Noord-Holland N.V.
Alkmaar - Voordam C 9.
Burean Alkmaarsche editie:
Voordam C 9, Alkmaar.
Telefoon Adm. 3320 - Bed. 3330.
Giro 187294.
WOENSDAG 21 JUNI 1944.
ALKMAARSCHE EDITIE.
NOORD-HOLLAND
146e Jaargang, No. 143, 2 pagina's.
Hoofdredacteur: H. M. C. SCHEöDER, Alkmaar.
Prijs der gewone advertenties In des*
editie min. J 1.40, elke m.m. meer
0.10. Tarieven voor de geheele op
lage op aanvraag. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar 2,10,
voor bet geheele Rijk f 2.63. Losse
nummers 5 cent.
Sch-r.Verschillende van mijn lezers
spreken in brieven hun verontwaardi
ging er over uit, dat men van
nationaal-socialistische zijde zoo bij
zonder ingenomen is met de» vergel
ding, waarvan duizenden vrouwen en
kinderen in Engeland slacl toffer wor
den.
Ik vind het op z'n zachtst uitgedrukt
merkwaardig, dat deze lezers eerst
thans hun stem verheffen, terwijl toch
reeds gedurende een periode van an
derhalf jaar Duitsche vrouwen en kin
deren en den laatsten tijd ook Neder-
landsche vrouwen en kinderen (om
van de Fransche, Belgische, Italiaan-
sche en Hongaarsche nog maar te zwij
gen slachtoffer zijn geworden van een
meedoogenlooze vlieger-terreur der
Anglo-Amerikanen.
In die periode was er geen enkele
lezer die boos in z'n pen klom, integen
deel, er waren er zeer velen, die een
gevoel van opgewektheid bij het over
vliegen der Tommies op weg naar hun
luguber werk niet of ternauwernood
konden onderdrukken.
I ATEN echter de lezers, waarvan in
den aanhef sprake is, gerust zijn. De
nationaal-socialisten hier en elders in
Europa zijn in het geheel niet
ingenomen met den dood van die dui
zenden vrouwen en kinderen in Enge
land. Integendeel, wij begrijpen beter
misschien dan menig anti-man het leed
van hen, op wie thans de vergelding
gedeeltelijk neerkomt. En wij begrijpen
het zoo goed, omdat de meesten
van ons met eigen oogen het leed aan-
schouw(F hebben van dc Duitsche ka
meraden, toen de „moordclub" in haar
viermotorige kisten dood en verderf
zaaide in de Duitsche gouwen, en wij
het,, leed aanschouwden van onze
eigen landgenooten ini Enschede, Nij
megen, Eindhoven en Rotterdam.
Maar het is juist wat de Leider zeide
in zijn rede tot de openbare vergade
ring in Arnhem, Zaterdag j.l., toen hij
sprak over de vergelding en daarbij
opmerkte, „dat wij menschelijk genoeg
zijn om het leed te begrijpen, maar
steeds blijft ons voor oogen, dat het
Engeland was, dat dezen oorlog begon.
Vraagt men," aldus de Leider, „ons dus
hoe wij het vinden, dat de vergelding
thans is losgebroken, dan is er slechts
één antwoord op die vraag: Op 3 Sep
tember 1939 verklaarde Engeland aan
Duitschland den oorlog".
JJIERMEDE wordt het hart van de
zaak geraakt. Het was en het is altijd
Engeland geweest, dat overal ter we
reld, waar zijn belangen lagen, of kon
den liggen, oorlog ontketende teneinde
z'n imperialistische neigingen te kun
nen bevredigen. Onze eigen Vader-
landsche Geschiedenis is grootendeels
gevuld met de oorlogen, die wij tegen
Engeland moesten voeren voor het be
houd van onze zelfstandigheid hier en
overzee. Welke pogingen heeft de
Führer niet in het werk gesteld.om de
zen oorlog zoo humaan mogelijk te
voeren? Hoe heeft hij niet gepleit voor
het afschaffen van het bombardements
vliegtuig? Hoe vele malen heeft hij
Engeland niet gepoogd de hand te rei
ken? Hoe lang heeft hij niet gewacht
met het in werking brengen van het
yergeidingswapen?
Was het uit angst of was dat uit
liefde en eerbied voor den mensch en
zijn cultuur?
Ieder eerlijk man en vrouw, die nog
niet verblind is door „oranje-zender-
haat" zal het toch met mij eens zijn,
dat de schuld niet ligt bij de nationaal-
socialisten of, om dichter bij huis te
blijven, bij Duitschland.
ENGELAND heeft gespot met het oud
testamentische woord „oog om oog,
tand om tand".
En nu eindelijk, na anderhalf jaar
van terreur-aanvallen, voortgekomen
uit een geest van satanisme in welken
geest het geheim ligt van de Anglo-
bolsjewistische dynamica en de niets
ontziende bruutheid, waarmee die aan
vallen op de burgerbevolking werden
gepleegd nu eindelijk komt dan een
harde klap terug.
En dan staat plotseling het anti-dom
op z'n achterste beenen. Men had ech
ter wat eerder in het geweer moeten
komen. Nu is het te laat en voltrekt
zich de straf, die op de zonde, aan de
Europeesche menschheid bedreven, on
herroepelijk moest volgen.
Ons hart gaat uit naar allen die ge
vallen zijn en nog vallen als gevolg der
menschonteerende daden der Britten
en Amerikanen, die de schuldigen zijn!
Het Finsche weermachtbericht
van Dinsdag bevat de mededeeling,
dat de vijandelijke druk in het wes
telijk deel van de Karelische land
engte vooral sterk gericht was op
Viipuri. Johanne. Kyyroela en Muo-
laa werden opgegeven.
Het Finsche inlichtingenbureau
deelde verder Dinsdagavond mede,
dat ook op de landengte van Aunus
en op die van Maasekae een leven
dige actie van Sovjet-verkennings
troepen is begonnen.
Op de Aunus-landengte viel de vij
and op twee plaatsen ter sterkte van
een bataljon aan. De vestingwerken
der Koivisto-eilanden verhinderden de
naderingspogingen van vijandelijke
vlooteenheden.
In het westelijke deel van de Ka
relische landengte vielen Finsche bom
menwerpers en Duitsche duikbommen
werpers Maandagnacht vijandelijke
scheepscohcentraties, pantsergroepee-
ringen en gemotoriseerde colonnes
aan. De vijandelijke luchtactie was bij
zonder intensief gericht op het ge
bied tusschen Koivisto en de noord
kust van de Finsche Golf. Enkele vijan
delijke vliegtuigen strekten hun toch
ten uit tot Kotka, waar zij bómmen uit
wierpen. Twee verkenningsballons en
47 vijandelijke machines werden neer"
gehaald.
D« mooie oude Westfriesche boerde
rij van den heer Koeman te Blokker,
wordt gerestaureerd. Het fraaie
middeleeuwsehe houtsnijwerk op het
voordeurkozijn, dat zeer gehavend
was, is gerestaureerd door een jeudig
leerling der school voor Beeldende
Kunsten te Amsterdam. Het kozijn
wordt weer op zijn plaats gebracht
CMC/KuJ.oer/Pax m
INVASIEFRONT.
(Interinf). De Amerikaansche divisies, die in het Noordwestelijke deel
van het landingshoofd opereeren worden op het oogenblik op de basis St.
Sauveur-le-VicomteBarneville opnieuw gegroepeerd en voor nieuwe acties o]Ke-
steld, waarbij het gros van de Amerikaansche formaties waarschijnlijk wel
geconcentreerd zal worden voor den aanval op de vesting Cherbourg^ ter
wijl de formaties, die naar het Zuiden de beveiliging vormen, tot taak hebben
zich in te graven en het leger, dat den aanval op Cherbourg gaat onderne
men zooveel mogelijk in den rug te dekken.
Van Duitsche zijde is de ontwikkeling van den strijd in het gebied ten Wes
ten van St. Sauveur gepareerd door het terugtrekken op het. uitgebreide
vestinggebied van Cherbourg van het gros der in het gebied Montebourg-
Quineville staande strijdkrachten, hetgeen reeds verscheidene dagen geleden
geschied is en waarbij sterke beveiligingen voorloopig in de oude linies
zijn gebleven met de taak door vertragend verzet al strijdende naar het
Noorden en Noordwesten uit te wijken.
Het Amerikaansche eerste leger
is zoo schetst de Völkische Be-
obachter den toestand in Normand:ë
het schiereiland Cotentin dicht
genaderd en heeft de landverbin
ding van Cherbourg met het Fran
sche binnenland verbroken. Het
heeft daarmede een partieel succes
behaald, dat niet gebagatelliseerd
zal worden. Zij het ook aanzienlijk
vertraagd, de Amerikanen zijn ten
Westen van St. Mère Eglise geko
men, waar zij de eerste 48 uur
reeds hadden willen zijn. Het is
niet moeilijk te raden, wat zij nu
trachten te ondernemen. Zij zullen
er naar streven den voorloopig nog
zwak naar het Westep uitgestoken
arm te versterken en vooral een
begin te maken met de eigenlijke
belegering van Cherbourg. Zij zul
len dan fortificaties ontmoeten,
zooals zij ze in Italië noch in Nor-
mandië hebben leeren kennen.
De haven van Cherbourg -i§ volgens
de beginselen van de nieuwe Duitsche
vestingbouwkunde ook naar de land
zijde beschermd. Hier staan forten, zoo
machtig en vuursterk, als de troepen
der Westelijke mogendheden nog nooit
hebben ontmoet' De vesting heeft ook
voorraden van allerlei aard. Het op
rukken der Amerikanen in deze streek
had ten doel de verovering van een
haven. Zij zullen spoedig, merken, hoe
ver zij daar nog van af zijn.
Twee zwaartepunten.
Intusschen meldt 't Interinf, dat de ge
vechten woeden op 2 brandpunten van
buitengewone hevigheid. Van 't gebied
Tilly-Caumont uit ondernamen ster
ke Britsche pantserformaties, gevolgd
door talrijke d'chrtaaneengesloten in-
fanterieformaties, na zeer krachtige
artillerievoorbereiding opnieuw een
grootscheepsche poging, den Westelij
ken grendel der verdedigingszone van
Caen te verbreken en in'Zuidoostelijke
richting op te rukken. De gevechten,
die den geheelen dag voortduurden,
Weermachtbericht.
Vijandelijke aanval
bij Perugina tot staan gebracht.
HOOFDKWARTIER VAN DEN
FÜHRER, 20 Juni (DNB).
Het opperbevel der weermacht
deelt mede:
„De gevechten in Normandië zijn
gisteren met bijzonder zware verliezen
voor den vijand verloopen. Over een
breed front probeerde hij in het ge
bied Tilly-Livry verscheidene malen
met sterke infanterie- en pantser-
strijdkrachten door ons front heen te
stooten. Alle aanvallen mislukten. Ten
Zuidwesten van Tilly werd daarbij
een vijandelijk bataljon volkomen
uiteengeslagen en de bataljonsstaf
gevangen genomen.
Op het schiereiland Cherbourg
vonden geen belangrijke gevechten
plaats. De vijand tastte met gepant
serde verkenningsstrijdkrachten het
Zuidelijke front van de vesting Cher
bourg af.
Het gebied van Londen blijft onder
ons stoorvuur liggen.
Kustbatterijen van leger en marine
dwongen voor het schiereiland Cher
bourg verscheidene vijandelijke sche
pen den steven te wenden. Batterijen
.verdragend geschut van de marine
schoten in den afgeloopen nacht in het
Kanaal verscheidene schepen van een
in westelijke richting-varend vijande
lijk convooi in brand.
De luchtmacht zette ook in den afge
loopen nacht haar operaties tegen de
scheepsconcentraties voor het landings
hoofd met succes voort. Na talrijke
bomtreffers werden zware explosies
waargenomen.
Bij den reeds gemelden aanval van
formaties Duitsche gevechtsvliegtuigen
In den nacht van 18 op 19 Juni wer-
4tn volgens aanvullende berichten nog
twee koopvaardijschepen met een in
houd van 18.000 brt. er.' een torpedo
jager tot zinken gebracht. Bovendien
werden nog een torpedojager, een
tankschip van 8000 brt. en een vracht
schip van 7000 brt. zwaar beschadigd.
Een luchtmachtdivisie onder bevel van
generaal-majoor Korte heeft zich bij
dit optreden bijzonder onderscheiden.
Boven het landingshoofd en de bezette
westelijke gebieden werden gisteren
29 vijandelijke vliegtuigen neergeschoten.
Elba prijsgegeven.
De zwakke bezetting van het eiland
Elba heeft ook gisteren in het Noord
oostelijke deel van het eiland den strijd
tegen den sterk overmachtigen vijand
hardnekkig voortgezet en hem uiterst
zware verliezen toegebracht. In den
afgeloopen nacht is het garnizoen naar
het vasteland overgebracht.
In Midden-Italië duurden de hevige
aanvallen van den vijand ook gisteren
voort, zonder dat hij er in slaagde de
gewenschte doorbraak te bewerken.
Bijzonder verbitterd was de strijd in
het gebied van Perugia, waar de vijand
in verscheidene, uit sterke infanterie-
en pantserstrijdkrachten bestaande,
aanvalsgroepen ons front aanviel. Te
genaanvallen onzer troepen brachten
de vijandelijke aanvalleD tot staan.
Uit het Óósten worden buiten suc
cesvolle plaatselijke afweergevechten
ten zuidoosten van Witebsk geen ge
vechtshandelingen gemeld. Lichte Duit
sche vlootstrijdkrachten beschadigden
in de Finsche Golf 2 Sovjet-torpedo-
motorbooten. Bewakingsvaartuigen der
marine, die voor de Karelische Land
engte opereerden, schoten 5 Sovjet
bommenwerpers neer".
22 Junit Zon op 5.17, onder 22.07.
Maan ep 6.58, onder 23.2&
eindigden met een volledig afweersuc
ces der Duitsche troepen. Reeds in den
namiddag moesten de Engelschen- alle
aanvallen staken, aangezien de versch
aangevoerde formaties zoo geteisterd
waren, dat zij geen groote operaties
meer konden ondernemen. Aan het ge
heele front van dezen aanval werden
73 uitgebrande of buiten gevecht ge
stelde Britsche tanks geteld.
De Engelsche infanterie-formaties
werden door het vuur der Duitsche
batterijen reeds verscheidene kilome
ters vóór de afweerstellingen zoozeer
gedecimeerd, dat zij sléchts op twee
plaatsen tot den aanval kondefi over
gaan. Hier geraakten zij in het vernie
lende vuur der Duitsche machinewa
penen die elk binnendringen in de Duit
sche linies onmogelijk maakten. Waar
schijnlijk zullen de Engelschen bij de
ze groote aanvallen minstens 8.000 tot
-10.000 man aan dooden en gewonden
hebben verloren.
Het tweede zwaartepunt lag aan den
Noordwestelijken vleugel van het
Britsch-Amerikaansche bruggehoofd.
Nadat de Amerikanen den horigen dag
bij Barneville-sur-Mer de Westkust
van het schiereiland Cotentin bereikt
hadden, drongen gisteren gepantserde
Amerikaansche gevechtsgroepen en
sterke gemotoriseerde afdeelingen over
een breed front naar het Noorden op.
Het is nog niet bekend of het hierbij
tot groote gevechten is gekomen. Po
gingen der Amerikanen de Duitsche
grendelstellingen tusschen Montebourg
en Quineville onder den voet te loopen.
mislukten met aanzienlijke verliezen-
Zoovele malen is de aandacht ge
vraagd voor acties van den Neder-
landschen Volksdienst.
Wij willen enkele noemen: Moeder
en kinderuitzendingen, Moeder- en
kinderverblijven, geopende hulp
posten voor „Moeder en kind,"
„Tandverzorging voor de jeugd,"
Stationsdiensten voor reizende
moeders, enz.
Dit alles geschiedde voor ons ge
heele volk zonder rekening te hou
den met gezindte of politieke kleur
en uitsluitend bedoeld onze volks
kracht in stand te houden en te
versterken.
De moeder als de kern van het ge
zin en het kind, de drager van toe
komst, zijn zóó waardevol voor ons
volksbestaan, dat geen moeite of
offer voor ons te groot kan zijn, om
daar onze oeste krachten voor ln fe
zetten Aangezien dit besef steeds
meer in' breedere kringen van ons
volk doordringt, heeft de N.V.D*
besloten, een drietal collectes op
touw te zetten met het doel ons
allen eraan te herinneren, dat het
een volksche plicht is, voor ons ge
zin te waken en daardoor bij te
dragen ons volk erfgezond te hou
den. Van 21 t/m 28 Juni zal er een
huis-aan-huis collecte worden ge
houden. j
Op 29 Juni volgt een groote straat
collecte terwijl als slot nogmaals
huis-aan-huis gecollecteerd zal wor
den van 23 t/m 30 Augustus.
Steunt allen deze groote actie door
het schenken van een flinke gift.
Het is ons aller belang.,
„Gezonder maken wat erfgezond is,
sterker maken wat sterk is om ter
wille van het volk"-
Ziedaar het devies van den N.V.D.
RADIOPRAATJES OVER HET N.S.K.K.
De persdienst van den Nederlandschen
Omroep deelt mede, dat op Donderdag
22 Juni van 20.1520.30 uur over het dis
tributienet Hilversum 2 het laatste van
de serie van vier radiopraatjes over het
N.S.K.K. (Nat Soz. Kraftfahrer Korps)
zal worden uitgezonden.
Oekraine-sigaretten. De dienst van
het Nederlandsche Oostinstituut deelt
mede: Met ingang van 21 Juni a.s. zijn
van de roode kaart de bonnen 36, 37 en
38 en van de blauwe kaart bon 33 geldig
verklaard. Het publiek wordt er op ge
wezen, dat met ingang van 1 Juli a.s. de
bonnen 1 t/m 14 van de roode kaart en
1 t/m 8 van de blauwe kaart hun geldig
heid verliezen Zij, die deze bonnen nog
in hun bezit hebben, zullen er dus goed
aan doen deze zoo spoedig mogelijk bij
hun handelaar in te wisseleA.
Alkmaarsche Rechtbank.
Tegen „Tinus de Goddelooze"
levenslang geëischt.
Zooals reeds in het kort werd aan
gekondigd, is gisteren voor de Alk
maarsche rechtbank een aanvang ge
maakt met de behandeling van de
moordzaak-Schellinkhout. Zooais men
zich zal herinneren werd in dit vre
dige Westfriesche dorpje in den
nacht van 22 op 23 October j.l de
bejaarde landbouwer G. Palenstijn
bij een roofoverval door wurging om
het leven gebracht. Dadelijk na de
ontdekking van dit misdrijf werd bet
politioneel en jusiitioneele apparaat
in werking gesteld en hoewel het
spoor eerst in een verkeerde richting
leidde kon men reeds spoedig de
hand leggen op de drie vermoedelijke
daders. Een van hen, de 54-jarige
M. J. v. d. Hilst, in de onderwereld ge
naamd „Tinus de Goddelooze" en be
kend staande als de zwaarste misda
diger van Amsterdam, hoorde giste
ren in verband met deze zaak le
venslange gevangenisstraf tegen
zich eischen. De beide anderen, de
Amsterdammer I. W. van Steenis en
de verdachte W. F. Heins. afkomstig
uit Hoorn, komen 'heden voor-
Voor deze strafzitting, gepresideerd
door mr. A. M Baron v. Tuyl van Se-
rooskerken, bestond een zeer groote
publieke belangstelling; vooral in de
ochtenduren was de tribune eivol.
Uit de dagvaarding zooals deze door
den Officier v. Justitie, mr. Brueys
Tack, was uitgebracht en waarin
moord, subsidiair medeplichtigheid aan
moord werd ten laste gelegd, stippen
wij aan, dat de landbouwer op zijn
bedstede door wurging om het leven
werd gebracht en dat de daders zich
een bedrag van pl.m. 1800.bene
vens eenige sieraden, distributiekaar
ten enz. hadden toegeëigend.
Het getuigenverhoor.
Allereerst werd behandeld de zaak
contra v. d. Hilst. waarbij een aanvang
werd gemaakt met het verhoor van
een groot deel der in deze affaire op
geroepen 15 getuigen. Dr. Hulst, die de
sectie op het lijk had verricht, conclu
deerde, dat de dood door verstikking
was ingetreden en niet door den slag,
welke het slachtoffer met een hard
voorwerp was toegebracht.
Bij het verhoor van den tweeden ge
tuige, den hoofdinspecteur der Staats-
recherche J. H. Groeneveld, werd ver
dachte, die de geheele zitting halsstar
rig bleef ontkennen, reeds dadelijk aan
den tand gevoeld. Terstond na zijn ar
restatie op 26 November had hij naitie-
lijk beweerd ~de beide mede-verdach
ten niet te kennen, terwijl dit toch la
ter we] het geval bleek. Met Heins had
hij n.l. in het strafkamp te Ommen ge
zeten en Van Steenis had hij te Am
sterdam ontmoet.
De President. Waarom zei U eerst,
dat U ze niet kende?
Verdachte kon hier geen reden voor
opgeven.
De President: En waarom hebt U
tegen den inspecteur eerst ontkend,
dat U met de anderen in Hoorn samen
bent geweest?
Verdachte: Zij kwamen in verband
met deze zaak en daar wilde ik - niets
mee te maken hebben.
Get. Groeneveld verklaarde, toen
nog niet over de zaak-Schellinkhout te
hebben gerept.
Verdachte: Automatisch voelde ik,
dat hij hierover kwam.
De President: Juist, nou zijn we er!
Verdachte: Ik wist, dat de anderen
het gedaan hadden en daarom wilde ik
er geen last mee krijgen.
De Officier: Terwijl je er toch niets
mee te maken had?
Verdachte: Ik voelde, dat het hier
over zou gaan.
De Officier: En eerst zei je, dat de
inspecteur de zaak-Schellinkhout reeds
had genoemd. Nou jij weer
Verdachte zweeg.
De President: Wij begrijpen het wel!
Verklaringen van formeelen aard
werden hierop afgelegd door den 15-
jarigen kleinzoon van het slachtoffer,
die den dag na den moord de gruwe
lijke ontdekking had gedaan, door
burgemeester Mol van Schellinkhout,
de opper- en hoofdwachtmeesters der
marechaussee Van Amerongen en Van
Breukelen en dr.Froentjes, die de
bloedsporen had onderzocht.
Hoe het drama zich toedroeg.
,De kroongetuige, de mede-verdachte
v. Steenis, gaf een oms.tandig verhaal,
hoe alles was gepasseerd. Hij vertelde,
hoe het eerste contact tot stand was
gekomen in „De Roode Lantaarn" op
den Amsterdamschen Zeedijk en hoe
oorspronkelijk het plan voorzat een
kraak te slaan bij de Boerenleenbank
te Venhuizen, doch hoe hiervan later
werd afgezien, omdat te veel personen
met het plan op de hoogte werden ge
acht. Daarna was door Heins, die wel
bij Palenstijn aan huis kwam en die
zich zelfs een huissleutel had toege
ëigend, 't plan geopperd, hier 'n slag te
slaan. Waar de oude man voor kort zijn
boerderij had verkocht, verwachtte
men blijkbaar een rijken buit. Getuige
verklaarde, hoe men eerst ten huize
van Heins de zaak nog besproken had
éii toen gedrieën per fiets naar Schel
linkhout was getogen. Via den dorsch
was men binnengedrongen. Bij het - be
treden van de kamer ging het licht aan
en vond men den ouden boer half op
gericht in zijn bedstee. Dadelijk daar
op werd het licht uitgeknipt, doch
Heins, die zich herkend zag, zou bij
deze gelegenheid hebben geroepen:
„Hij heeft me gezien, sla 'm dood!"
Hij had hierop den man een slag toege
bracht en v. d. Hilst had hem be
sprongen en de keel toegeknepen. Ge
tuige aldus diens verhaal had
toen tusschen beiden willen komen,
doch v. d. Hilst had hem toegevoegd:
Er zijn er al zooveel kapot, een meer
of minder hindert nietEr werd
door v. d. H. gezegd, dat men het
slachtoffer zou gaan binden en get. had
daarvoor een riem gegeven, doch toen
hij later ln de bedstede keek. bleek de
ze om den hals te zijn gesnoerd.
Hij had den riem daarop los ge
maakt, doch er was reeds geen adem
haling meer te hooren. Daarna was de
brandkast geopend en de buit ver
deeld. De sieraden waren door v. d.
Hilst meegenomen en later had get.
hiervoor als aandeel 100 gulden ont
vangen.
Verdachte beweerde, niet verder dan
Hoorn te zijn geweest en hier te zijn
teruggekeerd. Van wat er verder ge
beurd was, wist hij niets en alle po
gingen van den President om hem in
zijn eigen belang tot een bekentenis te
brengen, liepen dood.
Het verhaal van verdachte Heins. als
getuige gehoord, kwam in groote lij
nen overeen met wat zijn collega had
verklaard, met dien verstande, dat hij
volhield, bij de dorschdeuren te zijn
teruggekeerd en aan den moord niet
debet te zijn geweest.
Bij het in de middagzitting voortge
zette getuigenverhoor kwam als be
langrijkste feit aan het licht, dat bij
een groot aantal bankbiljetten, door
v. d. Hilst te Amsterdam ln bewaring
gegeven en aldaar in beslag genomen,
zich een drietal bevond, waarvan de
nummers in een aanteekenboekje van
Palenstijn stonden vermeld.
In een uitvoerig requisitoir bracht
de Officier in de eerste plaats hoofd
inspecteur Groeneveld en den Opper
wachtmeester Van Amerongen een
compliment voor hun werk, in deze
zaak verricht.
De doodsoorzaak door verstikking
De jeugd, zeggen de dwaze roman
tici, is de lente van het leven,
waarop men later wanneer de
sneeuw rondom ons bestaan geval
len is en rukwinden en stormen ons
gehavend hebben altijd met een
hart vol heimwee en liefde zal
terugzien.
Het is schoon gezegd, maar het
gaat niet steeds op. Ik zou niet
graag den menschen den kost willen
geven, die hun jeugd doorloopend
gepijnigd door de doornen van het
onbegrip tot op hun sterfbed blij
ven vervloeken. Dit is hard en
bitter gezegd, maar het i s zoo.
Wie gelooft, dat de jeugd altijd
het paradijs van hetleven is, geeft
blijk van het leven weinig of niets
begrepen te hebben.
Want voor veie kinderen en
wat ik U thans zeg is ernstiger dan
het op 't eerste gezicht lijkt zijn
bijvoorbeeld de examentijden, die
zij elk jaar moeten doorworstelen,
een gang door het dal der smarten;
een zware tocht, die zijn stempel op
het geheele verdere leven kan
drukken.
Hier kunnen de ouders een groote
en zegenende rol vervullen. Laten
zij altijd blijven bedenken, dat een
goed of een slecht rapport, een gun
stig of een minder gunstig afgelegd
examen niets bewijst voor de
waarde van het kind en zijn ver
stand. De beste mannen en vrouwen
der wereld hebben in hun jeugd
soms de slechtste cijfers gehaald.
Laten zij met dit besef er toe bij
dragen, dat de jeugd van hun kin
deren werkelijk een lente worde.
En voor een gelukkige jeugd blijft
het kind zijn ouders een leven lang
dankbaar.
OVIDIUS.
stond z. i. vast, waarbij spr. opmerkte,
dat het zeker niet tot doodslag zou zijn
gekomen, zoo de oude man Heins niet
had herkend. Toen het echter zoo ver
was, heeft v. d. Hilst het slachtoffer
koelbloedig gewurgd.
De buit was vooral voor Tinus, die
gewend is met tienduizenden te wer
ken, gering. Enkele dagen na den
moord chanteerde hij reeds weer
iemand in Den Haag voor dertig
veertigduizend gulden en daarna
probeerde hij dit spelletje nog eens
over te doen. Hij berokkent niet al
leen zijn medemenschen veel leed,
doch hij tracht ook anderen op het
verkeerde pad te brengen. Deze man»
die den bijnaam van Tinus den Godde-
loozen heeft en die de zwaarste mis
dadiger moet worden geacht van
Amsterdam, is reeds 18 maal veroor
deeld en heeft na zijn 17e jaar onge
veer 30 jaren in de gevangenis door
gebracht. Uitvoerig het verloop van
zaken reconstrueerende, achtte spr.
het ten laste gelegde wettig en over
tuigend bewezen en meende, dat de.
maatschappij niet één keer de risico
mocht loopen, dat deze man weer
vrij komt, weshalve hij met den eisch
kwam van levenslange gevangenis
straf.
Pleidooi van mr. Smal.
De raadsman van verdachte, mr.
Smal, kantte zich er in zijn pleidooi
voornamelijk tegen, dat de Officier zijn
bewijsvoering hoofdzakelijk had ge
bouwd op de verklaringen van de bei
de mede-daders waarmede de recht
bank uiterst voorzichtig diende te zijn;
pleiter ontkende voorts, dat opzet in
het spel geweest was. Aan de hand van
'n arrest van den Hoogen Raad meende
hij, dat doodslag niet bewezen kon
worden geacht en dat hier alleen van
diefstal met geweldpleging sprake kon
zijn, waarbij hij bij het oordeel de cle
mentie der rechtbank inriep.
Na re- en dupliek en na een en
thousiast betoog van verdachte zelf,
waarin aéze bij zijn ontkenning per
sisteerde, werd de uitspraak bepaald
op 4 Juli.
In een speciaal bericht meldde het
Japansche hoofdkwartier Dinsdagmid
dag:
„Vijandelijke formaties, die de
Marianen aanvallen, hebben op 15
Juni een bruggehoofd gevormd en
hun troepen geleidelik versterkt.
Japansche bezettingstroepen gingen
tót den strijd over en brachten den
vijand steeds zwaardere slagen toe.
De vijand concentreerde by de
Marianen talrijke vlootstrjjdkrach-
ten, bestaande uit vliegkampschepen
en slagschepen, zoodat vrijwel het
grootste deel der Zuidzeevloot
voor de Marianen lag.
De Japansche vliegtuigen onder
nemen thans dagelijks aanvallen.
Volgens de tot dusverre ontvangen
berichten, zijn daarbij een slag
schip, twee kruisers, een torpedo
jager en, een duikboot tot zinken
gebracht en vier vliegkampschepen,
twee slagschepen, vier kruisers, zes
transportschepen en een oorlogs
schip van. niet-herkend type be
schadigd. Meer dan 300 vijandelijke
vliegtuigen werden neergeschoten.
Aan onze zijde eenige verliezen aan
schepen en vliegtuigen".
Het bericht van het keizerlijke hoofd
kwartier van Dinsdag, volgens hetwelk
dé vijand het grootste deel van zijn
vloot in den Stillen Oceaan voor een
oeslissenden strijd in s het gebied der
Marianen gebruikt, wordt door mili
taire kringen te Tokio met de aller
grootste aandacht bestudeerd. De aan
val op Saipan begon op 11 Jhni. toen
van vliegtuigmoederschepen opgeste
gen vliegtuigen een hevig bombarde
ment op het eiland uitvoerden. Nadat
deze aanval vier dagen had geduurd
begon de vijand op 15 Juni infanterie
=n tanks aan land te zetten Ondanks
de zwaarste verliezen "zette hij
deze operatie voort, ook toen de beide
eerste golven van zijn landingseenhe
den teruggeslagen waren. Door zeer
groote hoeveelheden menschen en ma
teriaal in den strijd te werpen, slaagde
de vijand er in in één sector van het
eiland vasten voet te krijgen en nieuwe
versterkingen aan land te zetten, In
verbitterde tegenaanvallen der Japan
sche bezetting lijdt de vijand nog steeds
zeer zware verliezen.
Naar uit het bericht van het hoofd
kwartier blijkt, heeft Japan vooral de
luchtmacht tegen deze vlootconcentra-
tie in den strijd geworpen en door het
tot zinken brengen resp. beschadigen
van drie slagschepen en vier vliegtuig-
moederschepen den, vijand binnen tien
dagen aanzienlijke verliezen toege
bracht. Ofschoon ook de Japansche
verliezen aan schepen en vliegtuigen
aanzienlijk worden genoemd, wordt er
op gewezen, dat deze vooral ontstaan
zijn in de verdere krijgsoperaties met
de nog steeds sterke vijandelijke vloot
strijdkrachten.
Van welk een beslissende beteekenis
het bezit van Saipan voor den vijand
zou zyn, blijkt uit het feit, dat het be
zit van een steunpunt op dit eiland de
hoofdstad Tokio binnen den actieradius
van vliegtuigen zou brengen, want de
afstand bedraagt 2200 km, d.w.z., dat
moderne bommenwerpers, die onlangs
ook in den strijd zyn geworpen voor
noord-Kioesjoe, den afstand in 5*/t
uur kunnen afleggen.
Teneinde den vijand de mogelijkheid
te ontnemen om zijn offensief tot in
de kustwateren van het Japansche
moederland te brengen, strijden thans
de Japansche piloten en legerstrijd-
krachten met een taaie verbetenheid
tegen de materieele overmacht van den
vijand, voordat de verdediging daar tot
den beslissenden tegenaanval overgaat
GERUCHTEN.
Tegelijk met de invasie,
Kwam er in óns vaderland.
Een invasie van geruchten,
Hier en daar, aan allen kant.
d" Een wist dit, de ander dèt weer,
Fantasie op groote schaal,
Want het waren geen profeten,
Maar fantasten, allemaal.
Hoor eens even, beste menschen,
Ik weet drommels, drommels goed,
Dat de slag ook hier kan vallen,
Indien God het niet verhoedt,
Maar laat ons toch nuchter blijven,
En niet zoo maar, een, twee, drie,
Een paniekstemming gaan scheppen,
Dat is idioterie.
Denk wat meer en praat wat minder,
Klaag en Jammer niet te vroeg,
Waerom noodloos zorgen maken?
Heusch, die zijn er al genoeg.
H. F. van Alkemaere.
Nu de prijsaanduidingsplicht is uit
gebreid over alle goederen, die op zoo
danige wijze zijn uitgestald, dat zij
van den openbaren weg af zichtbaar
zijn, is van verschillende zijden de
vraag gesteld, of grossiers, die bij hun
magazijn een vitrine hebben, de daar
in uitgestalde artikelen ook moeten
prijzen.
Het prijsaanduidingsbesluit 1941,
waarvan de hierbcvengenoemde uit
breiding van den prijsaanduidingsplicht
een uitvoeringsvoorschrift is, heeft de
zen plicht van den aanvang af tot de
kleinhandelaren beperkt, zoodat thans
slechts alle kleinhandelaren hun uitge
stalde goederen mpeten prijzen.
Een grossier, die artikelen voor den
verkoop aan detaillisten in een vitrine
uitstalt, behoeft deze niet te prijzen.
Hij kan volstaan met te vermelden, dat
de verkoop uitsluitend aan kleinhande
laren geschiedt.
PUNTEN OP CASSABONS ALLEEN
VOOR BILLIJKE VERDEELING.
Dat de z.g. koppelverkoop een onge
oorloofde handelwijze is. is een feit,
waarop de overheid reeds vele malen
de aandacht heeft gevestigd. Den ver
koop van een schaarsch artikel afhan
kelijk te stellen van dien van andere,
minder begeerde en dikwijls minder
waardige artikelen is wettelijk een
strafbare handeling, die ook in het oog
van het publiek geen genade kan vin
den.
Anders wordt het echter, wanneer
de winkelier door het geven van een
zekere puntenwaarde aan zijn cassa-
bons het doel nastreeft de nog beschik
bare schaarsche artikelen onder zijn
vaste klanten zoo billijk mogelijk te
verdeelen. De goede bedoeling zit hier
voor, maar dit is in dergelijke gevallen
van „particuliere distributie" dan ook
een vereischte. wil de overheid, zooais
zij -tot nu toe heeft gedaan, dezen vorm
van koppelverkoop kunnen toestaan.
De overheid stelt zich op het oogenblik
tevreden met het uitoefenen van een
zeker toezicht en waakt er voor dat
men niet in uitwassen vervalt.
Daarom is hier ook de waarschu
wing op haar plaats, dat het toepassen
van zulk een puntensysteem door wn-
keliers in geen geva] tot het bedrijven
van concurrentie of tot een anderen
vorm van zelfbevoordeeling mag lei
den. Wanneer de enkele gevallen, die
op dit gebied zijn geconstateerd, 1>
aantal mochten toenemen, zou het on
tegenzeglijk tot een verbod van het
cassabonspuntenstelsel komen.