!Kri35TTWSTLfDIlTCH31T. T«plieercn. Hij vraagt of de heer Reeringh bij den brand tegenwoordig is geweest, dat hij zich van de waarheid dan had kunnen overtuigen. Dat hij (Spreker) in het minst niet op eigen gezag heeft gehandeld, dat hij alleen meedeelt wat hij gehoord en gezien heeft. Dat hij o. a. den Burgemeester en den Commissaris van Politie had medegedeeld dat een belendend pakhuis met brandbare stoffen wa3 gevuld, waarvan de ontruiming op zijn aanraden had plaats gehad. De Voorzitter sluit de discussiën over dit punt en doet de gewone rond vraag. "Waarop de heer Slrootman eenige voorloopige bedenkingen releveert betreffende het rapport van de schoolcommissie, die door den Voorzitter gedeeltelijk worden weersproken. Daarna wordt de vergadering gesloten. Helder, Nieuwediep, Willemsoord, enz. 20 April 1866. De persoon, onlangs door de politie alhier gearresteerd op vermoeden van brandstichtingis heden morgen van hier naar Alkmaar overgebragt. Gisteren avond hebben wij met zeer veel genoegen de tooneelvoorstelling bijgewoond, die door onderofficieren van zee- en landmagt alhier in het lokaal Tivoli werd ge geven en telkens zeer gepast werd afgewisseld door scherm- oefeningen. Werden hier de duidelijkste blijken van bedrevenheid in het hanteren der wapenen gegeven, niet miuder verrassende proeven werden geleverd in de beoefening der uiterlijke wel sprekendheid. De verschillende stukken werden allen uit muntend voorgedragen en mogten de sprekers bij de uit voering reeds menigvuldige blijken van toejuiching ten deel vallen, wij kunnen niet nalaten daarbij ook opentlijk de onze te voegen; vooral hebben wij het oog gevestigd op het doel waarvoor men zich zoo vele moeite en inspanning heeft getroost; maar waarvoor allen die hieraan hebben medegewerkt dan ook de zelfvoldoening hebben mogen smaken, dat hunnen arbeid niet ijdel was. Met de door den sergeant M. voor gedragen woordenroepen wij hun allen toe "W el hemdie Mensclienmin steeds koestert in zijn hart. Wel hem! die JSendragt wil, bij een mensehlievend doel; Zóó wordt het leed verligt, zóó stilt men bitt're smart, En zelf smaakt men in 't hart het zaligste gevoel. Op Donderdag den 3den Mei 1866des morgens ten 10 ure, zal onder nadere goedkeuring van den Minister van Oorlog, in het lokaal Tivoli alhier, in het openbaar wor den aanbesteed1. Het éénjarig onderhoud van de aarde werken; 2. Het éénjarig onderhoud van de metsel- en tim merwerken; en 3. Het éénjarig onderhoud van kazernen magazijnenenz. Alle3 onder het beheer der Genie te Helder. Met den laatsten dezer 'maand wordt het kantoor van den heer P. B. Reeringh, ontvanger der directe belas tingen aceijnsenenz. alhier, overgedragen aan den heer E. W. Thofbecke, surnumerair bij 's rijks belastingen, die- met de waarneming is belast tot de definitive benoeming van een ontvanger heeft plaats gehad. In de kerk der Chr. Afgesch. Gemeente alhier, zal e. k. Vrijdag 27 April, des avonds ten 7 ure het orgel worden ingewijd. Naar wij vernemenhebben de manschappen van Zr. Ms. verdedigings-vaartuig Pro Patria aan den ongelukkigen, ver minkten kapitein John Caseydie nog steeds in het Marine hospitaal verpleegd wordt, eene gift doen toekomen van f 25. zijnde dit het bedrag van het aandeel, aan hen toegekend door het gemeentebestuur alhier, voor hunne loffelijke dienstenbewezen bij de onlangs in deze gemeente plaats gehad hebbenden brand. De te Amsterdam nieuw gebouwde raderstoomboot de Valk is gisteren hier aangekomen. Dit vaartuig, gewapend met 6 stukkenvoorzien van eene machine van 300 paarden kracht en voerende vier mastenzal alhier gestationeerd blijven en is bestemd voor de haven en verdere binnenland- sche diensten. -- De luits. t/z. 1= kl. G. W. C. Voorduinen P. J. G. van Thiel, laatst behoord hebbende, de eerste tot de oefe- nings-divisie in den Noorder Atlantischen Oceaan en de laatste tot het eskader in Oostindieen beiden dezer dagen in Nederland teruggekomen, zijn, te rekenen met 6 dezer, op non-activiteit gebragt; terwijl de luit. t/z. le kl. jhr. A. J. van Geen met 1 Mei wordt geplaatst aan boord van Zr. Ms. drijvende batterij Neptanus. Alhier ligt zeilklaar, in afwachting eener gunstige gelegenheid, het Noordsche barkschip Anna, kapt. Böekmann, met bestemming naar New-York. Aan boord van dien bodem bevinden zich 47 passagiers meestuit de middelstand, waarvan 32 van het eiland Texel. Uithoofde van de billijke passage geldenwordt in den laatsten tijd meer gebruik gemaakt van zeilschepen voor den overtogt naar Amerika. De ware spreuk //ieder vischt op zijn getij" wordt door de Texelsche handelaren in zeegras op wakkere wijze weder bewaarheid. Nu de verpakking met strooten ge volge der veepest, belemmering bij in- en doorvoer in het noorden ondervindt, vestigen zij de aandacht op het zee gras, een uitmuntend verpakkingsmiddel en aan geen be zwaar of bedenking onderhevig. Het voldoet aan alle vereisehten en de prijs is in verhouding tot hooi en stroo lager. In vele opzigten is het dus boven deze beide te verkiezen, en het is niet te verwonderen, indien het zee gras den voorrang kreeg en behield. In de tegenwoordige omstandigheden mag men het een geluk achtendat ejxeen zoo voortreffelijk en allezins voldoend verpakkingsmiddel in" plaats van hooi en stroo bestaat en ruim verkrijgbaar is. A. C. Door de policie is op den 14 dezer te Arnhem een in omloop gebragt valsch muntbilletgroot ƒ10 aangehou den. Naar men verneemt zijn de zigtbaarste ondersche-i- dingsteekenen van valschheid: glanzig en zeer glad papier, zijnde dat van de echte dofbijna algeheel gemis der wa termerken; gemis der woorden der wet van 26 April 1852 die, duidelijk leesbaar op de echte, op de valsehe bijna geheel zijn achterwege gebleven, verregaande onduidelijkheid der woorden Je maintiendrai en het rijkswapen, terwijl het valsehe over het geheel een veel donkerder voorkomen heeft dan het echte. Jl. Zondag werd te Zalt-Bommel ia een herberg eene dollemans weddenschap gedaanwelke bij alle weidenkenden de grootste afkeuring verwekt. Zeker gehuwd persoon nam aauom in een half uur tijds 25 borrels jenever uit te drin ken hij volbragt de weddingschapmaar ligt thans ernstig ziek, hij heeft bloed opgegeven en zal waarschijnlijk aan de gevolgen sterven. De begrooting van Neêrlandsch-Indi« voor het dienst jaar 1867 krachtens de nieuwe comptabiliteitswet is bij de Tweede Kamer ingediend. Het ontwerp is geplitst, zoowel in uitgaven als in middelen in afzonderlijke ontwerpenvoor Nederland en Indieen beloopt in ontvang en uitgaaf cirea 125 millioen. De verkoop van producten in Nederland wordt geraamd op 856,000 pic.koffij, 760,000 pic. suiker, 80,000 pic. tin en eenige specerijen. Onder de uitgaven komt voor circa 13 millioen als bijdrage tot de middelen voor Neder land, waaronder begrepen is de voormalige rentepost. De uitgaven in Nederland worden geraamd op circa 33, in Indie ruim 82 millioen. De middelen in Nederland, zoowel als in Indie ieder op ruim 62 millioen. Men weet, dat Prnisens antwoord aan Oostenrijk op de vraag tot ontwapening ontwijkend is geweest en dus on voldoende en dat ook het verzoek vau Beijerendat beide groote mogendheden tegelijker tijd tot ontwapening zouden overgaan, geen ingang heeft gevonden. De toestand blijft dus dezelfde. Ook verneemt men niets naders van de mi nisteriele crisis te Berlijn, v. Bismarck wordt echter te Ems verwacht. Verlaat de premier de hoofdstad, dan kan dit de hoop versterkendat zijn persoonlijke invloed te Berlijn met goed gevolg zal worden bestookt en de zaak van den vrede daardoor bevorderd. De Charivari geeft eene voorstelling van een eerste ontmoetiug tusschen Pruisen en Oostenrijk. Wegens de groote kosten der Kriegsbereitschaft aan beide zijden komen beiden gelijktijdig, elk met een dikken bundel onder den armaan de deur van het pandjeshuis. De persoondie dezer dagen een aanslag gepleegd heeft op den keizer van Ruslandis volgens de Indépendance een verarmd Russisch edelman, die het verlies van zijn ver mogen zou hebben te wijten aan de emancipatie der lijfeige nen. 's Keizers redder is een zekere Ossip Iranoween boer, die nu in den adelstand is verheven. Een jeugdig kunstenaar te Parijs heeft, uit verdriet dat zijne schilderij op de tentoonstelling geweigerd was, zich van het leven beroofd. Maandag avond is nabij Strafford een passagierstrein, die uit slechts weinige rijtuigen bestondomgeslagenten gevolge van het verkeerd behandelen der wissels. De reizi gers werden geweldig door elkander geworpen en in meerdere of mindere mate gekwetst. In het te Antwerpen verschijnende blad VPscaut leest men, dat bij eene aanzienlijke familie aldaar, de zorg voor twee jeugdige kinderen aan eene bonne was toevertrouwd. Sedert deze bonne in voormelde betrekking kwam, bemerkte men dat de beide kleinen, die voorheen altijd frisch en gezond waren, thans al meer en meer zwak en ziekelijk werden en volstrekt geen eetlust gevoelden. De ouders veranderden van woning, van slager, van bakker, kortom van al hunne vo rige leveranciers. Niets mogt evenwel helpen. Ten allerlaatste besloot de vader een naauwkeurig onderzoek ia te stellen in de kamer der bonne: daar vond bij o.*. verschillende doosjes, bevattende gekleurde poeders. Deswege de bonne ondervragende, ontving men van haar schoorvoetend de beken tenis, dat zij gewoon was zich dagelijks te blanketten.' Hoogstwaarschijnlijk werd het nu dat de beide kleine kin deren, die dagelijks gewoon waren de bonne te omhelzen, van het vergif opslokten en inademden. De bonne moest op staande» voet hare betrekking verlatenterwijl men voor het behoud der lieve kleinen zeer beducht is.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1866 | | pagina 2