IMliLIJRU STAM) DER GEA1EEME 11ELDEU. TELEGRAM. Men ijst bij het denkbeeld, dat de onoplettendheid van den kapitein der boot, wiens onheusheid tegenover de amb tenaren reeds meermalen is gebleken, negen gezinnen met kinderen had kunnen ongelukkig maken. In het Handelsll. van heden wordt het berigt door verschillende bladen vermeldaangaande den notaris W., te M. in Friesland, wederlegd en verklaard bezijden de waar heid te zijn, ten minste als zeer overdreven te zijn opge geven. De persoon die zich in Leeuwarden zou hebben van het leven beroofd, blijkt nu hoegenaamd niet in de.zaken van den notaris te zijn betrokken geweest. Den 31 Mei zijn in de registers van den burgerl. stand te Rotterdam 1 persoon en den 1 Junij 1 persoon ingeschreven als aan cholera overleden sedert het begin der epidemie 367. Donderdag namiddag is te Haarlem gevankelijk bin- pengebragt, de persoon van Simon ïongers. Hij heeft zich laatstelijk in Belgie opgehouden, aldaar gearresteerd en door de Belgische regering uitgeleverd. Men zal zich herinneren dat S. ïongers bij vonnis van de arrondissements-regtbank te Haarlem bij verstek is ver- verordeeld tot gevangenisstraf voor den tijd van 3 jaren, twee geldboeten elk van f 1000.ontzetting gedurende 5 jaren van de burgerschapsregten en in de kosten van het geding. De bladen deeleu breedvoerige bijzonderheden mede, omtrent de schipbreuk van de Vellare, kapt. Didier, den 13 Junij 1865 van Bordeaux naar Batavia bestemd. Den 2 Sept. kwam het vaartuig op de klippen van Amsterdam teregt, waarop het verbrijzelde. De groote boot met vijf man sloeg van de kettingszij werden tegen de rotsen ver brijzeld. De masten kon men niet kappen. Den volgende avond kon- men eene lijn met de kust in verbinding brengen, waarlangs op één na de overige bemanning gered werd Benige kisten waarin vermecelle en rozijnen werden gered. Proviand en kleederen had men niet. Yier lange maanden bleef men op de vulkanische rots, levende als Robiuson Crusoe van zeewolveuvleeschdat in de zon gedroogd werd en van regenwater, dat men in rotsholten vond. De scheepshond deed later eene kudde geiten ontdekken van de 200 werden er tot 30 afgemaakt, kleederen werden vau aangespoeld zeil doek vervaardigd. Men zag 60 schepen, zonder dat een de schipbreukelingen bemerkte. De amerik. walvischvaarder James Allen redde hen eindelijk den 25 Dec. en bragt ze op St. Paulus; den 13 ïebr. nam de Aaron Brow hen op en bragt hen te Calcutta. Men had het schip reeds lang vergaan, en de bemanning verloren geacht. HAAGSCHE CORRESPONDENTIE. 's Hage, 3 Junij. Mijnheer de Redacteur! Er is in de residentie weinig of geen nieuws, want alles houdt zich nog bezig met het nieuwe ministerie en de aanstaande verkiezingen. De strijd belooft hier zeer heet te zullen worden. Gisteren avond is hier eene nieuw blaadje verschenen onder den titel vau «de Nieuwsbode" dat uitsluitend aan dat onderwerp gewijd zal wezen, terwijl ook de te Rotterdam verschijnende «Standaard" bij deze gelegenheid eene afzonderlijke editie voor ons Hagenaars zal in het licht geven. Ik vrees ondertusschen dat alles weinig baten zal en dat, om redenen die ik reeds in mijn vorigen ontwikkelde, de candidaat der conservatieven hier de meerderheid van stemmen zal behalen. Op den uit slag in uw district is men volkomen gerust, eene overwinning van van Herwerden op Olivier behoort, zooal niet tot de onmogelijkheden dan toch zeker tot de onwaarschijnlijkheden. Men laakt hier zeer de handelwijze van uwen afgevaardigde, de heer van Foreest, die toen het reeds algemeen be kend was dat liet Ministerie zijn ontslag had gevraagdtoch nog de gele genheid heeft aangegrepen, om de aftredende ministers eenige hatelijkheden en bitterheden toe te voegen. Met zekerheid verneem ik dat morgen bij de bijeenkomst der Eerste Kamer het Kabinet met een programma zal te voorschijn komenen dat de heer Mijer alsdan de beginselen, waarmede het ministerie het bestuur aan vaardt, zal bloot leggen. Geschiedt zulks, dan zal ik u daarvan na afloop der zitting kennis geven. 4 Junij. Hetgeen ik u gisteren reeds als waarschijnlijk voorspelde, is geschied. De heer Mijer, minister van Koloniën, heeft in de zitting der Eerste Kamer vau heden, in tegenwoordigheid van al de ministers, eenige inlichtingen gegeven nopens deze Kabinetsformatie en de inzigten van het Kabinet. Deze inlichtingen komen in hoofdzaak hierop neder De minister wensckte de eerste gelegenheid de beste te baat te nemen om eenige mededeelihgen te dften nopeus de Kabinets-vorming, waaromtrent ver keerde begrippen en dwalingen zijn verspreid. Daarom zal hij de naakte waar heid aan de Volksvertegenwoordiging openbaren. lo. Wat de vorming van het Kabinet betreft. Hij, minister, was van den aanvang af vereerd met het vertrouwen des Konings. De koloniale aangelegenheden waren uitsluitend de reden van het optreden van hot ministerie van Februarij (d. i. van de Puttevan Bosse), De beraadslagingen over het cultuurstelsel in de Tweede Kamer, die zeer langdurig waren, eindigden met de aanneming van het amendement Poort man de minister van de Putte begreep dat dit amendement het stelsel iu het hart aangreepdaa#om verzocht en verkreeg hij van den Koning mag- tiging om de wet terug te nemen, welk verzoek hij liet volgen door dat om zijn ontslag, hetgeen door de overige ministers werd gevolgd, daar die wet de oorzaak van het optreden van het Kabinet was geweest. Z. M. liet daarna den heer Mijer ontbieden, om een Kabinet zamen te stellen, met het oog op de reden van aftreding van het vorige. Dat nieuwe Kabinet moest het koloniale vraagstuk overnemen en zoo mogelijk beëindigen. De heer Mijer had hiertegen bezwaren van algemeenen en van bijzonderen aardwelke Z. M. niet miskende. Vooreerst stonden de koloniale aange legenheden in verband met die van het moederland op den voorgrond, ter wijl de toestand van.Europa dagelijks erger werd en de hoogste zorg der Regering vereischte. De Koning dacht toen aan graaf van Zuylen als mi nister van Buitenl. Zakeneen5 man die 25 jaar buiten 5s lands was geweest en reeds vroeger die portefeuile had bestuurd. Door 5s Konings beroep op graaf v. Zuylen werd echter het Koloniale vraagstuk niet op den achtergrond geschoven want het was het bepaald verlangen van Z. M. om den heer Mijer aan het hoofd der Koloniën te zien. De minister meent dat deze inlichtingen hoogst voldoende zijn en dat daaruit blijkt dat Z. M. de eischen van een5 constitutioueleu regeringsvorm kent en weet te waarderen. 2o. Wat het doel van het Kabinet betreft. Op Koloniaal gebied. De minister gelooft dat zijne beginselen op koloniaal gebied algemeen be kend zijnhij heeft ze ook in Mei jl. in de Tweede Kamer ontwikkeld bij de cultuurwet. Deze zullen door dit Kabinet in toepassing worden gebragt. Het ontwerp tot regeling der cultures is een ontwerp waartoe hij zich ver- pligt achthoewel er nog wel eenige tijd verloopen zal alvorens hij daar mede gereed is daar de Indische begrootings-wetten over 1867 moeten voorgaanomdat het voorloopig verslag der Tweede Kamer daaroverbin nen eenige dagen het licht zal zien. Het ministerie heeft ondertusschen partij getrokken van de discussicn over de cultuurwet; immers het amendement Poortman was niets anders dan eene duidelijke omschrijving der redevoering van hem, minister. Reeds is den Gouv.-Gen. opgedragen den inlanders op Java het individueel, erfelijk of communaal bczit^te waarborgen en tegeu misbruik te waken. Koning en Regering zullen, na onderzoek, het eigendom van den grond doen bepalen, en 5t den eigenaar niet onthouden. Op binnenlandsch gebied. De Kamer zal van de ministers niet verlangen eene verklaring van getrouwheid aan de Groudwet. De door hen afgelegde eed is daartoe voldoende, eu de Regering zal alles doen om die Grondwet te handhaven. Wat het onderwijs betreft, erkent de minister, dat er veel door het vorig Kabinet is gedaan, en zal op dicu weg voortgaan. De Koning vjil dat het volgend jaarde wet op het hoog er onderwijs worde ingediend De w et op het middelbaar onderwijs, wordt goed uitgevoerd. De Regering zal op dien voet voortgaan. Wat het lager onderwijs betreftDe min. beweert dat alles wat buiten de Kamer aan het opgetreden Kabinet wordt ten laste gelegd, onjuist is; het zal de ondcrwijs-wet handhaven. Doch let op die piirase, m. d. k. de Regering kan de oogen niet sluiten voor de ergenis bij sommigen veroorzaakt door die wet; het is haar bekend, dat er velen gemoedsbezwa ren hebben tegen die wetde Regering zal die bezwaren overwegen en trachten op te heffen, mogt dit niet gelukken, dan zal de regering, onbe schroomd eene wijziging der wet voordragen, als dit kan strekken tot belang van het volk. Verder verklaart de minister dat de Regering de spoorwegen zal voortzetten De fiuaiitiècle toestand eischt de ernstige zorgen der Regering in de hoogste mate. Er zal geen amortisatie vooreerst kunnen plaats hebben het behouden van het evenwigt tusscheu staats-iukomsten eu uitgaven, ver- eischen op dit oogenblik, met het oog op verschillende noodige behoeften, de grootste inspanning der Regering. Ziedaar M. d. R. zoo kort, doch zoo zakelijk mogelijk, den inhoud der ministricle redevoering. De hr. Schimmelpenninck van der O je, meent, dat er na aanneming van het amendement Poortman, reden bestoud voor den min. van Koloniën om af te treden. Hij vraagt waarom echter de andere ministers dit voorbeeld hebben gevolgd. De min. van Oorlog, van Finantien en van Biunenl. Zaken, genoten het vertrouwen der Kamer. Spreker vraagt of de opgetreden ministers, in de vier dagen dat ze hunne portefeuille hebben aanvaard reeds kennis genoeg hebben opgedaan, om de thans bij de Kamer aanhangige wets-outwerpen te verdedigen. De heer van Swinderen doet eene motie van orde om het door den mi nister medegedeelde te doen drukken en ronddecleu en een5 lateren dag te bepalen om daarover te beraadslagen. Nadat de heer Duymaer v. Twist nog even daarover het woord heeft ge voerd, en de minister van Kol. heeft verklaard, dat hij geen stuk heeft inge diend doch slechts eenige mededecliugen heeft gedaan en dat de ministers zich niet zullen onttrekken aan hunne taak bij het behandelen der aan de orde zijnde wets-ontwerpeu, wordt besloten een5 naderen dag te bepalen om de te discussiëren over de mededeeling heden middag door den minister van Koloniën gedaan. Na mededeeling van 55 ingekomen missives wordt de vergadering verdaagd. Van 25 Mei 1 Junij 1866. ONDERTROUWD: D. "Wiljouw, zeeman, 27 j., wedn. van M. Prins en J. Bethlehem. K. Bellis, arbeider, bijna 29 j. en A. Stenneberg, 28 j. J. Meijer, zeeman, 30 j. en J. M. Lucas, 28 j. J. van der ÏVIeuleu kleermaker, 31 j* en M. Wannee, 36 j. J. Fabcr, kok, 38 j. en A. J. Benaerts, 26 j. GEHUWD P. Agema en A. D. Vennik. F. van Twisk en S. Brouwer. A. M. van Gessel en A. C. Spigt. G. Schol en T. Slagwater. C. Kos en Philipsen. BEVALLENM. van der Meijde geb. Oosterling, D. A- Duijvetter geb. Deus, Z. G. D. van der Laaken geb. Ligthart, D. J. W. Keet geb. Boskh, D. L. de Haan geb. Klaassen Z. M. van der Hoeven geb. van Pelt, D. M. 1). Faber geb. Corporaal, Z. V. Mali geb. de Ring, Z. C. Beets geb. de Vries Robbé, D. D. Donderdahl geb. Storckmeijer Z. M. A. Mönnichmann geb. Hillcn, D. M. de Bruin geb. Boebes Z. A. Reusche geb. Ilillen, Z. N. van Riel geo. Gomes. Z. J. Sariemijn geb. Slot, D. OVERLEDEN C. Oelsen, 26 j. A. Bethlthem, circa 9 m. J. Kiljau, 10 w. H. Jouker, 55 j. Ambtshalve ingeschreven 2. UAIiKTBËlilGTË N. ALKMAAR 2 Junij. Aangevoerd 5 Paarden f 20 a 60 8 Koeijen f90 a 120, 23 Nucht. Kalveren f7 a 12, 225 Schapen f9 a 25 574 Lammeren f6 a 12, 10 Geiten f 4 a 9 90 Magere Varkens f 16 a 32 167 Biggen f8 a 14 Boter per kop 60 a 69 ets. HOORN 2 Junij. Aangevoerd 2 mud Tarwe f9.25, 7 mud Gerst f6.50, 6 mud Haver f5.19 mud Bruine Boonen f 15.50 14 Paarden f90 a 175, 20 Koeijen f 125 a 260 21 Kalveren f6 a 12 570 Schapen f 17 a 28 420 Lammeren f8.50 a 17 520 Varkens f 13 a 26.50 6 Zeugen f 35 a 70 681 Biggen f 6 a 12.50 14 Bokken f 0.80 a 5.50 7 Geiten 0.90 a 7 265 Kippen 0.60 a 1.45 26200 Kip Eijercn f2.30 a 2.40, 12300 Eend-Eijeren f2 a 2.10 per 100, 2125 koppen Boter fl.10 a 1.20 per Ned f§. Heden Dingsdag 5 Junij 1866. EFFECTEN Buiten Iets flaauwer. Beurs van AMSTERDAM 5°/0 Metalliek (oude) 40-J- °/0 6°/0 Vereenigde Staten v. Noord-Amerika 1883 67| Illinois Cert. Amsterdam80 3°/0 Mexico (oude)15f 3°/0 Binnenl. SpaDj'e 28-f-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1866 | | pagina 3