Jko 534. Zesde Jaargang. 1866. Jlieuros* en WOENSDAG «ftÖoertentie--6foÖ. 11 J U L IJ. Officieel gcöcrite. AANBESTEDING. Ütct-ofirïciüri gebcdtc. Eenige Opmerkingen naar aanleiding der verkiezingen van 12 Jnnij jl. ELDERSCHE COURANT. Verschijnt WOENSDAG en ZATURDAG. Abonnementsprijs voor 8 maandenƒ1.80 Franco per post w 1.50 Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post directeuren. Brieveu franco aan den Uitgerer S. Giltjes. De prijs der Adveetkntien van 14 regels is 40 Centen voor eiken regel meer 10 Centen. Zegelregt voor elke plaatsing 85 Centen. Vóór des Dingsdags en Vrijdags middag 12 uur gelieve mende Advertentiën intczendeu. Ingezonden stukken minstens één dag vroeger. Op Vrijdag den 13en Julij 1866, des middags ten één ure, zal aan het Raadhuis der Gemeente, in het openbaar, alleen bij inschrijving, worden aanbesteed: Het VERWEN van eenige Gebouwen iler Gemeente met bijlevering der daartoe benoodigd zijnde Materialen. Het bestek ligt ter lezing aan de Secretarie der Gemeente. Aanwijzing in loco wordt door den Gemeente-Bouwmeester gedaan op Woensdag den 11 Julij a. s.des voormiddags ten 10 ure, te beginnen aan het Raadhuis. Helder, den 7 Julij 1866. Burgemeester en Wethouders dier Gemeente STAKMAN BOSSE, Burgemeester. L. VERHEY Secretaris. De uitslag der verkiezingen voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal, van Dingsdag 12 Junij jl., geeft aanleiding tot eenige opmerkingen, die wij do aandacht van het publiek niet onwaardig keuren. Wat de numerieke sterkte der partijen in de Kamer aangaat deze heeft geene eigenlijke wijziging oudergaan; in bijna al de liberale districten zijn de aftredende liberalen, in bijna al de conservatieve districten zijn de aftre dende conservatieven herkozen of door zoodanigen vervangen. De nederlaag dio de liberale partij leed te 's Hagewerd vergoed door de aanwinst die ze deed te Sncek; in ons district behaalde de candidaat der liberalen on- middelijk de volstrekte meerderheid; en konden daarentegen verschillende con servatieven die meerderheid eerst bij de herstemming sommigen met veel moeite verkrijgen. Wij mogen niet voorbijgaan, dat reeds sedert jaren in ons district eene anomalie bestaat, u bewijst dat de kiezers van hunnen pligt nog geen juist begrip hebben, of liever, dat ze meer letten op den persoon dan op de rigting door dezeu voorgestaan. Uit dat oogpunt beschouwd is de verkiezing te 's Hage rationeler dan die te Alkmaar. Immers ook daar waren de afgevaar digden van verschillende staatkuudige kleur de heer van Zuylcu behoort tot de conscrvatieveu, de heer Kappeyne behoorde tot de liberalen. In den Haag is nu eenmaal de meerderheid der stemuitbrengende kiezers wij zeggen nietde meerderheid der slemgeregtigden couservaticf, ergo kon den deze beide afgevaardigden niet te gelijker tijd het district representeren, van daar de vervanging van den liberale afgevaardigde door een conservatief. Niet alzoo hier. Sedert jaren wordt er is reeds herhaaldelijk zoowel in dit blad als elders op gewezen ons district eigenlijk niet gerepresenteerd. Porecst en Poortman stonden tegen elkander over als positief eu negatief, ergo annuleer den zij elkander. Hetzelfde heeft thans wederom plaats. Foreest en Olivier zullen in alle aangelegenheden van belang lijuregt tegenover elkander staan stemt de een voor de andere zal tegen stemmende invloed door ons district in de Kamer uitgeoefend is alzoo nul. Hoe die tegenstrijdigheid der kiezers te verklaren Zeer eenvoudig. Het meerendcel der kiezers in ons district is outcgen- zeggeulijk liberaal, dat blijkt uit het feit dat Poortman tien jaren lang on afgebroken onze afgevaardigde was, en dat thans wederom de candidaat der conservaticveu het onderspit moest delven, nu beide candidaten alhier per soonlijk onbekend waren. Op den 12 Junij jl. zegepraalde alhier de liberale rigting op de conservatieve. De heer Olivier werd gekozen als vertegen woordigende de politieke partij. De heer v. Foreest daarentegen is gekozen als persoon. In het district woonachtig, bezitter van uitgestrekte goederen en invloedrijke relatien en betrekkingeno. a. jaren lang als schoolopzienerdaarbij welsprekend en aangenaam in omgang heeft hij hier een invloed dien ieder andervan welke rigting ook, onder gelijke omstandigheden hebben zou. De heer van Foreest levert een treffend bewijs van de gegrondheid van het beweren, onlaugs door de Arnh. Cl. geopperd: dat het meerendcel der kiezers veel meer let op den persoon dan op zijne staatkundige overtuiging. Immers iedereen die slechts eenigzins bekend is met onze koloniale aangele genheden en die de discussien daarover heeft gevolgd zal weten dat in die gewigtige kwestie Foreest en Olivier lijnregt tegenover elkander staan. Wij willen noch over de rigting vau den heer van Foreest, noch over die vau den heer Olivier hier spreken. Onze bedoeling is alleen het constate ren van een feit nl. de inconsequentie der kiezers. Zullen volgende jaren daarin verandering brengen Wij willen het hopen, doch scheppen ons daaromtrent geene illussieu. Wat de opkomst der kiezers in het algemeen betreftdeze iswanneer men daaruit conclusicu wil trekken voor de politieke ontwikkeling der natie, niet aanmoedigend. Van de 93,180 kiezers die op 12 Junij konden opko men, zijn slechts 43,747 bij de stembus verschenen. Meer dan de helft (on geveer het 9/17) bleef alzoo achterwege in het vervullen van dien zoo be langrijken burgerpligt. Ook in ons district was do opkomst zeer gering. Vau de 2905 kiezers zijn slechts 1062, en dus ruim één derde opgekomen. Het volgt hieruit zonder weerspraak dat onze Staten-Generaal daardoor in den eigenlijken zin des woords niet zijn wat ze volgens de Grondwet cu de constitutionele instellingen verondersteld worden te zijn, nl. de vertegen woordiging des volks. Die ideale volksvertegenwoordiging is tot nog toe eene constitutionele fictie, die bestaat in theorie, doch niet in het werkelijke. Slaan wij bv. het oog op liet district Zuidhorn daar wordt gekozen de heer Rcinders met slechts 267 van de 1290 kiezers; plus minus 4/5 der kiezers is dus onverschillig tehuis gebleven. Mag men nu aannemen dat de keuze vau dat onbeduidende kamerlid heeft plaats gehad door de stem des volks^P Niemand zal dat willen beweren die keuze is alleon het gevolg der stemmen vau enkelen terwijl de overigcu geacht moeten worden ten eeunemnale on verschillig te zijn wie hem in de Staten-Generaal vertegenwoordigt. Wij hebben hier slechts óén district aangehaald doch wanneer men het .oëg slaat op de statistiek der stemming, dan zal men datzelfde verschijnsel voor verscheidene districten herhaald vinden. Zoo werd bv. in Hoorn, dat 3452 kiezers telt, het aftredende lid herkozen met slechts 558 stemmen. Niet minder dan twee duizend acht honderd vier en negentig kiezers stemden dus niet voor den stilzwijgenden heer Mensonidcs. Is die afgevaardigde nu werkelijk de vertegenwoordiger van het district Hoorn?Verre van daar. Wat is nu bet gevolg vau die geringe opkomst der kiezers liet gevolg daarvan is dat mcu in de Kamer onder enkele specialitoiteu meest middelmatigheden en nulliteiten aantreft. Dat men daar vindt man nen als Reinders, Zijlkcr, Mensonides, Taets van Amerongeu, Hoekwater cu tutti quanti, die niet anders doen dan machinaal voor of tegen stemmen, naarmate er een liberaal of conservatief ministerie aan het bewind is, zonder zich veel te bekommeren over de Avetsvoordragt zelve, die zij somtijds niet begrijpen. Van daar ook dat in den regel zij hunne zeer zeldzame redevoe ringen van het papier af voorlezen, en welke waarborg bestaat cr dat die niet zijn de opstellen van anderen Is hierin verandering te brengen Bestaat cr mogelijkheid om don on- gunstigen invloed door de onverschilligheid van het meerendeel der kiezers op de zamenstelling der Kamer uitgeoefend, te keer te gaau Die vraag is ligter te doen dan te beantwoorden. De hoofdoorzaak van de geringe opkomst en van de weinige belangstelling der kiezers is gelegen in de kieswet zelve. Daarin wordt de meerdere of mindere opbrengst in de belastingen als grondslag aangenomen, of men al of niet kiezer zij. Het natuurlijk gevolg is, dat vele verstandelijk ontwikkelden, die op de hoogte zijn der staatkuudige aangelegenheden, van het kiesregt zijn uitgesloten, omdat zij te laag zijn aangeslagen om dat regt te verkrijgen, terwijl daarentegen bordeelhouders en dergclijken, wie natuurlijk de zamenstel ling der Kamer geheel en al onverschillig is, het regt hebben tot die za menstelling mede te werken. Al deze blijven van de stembus weg, tenzij ze door dezen of genen dien ze tot goed vriend moeten houden „worden bewerkt". In dat geval zijn ze echter geen kiezers maar stemmachines, geen staatsburgers maar onnoozele werktuigen in de baud van enkele drijvers. Het is echter zeer moeijclijk een anderen grondslag tot regeling vau het kiesregt aan te wijzen. Eene uitbreiding daarvan komt ons echter wensehe- lijk voor. (1). Bestond er mogelijkheid de 75 volksvertegenwoordigers in eens te doen verkiezen door al de kiesgcregtigden in het geheelc rijk, wij zouden aan die wijze van verkiezing verreweg de voorkeur geven, doch wij betwijfelen of die maatregel in praktijk uitvoerbaar zou zijn. Een chaotische verwarring zou daaruit ontstaan, en van de 75 leden die thans in de Tweede Kamer zitting hebben, zou welligt slechts één blijken de keuze te zijn des volks. Wij bedoelen Thorbeckc. Bij herhaalde stemmingen en herstemmingen zou den stellig enkelen der thans zitting hebbende leden w ederom herkozen w orden, maar waar van daan zouden mannen als Bots, Beens, de Bieberstcin, enz., buiten bun eigen district, zelfs slechts ééne enkele stem verkrijgen? Zelfs de heer Groen, die zich thans over de wijze van verkiezing beklaagt, zou zeker niet behooren onder de 75 uitverkorenen door den wil des volks. Nogmaals die wijze van verkiezing komt ons practisch onmogelijk voor De eenige weg waardoor langzamerhand de bestaande wet zou blijken be grepen en gewaardeerd te zijn, is verbetering van het ouderwijs voorna melijk voor den minderen stand en ten platte lande. Dat men daar beginne den leerling van jongs af een begrip te geven van de wijze van het bestuur onzer staatsinrigtingendat men hem leere hoe dc gemeentebesturenpro vinciale staten, enz., worden te zamcngesteld, in eén woord, hoe het rader werk van den Staat in elkander zit, en dat men hem tevens doe beseffen (1) De geachte inzender zou ons zeer vcrpligtcn met mede te dcclcn op welke wijze en op welken voet hij die uitbreiding zou verlangen. Red

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1866 | | pagina 1