Jticutos- en
<flÖoertenUe--6faÖ.
WOENSDAG
4 SEPTEMBER.
rjcöcdtc.
P O L I T fl
J5iet-offtciM geberfte.
DUURTE DER LEVENSMIDDELEN.
J\o 654. Zevende Jaargang. 1867.
HELDERSCHE COURANT.
Verschijnt WOENSDAG en ZATURDAG.
Abonnementsprijs voor 3 maandenƒ1.30
Franco per post n 1.50
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post
directeuren. Brieven franco aan deu Uitgever1 S. Gii.tjes.
De pi*ijs der A dvehtentien van 14 regels is 40
Centenvoor eiken regel meer 10 Centen. Zegelregt voor
elke plaatsing 35 Centen. Vóór des Dingsdags en Vrijdags
middag 12 uur gelieve men de Advertenticn intczcnden.
Ingezonden stukken minstens één dag vroeger.
Ten burele van den ondergeteekende ia gedeponeerd een
gouden RINGeendito OORRINGETJEeeu lederen
CEINTÜRE en een OMSLAGDOEK.
Ilelder, 3 September 1867. He Commissaris van Politie,
A. C. BOONZAJER.
Zoo als wij reeds in onze gemengde berigten No. 651
hebben gemeld, leest men in het dagblad van Zuidholland,
No. 196, een stuk van de redactie, waaruit blijkt dat eenige
werklieden, brave hjiisvaders, bitter klagen over de duurte
van de eerste levensbehoeftenen mitsdien verlangendat
genoemde redactie bij de regering aandringe op het nemen van
maatregelen daartegen.
Wij hebben dat onderwerp zóó belangrijk geachtdat wij
niet hebben kunnen besluiten er niet nader op terug te komen.
De geuite klagten resumerende, komen zij, volgens genoemd
dagbladhierop nedervleeschgroenten visch aardappe
len, enz., worden in zoo groote hoeveelheden uitgevoerddat
de prijs daarvan reeds ontzettend is gestegen, terwijl de prijs
van het brood ook met den dag stijgt; zoodat de werkman
met een gemiddeld gezin, de meeste dagen onverzadigd van
tafel opstaat.
Volgens de zienswijze van de werklieden zou daarin ver
betering te brengen zijn, door zoo lang de prijs der aardap
pelen beneden de f3 het mud blijft, de uitvoer te beperken
en bij hoogeren prijs geheel te verbiedenzich daarbij be
roepende op de vrijstelling van invoer van granendie eenige
jaren geleden verleend werd; als hebbende de vrijstelling van
invoer en verbod van uitvoer betzelfde beginsel, namelijk:
dat van regerinswege hulp worde verleendtot verlaging van
den prijs der noodwendigste levensbehoeften.
De redactie gaat nu over, bet bewijs te leveren, dat dit
niet kan geschieden. Wel kan, volgens haar, de regering door
den invoer vrij te stellenafstand doen van zekere inkomst,
doch door den uitvoer te beperken of te verbieden, treedt zij
in de regten van- en beschikt over den eigendom van den
landbouwenden stand, om een ander deel der natie, de wer
kenden stand, te bevoordeelen.
Hoe waar dit nu ook zijn moge, zoo is toch het omgekeerde
evenzeer waar dat de regering, om den landbouwenden stand
te bevoordeelen, niet lijdelijk mag aanzieu dat dit geschiedt
ten koste van den werkenden standen deze mag laten ver
hongeren om den landbouwer in weelde en overvloed te doen
'baden, zoo als sedert eenigen tijd werkelijk het geval is.
Doch neenhet is eigenlijk niet den landbouwer, die bij den
tegenwoordigen staat van zaken zoo'n overwegend belang
heeft, maar wel den rijken grondeigenaardie daarvan de
meeste vruchten oogst; dewijl een groot deel van den land
bouwenden stand de zoogenaamde boeren-arbeider, door
•oenen lageren prijs van de levensmiddelenevenzeer als de
werkman zou gebaat w rden.
Als eenig afdoend en billijk middel, om het lot van den
werkman te verbeteren, wordt door de redactie van meer
genoemd dagblad genoemd: het tijdelijk verhoogen van het
werkloon.
Naar onze meening is dit volstrekt niet aan te bevelen.
Immers naar mate de fabrikant hooger werkloon moet geven
naar die mate zal het fabrikaat hooger in prijs worden; en
.al mogt dan nu al, de werkman daardoor in staat worden
gesteld, zicli aardappelen aan te schaffen, zal hij zich nu weer
van geene kleederen of andere noodwendigheden kunnen voor
dien. Bovendien, herbouwen, doen van vernieuwingen en
verfraaijir.gen aan huizen, enz. zal worden uitgesteld, tot dat
■de werkloonen weder lager zullen wezen, en, de bedrijvigheid
staat stil, de werkman vindt geen werk en ook de eenigste
onontbeerlijkste voedingsmiddelen, brood en aardappelen, zal
hij niet meer kunnen bekomen.
De regering mag, zegt het dagblad den uitvoer beperken
noch verbieden, omdat men daardoor treedt in de regten en
beschikt over den eigendom van anderen. Maar als men nu
verlangd, dat de werkgever het loon verhoogd, is dit dan
geen ingrijpen in de regten en beschikken over den eigen
dom van den fabrikant en werkgever? Kan men van hen
zedelijk verwachten, dat zij hooger loon zullen geven in het
belang van den werkenden stand, niettegenstaande het pro
duct in prijs gestegen, minder aftrek zal vinden? Naar onze
bescheiden meening, neen! en daarom zouden wij liever, in
plaats van loonsverhooging, zien, dat de regering zich de zaak
van den werkman ernstig aantrokniet door den uitvoer to
beperken of geheel en al te verbieden, maar door den invoer
van alle levensmiddelen op te heffen.
Immers, nu de uitvoer vrij en de invoer belast is, wordt
de landbouw dubbel bevoorregt, ten koste van den burger en
werkenden stand, die geen enkele wet in zijn belang heeft
en aan wie dus niet anders over de duurte der levensmid
delen overblijft, dan te zuchten.
Wil men »de groote sociale vraagstukken van onzen tijd"
van de grenzen weren en bevrijd blijven van de coalitien en
werkstakingen, die bij onze naburen worden waargenomen,
dan zal er spoedig moeten gehandeld worden. De nood is
hoog gestegen! en wanneer de naderende winter eens even
streng ware, als de voorafgaande zacht is geweest, wie durft
dan bewerendat ook de Nederlandscbe werkman niet
tot uitersten zal overslaan.
Doch niet enkel is het duurte der levensmiddelen waaraan
de treurige toestand van den werkenden stand moet worden
toegeschreven, ook bij hen en dit mogen wij ook niet verzwij
gen heerscht de zucht naar weelde: willen zij nu uit den tegen
woordigen toestand gered worden, dan slaan zij zelf daartoe de
hand aan den ploeg, door tot vroegere eenvoud en spaarzaam
heid terug te keeren, gedachtig aan de spreukdie zich zelf
helpt helpt God.
POLITIEK OVEKZIGT.
De berigten uit Spanje te Parijs ontvangen, luiden nog verre
van gunstig voor de Spaansche regering. De de'pcches, welke
Narvaez den 29 dezer naar Parijs zond, melden weliswaar
»dat de opstand geheel gedempt i3M, doch het Fransche ofti-
cieuse blad, de Etendard spreekt dat berigt ten stelligste
tegen. Ofschoon het de tijding bevestigt, dat de generaal
Pierrad met 35 opstandelingen op Fransch grondgebied is
overgeloopen en den 30ste te Tarbes verwacht werd, deelt
het echter tevens mede, dat de opstand thans Oud-Castilie
heeft bereikt. De generaal La Torre is namelijk die provincie
binnengedrongen, waarna zich de steden Bejar en Avile ter
stond voor den opstand verklaard hebben, Uit Valladolid,
waar eene buitengewone gisting heerschtte, waren terstond
troepen tegen La Torra afgezonden. Over den uitslag van
het gevecht, dat moet hebben plaats gehad, zegt de Etendard
niets. Volgens de Epoque hebben zich goed gewapende benden
naar het centrum van Spanje in beweging gesteld, »dat gereed
moet staan op het eerste sein in opstand te komen." Men
verwacht daar Prim, die, zooals men weet, den opstand leidt.
Estremadura, Galicie en Andalusie verkeeren in een staat
van buitengewone opgewondheid. Te Madrid heerscht grooto
onrust; de ministerraad, die zich permanent heeft verklaard,
heeft zich in eene kazerne gebarikadeerd. Arrestatien en de-
missien in het leger zijn aan de orde van den dag. De ves
ting Ciudad Rodrigo in Castilie en Salamanca moeten ins
gelijks reeds in opstand zijn gekomen.
Bij Loje in het zuidoosten van Madrid zijn kolonnes der
opstandelingen gezien. De communicatie tusschen Valencia
en Madrid is afgesneden. Te Madrid is de tijding van den
val van Saragossa ontvangen, doch men sloeg er geen geloof
aan; daar men echter zegt, dat de opstandelingen tegen Ca-