3fn0C3onben. BURGERLIJKE STASD DER GEMEENTE TEXEL. BURGERLIJKE STA.\D DER GEMEENTE WiERIXGBM. BURGERLIJKE STAND DER GEMEENTE TERSCHELLING. Deze omstandigheden overkwamen den landverhuizers on der de verschrikkelijkste vormen aan boord van de Leibnitz. Gedurende de geheele reis kon geen enkele poort geopend worden, en in het benedenste gedeelte van het schip, het welk het tusschendek of ruim wordt genoemd, was volstrekt geene ventilatie. Het was daar zelfs voor den sterksten mensch, onmogelijk, op den duur te leven. Ten einde dit gedeelte voor den ontvangst van passagiers geschikt te maken, had men eene vloer van planken gelegd over de onderste balken van het vaartuig. In de nabijheid dezer sombere verblijfplaats had men eene groote hoeveelheid leder en wol geborgen, waardoor de onzuiverheid der lucht onuit staanbaar was geworden. Er was daargeen licht, met uitzonde ring van het weinige dat door een klein luik van het bovendek werd aangebragt. Toen het ruim van het schip bij zijne aan komst kort bij N.York werd geïnspecteerd, was het nog in volle zee en van alle zijden vrij, en evenwel kon men op twee of drie voet afstand geene voorwerpen onderscheiden. De ka pitein verzekerde, dat gedurende de reis in dit ruim lan taarns waren opgehangen, doch erkende dat zij uithoofde van de bedorven lucht meestal niet branden konden. Het was er, als in een kelder met verrotting en peststof gevuld. In deze verschrikkelijke plaats waren niet minder dan 150 passagiers gedurende 70 dagen opeengehoopt, want voor de reis van Hamburg naar New-York werd niet minder tijd vereischt. Maar de bedorven lucht gedurende dien tijd was nog de grootste ramp niet. Aan boord van dit verfoeijelijk vaartuig waren slechts vier privaten, en in het ruim, waarvan wij hebben gesproken, was er niet één. Verscheidene passagiers door de koorts en pestlucht aangetast, konden niet naar het dek klimmen; zoodat de afschuwelijkheden van de eerste helft der reis niets waren in vergelijking van hetgene nog moest volgen. De kapitein schijnt niets gedaan te hebben, om eenige verbetering in dezen toestand te brengen. Om het lijden der passagiers te volmaken, werden hun slechts zeer karige rantsoenen levensmiddelen uitgedeeld, en waren deze daarenboven dikwijls onbruikbaar, ja, zegt men, somtijds waren die geheel verrot en bedorven. Stellen wij ons die groote vereeniging van menschen voor in die kleine ruimte met een weinig water tot hun gebruik, zoo kan men zich een flaauw denkbeeld vormen, welk lijden deze personen hebben uitgestaan. Immers elk passagier ontving dagelijks niet meer dan een halve pint drinkbaar water, en dat wel, terwijl de hitte in het schip onuitstaanbar was en in plaats van vleesch, drie malen per week haringen werden rondge deeld. De boter was bedorven, en men heeft verklaard dat de boonen en de zuurkool gewoonlijk zoo slecht waren ge kookt, dat men die over boord wierp. Met eene verschrikkelijke barbaarscheid werden de zieken van dezelfde spijzen voorziengeen verschil hoegenaamd in de voedingsmiddelen tusschen de gezonden en de zieken. Tot overmaat van ramp, was er geen docter aan boord, en de medicijnkist reeds na 14 dagen geheel uitgeput. Het kon dus niet lang duren, dat de dood aanving slagtoffers te maaijen, vooral toen de vreeselijke cholera onder de ongelukkige passagiers was uitgebroken. Diegenen welke werden aan getast kon niets tot herstel of verligting worden toegebragt, en zij stierven, zoo als het verslag zulks uitdrukt, als scha pen. Het schijnt ongeloofelijk doch de overlevenden hebben verzekerd, dat de lijken somwijlen dagen tusschendeks werden gehoudenjazelfs met ongedierten waren over dekt alvorens zij aan de zee werden toevertrouwd. De ziekte breidde zich uit en won meer en meer veld, zoodat geheele huisgezinnen bezweken. In sommige gevallen stierven vader en moeder en bleven alzoo hunne kinderen zonder be scherming achter. Een voorval hetwelk in het rapport werd medegedeeld, zal ons een denkbeeld kunnen geven van den toestand dezer landverhuizers bij hunne aankomst. Toen men aan de weezen vroeg waar hunne ouders waren, wezen zij op den oceaan en zeiden met tranen in de oogen: »daar onder." Van 544 passagiers die Hamburg verlieten, is een vijfde deel ongeveer gestorven. 105 overleden gedurende de reis en 3 in de haven. De Leibnitz is naar Hamborg teruggekeerd en zal waarschijn lijk op dit oogenblik worden aangekondigd als een uitmuntend zeiler en buitengewoon geschikt tot het vervoer van land verhuizers ten einde een nieuwe troep emigrantenvol hoop op fortuin in 't nieuwe werelddeel, te ontvangen. Zeker zullen velen daarvan weder over boord worden geworpen na weken lijdensin het afschuwelijk tusschendek te hebben doorgestaan Moge de bovenstaande geschiedenis thanshoewel ruim laattot eene leering verstrekkenen in 't vervolg zulk schan daal worden voorkomen. De Redactie onderschrijft niet altoos de gevoelens der inzenders. Mijnheer de Redacteur. Ik acht mij verpligt en geregtigd u mijn innigsten dank te betuigen, voor het woord van hulde, bij de vermelding van het onverwacht en treffend afsterven des heeren M. T. MANDEN, Officier van Gezondheid der 2e klasse hij Zr. Ms. Zeemagt, aan boord Zr. M. stoomschip Zoutmanin den mor gen van Vrijdag den 28 Februarij jl. Van die welverdiende hulde heb ik gezorgd dat een paar exemplaren zijner zoo zeer bedroefde familiebetrekkingen zijn geworden, die als ik, slechts noode troost weten te vinden in het oude woordNemo beatus ante mortem, „niemand is gelukkig voor zijn dood." Het herdenken van afgestorvenen is eene eere, zoowel als eene vertroos ting voor de levenden; vooral wanneer het een man geldt, die zoozeer mensch edel mensch was, als mijn veel betreurde vriend. Een karakter, dat naar gelang men het langer waarneemt, in degelijkheid en waardering winteenvoudig en opregtontfankelijk voor de diepst ge voelde aandoeningen; streng, soms te streng van beginselen, ook in derzelver naleving; der studie, der natuur- en geueeskundige wetenschappen zich ge heel toewijdendemensch en geneesheer in de schoonste bcteekenis dezer woorden; een hart, gloeijeude voor vriendschap en liefde, en bitter beproefd; een helder oog bij de geheurteuisseu van deu dag een open oor voor alles wat welluidt; een milde hand overal waar hij gelegenheid vond wel te doen; zie daar den man dien Zr. Ms. zeemagt verloor, dien der menschelijkheid ontviel dien de liefde, de vriendschap en de kameraadschap zoo bitter be- weenen ziedaar het getuigenis dat ik na 16 jaren van intieme bekendheid, kan eu moet afleggen. Daarom nogmaals hartelijken dank met de verzekering van hoogachting. Uw dienstwillige dienaar VAN OPDÖRP. Mijnheer de Redacteur De tooneelvoorstelling door eenige leerlingen der zangten voordeele van de Bewaarschool alhier over welke voorstelling uw beste vriend van der Fluit het zoo ongemakkelijk scheen te hebben, heeft gister avond met succes plaats gehad. Getuigde eene talrijke opkomst van de belangstelling des pu blieks, de voortreffelijke wijze waarop het programma zoowat betreft de zaug- als tooneelstukjes, werd uitgevoerd, bewees ten volle hoezeer die be langstelling door het jeugdig, werkend personeel werd verdiend. Gaarne zou ik omtrent eenige Nos. in bijzonderheden tredentijdsgebrek echter dwingt mij te bepalen tot de verklaring „dat de tooneellisten hunne rollen uit muntend hebben vervuld, dat de zaug voortreffelijk was, en ik bij het hooren daarvan den wenseh niet kon onderdrukken, dat de harmonie tusschen zekere Kamer en zekere Regering even schoon mogt zijn als tusschen de verschil lende partijen onzer departementale Zangschool. Helaas 1 wanneer zal die wenscli worden vervuld en aan zekere groene tafel een directeur den toon aangeven waarmede de meerderheid kan instemmen Moge het spoedig zijn Doch politiek eu kunst hebben in ons gezegend land niets gemeens met elkander; laat ik mij daarom bij mijn verslag bepalen. De directeur der Zaugschool .de heer Slangen en zijue leerlingen verdienen allen lof, voor de moeite en opoffering die zij zich hebben getroost, om, én eene goede zaak te steunen én eenen genotrijken avond te verschaffen. Dat ik niet alléén dus oordeel, werd bewezen, toen, aan het einde der uitvoering, een der aanwezigen het woord nam, en namens of niet namens de vergadering, dit is mij niet duidelijk gebleken, hulde bragt aan de ver diensten van den heer S. en zijue leerlingen in eene speech, die, wat uit gebreidheid aangaat niets te weuscben overliet. De heer S. antwoordde zeer gepast en werd daarna aangenaam verrast toen een der zangers hem namens al de leerlingen voor het genoten ouderrigt dankte op eene wijze, die deed uitkomen hoe weinig woorden het hart behoeft om welsprekend te zijn. Dat er na afloop der voorstelling Bal, en dat Bal zeer geanimeerd was zal wel niet behoeven te worden gezegd. Ik eindig M. d. R. met den hartelijken wensch dat de Departementale Zangschool steeds moge bloeijen, en door aankweking en verbreiding van kunstzin krachtig moge medewerken, om Schagens ingezetenen in het alge meen en de jeugd in het bijzonder de zegeningen der beschaving op den regtcn prijs te doen schatten. Schagen, 6 Maart. YERITAS. Van 27 Feb. 5 Maart 1868. ONDERTROUWD Abraham Geus, kagchelmaker en Neeltje Molenaar. Hermau Jacob Keijser, veehouder en Dieuwertje Kooiman. Cornelis Keijscr, veehouder en Marrctje Leiën. GETROUWD Pieter Kuiper, zeeman en Gerritje Brouwer. GEBORENSacom, zoon van Simon Bakker eu Januetje Dogger. Grietje, dochter van Cornelis de Porto en Trijntje Gieles. Lourens, zoon van Louwe Halsema en Martje Dijker. OVERLEDEN Cornelis Pieter Moojen, 16 maanden, zoon van Johan- nes Gerardus Moojen en Antje Keijzer. Dieuwertje Koorn, 44 jaar, ge huwd met Klaas Roeper. Jannetje Daalder, 63 jaar, gehuwd met Cor nelis Pieter Kuiper. Een levenloos aangegeven. Gedurende de maand Febr. 1868. ONDERTROUWD: Volkert Koorn en Maartje Bakker. Jan Bakker en Antje Bakker. GETROUWD: C. Veerdig en G. de Boer. V. Koorn en M. Bakker. J. Bakker en A. Bakker. GEBOREN: Pieter, zoon van J. Dekker en Antje Veerdig. Grietje, dochter van N. Mulder en Antje Poel. Antje, dochter van Cs. Everts en Geertje Ruijter. Catharina, dochter van K. Boersen en Johanna Wilhel- mina Vroone. Sijü Helena, dochter vau E. A. de Lint eu Trijntje Vissers OVERLEDEN: Geene. Vau 1 29 Febr. 1868. ONDERTROUWD: Jacob Jans Schaap, zeeman, 33 jaren en Neeltje Cor nelis Kooijman 29 jaren. Albert Cornelis Roos, zeeman, 30 jaren en Neeke Roos, 28 jaren. Jacob Schaap, zeeman, 26 jaren en Neeke Span- jer, 26 jaren. GEHUWD: Willem Jortsen Smit en Geertje Pais. Jort Kooijman en Maamke Roos. Sipke Swart en Trijntje Bakker. Albert Jacobs Grol en Elisabet Hessels Puijt. Tjaard Ruijg en Japke Rogge. Cornelis Cornelis Kooijman en Grietje Gaauwes Spanjer. Jacob Jans Schaap en Neeltje Cornelis Kooijman. Albert Cornelis Roos eu Neeke Roos. GEBOREN: Arie, zoon van Arie Mink eu Sjoertje Wever. Klaas, zoon van Cornelis van Keulen en Elisabeth Bierman. Dirkje, dochter van Thcodorus Rnijgh en Marretje de Vries. Martje, dochter vau Gerrit Gerrits Luijdenga en Jantje Jacobs Klijn. Barber, dochter van Cornelis Jans Cupido en Niltje Jemkes Kooijman. Antje, dochter v. Rijnder Rijnders Buren en Maamke Jans de Boer. Willem Johannes, zoon van Willem Meijer en Adriana Johanna van 't Zelfde. Klaas, zoon van Andries Cornelis Bos en Trijntje Jans Lieuwen. Jetske, dochter van Cornelis Cornelis Ruige en Jetske Mulder.Rijnder, zoon van Jan Rijnderts Spits en Antje Jans Winter Johannes, zoon van Jan Groendijk en Catharina Cornelia de Weerd.Grietje, dochter van GerritLeenderts Pais en Trijntje Jans Limburg. Susanna Maria, dochter van Adriaan van Keulen en Geurtjen Olthuizen. OVERLEDEN Neeltje Starrenburg, 26 jaren. Teunis Spits, 3 maanden. HARKTBEIilGTËN. PURMERENDE, 3 Maart 1868. Kleine Kaas, hoogste prijs tot half tweef 28. Redelijke voorraad, langzaam aan den prijs verkocht. Aangevoerd 63 stapels Kleine Kaas, 1 Middelbare. Boter van fl.17^ tot fl.27§ per ned pond. Gemiddeld f 1.22-^ per ned. pond. Aangevoerd 36 Run deren. Vette Koeijen waren door geringen aanvoer iets beter te plaatsen. In Melkkoeijen was ook meer leveudigheidde prijzen zijn echter niet hoog te noemen. Kalfkoeijen voor uitvoer naar Braband enz. zijn niet zoo vlug meer te plaatsen. 15 Paarden. 57 Vette Kalveren. Prijs van 80 tot 100 et. per ned. pond. Handel stug. 206 Nuchtere Kalveren. Prijs van f 4 tot 9 per stuk. Handel stug. 16 Vette Varkens. De prijs was van 41 tot 53 ets. per ned. pond. Haudel vlug. 35 Magere Varkens, van f 10 tot 15 en 98 Biggen van f3.50 tot f5.50. Handel matig vlug. 769 Schapen en Lammeren. In Vette Schapen is geen handel. Dc Overhouders worden tot

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1868 | | pagina 3