Van Grouingen 20 Juuij meldt men:
Donderdag nacht heeft er een brutale diefstal plaats gehad
in het gebouw van den rijkstelegraaf, aan het Martini-kerkhof.
Nadat eerst de voordeur met groote moeite was openge
broken, waarvan de sporeu duidelijk zigtbaar zijn, verbraken
de dief of dieven twee lessenaars in het kantoor, waarin door
de heeren telegrafisten in eene voor ieder bestemde lade het
geld wordt geborgen, dat men voor de overgeseinde berigten
ontvangt. Het daaruit ontvreemde moet ongeveer f55 be
dragen. Gelukkig had juist de storting van ongeveer
f 3000 plaats gehad.
Men schrijft van Leiden, 18 Junij.
Heden had alhier de jaavlijkscbe algemeene vergadering plaats van de
Maatschappij der Nederlandsche letterkuude. Meer dan 90 leden waren
zoowel uit deze stad als uit andere oorden des lauds daartoe zamengekomen
in het gebouw voor de Maaischappij tot Nut van 't Algemeen. De hoogleer-
aar de Vries opende de vergadering met eene sierlijke rede, waarin hij tevens
de lotgevallen der Maatschappij iu het afgeloopen jaar in breede trekken
schetste. Hij herdacht het lfital afgestorven ledenen wel iu de eerste plaats
den medewerker aan het Woordenboek dr. Te Winkel. Ouder de geschenken werd
gewezen op de keurige buste van Da Costa, onlangs van mr. Koenen ontvan
gen, en de geldelijke bijdragen vau sommige leden. De hoogleeraar besloot
met een krachtig woord van opwekking tot bevordering van het groote echt
vaderlandsche doel der maatschappij.
Op voorstel vau het bestuur werd bij acclamatie tot eerelid benoemd
dr. Ed. Kaussner, koninklijk archivaris te Stutgart, ter vergadering tegen
woordig.
Tot binnenlandsche leden zijn benoemd de heerenMr. C. J. N. Nieu-
wenhnis, dr. J. G. R. Acquoy, W. P. Wolters, dr. T. C. L. Wijumalen,
J. W. L. Smit, dr. P. P. M. Alberdingk Thijm, mr. M. T. Lantsheer, prof.
A. Loman, dr. A. H. A. Ekker, H. J. A. M. Schaepinan, ds. A. J. Molenaar,
mr. R. H. J. Gallandat Huet, mr. F. N. Sickeuga, mr. L. de Hartogh,
mr. H. E Carsten, dr. T. Zaaijer, dr. J. ten Brink Sr.mr. G. A. van
Hamel, W. J. P. Nuyens, dr. J. W. Bok, Joh. Gram, J. J. Backer Dirks,
dr. P. Romeyn, ds. J. J. van Tooreneubergen, jhr. mr. H. van Alphen.
Tot buiteulandsche leden zijn benoemd de heeren: dr. Moritz Heyne, te
Halle dr. Ruiolf von Raumer, te Erlangen, mr. Julius Vuylsteke, te Gent;
dr. Karl Bartsch, te Rostock, dr. Wilh. Wattenbach, te Heidelberg Karei
Holle, in de Preanger-RcgentschappeuJ.W.Colenso, te Port-Natal Frans
de Cort, te Elsene bij Brusseldr. George Ebers, te Jena dr. Phil. Wac-
kemagel, te Dresden dr. Wilh, Mannhardt, te Berlijn; J. de Fremery, te
San-Francisco dr. Oscar Schade, te Koningsberg, en B. Vrambont te Brugge.
Het geregtshof te Metz heeft dezer dagen uitspraak
gedaan in de zaak van den prins van Oranje. Regtdoende
overeenkomstig de conclusien van den advocaat-generaal, den
beer de Pierrefitte, heeft het hof den eisch van den prins
van Oranje toegewezen en den koop nietig verklaard, wegens
bedriegelijke kunstgrepen, beraamd door Vandendale en Collier.
Het arrest verklaart ongegrond en denkbeeldig de tegen den
notaris Boucher ingebragte beschuldigingen en gelast de ver
nietiging van de aan de leden van het hof rondgedeelde Bel
gische geschriften, op grond van hunne beleedigende strek
king en blijkbaar kwade trouw.
Ouder gewoonte hield de Merchant Taylor company
te Londen, den 17 dezer haar jaarliiksch feestmaal. Dit
eerbaar kleermakersgild hanteert tegenwoordig evenmin de
el als de vrijmetselaars den troffel, maar het bezit een aan
zienlijk vermogen, dat hoofdzakelijk (ot weldadige doeleinden
dient en geeft van tijd tot tijd uitmuntende feestmalen, die
door gasten uit de hoogste kringen worden bijgewoond en
waartoe de ministers zich geen tweemaal laten noodigen. Deze
laatsten moeten echter op die feestmalen redevoeringen houden.
Het bezoek der badplaatsen in den Rijngau en den
Taunus is sedert eenige weken zeer toegenomen. Men schrijft
dit toe aan de omstandigheid, dat alle vrees voor oorlog is
verdwenen. Meer dan gewoonlijk hebben Frankrijk, Engeland,
de Amerikaansche Unie, Rusland en Nederland aanzienlijke
contingenten touristen en badgasten geleverd, die zich voor
namelijk te Wiesbaden, Eins, Nauheim en Homburg ophouden.
De graaf de Chambord zal eerlang te Wiesbaden aankomen
en daar gelijk vroeger weder eene groote receptie houden
om de hulde zijner getrouwen te ontvangen.
Men meldt de volgende regtspraak van een Frausch
hof. die ook hier te lande welligt door den een of ander
verdient gekend te worden. Bij de laatste assisen in het
departement Tarn bragt een gezworene, die pauselijk zouaaf
was geweest, als reden van vrijstelling als gezworene bij, dat
hij in 1S60 zonder vergunning van het gouvernement dienst
genomen had bij een vreemde mogendheid. Het hof nam
de reden van vrijstelling aan: //aangezien de hoedanigheid
vau Fransch burger de eerste voorwaarden is,-die vereischt
wordt om gezworene te zijn." De ex-zouaaf werd daarop on-
middelijk van de lijst geschrapt, na te hebben moeten hooren,
dat hij geen Fransch burger meer was.
Een ingenieur te Moskou, Stollenberg genaamd, heeft
eene ontdekking gedaan, welke als een der gewigtigste van
den laatsten tijd kan worden beschouwd. Hij vervangt na
melijk, en heeft er op de tentoonstelling van landbouw proe
ven mede genomen de tegenwoordige brandstoffen bii' het
koken, als: hout, turf, steenkolen, coaks, enz.door eene ge
leiding van lucht door koohvatèrstofgas is een zeer eenvou
dig toestel, waarin de lucht ontbrandt en eene heldere en
groote vlam vormt. Een kookkagehel met zulk een toestel
had hij tien dagen lang voor het buffet der tentoonstelling
beschikbaar gesteld. Op drie groote gaten werden de spijzen
gekookt, die spoediger dan gewoonlijk door de groote hitte
gaar werden en gedurende al dien tijd slechts voor 5 roebels
kool waterstofgas vorderden. Eene zuivere bl^auwe vlam geeft
viermaal meer licht dan het tegenwoordige i gas. Men ver
krijgt alzoo door deze uitvinding eene bes-paring van dure
brandstollen en bovendien dezelfde resultaten met eene be
trekkelijk veel kleiner vlam.
De Washington County Tost bevat een advertentie,
waarin wordt geconstateerd, dat iemaiïïprpond suiker kocht
van een der dorps-kruideniers, en daarin 1 pond zand vond.
Dientengevolge bedreigde hij den kruidenier, die niet bij
name werd genoemd, met eene vervolging, tenzij hem 7 pond
onvervalschte suiker werden bezorgd. Den volgenden dag
ontving de steller der advertentie 7 pakken, elk vau 7 pond.
NB. Er waren 7 kruideniers in het dorp.
De heer John Younghusband te Holme in het En-
gelsche graafschap Cumberland, onlangs overleden, heeft in
zijn testament eene zonderlinge bepaling gemaakt. Reeds
sedert jaren had hij eene veete tegen de directie van den
Sillotspoorweg, omdat zij bij den aanleg eener nieuwe lijn
de rigting dwars over een groot gedeelte van zijne buiten
plaats had genomen, ten gevolge waarvan een zijner schoonste
wandelwegen was verloren gegaan. Dit had hij aan de directie
nooit kunnen vergeven en daarom had hij alsnu bij uitersten
wil eene som van 1000 pond sterling gelegateerd aan een
sollicitor, die zich tegen die rigting van den spoorweg had
verzet, terwijl hij overigens zijn geheele vermogen heeft
vermaakt aan een vriend, onder de volgende voorwaarden
1°. dat die vriend de leden der spoorwegdirectie nooit zal
toespreken; 2°. dat hij nooit met dien spoorweg zal reizen;
3°. dat hij langs dien weg nooit iets zal verzenden of zich
iets zal doen toezenden; 4°. dat zoodra het blijkt dat deze
voorwaarden niet stipt worden vervuld, de geheele erfenis
aan een hierbij genoemde bloedverwant van den erflater moet
vervallen. Bovendien heeft de overledene, als een bewijs zijner
minachting jegens de bedoelde spoorwegdirectie, aan den heer
John Trving en de overige directeuren, ieder een oortje
gelegateerd.
De moordenaars van den vorst van Servie moeten be
kend hebben, dat eene zamenzwering, bestaat, die het zich
ten doel had gesteld om de familie Obrenowitsch uitte roeijen.
Ten gevolge van die bekentenissen werd ook de zuster van
prinses "^erside Kara-Georgewitsch, de weduwe Lucaesewitsch,
die in Belgrado woont, in hechtenis genomen.
Volgens de Pesther dagbladen bestond de zamenzwering reeds
vijf maanden en hielden de zamenspanners, die in het geel
gekleed waren, hunne bijeenkomsten in een der drukste stra
ten van Belgrado. Prins Michael en de voornaamste personen
zijner omgeving moesten vermoord worden en een voorloopig
bewind uit de zaamgezworene optreden, die dan prins Alexan-
der Kara-Georgewitsch zouden proclameren. Belgrado zou,
om de verwarring te vergrooten, in brand gestoken worden.
Een ander blad zegt, dat de zamenzweerders, indien zij
bekend waren, door het volk in stukken zouden worden ge
houwen. Het huis der drie voornaamste moordenaars, de
gebroeders Radovanowitsch, is door het volk te Schabatz ge
heel gesloopt. Met moeite heeft de militaire magt de ouders
der moordenaars beschermd.
Als een van de moordenaars noemt men thans ook zekeren
Marich, voorheen voorzitter eener regtbank, die wegeDS moord,
op zijne vrouw gepleegd, tot 20 jaar tuchthuisstraf was ver
oordeeld en van den directeur der gevangenis verlof had be
komen om in het park van Toptschidera te wandelen. Ook
genoemde directeur is nu in hechtenis genomen.
Toen een der gebroeders Radovanowitsch onder militair
geleide werd weggebragt, wilde het volk de lynchwet op hem
toepassen. Alleen zijn geroep dat hij niet alleen was en de
krachtige houding van den bevelhebber behoedde hem daarvoor.
Men verhaalt, dat de zamenzwering zoo uitgebreid was,
en hare plannen zoozeer bekend, dat een der professoren dien
avond zijn collegie opende met de woorden dat het nu tijd
was de republiek uit te roepen of Kara Georgewitseh tot
vorst te verkiezen. Daarop moet een der studenten gezegd
hebben, »als deze het waagt den grond van mijn vaderland
te betreden, dan zal ik hem met eigen hand neerschieten/'
Ook van dezen hoogleeraar heeft de justitie zich meester ge
maakt.
Een genootschap van pugnalatori (of broeders van den
dolk), inderdaad de kern der verstrooide ledematen van oude
genootschappen van misdadigers, heeft zich in Ravenna en
elders in de Romagna (Italië) gevestigd. Eenige van de mis
daden, in den laatsten tijd door de rotgezellen van dat
genootschap gepleegd, waren zoo afschuwelijk, dat zij zelfs
in Italië, alwaar zware misdaden zoo dikwijls voorkomen,
diepen indruk maakten en ontsteltenis baarden. Een moedig
man, de advokaat Cappa, werd tot substituut van den procu
reur-generaal te Ravenna benoemd en uit Piemont derwaarts
gezonden. Hij begaf zich naar zijnen post met het vaste
voornemen om er zijnen pligt als openbaar aanklager en ver
volger van het misdrijf te doen.
«Weldra ontving hij naamlooze brieven, waarin hij namens
de moordenaarsbende met geduchte wraak bedreigd werd. Kort
daarna is de bedreiging uitgevoerd Cappa is te Ravenna op
de openbare straat, te midden eener geheele bevolking, op
twintig schreden afstands van een schildwacht, met dolksteken
vermoord. Niemand deed eene poging om den moord of de
vlugt der moordenaars te beletten en zelfs ontbrak het aan
moed om de laatste eer aan het lijk van den overledene te
bewijzen. Het lijk werd als ter sluik, door een klein aan
tal ambtgenooten en Piemontezen uit de stad naar het spoor-