wel overbodig zijn. Alleeu willen wij hier nog bijvoegen dat tot groot genoegen van de leden der vereeniging op over tuigende wijze is gebleken hoe onze nieuwe burgemeester met de zaak der weerbaarheid is ingenomen. De wijze waarop door Z. E. A. de vergadering werd geleid, de moeite welke hij zich bereids in sommige opzigten voor het korps heeft gegeven, dat alles getuigt hoe de vereeniging in den heer van Dörnberg Heiden een hoog te waardeeren steun heeft gevon den. Van harte wensehen wij dat het goede voorbeeld door Z. E. A. gegeven, anderen moge opwekken om eene zaak te be vorderen, die, mogt zij in ons vaderland algemeene deelneming vinden, onberekenbaar veel zou kunnen bijdragen tot de hand having onzer nationaliteit, en misschien eenmaal, bij de magts- ontwikkeling der groote rijken, de eenige grondslag zal zijn voor den duur van ons volksbestaan. Dingsdag voormiddag begaf zich de officier van justicie en de leden van de regtbauk te Hoorn, met twee genees kundigen naar het eiland Terschelling, om onderzoek te doen naar een vermoedelijke moord van eene vrouw op haren man. Bijzonderheden zijn hiervan nog onbekend. Men leest in de haagsche kronijk van de Gron. Cl. vGroote spanning in onze ambtenaarswereldGij weet, dat er sprake is van eene reorganisatie onder het personeel aan sommige departementen van algemeen bestuur, waarbij vbinuenlandsche zaken" reeds met eene kleine mutatie, die aan sommige geëmployeerden het ambtelijk leven heeft ge kost, is voorgegaan. Een van mijne vrienden, een lands- ambteuaar in ruste, heeft uit den Staats-Almanak eene in teressante statistiek opgemaakt van de ambtenaren bij de departementen van algemeen bestuur. Daaruit blijkt, dat Nederland van uit den Haag geregeerd en geadministreerd wordt door niet minder dan 398 ambtenaren, behalve de zeven ministers en een onnoemelijk aantal klerken. Onder deze 398 ambtenaren vindt men 9 secretarissen-generaal, 38 re ferendarissen, 36 hoofdcommiezen, 103 commiezen, 154 ad junct-commiezen, 58 andere burgerlijke en militaire ambtenaren, meerendeels van hoogen rang. Men vergete nu vooral niet dat die ongeveer 4-00 ambtenaren slechts het kader van het heirleger uitmaken. De klerken, de eigenlijke penne-fuseliers, vormen nog een korps apart." Men verneemt, dat, ten gevolge van het op pensioen stellen van eenige ambtenaren bij het departement van bin- nenl. zaken, het traktement van andere ambtenaren verhoogd en, in te gaan met 1 Oct., dat der referendarissen op f3000 gebragt is. Naar wij nu inderdaad vernemen, zal de opleiding van kweekelingen tot officieren van gezondheid voor de onder scheidene diensten niet meer te Utrecht aan 's Rijks hos pitaal, maar te Amsterdam aan het Athenaaeum Illustre plaats hebben. Het aan de kweekelingen verleend verlof zoude tot 1 Oc- tober a. s. worden verlengd; en zullen zij op dien datum de lessen aan laatstgenoemde inrigting volgen; ook de nieuw benoemde kweekelingen treden op 1 Oetober eerst in functie. Alleen die kweekelingen, die in December aan het natuur kundig Staats-examen deelnemen, volgen van 1 September tot December de lessen aan 's Rijks kweekschool te Utrecht. Het verslag van den staat der kweekschool voor zee vaart te Leiden, over het jaar 1867, is in druk verschenen. Er blijkt uit, dat in dat jaar 24 jongens meer opgenomen ziju dan in 1866; dat van de gezamenlijke geadmitteerden, ten getale van 55, 45 tot hunne bestemming werden ge bragt. Iu het geheel zijn er door de kweekschool tot den laatsten December jl. afgeleverd 648 voor de marine, 40 bij de koopvaardij, te zamen 688 koppen. In het verslag wordt de vraag gedaan, hoe het mogelijk is, dat de goede uitkomsten, die de kweekschool oplevert, geen krachtiger invloed uitoefenen op ouders en voogden, op diakouien en regentschappen van kinder-gestichten, om de kinderen, aan hunne zorg toevertrouwd, daarheen te zenden Zeer veel jongens zijn er in ons land, die werkelijk nergens beter geplaatst zouden zijn dan daar, geen gemakkelijker en goedkooper weg kan er worden ingeslagen, om voor hen eene eigene kostwinning reeds op jeugdigen leeftijd te vinden, dan die, welke de kweekschool hen opent. De redenen van dit verschijnsel meent de commissie daar in te moeten zoeken, dat de inrigting nog niet algemeen genoeg bekend is. Men verneemt, dat, vóór het besluit van den kerkeraad van 's Hage in de zaak van den heer Zaalberg, de heer Groen van Prinsterer zijn gevoelen desaangaande aan een lid van den kerkeraad aldus heeft medegedeeld '/Hoe meer ik over de zaak nadenk, des te meer ben ik, met u, over tuigd, dat de kerkeraad aan de Synode moet verklaren, geen persoon op den kansel te kunnen toelaten, die zich, door godslasterlijke taal, buiten de gemeenschap der christelijke kerk gesteld heeft. Hier althans geldt bet non possumus. Dit woord. //Ik kan niet anders, God helpe mij!" in den zin en geest van Luther, al is het dan ook met vrij wat minder gevaar uitgesproken, zou eene daad zijn. een begin dor ook door u gewenschte agitatie, ter verbreking van den reglementairen toovcrcirkel, die, telkens meer, de gemeente onder de slavernij van het ongeloof brengt. Het middel van revisie daarentegen is, m. i., het onfeilbare middel om elke levensvonk wederom te blusschen en om, welligt na lang durig uitstel, te ondervinden, dat men het bij uitnemendheid gunstig oogenblik, door een maatregel, die geen doel kon treffen, heeft laten voorbijgaan. In het Ilbl. en in de N. B. C. komen ingezonden stukken voor, welker schrijvers er op aandringen, dat, in navolging van hetgeen te Amsterdam op het congres voor sociale wetenschappen en op de evangelische alliantie, en te Gent op het 9e taal- en letterkundig is geschied, ook op het aaust. nederl. taal- en letterkundig kongres te 's Hage vrouwen als leden zullen worden toegelaten. Men verneemt, dat de ter dood veroordeelde Graus, na het verwerpen van de cassatie door den Hoogen Raad een verzoekschrift om gratie aan Z. M. den Koning heeft ingediend. Dingsdag jl. ten circa 7 ure vonden twee jongeheeren een ligchaam schier zonder hoofd iu de duinen, op den weg naar Waalsdorp, liggen, en kwamen daarvan aan het politie-kantoor kennis geven. Daarop begaf men zich met de noodige mid delen van vervoer derwaarts, en na ingesteld onderzoek is de overledene gebleken te zijn de timmerman C. v. R., die zich door een pistoolschot van het leven beroofd en zoo danig het hoofd verbrijzeld had, dat hij alleen aan zijne kleederen kenbaar was. Als aanleiding tot dezen zelfmoord moet weder aan misbruik van sterkendrank gedacht worden. Men schrijft uit Yeendam 20 Augustus: Voor meer dan 20 jaren is het aardappelgewas door het zelfde verschijnsel van ontkieming der volwassen aardappe len aaugedaan geweest, als men thans bijna in alle zand en kleigronden opmerkt. Een bejaard landbouwer heeft ons de verzekering gegeven, dat hij toen ten tijde met het beste resultaat, zoo wat de deugd als de hoeveelheid betreft, het volgende eenvoudige en onkostbare middel tegen het verder uitbotten had aangewend. Hij had n.1. bij de ontdekking het loof van het gewas doen kneuzen door het aardappelloof met een rolblok tegen den bodem te jagen. Twee keeren in te genovergestelde rigting bewerkt zijnde, was het zoodanig gebrokendat de voortgang van den groei in den bodem er zeer belangrijk door vertraagd was. Let men er opdat de knol evenzeer door het nog sterk groenend loof boven als door de vezelwortelen der aardappelen in den grond wordt gevoed, dan komt ons de raad volstrekt niet slecht voor. In elk geval is de maatregel o. i. beter aan te raden dan het afmaaijen van het loof, wat ook wordt aanbevolen. Uit Eriesland meldt men: Ouder de volksvermaken, die hier meer in zwang komen, telt men het stuk slaan eener flesch, het smijten van een bal door het gat eener plank, enz. Als men bedenkt, dat men zich vroeger in die pro vincie zoozeer vermaakte met //een haan den kop af te hak ken," of //een kat uit een ton te slaan," dan schijnen de volksvermaken ten platten lande hier en daar het wreedaardige van vroeger afgelegd te hebben en is er dus ook iu dezen vooruitgang te bespeuren, 't Is te hopen, dat er meer ge daan worde, om het volk ook in zijne vermaken te leiden, opdat ruwheid en woestheid geen kenmerken blijven van volks- uitspauuingen. Verschillende dagbladen deelden dezer dagen een treu rig voorval uit Oudega (Hemelumer Oldephaert) iu Eries land mede. Het betrof eene dienstmeid, die een pistool aan een jong kind had gegeven en door het afgaan der pistool doodelijk gewond werd. De Friesche courant geeft van dit voorval eene geheel andere lezing. Zij zegt namelijk dat het meisje, met het kind op den arm, de stal willende binnengaan, onverwacht door een schot hagel in den rug werd getroffen, dat gedeeltelijk door de borst heendrong, zonder echter het kind te raken. Door den dader werd zij binnen den stal gebragt, die haar de bekentenis wilde afdwingen, dat zij zich zelve had ver wond. Toen dit pogen te vergeefs bleek te zijn, heeft hij naar den burgemeester begeven en aaugifte van de zaak ge daan. De verslagene was algemeen bemind om hare goede hoedanigheden. De drijfveer van het feit ligt nog geheel in het duister. In het Voklsblad leest men de volgende woorden: Het openbaar lager onderwijs, gelijk het werkelijk be staat en door de wet gewild wordt, kan aan de behoeften van allen voldoen, maar om het openbaar onderwijs verdacht te maken, wordt een geheel denkbeeldig iets bedacht, waar tegen strijd wordt gevoerd. En voorts: «Zoo men de praat jes van sommigen wilde gelooven, zou er al een zeer zonder ling openbaar lager onderwijs in Nederland gegeven wor deneen onderwijs, waarbij b. v. verzwegen werd: de wel dadige invloed var. de Goddelijke Voorzienigheid op de we- reldsche zaken, een onderwijs, waarbij geleerd wordt, dat de wonderen van Christus bedrog waren, dat Christus geen God was, enz. enz. Dergelijke praatjes, al komen ze ook in boeken en weekbladen voor, zijn niets anders dan lichtzin-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1868 | | pagina 2