i Ter deelneming aan den nationalen scherpschutters-
wedstrijd, te houden van 2126 Sept. in het kamp van
Waalsdorpzijn gistereu morgen per spoortrein van 6 uur
40 min. van hier vertrokken 5 leden van het Artillerie-
Vrijkorps, te weten: de heeren J. Nijhuijs, 1' luit.J. van
Herwerden, korporaal; A. P. Polak; D. V. van Hoolwerff en
A. Schuld.
Zij werden begeleid van hier naar den Haag door ruim
80 kameradenwaaronder bijna al de officieren met den rna-
joor-kommandant, den heer mr. D. P.H. Aberson, aan het hoofd
en tevens de muziek van het korps, sterk ongeveer 20 leden.
Bij het vertrek alhier deed het muziekkorps het volks
lied hooren, dat bij alle stations tot aan den Haag werd
herhaald, alwaar men ten 10 u. 40 m. aankwam.
Daar de deputatie van de Utrechtsche weerbaarheid, on
geveer 40 man, die met de eerstvolgende trein van Rot
terdam verwacht werd, te kennen had gegeven om zich bij
het Heldersche korps aantesluiten, wachtte men daartoe aan
het station. Na aankomst marcheerde men in optogt naar
het Haagsche bosch, alwaar gelegenheid werd gegeven eenige
ververschingen te gebruiken; om ten 12J- ure naar het Bin
nenhof te marcheren en zich aldaar bij de overige troepen aante
sluiten, ten einde Z. M. bij het binnentreden van het ge
bouw der Staten-Generaal de verschuldigde eer te bewijzen.
Het muziekkorps van Heldersch artillerie-vrijkorps werd
de eer vergund om den Koning, vergezeld van de Prin
sen van Oranje en Hendrik met gevolghet eerst te
begroeten en liet daartoe het Wilhelmus hooren. Bij welke
gelegenheid men opmerkte dat Z. M. zijne bijzondere at
tentie wijde aan dit vrijkorps, dat ook trouwens, behalve dat
van den Haag, het sterkst vertegenwoordigd was,en het eenige
voorzien van een eigen muziekkorps.
Tot na de opening der Staten-Generaal en het vertrek
van Z. M. ten 1 u. 40 m. bleef het korps op het Binnen
hof geschaard, waarna men weder in optogt door de stad
marcheerde. Na weinige oogenblikken rust te hebben ge
houden werd de marsch weder aangevangen, om ten 3 ure
present te zijn bij de algemeene weerbaarheids reünie, inde
Ridderzaal op het Binnenhof. De decoratie der zaal maakte
op al de aanwezigen een aangeuamen indruk. Vóór den in
gang van het gebouw wapperden de nationale en Oranje
vlaggen. In de zaal was aan het eind eene trofee van vlag
gen aangebragt, terwijl de wapens der provinciën, omgeven
floor vlaggen, aan de kolommen prijkten. Aan weerszijden
der trofee waren schilden geplaatst, op het eene waarvan
het jaartal 1866 het aanvangsjaar der scherpschutters-
vereenigingen was aangebragt, terwijl op het andere het
jaar 1868 was vermeld, het jaar waarin de eerste groote
nationale wedstrijd wordt gehouden.
Na verloop van eenige oogenblikken werd de komst van
Z. K. H. den Prins van Oranje, eere-voorzitter van den
weerbaarheidsbond, aangekondigd.
Z. K. H. werd door de leden van het hoofdbestuur ont
vangen en met fanfares door het muziekkorps van het regiment
grenadiers en jagers begroet.
Na eenig verwijl werd door den Voorzitter van den "Weer
baarheidsbond, den heer Schubart, aan Z. K. H. den voor
deze gelegenheid door de stad ten gebruike gegeven beker,
gevuld met den eerewijn, aangeboden, waarop Z. K. H. een
hartelijken welkomstgroet bragt aan allen en inzonderheid
aan hen, die van verre waren gekomen, om aan den te houden
wedstrijd deel te nemen.
Ik breng bovenal hulde, zeide Z. K. H. aan het bestuur
van den weerbaarheidsbond en geloof u allen geen beteren
wenseh te kunnen toebrengen dan deze: ik wensch u allen
een vaste hand en een juist oog.
Daverende hoerah's weerklonken door de ridderzaal, terwijl
de krachtige toonen van het genoemd muziekcorps er niet
weinig toe medewerkten om de ongekunstelde geestdrift der
aanzienlijke schare te verhoogen.
Daarna werd aan den voorzitter van het hoofdbestuur en
ook door eenige andere leden het woord tot Z. H. gerig
welke aanspraken met een daverend Leve de Koning, Leve
de Prins van Oranjt eindigden. Waarna het muziekkorps
der jagers bij vernieuwing het Wilhelmus deed hooren.
Z. K. H. onderhield zich vervolgens nog eenige oogen
blikken met de leden van het bestuur en verschillende offi
cieren, waarna Hij, onder het presenteren van het geweer
door de in twee gelederen geschaarde scherpschutters, de
zaal verliet.
Dit vertrek was het leeken voor het opstellen der ver
schillende korpsen, die zich gereed maakten tot het honden
van de aangekondigde!! optogt door een gedeelte der stad,
en eindelijk naar het kamp te Waalsdorp.
Op hun weg naar het kamp, wachtte den feestvierenden
eene even aangename als vereerende verrassing. Op het oogen-
blik dat de optogt zich vóór het paleis van Z. M. bevond
verscheen Zijne Majesteit in scherpschuttersuniform, verge
zeld van twee adjudanten, op het balcon van Hds. paleis
en toonde onze geliefde Vorst daardoor bij vernieuwing
Zijne hooggewaardeerde belangstelling in de vrijwillige schut
ters vereenigiugeu, die beloven eenmaal een der heehtste
steunpilaren van Neêrlands onafhankelijkheid en Oranje^
Stamhuis te zullen zijn.
Voor Heldersch Vrijkorps was de tijd te kort om tot
aan het kamp door te marcheren, daar het vertrek uit 's Hage
bepaald was op 7 u. 14 ra.vau daar dat men ongeveer
halfweg afscheid nam en alleen de vijf meergenoemde heeren
zich bij de deputatiën der andere vereenigingen aansloten
en doormarcheerden naar het kamp, terwijl de terugtogt der
overigeu eerst naar 's Hage en vervolgens met het spoor naar
hier in de beste orde en harmonie is afgeloopen. Vele le
den is het een genoegen geweest dat ook de luitenant t/z.
le kl. C. A. Jeekel, de oprigter en grondlegger van Hel
dersch Artillerie-Vrijkorps, en steeds eerelid van het bestuur
van dit korps, zich te 's Hage bij hen heeft aangesloten en
de verschillende optoglen heeft medegemaakt.
Het Ilaagsche Dagblad, dat in het congres van let
terkundigen een landverraders-complot zag, houdt den wed
strijd van scherpschutters voor eene demonstratie tegen de
bezuinigingen op oorlog en marine. Het is zeker, dat die
zamenkomst met kleine kosten gepaard gaat, die voor reke-
kening van het departement van oorlog komen, maar dat
deze scherpschutters iets anders willen demonstreren dan
hunne geoefendheid in het hanteren der wapenen, is eene
zeer onwaarschijnlijke onderstelling van het rumoer makende
blad.
Indien men dwaas genoeg ware in dien wedstrijd eene
politieke demonstratie te willen zien, dan zou men ze juist
ten voordeele eener besparing van uitgaven voor onze ver
dediging moeten beschouwen. Vrijwillige volkswapening zou
den duur der oefeningen en de sterkte zelve van het leger
kunnen verminderen. Zóó weinig algemeen als die volks
wapening thans is, kan zij natuurlijk dien invloed niet uit
oefenen, maar als beginsel strekt zij daartoe en slechts door
eene valsche redenering kan men tot de tegenovergestelde
conclusie komen. Hetzelfde jubel-artikel bevat de gebrui
kelijke schimpscheuten op de liberalen, dat zij van geene
uitgaven voor onze defensie, willen weten en zoo de Hagenaars
gehoor gevende aan het Dagblad, de vlaggen uitsteken, mo
gen wij weldra het betoog te gemoet gezien, dat thans
overtuigend is bewezen, dat de liberale ongelijk hebben.
Dat de liberalen niet zijn tegen de uitgaven voor onze
verdediging, en dat zij zoovele milioen willen toestaan als
gevraagd worden, mits het geld met oordeel en doelmatig
wordt besteed, behoeven de Hagenaars niet te wetennaar
het schijnt. Arnh. Ct.
Benoemd tot genees-, heel- verloskundige te Vlieland,
tegen een jaarwedde van f525, de heer H. Elders, van
Haarlem.
Een inzender in de Gr. ct. vestigt er te regt de
aandacht op, dat het inzenden van adressen aan de synode
ter zake van hel proces van Zaalberg is af te keuren, omdat
dit collegie in die zaak heeft regt te spreken volgens de
wet, en zich door adressen, noch ten gunste, noch ten na-
deele van den in het proces betrokken persoon mag laten
influenceren.
Wij vernemen, dat de persoon, die verdacht wordt
schuldig te zijn aan het schieten door het venster van den
kantonregter te Oud-Beijerland, en deswege reeds in voor-
loopig arrest geweest, maar weder in vrijheid gesteld is,
thans is gedagvaard tegen a. s. Maandag. Intusschen schijnt
te blijken, dat hij zich de hem geschonken gelegenheid ten
nutte heeft gemaakt, om spoorloos te verdwijnen.
Den 16 dezer zijn door een, naar men zegt. anders
oppassend jongeling in eene weide van Brouwershaven, aan
een jong meisje, waarmede hij vroeger of nog in betrekking
stond- met een hakmes verschillende ernstige verwondingen
toegebragt. De dader heeft zich uit de voeten gemaakt.
Vrijdag werd deze, daar hij zich niet langer aan de ijverige
nasporingen van de justitie heeft kunnen onttrekken, te
Zierikzee binnengebragt. De aanleiding tot zijne misdaad is
nog niet met zekerheid bekend.
Er circuleert te Batavia een adres aan den minister
van koloniën, waarbij door belangstellenden in de Indische
dagbladpers afkeuring wordt te kennen gegeven van het feit,
dat van regeringswege aan den heer Busken Huet vrije
overtogt werd verleend met het oog op zijne aanvaarding
van den lavabode.
Wij vernemen, zegt het Bal. HandeUbl., dat eene
vrij sterke expeditie naar Bali vertrekt, o. a. twee bataillons
infanterie.
Het verslag van den raad van toezigt der spoorwegen in
Nederland over 1867, geeft ook, als gewoonlijk, aan het slot
eene lijst der ongevallendie bij de uitoefening van de dienst
bij elke der maatschappijen zijn voorgevallen.
Letsel aan personen was dit jaar nog al vrij aanzienlijk.
De uitvoerige lijst maakt welligt bij den eersten opslag een
ongunstigen indruk. Wanneer men echter de bijzonderheden
nagaatvindt men, dat de veiligheid van het reizend publiek
slechts in zeer geringe mate daarbij betrokken was.
In de reeks van ongelukken door spoorweg-vervoer zijn er
drie van reizigers, allen met doodelijken afloop. Bij alle drie
was echter het ongeluk aan roekeloosheid te wijten; te Lei
den sproDg, 16 July 1867, een reiziger uit den trein en werd