in Rotterdam, ter hand gestelde getuigschrift, luidende als
volgt
'/Door deze wordt verklaart dat de persoon van JAN
vBREEMEN, mannier 3C klasse, zich bijzonder flink heeft
//gedragen eti onderscheiden bij het verzet tegen de openbare
//macht, van den avond en nacht 31 October en 1 Nov.
//zoodat ik bereid ben hem tfeswegens bij zijne chefs aan
//te bevelen. Rotterdam, den 2 Nov. 1868.
Be Commissaris van Politie,
D. M. EBBELER."
Men deelt ons nog mede dat Jan Breemcn eerstdaags be
vorderd zal worden tot marinier 2e klasse.
Maandag avond a. s., zal in het lokaal Tivoli, het
gezelschap Ernst en Scherts haar lOjarig bestaan vieren.
Het programma heeft bijzonder onze aandacht grtrokken,
daar het geheel en al van den gewonen regel afwijkt; aanvan
gende met astronomische en microscopische voorstellingen,
die geen humbug, maar zeer belangwekkend, leerzaam en
genoegelijk beloven te zijn. Ook in de tweede afdeeling
stellen wij ons van de aanschouwelijke reisverhalen zeer veel
goeds voor. Voorts zal een blijspel en eene pantomime
worden opgevoerd, ten slotte twee voordragten; terwijl een
en ander in contradictie met den gewonen regel door dansen
zal worden afgewisseld.
De kapt.-luit. ter zee H. B. Kip, laatst behoord heb
bende lot het eskader in Oost-Indië, en van daar den 3n
dezer in Nederland teruggekeerd, is met dat tijdstip op non
activiteit gesteld.
De luitenant ter zee 2e klasse M. Rochussen, wordt
eervol ontslagen als adjudant bij den minister van marine
en op non-activiteit gebragt. De genoemde betrekking wordt
aan den luitenant ter zee le klasse H. van Goens opgedragen.
Eergisteren is te Leiden tot doctor in de geneeskun
de bevorderd de heer E. J. van Leent, officier van gezondheid
le kl. bij het hospitaal der marine alhier, na openbare ver
dediging van een academisch proefschrift: //geneeskundig-
topografische opmerkingen betreflende Batavia, hare reede en
liet eiland Onrust."
Bij koninklijk besluit van den 11 dezer, is benoemd
tot referendaris bij het Ministerie van Binnenlandsche Za
ken de heer J. M. Pabst, commies bij dat Ministerie.
Hollandsche ijzeren spoorwegmaatschappij. Aantal rei
zigers gedurende de maand October: 131,159. Opbrengst
aan reizigers f125,212.02, dito aan goederen f 31,140.83j-.
Totaal f 156,352.85 j. Sedert 1° Januarij jl. aantal reizigers
'1,484,751. Opbr. van reizigers en goederen f 1,672,765.97 J
Het fregatschip Zeelanrlia, is den 19 September jl. op
34° zuiderbreedte 2° westerlengte, ten gevolge van het broeijeu
der steenkolen-lading, verbrand. De equipage was, naar men
vermoedt, opgenomen door het schip Engel, kapt. Appel,
en den 4 October te Kaapstad aan wal gebragt. Gezegd
fregat was op de tweede uitreis en voer voor Middelburg-
•sche rekening.
Op de groote najaarskoemarkt te Hoorn zijn Maandag
jl. ongeveer 8000 stuks vee aangevoerd, over het algemeen
beste kwaliteit, waarvoor dan ook hooge prijzen werden
besteed. .De handel in het beste vee was vlug, doch in de
mindere soort was de handel matig en de prijzen laag.
Aan dr. Zaalberg, die te 's Hage zoo veel tegenstand
ontmoet, zal door zijne vrienden op den dag zijner weder-
•optreding op Zondag aanst. een blijk van sympathie worden
aangeboden, waartoe alle deelnemers in een album zich zul
len vereenigen. De plegtige overgifte zal des avonds ten
8 uur in de groote zaal BiVigenlia plaats hebben.
Dr. Pierson brengt in eene brochure over de liberale partij
onverwachten steun aan de grieveu, door velen tegen het
■openbaar onderwijs ingebragt. Hij begrijpt niet, dat liberalen
met de wel op het lager onderwijs dwepen; de staat laat
op de scholen een christendom mededeelen, zonder dogmatiek
//naar de beschrijvinge Thorbecke's." liet harde woord moet
er uit//onze staatsscholen zijn moderne-sektescholen." De
schrijver noemt het ironie te vragen, of de natie zulke scholen
wil, en acht het niet liberaal, maar eenzijdig de bestaande
grieven te ontkennen.
Huet en Pierson, ze nemen een zonderling standpunt in.
In verschillende onzer dagbladen is bij opgaaf der be
kroonden op de maritime en industriële tentoonstelling te Havre
tot op lu-den niet genoemd de heer S. Planteijdt, fabriekant
in Hollandsch zeil- en karldoek, te Krommenie; toch is,
volgens (le Union Inclnslrielle van 8 November jl.ge
noemde heer de onderscheiding te beurt gevallen, zijn fa
brikaat Hollandsch zeil- en karldoek met de bronzen me
daille bekroond te zien. Wij vertrouwen dat dit, aan vele,
met genoemde firma in relatie staande handelaren, aangenaam
zal zijn te vernemen.
Men schrijft uit Harlingen 9 November:
De laatste weken hebben weder voldingend bewezen, hoe
slecht onze haveu is ingerigt voor een onbelemmerde scheep
vaart. Bij hevigeu en ougunstigen wind moesten
met buitengewone inspanning in de haven gelrolckèï^A
den, een stoomboot bleef dwars voor de haven zitten^H
het middenhoofd werd weder tweemaal aangeloopen en ge
deeltelijk vernield. De geschiedenis van den laatsten tijd
levert dus aan de voorstanders van verbetering onzer haven
motiven in overvloed. Eene commissie uit den raad en de
kamer van koophandel' is onlangs naar den Haag geweest,
om bij den minister van binnenlandsche zakeu aan te drin
gen op voorziening van wege het rijk, als staande in het
alleruaauwst verband met de welvaart van geheel het noor
den. Ook heeft de commissie tot bevordering der aanslui
ting van den noorderspoorweg bij de Pruisische westbaan, in
de vorige week te Groningen weder eene bijeenkomst ge
houden.
Door het vertrek van een zestig korporaals-titulair,
van het instructie-bataillon, naar de onderscheidene regimen
ten infanterie, op 17 en 18 dezer, zijn weder een tachtigtal
jongelingen aangeschreven, om zich den 20n daaraanvolgende
ter plaatsing aan te melden.
Yolgens berigt van den Britschen gezant is er voor
de zeelieden Herman de Groot (Graat of Graaf) oud 29
jaar en Peter Kas, oud 30 jaar, beiden opgegeven als geboren
te Amsterdam en gevaren hebbende op het schip Home q/
St. Andreio, New-Brunswick, behoorende aan den heer Lach-
land Cameron, van Liverpool, eene aanzienlijke som aanwe
zig, wegens hunne diensten in het redden van het schip ge
naamd Conwayhetwelk in lekken staat op zee ontmoet, in
de haven van Barbados in 1860 is opgebragt. De Home
heeft, naar men verneemt, Engeland in Augustus of Septem
ber 1860 verlaten, bestemd naar Barbados, zijnde volgens
rapport genoemde zeelieden van dien bodem gedeserteerd te
Ncw-Orleans, op den 8 Pebruarij 1861.
Opgemelde personen of, indien zij overleden zijn, hunne
naaste bloedverwanten, worden opgeroepen om, hetzij in
persoon, hetzij door tusschenkomst van het bestuur hunner
tegenwoordige verblijfplaats, zich aan te melden bij het Mi
nisterie van Buitenlandsehe Zaken, alwaar hun nadere in
lichtingen zullen worden gegeven.
Te Eindhoven is een geëmployeerde van een kantoor
gevat, die met een valsche sleutel telkens geld uit een brand
kast stal om te verteeren. Hij heeft zijne schuld bekend.
Men schrijft uit Londen, 9 November.
Is de nood in Londen dringend en moet men alle pogin
gen in het werk stellen om de stad voor een hongersnood te
bewaren, het Engelsch indisehe gouvernement heeft, ten ge
volge van het mislukken van den oogst, in verscheidene pro
vinciën met een hongersnood en ellende te kampen, waarbij
de toestand van deze stad niet te vergelijken is en die ODder
vijftig millioen inwoners hare verwoestingen zal aanrigten.In
sommige distrikten, aan de grens der woestijn, sterven dage
lijks reeds honderden den hongerdood. Volgens bevel van den
Onderkoning zal in die streken graan worden uitgedeeld en
de grondbelasting niet worden geïnd. Verder wordt de hulp
der rijken ingeroepen, onder verzekering, dat de schatkist voor
eiken geschonken shilling ook een shilling zal geven. Die maatre
gel is vroeger reeds genomen en ook thans twijfelt men niet aan
zijn goede werking. Er hebben zich in elk bedreigd district
cominissiën gevormd onder presidium van een door de regering
benoemden ambtenaar, ter verdeeling der giften, terwijl de
onderkoning aan alle ambtenaren heeft te kennen gegeven,
dat het voorkomen van den hongersnood als een governement-
werk (staatspligt) moet worden beschouwd dat geen uitstel
lijdt en voor alles moet gaan.
Aan de Pos. Ztg. wordt geschreveu
»De winter is nog niet begonnen en reeds komen gansche
scharen lieden van de dorpen en kleine steden uit de provin
cie naar Wilna, om werk te zoeken, en, dit niet vindende,
te bedelen of, als de gelegenheid zich aanbiedt, te stelen. Ge
brek en duurte der granen nemen dagelijks toe, zonder dat
men ergens maatregelen ziet nemen om in den dreigenden
nood te voorzien."
In de provincie Pruisen wordt reeds geklaagd over de me
nigte bedelaars, die thans over de Pruisch-Russische grenzen
komen.
Aan de bestuurders van de departementen der maat
schappij nTot Nut van 't Algemeen," is de volgende circu
laire gerigt, ODder dagteekening van 5 November 1868.
Geachte Medeleden en VriendenHet is u bekenddat
de maatschappij «Tot Nut van 't Algemeen" van het eerste
oogenblik harer oprigting af, de verbetering van het volks
onderwijs heeft beschouwd als een der hoofdoogmerken van
haar streven. Op welke wijze zij daarbij is te werk gegaan,
en hoe zij daarin is geslaagd, getuige de ondervinding, getuige
elke bladzijde van hare geschiedenis. In de schoolinstellingen
door haar gesticht of naar de hare gevolgd, is het thans le
vend geslacht opgevoed en gevormd, en hebben de bewoners
van dit vrije land, van ouds de wijkplaats voor alle ver
drukten om overtuiging of belijdenis, geleerd broederlijk zaam
te wonen, ondanks alle verschil van kerkleer eenparig erken
nende, dat de wet van onderlinge liefde de eerste en de
hoogste wet is.
In de joDgst verloopen tijd, is van vele zijden de toeleg
zigtbaar, om de weldadige vrucht van het verleden te niet
te doen. Eene kerkelijke beweging overal elders gerigt tegen
de neutrale school, heeft zich ook hier te lande geopenbaard