BURGERLIJKE STAND DER GEMEENTE HELDER. BURGERLIJKE STAND DER GEMEENTE Z1JPE. werd het, juister dan thans, vêlodfere genoemd, terwijl de persoon die het bestuurde, yélodpede heette. De »Jardin de Hanovre" leverde toen te Parijs menigmaal het schouwspel van een vélocipèden-wedstrijd op, die ook wel van het terras op den boulevard des Italiens begon, om in de Champs Elyse'es en le Cour de la Reine te worden be slist. Den 29 floreal van 'tjaar XII (19 Mei 1804) werd in de vaudeville te Parijs een comedie opgevoerd, getiteld de Vé- lociferesgeschreven door Dupatay, Chazes en Moreau. Het succes was colossaal en men juichte voornamelijk de laatste regels toe, die we hier vertaald laten volgen: Gij, mannen van den sukkeldraf. Koetsiersdie u niet durft te weren, Wilt gij er spoedig zijn, ten straf Van d'ijlvaart der vélociferen Gebruikt dan, uit noodwendigheid Voor spoed, wat meer behendigheid. RIJKDOM EN ARMOEDE in Amerika. Indien de lezer iets wil weten van rijkdom en armoede in New-York, van millionairs en nakende half stervende bedelaars, die bijna op den afstand van een steenworp van elkander wonen, hij leze dan „Sunshine and Shadow in New-York" door Maithew Hale Smith, pseudoniem „Burleigh." W e ontleenen aan dat werkje de volgende contrasten De heer Astor kwam naar Amerika, mede brengende zeven fluiten uit het magazijn zijns broeders, die te Londen een mnziekvvindcl had. Hij verkocht de instrumenten. Met de opbrengst kocht hij bontwerk. Hij beijverde zich om alles wat tot dat vak behoort zich eigen te makeu en bezat daarvoor bijzondere eigenschappen, omdat hij vlug van bevatting was en spoedig tot een besluit kon komen. Hij had weldra zooveel opgespaard, dat hij zijn bonthandel op grooter schaal kon drijven. Later rigtte Astor de Amerikaan- sche bontwerk compagnie op en had verscheidene compagnons, onder welke Peter Smith, de voornaamste was. De heer Smith verliet de compagnie met een kapitaal vau twee millioen. Astor hield vol en verzamelde een kapi taal van 50 millioeuenhij werd zeehandelaar en reederzijne schepen beploegden alle zeeën en werden beladeu met bontwerk voor Frankrijk, En geland, Rusland, Duitschland en China. Het volgende geval vertoont hem in zijn eigenaardig karakter. Hij had eens verschil met zijnen houtzager. De houtzager bragt hem drie schelling en zes pence per cord in rekening, terwijl de gewone prijs van kagchelhout slechts drie schelling was Astor weigerde om een cent meer te geven dan den gewonen prijs. Terwijl hij hierover aan het krakeelen was kwamen eenige dames binnen, die hem onderstand vroe gen voor eene inrigting van liefdadigheid. Hij brak zijn dispuut met den houtzager af, en gelastte Bruce, zijn vertrouwde klerk, om een bon te schrij ven van vijf honderd dollars, welke hij, na geteekend te hebben, aan de dames overhandigde, haar tot aan de deur geleidende, om daarop het on derhoud met den houtzager te hervatten, door wien hij niet voor een enkele cent wildo bedrogen wezen. Twee jaren voor hij stierf voegde hij bij zijn testament een codicil, waarbij hij twintig duizend dollars aan de maatschappij van liefdadigheid legateerde. Volgens zijne gewoonte gaf hij de beheerders der Maatschappij hiervan kennis. De maatschappij was op dien tijd zeer in geldelijke verlegenheid. Zij benoemde eene commissie om den heer Astor te spre ken en te zien of hij niet vóór zijn overlijden de twintig duizend dollars wilde uit betalen. Astor schudde het hoofd enweigerde. De commissie liet zich niet afschrik ken, waarop Astor eindelijk zcide: „Ik wil u twintig dmzeud dollars 'geven in Pensylvania vijf percent bouds." Deze bonds stonden vijf en twintig percent bene den pari, zoodat de maatschappij door ze aan te nemen in waarheid maar vijf tien duizeud dollars ontving. De commissie maakte Astor opmerkzaam, dat het zeer hard was voor de maatschappij om vijf duizend dollars te verliezen, terwijl die som voor Astor als het ware niets beteekendc. Doch hij eindigde het ouderhoud door te zeggen „het is nu in mijn testament heereu maar ik kan het zeer gemakkelijk weer schrappen." Zij namen het voorstel aan de effecten werden aan de commissie overhandigd en Astor ging lagchende, op zijn stokje leunende, naar eene binnenkamer waar zijn zoon William zich bevoud, om hem te vertellen, dat hij zoo eveu „vijf duizend dollars verdiend had." Astor gaf drie houderd en vijftig duizeud dollars om eene publieke vrije bibliotheek op te rigten voor de stad New-York. Gedurende de laatste jaren zijns levens voegde hij bij wijze van codicillen iedere zes maanden, vijf honderdduizend dollars bij ziju testament, zoodanig groeide zijn kapitaal aau. Zijne nalatenschap werd begroot op honderd vijftig millioenenl Laat ons nu de andere zijde van het blad eens beschouwen. Indien men, met mooi weder, Broadway doorwaudelt en den blik vestigt op de prachtig gekleede menigte, welke de voetpadeu als het ware verspert en op de prachtige winkels en magazijnen, waar keur van goederen ten toon gespreid zijn, dan is het voor den vreemdeling onmogelijk zich te verbeel den, dat in de onmiddelijke nabijheid van al dat schoone, de verblijven go- voudeu worden van ontbering en misdaad. Immers op weinige passen afstand bevinden zich de vierde en zesde wijk der stad, zoo berucht in de geschiedenis der misdaden van New-York. In die gedeelten der stad kan men te midden van dronkenschap, ellende en ontbering zijne voetstappen zetten, bijna in het gezigt der prachtig uitgedoschte duizenden, die zich op en neer in Broadway bewegen. Geen pen is in staat om do woningen, waar de armen van New-York hun nachtverblijf houden, te beschrijven. Het is een omtrek, waar ellende in al zijne kleuren den zetel gevestigd heeft. Nachtverblijven onder den grond, glibberig en smerig, zouder lucht en dikwijls zonder ramen. Opeenhoopin- gen van half vergane lompen, gevuld met verrot stroo. maken de bedden uit. Ieder nachtverblijver betaalt zoodra hij deze donkere holen binnentreedt. De prijs is van vijf tot tien cents en een ieder is welkom. Zwarten en blanken kinderen en oude mannen en vrouwen, dronken of nuchter, allen bewonen hetzelfde vertrek en slapen op dezelfde bedden of werpen zich op den har den vloer neder. Hokken onder den grond, waarin men geen hond zou willen houden, worden verhuurdvlieringen zonder raam of deur, zonder schoorsteen of kagchel vindt men opgevuld met mannen, vrouwen en kinderen. Te midden van al deze ellende worden kinderen geboren, omringd door de hoogste ondeugd, misdaad ea zonde. Iedere Staat der Unie en bijna iedere natie der wereld, is in deze ge vaarlijke buurt vertegenwoordigd. Een blok gebouwen bevat er 382 fami- lien. Yan 1000 volwassenen kunnen er 700 noch lezen noch schrijven. Twee der kroegen in de nabijheid werden op een Zondag, gedurende een tijdbestek vau 5 uren, door 1084 personen bezocht, waarvan 480 mannen, 445 vrouwen, 91 jongens eu 6£ meisjes. Met deze daadzaken voor oogen, welk een gewigtige verantwoordelijkheid rust er dan niet op de rijke en invloedrijke christenen welk een veld voor zendelingen, dat zeker wel zoo veel onze aandacht verdient als de buitenlandsche missiën, daar onder de heidenen niet zooveel ellende cn zomle aangetroffen wordt als in deze wijken yan New-York. 3|nge5ani)en. De Redactie onderschrijft niet altoos de gevoelens des inzenders. Iets over het vervalschen der zelfstandigheden, die voor namelijk tot voedsel strekken van den gemeenen man, volgens den Hoogleeraar dr. Victor v. d. Broek. Vervalsching- Zelfstandigheden, Aardappelmeel. VMeel van erwten. I boonen. Krijt. Gips. Poeder van marmer. Poeder van marmer. l Zwavelzuur-koper. O J Aluin. 1 Koolzure soda. ammonia. S Water. Bruine suiker. Melk van hennipzaad. Stijfsel, (zetmeel.) .Koolzure potasch, of I soda. I Hersenen vau schapen of V Kalveren. Veuvalsching- Zelfstanjdigheden prj l Stijfsel, (zetmeel. P Zout. (Loodwit. !Zout. Zwavelzuur.' (vitriool-olie. Zoutzuur, (geest van zout. Water. l Water, ra Bruine-of boerenstroop. ra i Kalk. 1 Water. t-i Zwavelzuur, (vitriool-olie. ra Peper. O Bedwelmend raijgras. I (Lolium temulcntum.) ra l Water, g Aluin, isa Poeder van gips. Het bedrog is uit zijn aard listig, 't geen zeer natuurlijk is, daar listig-1 heid de grondslag van zijn bestaau is 1 "Ik zal hiervan een voorbeeld bijbrengen, en wel met een der meest ge bruikelijke voedingsmiddelen, de melk Eerst bepaalde de boer zich bij het zoogenaamde doopen zijner melk, eu hij heeft deze handelwijze, even gemakkelijk als voordeelig, voortgezet zoo lang hij maar kon. Vervolgens heeft hij om den schijn te vermijden, noodig geoordeeld de room te vervangen door stijfsel, waardoor de wei der melk meer lijvigheid verkreeg; dit heeft geduurd tot dat men het ïódium aange wezen heeft als reagens (herkenningsmiddel) voor stijfsel of zetmeel. Toen moest de slimme boer, die het zeer ongepast vond dat de wetenschap zijn bedrijf bemoeij el ijkte, allernoodwendigst de stijfsel door iets beters vervangen, en, met het hem gewone, baatzuchtige en gezonde verstand, kwam hij op het denkbeeld om heunip-olie te nemenhet gebruik maken van olie in plaats van vette boter, verraadde bijna wetenschappelijke kennis. Al hetgeeu ik nopens de melk gezegd heb, geldt voor alle overige be doelde zelfstandighedenmet dat gevaarlijk onderscheid echter, dat de meeste vervalschingen hier meestal schadelijk voor de gezondheid zijn. Ik denk hier ook niet te gewagen van die zeldzaam voorkomende vervalschingen, zoo als het mengen vau loodwit onder de boter of van zwavelzuur-koper onder het meel, maar ik spreek alleen van de gebruikelijke vervalschingen onzer eetwaren I Zal men één geneesheer vinden die durft verklaren dat het dagelijksch gebruik van melk met potasch, vau brood met aluin, van azijn met vitriool olie vervalscht, niet vroeg of laat gevaarlijk zijn Voorzeker geen enkele; en ecliter heeft het opnemen in het ligchaam dezer giftige zelfstandigheden, als 't ware op eene homoeopathische wijze, geen onmiddelijk slecht gevolg maar op den langen weg wordt de spijs vertering moeijelijk; de gezondheid vermindert, en de geneeskunde is niet in staat dezen onbekenden vijand te bestrijden, die onophoudelijk werkzaam is en eindigt met te zegenvieren. Hierin ligt de oorzaak van die talrijke, slepende maag-ontstekingen, die zoo ter sluip doodelijk zijn. Wat hoort meu algemeen? Het volk lijdt! Het verhongert! Het vergaat van armoede Zorg, dat het volk arbeiden kan, en met den arbeid verschaft gij broodHierin ligt juist de dwaling door de thans heerschende hebzucht. De arbeid is voor het volk alleen voor zoover een middel van voorspoed, als dezelve zijn welzijn bevordert, en dat welzijn (meestal een land van be lofte, dat zelden door den armen man in onze streken bereikt wordt) komt hierop neder, dat hij, wanneer 'hij honger heeft, goed, voedzaam brood, en voor zijnen dorst gezonde drank kan bekomen; maar hij heeft niet op de vervalschiug gerekend, die hem in ruil voor zijn dagloon een vuilstof onder zijn voedsel mengt. I J. W. v. S. Yan 5 12 Pebruarij 1869. ONDERTROUWDJ. Selderbeek, koopman, 28 jaren en A. Groot, 30 jaren. J. W. Pot, koksmaat bij de Marine, 31 jaren en M. van Bergen, 33 jareu. GEHUWD J. H. Jollie en C. V. Vennix. A. Bommel en A. Borst. J. H. Polak eu B. Leuw. W. J. Meijer en M. J. H. Jurrie. A. W. Driessen eu J. Neijts. A. de Vroome eu N. IJfs. BEVALLEN A. G. Limonard, geb. Roelofs, D. B. Willemsen, geb. Blom, D. G. Stcijaart, geb. Vermeulen, D. G. Hoogvorst, geb. Snij der. D. D. E. Jariug, geb. van Haren, D. T. Spil, geb. Prins, D. S. van der Maas, geb. Arheroo, D. S. vau Engelen, geb. Meijer, D. J. A. Oorver, geb. Roozeboom, Z. J. Vermeer, geb. Staring, Z. A, van Straaten, geb. van Twuijver, Z. A. de la Court, geb. Conijn. D. J. C. Ilubbeliug, geb. Smit, D. A. Lcuver, D. T. II. de Vries, Z. OVERLEDEN: A. M. Boolen, 75 jaren. A. van Geem, geb. Visser, 66 jaren. M. Koopman, geb. Mol, 77 jaren. C. A. C. Eedens, 18 maanden. J. van Riel, geb. van den Berg, 69 jaren. J. H. W. Dilg, 3 jaren en 9 maanden. C. B. de Ruiter, 15 jaren. G. Rotgans, 4 jaren en 7 maanden. Levenloos aangegeven 2. Van 1 tot 15 Februarij. ONDERTROUWD Klaas Langedijk en Johanna Maartje Schrieken. GEHUWDAldert Plas en Grietje Schermer. GEBOREN Autje, dochter van P. de Graaf en S. Steggerda. Maartje, dochter van P. Plevier en G. de Jong. Brcgtje, dochter van C. Constant en M- van Ophem. Antje, dochter van S. Kok en A. deu Adel. Maartje, dochter van J. Dogger eu J. Timmer. Aafje, dochter van P. Breed en T. Govers. Dirk, zoon van N. de Graaf en T. Grootewal. Pieter, zoon van W. Quax eu E. Schoen. Theodorus, zoon van D. Mul en E. C. Meijer. Hendrik, zoon van C. de Leeuw en C. Boou. Vrouwtje, dochter van A. Ticl en A. M. Peesch. Alida Gcertruida, dochter van A. Kaan en N. Lanser. Abraham, zoon van C. Kwanfr en A. Peetoom. Grietje, dochter van G.Smit en T. Zipp. Willempjc, d. v. G. Smit en T. Zipp. Elisabeth, dochter van C. Zeeman en G. Bijpost. OVERLEDEN A. Verwer, 85 jaren, weduwe van II. Mul. Cornelis, 20 jaren, zoon van J. Komen en M.Thomasz. M, Kuijt, 39 jaien, vrouw

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1869 | | pagina 3