Men schrijft ons van Terschelling dat in het nette
kerkgebouw der Doopsgezinde gemeente eene tentoonstelling
wordt gehouden van de prijzen (circa 400 stuks) bestemd
voor de door het Dames-Comité georganiseerde loterij, ten
voordeele der ongelukkige weduwen en weezen.
Naar wij vernemen, is te 's Hage een gezantschap van
de Kust vau Guiuea aangekomen. Het bestaat uit den heer
kapitein Meijer, militair-kommandant van St. George cT El-
mina en den inlander Emizang. Hunne missie is om de
belangen der Kust bij Z. Exc. den minister van koloniën
te bepleiten en te behartigen.
Te Harderwijk zijn voor de tweede maal kandidaten
voor de predikantsplaats opgeroepen, en is er slechts een
opgekomen, de vroegere hulpprediker, die in de gemeente
woont.
Uit Groningen wordt gemeld, dat, in antwoord op de
uitnoodiging des pausen aan de protestanten om het aan
staande oecumenisch concilie bij te wonen, prof. de Groot
en eenige predikanten, uit Groningen en Leeuwarden vooral,
naar Rome een brief hebben gezonden, waarin zij, met op
gaaf der redenen waarom, voor de eer dier uitnoodiging
bedanken. Volgens hen, is het principiële verschil tusschen
het catholicismus en het protestantismus te groot, te duide
lijk, dan dat men ooit redelijkerwijze aan hereeniging zou
kunnen deuken. Met klem wordt betoogd, hoe het protes-
tantsche beginsel van vrijheid lijnregt indruischt tegen het
r. catholiek, absolute gezag, en zonder in 't minst het pro-
testantsche christendom als het eenige ware voor te stellen,
wordt toch het goed regt daarvan krachtig gehandhaafd tegen
de kerk van Rome. Scherp worden de gebreken der laatste
aangetoond en gegispt. Deze zijn: het verbieden der heilige
schrift aan de leekende despotieke, als 't ware militaire
hiërarchie; het vervolgen vau hen, die de kerk wilden ver
beteren; het bloedig en gewelddadig haudhaven van Rome's
magt (godsdienstoorlogen, de joodsche knaap Mortara)de
verachting der maatschappelijke orde van zaken (celibaat,
kloosterwezen); het belemmeren van vrije wetenschappelijke
ontwikkeling (concordaat met Oostenrijk). Verder worden
opgesomdhet dwaze gebruik der Latijnsche taalde voor
de goede zeden gevaarlijke bedevaarten; de ongerijmde en
bijgeloovige relikien-vereering, het schadelijke vasten cn ijdele
rozenkransbidden; de met de schaamte strijdende oorbiecht;
het zonden vergeven, dat de misdaden eerder bevordert dan
uitroeit; het vagevuur, dat alleen dient om de schatkist der
kerk te stijven; de vereering der heiligen, die God zeiven
op den achtergrond schuiven, en de Maria-dienst, waartoe
de Jezuïten gaarne het geheele christendom zouden ontaard
zien. Na dit alles raden schrijfers van den brief ten slotte
den Paus aan om, in plaats van zelf aller Christenen herder
te zijn, liever met hen als zoodanig Jezus te erkennen,
toe te stemmen in den billijken eisch der volken, om vrijheid
en verlichting, en zoo doende mee te werken, dat uit de
roomsch-cath. eens eene evang.-kath. kerk moge voortkomen.
De toon van het geschrift is waardig en tegenover den per
soon des Pausen zeer welwillend en eerbiedig meer dan eens
worden zijne uitstekende deugden met hoogen lof erkend.
Men schrijf uit Haarlem 7 Maart.
Twee schippers uit Rijnsburg zijn hier ongelukkig omge
komen. Zij lagen met eene schuit in de Nieuwe gracht, ten
einde mest te laden, en waren in het achteronder gaan slapen,
terwijl de beer 's nachts door andereu werd aangebragt; in
den morgenstond meende men hen te wekken, maar zij warpn
gestikt. Bij het openen van het luik sloeg de damp er uit,
en men ontdekte, dat zij vuur in een comfoor hadden ge
had, dat zich aan hun dekking en kleeding had medegedeeld.
Eender ongelukkigen was gehuwd en vader van drie kinderen.
Een landbouwer uit Hannover, te Arnhem gevestigd,
is voornemens op zijue boerderij in de heide eene paarden-
slagtenj op te rigteu, ten einde goedkoop vleesch verkrijgbaar
te stellen.
De generaal Grant heeft den 4 des middags ten 12
ure den eed afgelegd als president der Vereenigde Staten van
Noord-Amerika en onmiddelijk daarna eene proclamatie uit
gevaardigd waarin hij de verzekering geeft het geluk der Unie
lcrachtig te zullen bevorderen.
Door den Amerikaanschen gezant te Berlijn de beer
Baucroft, is een groot gastmaal, ter eere van de zetel-be
stijging van den nieuwen President der Vereenigde Staten,
generaal Grant, aan het corps diplomalique gegeven. Door
graaf von Bismarck werd de feestdronk ingesteld op Grant,
terwijl de heer Baucroft een toast wijdde aan Pruisen en den
Noord-Duitschen Bond, waarbij beiden de weDschelijkheid
deden uitkomen van het bewaren en versterken der door
bloedverwantschap en historische sympathie verzekerde vriend
schap tusschen het Amerikaansclie volk en de Duitsche DJttie.
In de Parijsche bladen leest men
Eene groote tegenstelling met de eenvoudige ter aarde
bestelling van de Lamartine, waarbij de genooaigden zeiven
het lijk naar de kerk moesten dragen, zat de pracht vormen,
waarmede de begrafenis van den heer Troplong zal plaats
vinden. De stoet zal buitengewoon groot zijn en ruimschoots
de nieuwsgierigheid voedsel geven dergelijke praalvertooning
heeft de regering des keizers dan ook wel noodig, om de
aandacht van het publiek voor een enkel oogenblik van de
discussïen in het wetgevend ligchaam af te leiden; of het haar
zal gelukken, that is the question.
De civile lijst van koningin Victoria bedraagt 385,000
p. st. Deze som wordt haar echter niet elk jaar uitbetaald, zoo
als blijkt uit den aard der zes klassen waarin zij verdeeld is. De
eerste klasse bevat het maandelijks in de koninklijke privaat-
kas betaalde bedrag van 50U0 pd. st. De tweede klasse be
draagt 131,260 p. s. voor jaarwedden en pensioenen der te
genwoordige en vroegere bedienden van het koninklijke huis,
de derde klasse 172,500 p. st. tot dekking van de koninklijke
huishouding; de vierde klasse strekt uitsluitend voor welda
dige doeleinden en van het bedrag van 13,000 pd. st. wordt
9000 afgenomen voor de zoogenaamde royal bounty grants,
welke onder beheer staan van den premier en aan behoeftige
schrijvers, bloedverwanten van overleden officieren en perso
nen, die zich jegens den staat verdienstelijk hebben gemaakt,
uitgereikt worden. Uit dezelfde kas komen ook de 2000
p.st., die de bisschop van Oxford als lord grootaalmoezenier
aan aalmoezen uitdeelt en voorts de som van 1200 pond voor
pensioenen van behoeftige dames, waarvan de begeving aan
de gemalin van den eersten minister is opgedragen. De
vijfde klasse bevat de pensioenen van uitstekende geleerden
en andere personen, die zich jegens het vaderland bijzonder
verdienstelijk hebben gemaakt. De laatste klasse dient als
reserve-fonds voor de vier anderen.
Uit een schrijven uit Jeruzalem aan de Timesonder
teekend door «een Armenier", schijnt te blijken, dat de aarts
bisschop Isaac en zijne medgezellen, die nu bijna twee jaren
geleden, op dringend verzoek der Engelsche regering, met
rijke geschenken voor koning Theodorus, naar Abyssinie zijn
vertrokken, ten einde de bevrijding der Engelsche gevangenen
te verkrijgen, noch steeds door Theodorus opvolger, Gobazye
in Abyssinie worden teruggehouden, onder voorwendsel, dat
hun geen veilige terugtogt kan worden vex-schatt. Een brief
van den aartsbisschop, gedagteekend van den 29 October II,,
had Jezrnzalem bereikt, en daarin wordt cr over geklaagd,
dat de Abyssiniëx's zich christenen noemen, doch »geen eer
bied hoegenaamd hebben voor abounas (prelaten), bisschoppen
of priesters." De aartsbisschop en de zijnen verkeerden in
volslagen geldgebrek en waren overgegeven aan de genade
des volks; zoodat zij aan allerlei ellenden blootstonden. De
»Armenier" geeft zijne verwondering te kennen over het feit,
dat de generaal Napier niet, hetgeen hij met een enkel woord
had kunnen doen, het op vx'ije voeten stellen van den aarts
bisschop en van de zijnen, van wier verblijf in Abyssinie hij
kennis moet gehad hebben, bedongen heeft.
Als een treffend voorbeeld van de noodlottige gevolgen
van de drift kan het volgende verschrikkelijke ongeluk dienen:
Een koopman, M. K. te Lyon, die zeer moeijeÜjk zijn drift
beteugelen kon, was dezer dagen woedend op een zijner be
dienden en gaf dezen eenigen ooxwijgen, toen hij plotseling
uitriepHelp, help, ik zie niet meer, ik heb het gezigt ver
loren Het was maar al te waar. De toorn had den ramp
zalige in den waren zin des woords verblind
De Engelsche bladen maken gewag van den dood van
William Pond die in zijn 80e jaar in de hoedanigheid van
Koninklijken bombardier van Windsor stierf, welke betrek
kinghij sedert 1842 waaimam, in welk jaar zijn vader stierf,
wien deze post opgedragen werd door Koning George III.
Aan de vervulling der beti'ekking zijn weinig inspannende
arbeid en hoofdbreken verbonden, daar zij van den titularis
alleen eïscht het kanon van Windsor te lossen ter aankondi
ging van de geboorte van een lid van het Koninklijk geslacht
De bekende Carl Vogt heeft ook te Koningsbei'gen zijne
orakelen omtrent des menschen afstamming van den aap ver
kondigd. Onmiddelijk nadat zijn optreden daar bekend werd,
verklaarde den Koningsberger hoogleeraar Michelis zich bereid
om tegenover den aap-geleerde de schepping van den mensch
door God en naar Diens evenbeeld vol te houden. Vogt liet
echter niets van zich hooi'en. Nu hij dezer dagen echter bij
vernieuwing te Koningsbergen zijne stofvergodende theorie zal
ontwikkelen, heeft de heer Michelis zijne wetenschappelijke
uitdading herhaald. Andermaal weigert Vogt feitelijk, door
een veelbeteekenend stilzwijgen te bezwaren, eene handelwijze
die van radicale zijde wordt verdedigd door de opmerking,
dat het verlangd tournooi toch nutteloos zou zijn. Vreemd-
soortiger voorwendsel voor Vogt's ontwijken van den strijd,
zal wel niet te vinden zijn, en men zal het wel niet kunnen
wraken, dat door de tegenstanders van Vogt diens vx*ees voor
het wetenschappelijk tournooi, waartoe een geleerde als Mi
chelis, hem uitdaagt, niet uit onwil, maar uit onmagt wordt
vex'klaard.
Volgaax*ne voldoen wij aan het verzoek van een geacht
ingezeten met hieronder te laten volgen eene bekendmaking
van de Maatschappij tot redding van drenkelingen, reeds in
1767 opgerïgt. Wij hopen daardoor mede te werken tot
ixitroeijing van het volksdenkbeeld, als zou men bij dit werk
van barmhartigheid eerst de hulp der politie moeten inroepen
Een ieder heeft niet slechts de bevoegdheid maar is ook zede-
del ij k verpligt, om, zouder de toestemming der politie nf te wachten, dren
kelingen uit het water op te halen of mede te werken tot het terugbren
gen tot het leven van schijndooden.
De eerste noodzakelijkste hulpmiddelen, die men moet aanwenden om dren
kelingen tot het leven terug te brengen, bestaan in de navolgende
De drenkelng, zoo spoedig mogelijk uit het water gehaald, mag vol
strekt niet gerold, geschud of met het hoofd naar omlaag gehouden worden.
Hij moet integendeel met het hoofd omhoog gehouden, en alle beknellin
gen aan den hals en de borst los gemaakt en, zoo mogelijk, met omzigtig-
heid naar de naastbij zijude herberg of tapperij gebragt worden.
Dit overbrengen moet geschieden het zij op de armen vau twee of drie
menschen, op een ladder, of op een breede plank. Voor de behandeling
ziju twee of drie helpers voldoende, De drenkeling moet terstond uitge-