NIEUWSTIJDINGEN.
de hervorming antwoordde op de triomferende strijd
schriften der jesuiten, niet met boekenmaar met de ves
tiging van nieuwe stateu, wier levensvatbaarheid door een
bestaan vau drie eeuwen is bewezen. Inderdaad, wie herkent
niet in de Engelsche revolutie den geest der hervorming,
•te midden van een feodale maatschappij De constitutie, is
zij niet de staatkundige bijbel, voor wiens uitspraak elke
strijd moet ophouden Die geest van opstand, die alles
schijnt te zullen omverwerpen en die toch niet verder gaat
dan een vrijwillige onderwerping aan de wet, die hei
ligheid van de individuele regten van den burger, die
eerbied, even groot voor den huiselijker! haard als voor den
tempel, dat geluk en ongeluk' bij voorbestemming, waar
door vrijheid en ongelijkheid worden verzoend die waar
borgen voor de vrijheid van drukpers, een gevolg van het
regt van onderzoek, zijn het niet stuk voor stuk de dogmen
der eerste hervormers
Hetzelfde zien wij in de Vereenigde Nederlanden. In het
nieuwe geloof, dat de Hollanders in de XVIde eeuw om
helsden, waren drie beginselen, die hunne geschiedenis verklaren:
le. Afschuw van de roomsche kerk, waardoor zij zich
van Spanje losmaakten en hunne nationaliteit redden;
2e. de Calvinistische leer van de uitverkorenen door de
genade, waarop de oligarchie der staten werd gegrond
vest en waartegen zich bij verschillende gelegenheden
de naijver der menigte verhief; deze zocht dan gere
geld hulp bij den vertegenwoordiger van het geliefde
stamhuis
Se. eindelijk het beginsel van zelfstandig onderzoek, dat
den republikeinscheu geest in 't leven hield en verhin
derde, dat de souvereiniteit, in weerwil van vele pogin
gen, op den vorst werd overgebragt.
Helder, Nieuwediep, Willemsoord, enz., 21 Dec. 1869.
Naar wy vernemen zal de kapt. ter zee P. A. van Rees
worden benoemd tot kommandant en inspecteur van het korps
mariniers terwijl de luitenant kolonel van genoemd korps
D. Vredenberg zal worden gepensioneerd en vervangen, als
komniandant vao het gedeelte alhier, door den majoor J. II.
Stengel.
Z. M. heeft, met ingang van 1 Januarïj a. s.bevorderd
tot kapt. ter zee, den kapt.-luitenant ter zee W. C. Klis tot
kapt.-luitenant ter zee, de luitenants ter zee le klasse A. J.
van Mansvelt, C. A. W. Halverhout, F. M. Parker Verboom
en D. L. Feldmann: tot luitenant ter zee le klasse, de lui
tenants ter zee 2e klasse C. Ten Bosch, C. C. Vermeer, J.
J. Engelvaart, C. Schuylenburg en jkr. T. E. de Brauw; en
tot luitenants ter zee 2e klasse, de adelborsten le klasse J.
II. Wouters, N. J. van Renterghem, F. O. Feith en W. M.
J. Visser.
Zr. M. schroefstoomschip Curaqao is den 17 dezer van
Suez over Djeddah naar Bashir in Perzië vertrokken.
De officier van gezondheid 2e klasse C. Noordewier,
wordt met 1 Januarij a. s. gedetacheerd bij het marine-hos
pitaal alhier: de officier van gezondheid Se klasse S. F. Kruijt,
behoord hebbende tot het eskader in Oost-Indie en van den
14 dezer teruggekeerd, wordt met dat tijdstip op non-activiteit
gesteld.
Met 1 Januarij a. s. wordt geplaatst op Zr. Ms. wacht
schip te Hellevoetsluis, de luitenant ter zee 2e klasse J. R.
Eekop Zr. Ms. monitor de Tijger de officier van admini
stratie der 2e klasse M. D. L. Hertzveld; en gedetacheerd
op het kostschip te Rotterdam, de officier van gezondheid der
8e klasse J. van Lith Harrebomée.
-Heden heeft bij de directie der marine alhier, de open
bare aanbesteding plaats gehad van het vervaardigen en le
veren van een stel tubelaire Stoomketels van 400 p. k. no
minaal. Ingeleverd 6 inschrijvingsbilletten alsChristi Nolet
te Delfshaven, f48,850; Maatschappij Atlas" te Amsterdam
f43,800; Ned. Stoomboot Maatschappij te Rotterdam, 42,000;
«Maatschappij IJssel tc Kampen, f40,400; Lemm en Stor-
nebrink te Kralingen, f39,135 Berges Jonker en Zoon te
Amsterdam, f38,798.50.
-Bij de Vrijdag avond jl. plaats gehad hebbende aan
besteding van de levering van schoolboeken en schoolbehoef-
ten aan de openbare lagere scholen alhier, over 1870, zijn
twee inschrijvingsbïljetten ingekomen als van de heeren
W. P. Kooij f 680.en L. A. Laurey f 649.
Door het prov. geregtskof in Noordholland zifn Vrijdag
jl. veroordeeldL. Morlang en K. Lastdrager, de eerste
tot eene correctionele gevangenisstraf van 3 jaren, de andere
tot éën jaar eenzame opsluiting, ter zake zij zich in den nacht
van 2 op 3 October jl. hebben schuldig gemaakt aan diefstal
van twee zakken meel, ten nadeelc van den broodbakker J.
Verfaille alhier.
De lievige storm die tusschen Donderdag en Vrijdag
der vorige week gewoed heeft, is voor deze gemeente geluk
kig niet van ernstige gevolgen geweest.
Zeerampen hebben op de kust alhier geen plaats gehad
eenig wrakhout en een zware mast is opgevischt, doch naar
het uiterlijk te oordeelen, kan men veronderstellen, dat dit
overblijfselen zijn van vroegere zeerampen.
Ook aan het alhier in aanbouw zijnde instituut voor de
marine, waarvoor men, wegens de spoed waarmede die colos-
sale steenmassa is opgebouwd, ernstig bezorgd was, is dc
schade onbeduidend, alleen eenig steigerhout is voor de wind
druk bezwekenwaardoor geringe schade aan het ge
bouw is veroorzaakt, die geraamd wordt op hoogstens f50.
Dit getuigt voorzeker voor de soliditeit der mannen waar
aan dit werk is toevertrouwd.
Men schrijft uit Vlieland, 20 Dec. Gisteren is in de
buitengronden verbrijzeld de Engelsche bark Mary Sporks,
kapitein Nilson, van Jamaica naar Hamburg bestemd 15 man
en een Engelsche loods zijn omgekomen, alleen de timmerman
is door de Terschellinger loodskotter gered.
Mede is in de buitengronden gestrand de Noordduitsche
bark Aphrodite kapt. Zaborowsvivan Sunderland naar Bar-
celona bestemd. De bemanning is door Vlielanders met de
boot der Reddingmaatschappij gered. Het schip is verbrijzeld.
In de zitting der Tweede Kamer van gisteren is Hoofd
stuk VI der begrooting [Marine) aangenomen met 54 tegen
23 stemmen.
Bij de behandeling van dat Hoofdstuk bespreekt de heer Blom,
naar aanleiding van een artikel in een dagblad, het gebeurde
op Terschelling met de loodsboot, en vraagt of de minister
eenige inlichtingen kan geven en of de beschuldiging tegen
den inspecteur ongegrond is.
De minister van Marine (de heerBrocx) betreurt met hem
het ongeluk dat gebeurd is. De zaak is aanvankelijk toege
schreven aan de zoogenaamde rinkelaars, maar dit is niet het
geval, want er zijn tegenwoordig niets dan loodskotters en
nu is ook zoodanig vaartuig verongelukt, naar men ver
moedt door overzeiling't spreekt van zelf, dat als er drie
maal achtereen ongelukken plaats hebben, men dan ontmoe
digd wordt en klaagt en uit dat oogpunt kan hij zich de
artikelen in de courant begrijpen. Intusschen is er een on
derzoek ingesteld en daaruit blijkt dat de tegenwoordige in
specteur geheel op de hoogte is en in staat vroegere misbrui
ken te keeren, maar daardoor in een kwaad daglicht werd
gesteld op Terschelling, omdat de vorige inspecteur als "het
ware geparenteerd was met al de loodsen. Zoo als gezegd is,
heeft de minister een onderzoek doen instellen, en de conclusie
daarvan is, dat de inspecteur van alle blaam zuivermaar
zijn toestand echter onhoudbaar is, evenals van iedereen die
op Terschelling, zonder aanzien des persoons, zijn pligt wil doen.
Ook wordt door den min.van Marine, op de gronden reeds in de
gewisselde stukken ontwikkeld, uiteengezet, dat hij blijft bij het
systeem om bij de particuliere industrie te laten bouwen. Al
onze ijzeren schepen zijn bij particulieren gebouwd, zonder
eenige de minste klagtenen er bestaat geen twijfel of met het
gepantserd materieel zal het even goed gaan. "Waar hij de
werkzaamheden op de werf kan inkrimpen, zal hij het moeten
doen. Alles wat op 's rijks etablissementen geschiedt is veel
duurder, het kost veel meer toezigt en personeel, dat bij dé
goed»! uitkomst weinig of geen belang beeft, Alles geschiedt
op de meest kostbare wijze. Hij staaft dit nader door voor
beelden uit Engeland, waar de kosten enorm verschillen met
die op de rijks etablissementen. Buitendien zijn vele werklie
den op 's rijks werf, toen men het werk aldaar met kracht
wilde voortzetten, van particuliere fabriekanten getrokken, ter
wijl bovendien ook bij het oppertoezigt de noodige praetische
ondervinding gemist wordt. Hij beroept zich tot staving zijner
meening ook op het gevoelen van een hoofdambtenaar, onder
wiens leiding de pantsering te Amsterdam werd begonnen en
die blijkens een geschrift van 18(35 hetzelfde gevoelen als de
minister was toegedaan. Zoowel technisch als finantieel blijft
de minister volharden bij zijn voorstel.
Mede is door den min. van Marine in de zitting van giste
ren aan de leden der Tweede Kamer medegedeeld dat vol
gens ontvangen berigten van de Kust van Guinea de neger
bevolking op Commendah eene behoorlijke kastijding is toe
gediend.
Door den heer Knoop is een amendement op de begrooting
van Oorlog ingediend, strekkende, om art. 21 te laten ver
vallen, zijnde een post van f200,000 voor aanschaffing en
aanmaak van zwaar geschut tot kustverdediging, met de aan
kleve van dien.
Bij besluit van den 20 dezer heeft Z. M. goedgevonden
o. a. de gemeente Hoorn voor het regterlijk arrondissement
van dien naam, alsmede voor de kantons Schagen en Helder,
aan te wijzen als standplaats van het kantoor voor den ijk
der maten en gewigten en weeg werk tuigen.
Het volgende gebeurde op den 7 Oct. jl. op ongeveer
44 gr. ZB en 50 gr. OL aan boord van het pas te Rotterdam
gearriveerde Nederlandsche schip Indiapacket, kapt. Diepering;
die voor de bijzonderheden gaarne een extract uit zijn jour
naal ten dienste gaf. Het luidt aldus
«De nacht was al voorbij en hoezeer de zon reeds sedert
een half uur hare stralen door het luchtruim schoot, heerschte
eeoe diepe duisternis op aarde. Een dikke zwarte mist hing
loodzwaar op de zee en belette aan het zoekend oog van den
man op den uitkijk verder dan op een paar scheepslengten van
zich af te zien. Reeds sedert twee etmalen hield die dikke
mist aan, en bij aflossing van den uitkijk werd het wachtwoord
gegeven van «uitzien naar ijs." Het was tegen zes ure in den
morgen de wind woei met een frissche koelte uit het noor
den fmet de bovenbramzeils op den kop werd een half uur
te voren tien mijlen vaart gelogd. De zee was met den wind uit
dien lioek tamelijk vlakhet schip liep rustig over eene zijde
hellende, lekker door het water, toen op eens de kreet van
den man op den uitkijk werd vernomen «Loef" loef! een ijsberg
vooruit." Verschrikt springt al het volk voorop en terwijl
de een roept, loeven! roept de ander, afhouden! Het volk,
dat de wacht te kooi heeft, ontwaakt met een schrik van dat
ongewone geroep, vliegt op het dek en het geschreeuw ver
dubbelt.