NIEUWSTIJDINGEN.
Helder, Nieuwediep, Willemsoord, enz. 28 Junij 1870.
Maandag avond 27eD dezer hield het collegie Sine
Nomineeene vergadering in het gewone lokaal. Er werden
twee belangrijke voorstellen gedaan, waarvan echter de behande
ling, wegens het gering aantal aanwezige leden, tot de vol
gende zitting werd uitgesteld. Met het oog hierop, noodigt
het bestuur de leden uit, om door eene getrouwe opkomst
dn de eerstvolgende vergadering van hunne belangstelling te
doen blijken. De eerstvolgende vergadering is vastgesteld op
Maandag 18 Julij e. k.
Gisteren heeft bij de Directie der Marine plaats gehad
le. de verpachting van het weghalen van Mot en Krullen
voor den tijd van een jaar. Hoogste iuschrijver de heer
D. Hoogenbosch.
2e. de aanbesteding van de levering van 10,000 kilo
gram Zeegras. Vier inschrijvers hebben zich aangemeld, als
de heeren G. Slot te Helder, tegen f 13.05, W. Heijblok
Co. te Wieringen, tegen f 13.dezelfde tegen f 12.90 en
Koning Co. te Texel, tegen f 12.24 de 100 kilogram.
In de Staats-Courant van heden leest men
Naar aanleiding vau Z. M. besluit van den 24 dezer,
wordt Zr. Ms. schroefstooraschip der 4e klasse de Bommel,
liggende te Hellevoetsluis, met den lln Julij a. s. in dienst
gesteld, met bestemming naar West-Indië, ter aflossing van
het in de kolonie Suriname gestationeerde schroefstoomschip
der 4e klasse Schouwenen het bevel daarover opgedragen aan
den luitenant ter zee le klasse Jhr. A. C. van Haeften.
Voorts worden op dien bodem de navolgende officieren
geplaatst de luitenants ter zee 2e klasse R. F. du Cloux,
H. G. Hildebrandt, E. G. van Emden, de officier van ge
zondheid 2e klasse G. L. Aalbertsberg en de officier van
administratie 3e klasse W. F. Margadant.
De adjunct-administrateurs M. C. Hazenberg en J. A.
Torré, en den scheepsklerk W. A. le Rutte, laatst behoord
hebbende tot het escader in Oost-ludië, en de eerste den I4n
en de beide laatsten den 17u van daar in Nederland terug
gekeerd, worden met die tijdstippen op non-activiteit gesteld.
Bij de Maatschappij tot bevordering der Bouwkunst
is de heer G. Scholten benoemd tot correspondent voor den
Helder.
Bij de hervormde gemeente te Huisduinen is tot leeraar
beroepen de heer Alexander Johan Berman, predikant te
Watergang.
De minister van finantien verwittigt aan de belang
hebbenden, dat er voortaan elke week gelegenheid zal be
staan tot verzending van brieven enz. tusschen Nederland
en Nederlandsch Indie, door middel van de gesloten brieven
malen die, over Marseille en Suez, met de Britsche en Fransche
pakketbooten worden uitgewisseld.
Het vertrek der voormelde pakketbooten is thans in dier
voege geregeld, dat de correspondentie voor Nederlandsch
Indie, bij verzending uit Rotterdam des Vrijdags ten 8.25
's morgens, tijdig in Marseille kan aankomen, om met de
eerstvertrekkende boot verder te worden verzonden. Te
Helder zullen de brieven, enz. dus voor Donderdag avond
ter post moeten worden bezorgd.
Uit een particulier schrijven van de legerplaats te Mil-
lingen, dato 26 Juni), nemen wij het volgende over:
*/De tijd ontbrak mij steeds om u eenige bijzonderheden
aangaande het kamp mede te deelen dezen dag evenwel, ben
ik, door het ongunstig weder waardoor de dienst geen plaats
kan hebben, in de gelegenheid u het een en ander te
melden. De sterkte van de kamperende troepen bedraagt on
geveer 1100 man, de officieren, 20 in getal, daaronder be
grepen. Gepasseerden Zondag heeft Z. M. de Koning de
troepen geïnspecteerddaarna werd er op verschillende af
standen naar de schijf geschoten, hetgeen Z. M. met belang
stelling bijwoonde. Z. M., gekleed in de uniform van ko
lonel der grenadiers, was vergezeld van Z. K. H. Prins
Alexander, gekleed in de uniform der Veluwsche scherpschut
ters, en verder van eenige van Zr. Ms. adjudanten en ordon-
nance-officieren.
Gepasseerden Vrijdag was de dag waarop prijs geschoten
werd door officieren, onder-officieren, korporaals en manschap
pen, naar een 60tal prijzen, allen door Z. M. uitgeloofd.
De eerste prijs voor officieren, bestaande in een prachtig
gouden horologie met dito ketting, werd behaald door den
majoor directeur der normaal-schietschoolBunnik, met
52 punten de tweede prijs, een dito horologie met ketting,
door den ln luit. der mariniers jhr. Clifl'ord Cocq v. Breugel,
met 50 punten; verder werden nog een vijftal zeer fraaije
prijzen behaald door vijf andere officiereu. De eerste prijs
der onder-officiereu bestond in een gouden horologie met
ketting, terwijl een 5tal horologiën (zilveren) tot de prijzen
voor korporaals behoorden. De eerste prijs voor soldaten
was een zilveren horologie met ketting en verder een groot
aantal andere prijzen.
Z. M. met Prins Alexander en gevolg, woonde dit con
cours bij en reikte na afloop de prijzen uit. Daarna verliet
Z. M. onder het gejuich van //Leve de Koning" en het
Wie Neérlandsch bloed," door de troepen aangeheven, het
kamp; na eerst nog den majoor Bunnik tot kommandeuren
den kapitein vau Otterloo tot ridder van de Eikenkroon be
noemd te hebben.
Z. M. gaf zijne tevredenheid over de houding, enz. der
troepen te kennen. Heden Zondag zou er groote parade
gehouden worden en daarna zou er een assaut plaats hebben,
waarbij Z. M. waarschijnlijk tegenwoordig zou zijn, dat echter
niet plaats kon hebben door het ongunstige weder.
De gezondheid der troepen laat niets te wenschen over.11
Volgens *la France" zou door Spanje Engeland en
Nederland besloten zijn eene expeditie in de Australische
wateren te ondernemen, tot uitroeijing der zeeroverij. Een
Spaansch escader zou reeds belast zijn met een opnemingstogt
in de zeeën van Yolo en de wateren van de Philippijnen.
Van Zwolle schrijft men dat eerstdaags weder onder
scheidene jongelieden van daar naar Rome vertrekken, om
dienst bij het pauselijk souaven leger te nemen.
Men schrijft uit Naaldwijk
In het naburige Kwintsheul onder de gemeente Monster
zijn in den nacht van 22 op 23 dezer, in eene weide, vijf
koeijen, toebehoorende aan den bouwman J. B. Reineke, op
eene vreeselijke wijze verminkt en mishandeld, door namelijk
den beesten de spenen af te snijden en onderscheiden messteken
toe tebrengen, tengevolge waarvan, toen men 's morgens in de
weide kwam om de koeijen te melken, er geheele plassen
bloed op het land lagen en sommige dier beesten in levens
gevaar verkeerden.
Tot nog toe heeft men de dader of de daders niet kunnen
opsporen; er is f50.^uitgeloofd aan hem, die den schuldige
weet aan te wijzen.
De groote gebeurtenis van den dag is het verzoekschrift
der prinsen van Orleans, waarbij zij verlof vragen om in
Frankrijk te mogen terugkeeren. Het is aan de volksver
tegenwoordigers gerigt. Het zal nu te bezien staan, of het
keizerrijk, nog onlangs goedgekeurd door 7,300,000 stemmen,,
zich sterk genoeg gevoelt, om de tegenwoordigheid der zonen
en kleinzonen van Lodewijk Filips te kunnen verdragen. De
hertog van Nemours heeft het stuk niet onderteekend. Men
zegt, dat hij dit niet gedaan heeft, omdat hfi geen tijd had
zijne beide zonen te raadplegen, zonder wier instemming hij
niet wilde handelen. Het verzoekschrift luidt aldus: »Mijne
heeren afgevaaardigden. Gij houdt u bezig met het voorstel
om de uitzonderingsmaatregelen, waardoor wij getroffen wor
den, op te heffen. Bij dit voorstel mogen wij niet zwijgen.
Van 1848 af aan, onder de republiek, hebben wij geprotes
teerd tegen de wet, die ons verbant, een wet van wantrouwen,
toen door niets geregtvaardigd. Niets heeft haar later ge-
regtvaardigd en wij komen ons protest hernieuwen voor de
vertegenwoordigers des lands. Wat wij vragen, is geene genade,
maar ons regt, het regt, dat ieder Franschman toekomt en
waar wij alleen van beroofd zijn. Het is ons vaderland, dat wij
terug verlangen, het land, dat wij lief hebben, dat ons huis
altijd getrouw gediend heeft; het land, waarvan geene enkele
traditie ons scheidt en welks naam alleen voldoende is om ons
hart sneller te doen kloppen want voor bannelingen vergoedt
niets het missende vaderland. Louis Philippe d'Orléans, graaf
van Parijs. Fran^ois d'Orléans, prins van Joïnville; Henri
d'Orleans, hertog van Aumale; Robert d'Orleans, hertog van
Chartres. Twickenham, 18 Junij 1870."
In een ministerraad te St.-Cloud is besloten, dat de mi
nisters zich tegen den terugkeer dier vorsten zullen verzetten,
en op dringend verlangen des keizers, zal het verzoek dier
mannen niet in deze zitting worden behandeld.
Het proces tegen mrs. Waters, de liefelijke opvoedster
van zuigelingen te Brixton, neemt een grooten omvang. Volgens
hare bekentenis heeft zij in 4 jaren tijd niet minder dan 40
kinderen geadopteerdslechts 10 half stervende zuigelingen
werden bij de huiszoeking ten haren huize gevonden en het
lot der 30 overigen laat zich dus raden.
Het systeem van vrouw waters schijnt te zijn geweest, dat
de kinderen niet werden gereinigd, en gevoed uit eene flesch
die een smerig en voor de gezondheid nadeelig vocht inhield.
Zoo constateerde de coroner ook, dat één der kinderen, bij
de huiszoeking gevonden, blijkbaar onder den invloed was van
een bedwelmend middelhet ligchaam was bewegingloos en
de oogen verdraaid. Op het lijkveld van Surrey waarvan
wij reeds vroeger gewaagden, is o. a. een kinderlijkje gevonden,
gewikkeld in een pak met het opschrift»Aan vrouw Waters."
De politie heeft eene der moeders opgespoord, die zich
heeft laten bewegen om bekentenissen te doenten gevolge
daarvan heeft eene nieuwe huiszoeking plaats gehad, waarbij
een nieuw paket brieven en circa 150 fotografische portretten
zijn gevonden.
Naar men zegt, zijn de brieven compromitterende voor
aanzienlijke familiön; onder de portretten zijn er twee van
geestelijken.
Vrouw Waters blijft alle schuld ontkennen, en volhouden
dat zij eene liefderijke, teerhartige verzorgster was. Wat de
30 vermiste kinderen betreft, zij weet niet waar die zijn ge
bleven noch ook wie de ouders waren.
Omtrent de petitien ten behoeve van Montpensier bij
de Spaansche Cortes ingekomen, beweert men nu, dat zij
onderteekend zijn door zeer vele personen, die öf niet bestaan
