HELDERSCHE COURANT.
OTieutüs» en
Zaturdag
<flÜoerteiitie--öfaÖ.
16 Julij.
Tiende Jaargang.
©fideel gebeeïte.
jgiet-ojfiticel geücclte.
NIEUWSTIJDINGEN.
M 955.
1870.
Verschijnt DINGSDAG- en VRIJDAG-AVOND.
Abonnementsprijs voor 3 maanden 1.00
Franco per post n 1.25
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post-
.direetouren. Brieven franco.
De prijs der Adveiitentien van 14 regels is 60
Centen; voor eiken regel meer 15 Centen.
Vóór des Dingsdag en Vrijdags middags 12 uur gelieve
men de Advertentiën intczenden.
Ingezonden stukken minstens één dag vroeger.
Uitgever S. GILTJES.
POLITIE.
Gevonden op de openbare straat alhier een BEURSJE,
zoogenaamd Knipje.
Helder, 15 Julij 1870. De Commissaris van Politie
A. C. BOONZAJER.
POLITIEK OVEKZIOT VIS DES DSG.
De politieke toestand is op dit oogenblik aldus; Frankrijk
weigert genoegen te nemen met het intrekken van de candi-
.datuur door Prins Leopold von Hohenzollern. Het eischt,
dat de koning van Pruisen de candidatuur zal afkeuren en
herroepen, niet als hoofd van het huis Hohenzollern, maar als
Pruisisch Souverein.
Koning Wilhelm weigert echter aan dien eisch toe te geven.
De toestand blijft nog altijd zorgwekkend zelfs beweert men,
dat Frankrijk eene andere quaestïe zal opwerpen, indien ko
ning Wilhelm eindigde met toe te geven aan de laatste vordering.
Nadat het berigt van het terugtreden van den prins von
Hohenzollern aan de Fransche regering officieel medegedeeld
was, heeft de Fransche gezant te Ems, de heer Benedetti,
den koning van Pruisen verzocht hem te magtigen om thans
naar Parijs te telegraferen, dat de koning zich verbond voor
de toekomst, om nooit weder zijne toestemming te veideenen
als iemand uit de familie Hohenzollern weder op de candi
datuur voor den Spaanschen troon terug mogt komen.
De koning heeft echter geweigerd den Franschen gezant
op nieuw te ontvangen, en hem door zijn adjudant van dienst
laten weten, dat Z. M. niets meer aan den gezant had te
zeggen.
Dat de oorlogzuchtige stemming te Parijs bij zekere partij
nog weinig is verminderd, blijkt o. a. uit de interpellatie van
het lid der regterzyde van het Fransche wetgevend Ligchaam,
den heer Clement Duvernoïs, die sprak van voorwaarden, die
zouden moeten gesteld worden aan Pruisen, om verwikkelingen
in de toekomst te voorkomenmet andere woorden wil de
oorlogzuchtige partij in Frankrijk nog meer hebben dan de
eer van de zaak, zij wil Pruisen vernederen.
Wat temeer een jammerlijken indruk maakt, is dat de
kwestie wordt beslist tusschen de kabinetten en diplomaten
en zoowel in Frankrijk als in Pruisen de volksvertegenwoor
diging buiten de zaak wordt gehouden, en slechts wmededee-
lingen" worden gedaan, wanneer het «gewigtige" geld moet
worden toegestaan, of de rusie gedaan is.
Om de vraag van vrede of oorlog voor goed uit te maken,
zou men door het officieele voorhangsel moeten kunnen heen
zien, en beoordeelen wat de achtergrond zoowel van Frank-
rijks als van Pruisen's handelwijze is met de candidatuur
van den prins von Hohenzollern. Van Duitsche zijde wordt
voortdurend beweerd, dat de koning van Pruisen niets te
maken heeft met de candidatuur en zich als hoofd van het
vorstelijk huis von Hohenzollern zich bepalen kan tot aan-
of afraden, maar geen regt heeft het aannemen van een troon
te verbieden.
Uit den inhoud van sommige Fransche bladen moet men op
maken dat het denkbeeld, om toch oorlog te voeren, niettegen
staande haar verlangen bevredigd was, bij de Fransche regering
de overhand heeft. Welligt is de keizer wijzer geweest dan
zijn ministers, en heeft hij hun in de op het ontvangen der
tijding gevolgde conferentie aan 't verstand gebragt, dat een
oorlog zonder voorwendsel zelfs in 1870 een onmogelijkheid is.
Op den feestmaaltijd van het gemeentebestuur van Londen
Woensdag avond in Trinity House gegeven, heeft de minister
Argyle verklaard, dat de minister van buitenlandsche zaken,
graaf Granville, afwezig was wegens zijne bemoeijingen om
den oorlog af te wenden, die onder de tegenwoordige om
standigheden geheel doelloos en ongeregtvaardigd zou zijn.
De «Times" spreekt het verlangen uit, dat Frankrijk en
Pruisenin overleg met de andere mogendheden langs
vriendschappelijken weg gezamenlijk de Spaausche dynastie-
quaestie zullen oplossen.
Men schrijft uit Rome 13 Julij. Het concilie heeft het
dogma van 's pausen onfeilbaarheid aangenomen. 450 leden
stemden voor, 88 tegen en 62 bragten hunne stem voor
waardelijk uit.
Helder, Nieuwediep, Willemsoord, enz. 15 Julij 1870.
Op 2 a 3 mijlen in zee, Kijkduin NW., ligt een
Noorsehe Bark, geladen met hout, bestemd naar hier, in een
ontredderden toestand, wegens aanzeiling, ten anker. De
stoomsleepboot Archimedes is ter adsistentie gezonden en
wordt heden namiddag terug verwacht.
De luitenant ter zee le klasse J. M. L. A. P. Wirix
wordt met den laatsten dezer eervol ontheven van de waar
neming der betrekking van onder-equipagemeester der marine
bij 's Rijk3 werf te Willemsoord, op non-activiteit gesteld
en met 1 September daaraanvolgende vervangen door den
luitenant ter zee le klasse T. C. Gobée.
De luitenants ter zee 2e klasse D. J. W. A. G. Coops,
E. D. Kits van Heijningen, J. H. Beucker Andreae en
Y. C. Dijkmeester worden met den 7 dezer op nou-activi
teit gesteld.
Het doet ons genoegen te kunnen berigten, dat de
jeugdige Anna de Blanck, zeer verdienstelijke solo-violiste
bij het concert-gezelschap van den heer Ebelsbacher, gisteren
avond eene vereerende, doch welverdiende onderscheiding is
te beurt gevalleu.
Op het casino, gisteren avond in Musis Sacrum gegeven
was dit gezelschap geëngageerd en onderscheidde zich in alle
opzigten weder zeer gunstig.
Het was bij deze gelegenheid dat eenige kunstvrienden
zich vereenigd hadden, om aan mejufvrouw de Blanck, als
hulde aan hare talenten, aan te bieden eene sierlijken gouden
halsketting met medaillon, waarbij was gevoegd een cali-
graphisch attest, vervaardigd door den heer P. H. Polak, dat
uitmunt door netheid en goeden smaak.
Allen die in de gelegenheid zijn geweest de onbegrijpelijke
vlugheid te bewonderen, waarmede deze jeugdige violiste haar
instrument weet te hanteren, zullen zich ongetwijfeld ver
heugen in deze égards haar bewezen.
De provinciale inspecteur van 't lager onderwijs in
Noordholland, daartoe gemagtigd door den minister van
binnenlandsche zaken, noodigt uit jongelieden van den leeftijd
van 1416 jaren, buiten de gemeente Helder woonachtig,
die lust en aanleg hebben voor de betrekking van onderwijzer,
en verlangen mede te dingen bij het te houden vergelijkend
examen tot het bekomen van eene der drie vrijgevallen rijks
toelagen van f 250. bij de normaallessen te Helder, om zich
tot dat einde schriftelijk, vrachtvrij aan te melden bij den
provincialen inspecteur voornoemd, voor den 20 Julij e. k.,
met overlegging vau geboortebewijs en van een of meer ge
tuigschriften van goed zedelijk gedrag.
De dag van het vergelijkend examen zal aan de belang
hebbenden worden bekend gemaakt.
Z. M. heeft benoemd bij het korps, gevormd uit de
scherpschutters-vereeniging te Alkmaar: tot kapitein-kom-
mandant P. II. Yreede tot 2e luitenant J. J. Molenaar.
Z. M. de Koning heeft een prijs van f 600 uitgeloofd
voor den wedstrijd met zeil-vaartuigen, welke tegen den 30
dezer op het Y door de Koninklijke Nederlandsche Zeil- en
Roeivereeniging is uitgeschreven.