ELDERSC
COURANT.
3lteutos= en
Woensdag
10 Augustus.
Aau de kiezers.
M 960.
Tiende Jaargang.
1870.
(©fficiëcï ge&ccïte.
BEKENDMAKING.
BEKENDMAKING.
IMet-offiriccl rjcbetïte.
Verschijnt DINGSDA6- en VRIJDAG-AVOND.
Abonnementsprijs voor 3 maanden 1.00
Franco per post n1-25
Men abonneert zich bij alle Boekhaudelaren en Post
directeuren. Brieven franco.
De prijs der Aovektem-ikn van 1—4 regels is 60
Centen; voor eiken regel meer 15 Centen.
Vóór des Dingsdag en Vrijdngs middags 12 uur gelieve
men de A'd verton tien inlezende».
Ingezonden stukken minstens één dag vroeger.
Uitsrever S. GILT J ES.
De BURGEMEESTER der gemeente HELDER maakt
aan de belanghebbenden bekend, dat de VOL JAARSPATENT-
BLADEN, over de dienst 1870-71, aan de Secretarie der
gemeente te bekomen zijn van WOENSDAG- den 10 AU
GUSTUS tot DONDERDAG den 18 AUGUSTUS 1870,
van des morgens 9 tot 1 ure en des namiddags van 4 tot
6. ureden invallenden Zondag uitgezonderd.
Helder, den De Burgemeester voornoemd,
8 Augustus 1870. STAKMAN BOSSE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
HELDER, brengen ter openbaren kennis, dat op gisteren door
ben voorloopig vastgesteld en gedurende de eerstvolgende
veertien werkdagen, op de gewone kantooruren, voor eenieder
ter secretarie ter lezing is nedergelegd, het eerste Suppletoir
kohier van den Hoofdelijken omslag over het dienstjaar 1870.
Helderden 9den Augustus 1870.
STAKMAN BOSSE, Burgemeester.
L. VERHEY, Secretaris.
Wij zijn, naar wij meenen, in zeker opzigt den heer van
Bosse dank verschuldigd, wegens het indienen eener wet ter
invoering der iucome-tax. Niet, omdat wij met dat ontwerp
ingenomen zijn (wij zijn echter niet voornemens dat onder
werp heden te behandelen); maar omdat hij ons, kiezers van
het district Alkmaar, eene onbetaalbare les heeft gegeven.
Het is niet zeldzaam, dat eene gewigtige zaak zóó geheel
de gemoederen vervult, zóó aller harten inneemt, dat er voor
andere, welligt even gewigtige, zoo niet nog gewigtiger zaken,
geene ruimte meer overig blijft; en dat is hoogst gevaarlijk.
Hij, die daarvan partij weet te trekken, heeft veel kans te
slagen in plannen, die anders allerwaarschijnlijkst in duigen
zouden gevallen zijn. Het zou ons volstekt niet verwonderen,
dat die ervaring den heer van Bosse bij het indienen der ge
noemde wet voor den geest heeft gezweefd, en in dat geval
verheugt het ons, dat de leden der Tweede Kamer getoond
hebben, zich niet zoo geheel door één denkbeeld te laten be-
heerschen, dat zij de andere belangen des lands daardoor
voorbijzagen. Zij hebben daardoor velen, en ook ons, een
uitmuntend voorbeeld gegeven.
De heer W. J. Knooponze afgevaardigde ter Tweede Ka
mer, heeft een militair kommando aanvaard en daardoor op
gehouden lid der Kamer te zijn. In die vacature zal dus
moeten voorzien worden.
Dat de conservatieve kiesvereeniging te Alkmaar thans
wederom den heer van Foreest als kandidaat heeft gesteld,
is zeer natuurlijk. Dat die partij zich ook vleit thans te zullen
slagen, kunnen wij wel begrijpen, ofschoon wij ons overtuigd
houden, dat zij in hunne verwachting zullen worden teleur
gesteld.
De centrale kiesvereeniging heeft te Schagen met algemeene
stemmen, op één na, den heer Knoop op nieuw tot kandidaat
gekozen. Wij hebbeD in ons vorig No. reeds medegedeeld, op
welke gronden de kiezers geheel in hun regt zijn den heer
Knoop op nieuw te benoemen, en deze evenzeer geregtigd is
de benoeming aan te nemen.
Zoo staan dus op nieuw even als het vorig jaar dezelfde
verdienstelijke kandidaten tegenover elkander. Wat staat ons
nu te wachten Zullen de bedenkelijke tijdsomstandigheden
de denkbeelden der kiezers zóózeer beheerschen, dat zij voor
de verkiezingzaak onverschillig zijn
Wij zouden niet schromen, dat met den naam van pligt-
verzuim te bestempelen. Immers de zaak der gemengde school
al moge zc thans niet besproken worden, hare tegenstanders rus
ten niet. Er is niets veranderd. Zoodra de gelegenheid zich aan
biedt, zoodra de oorlog, die naar menschelijke berekening niet
van langen duur zal zijn, geëindigd is, zullen zij zich op nieuw
wapenen en haar even fel bestrijden als te voren. En zou
het dan niet pligtverzuim mogen worden genoemd hunne
gelederen te versterken met een man als den heer v. Foreest
wiens gevoelens ons allen genoegzaam bekend zijn
Of zou de heer v.F. van overtuiging veranderd zijn
Maar dat kan immers van iemand van een zoo degelijk
karakter niet verwacht worden, en ware dat het geval, dan
zou hij toch bij beide partijen alle vertrouwen verliezen.
Het komt ons dus voor tot de alleronwaarschijnlijkste
onwaarschijnlijkheden te behooren, dat een liberaal, die een
maal zijne stem heeft uitgebragt op den heer Knoopdie thans
zou schenken aan den heer v. Foreest de afstand is al te groot.
Maar in dat geval blijft er niets anders over dan den heer
Knoop te stemmen. Wij willen gaarne den heer v. Foreest
regt laten wedervaren; wij houden ons overtuigd, dat elk
ander candidaat dan de heer Knoop geen genoegzaam getal
stemmen op zich zou vereenigen, om, althans bij eene eerste
stemming, eene voldoende meerderheid te verkrijgen, en bij
versnippering der stemmen, bestaat alle vooruitzigt dat de
heer van Foreest benoemd zal worden.
Waarom zouden wij ook een oogenblik weifelen onze stem
men op den heer Knoop uit te brengen Van hem althans
valt niet te verwachten, dat zijne overtuiging zou veranderd
zijn. Bovendien is niet te denken, dat zijne afwezigheid uit
de Kamer van langen duur zal zijn, en dus aan dat ligchaam
veel nadeel zou toebrengen. Overwegen wij daarbij, van
welk groot belang zulk een man, na het eindigen van den
oorlog, als specialiteit in de Kamer kan zijn. Hij, die thans
op nieuw zulke rijke ervaringen opdoet ten opzigte van de
verdediging ouzes lands, die reeds vroeger door zijne geschrif
ten heeft getoond zulk een helderen blik te bezittenzoo ooit
iemand, dan is hij onmisbaar in onze Tweede Kamer. Wij
wijzen eindelijk op de te wachten wet op de schutterij en
zooveel andere zaken, die voorziening en verbetering behoe
ven, doch die wij thans liever niet aanroeren, en wij meenen
niet noodig te hebben verder daarover uit te weiden.
Wij weten wel, dat de conservatieven allerlei argumenten
zullen aanvoeren, om die candidatuur omver te werpen. Zeker
dagblad heeft reeds nu getracht het ongerijmde daarvan aan
te toonen, door het aannemen der candidatuur niet nobel, niet
loijaal te noemen. Men zal het beschouwen als in stryd met
de wet, en wie weet wat niet al meer. Maar in dat opzigt
kennen wij de conservatieven, en wij weten, dat zij vooral
in zake van verkiezingen gewoon zijn met twee maten te
meten. Wij herinneren u slechts aan de verschillende prak
tijken, die het vorig jaar in ons distriet en elders werden
aangewend, om hunne candidaten te doen stemmen, hetwelk
wij toen hebben betreurd, ook voor den heer van F. zeiven,
die met dergelijke aanbevelingen, naar ons oordeel, weinig
konde gediend zijn. Wat dus de conservatieven mogen in
brengen, mag ons niet weerhouden op den heer Knoop onze
stem uit te brengen.
De wet veroorlooft het ten volle; zijne tijdelijke afwezig
heid uit de Tweede Kamer kan thans weinig nadeel doen,
doch na het eindigen van den huidigen toestand kan zijn lid
maatschap niet te hoog gewaardeerd worden, zoowel met het
oog op den militairen toestand van ons vaderland als op het
handhaven der ons dierbare gemengde school, waarover wij
hem bij zijne benoeming het vorig jaar met het meeste ge
noegen zijne overtuiging hebben hooren uitspreken. De oorlog
tusschen twee met ons bevriende mogendheden berokkent reeds
nu ons land veel nadeel, en wij weten niet wat ons nog boven
het hoofd kan haDgen. Het is dan dubbel plïgt behoedzaam