aangelegenheden te inspecteren, en lieeft zijn intrek genomen bij den commissaris des konings. Z. M. zal heden middag dineren bij Z. K. H. prins Hendrik te Soestdijk, waarheen Z. M. ten 3 ure zal vertrekken. Men schrijft uit Vlissingen 27 Aug. Heden zijn van hier de beide Amerikaansche oorlogschepen vertrokken. Het stoomfregat Franklin met bestemming naar een Engelsche haven om aldaar te dokken en de Guinieila vermoedelijk naar Ilelgoland. Breda27 Aug. De kolonel Engelvaart, gouverneur der Koninkl. Milit. Academie, thans kommandaut der ves ting Helder, benevens de tot de Academie behoorende offi cieren die bij de verschillende wapens en diensten des legers zijn ingedeeldhebben order bekomen den 15den der vol gende maand weder naar Breda terug te keeren, daar de cursus der Academie weder zal aanvangen. De thans bij de corpsen gedetacheerde kadetten zullen den 17den der volgende maand weder in de Academie te Breda terugkeeren. De nieuw benoemde kadets worden den 19den September a. s. hij de Academie, in dienst gesteld. Zaturdag middag, per trein van 3.25, zijn van "Utrecht naar Dusseldorp vertrokken een 4tal dames, tot verpleging van zieken en gekwetsten. Zij gaan voor het Utrechtsche •comité van het Boode Kruis. Het zijn de diaconessen mejufvrouw Van Veen en me jufvrouw Eiviez de Malines, en de vrijwillige verpleegsters mejufvrouw Carsten en Schröder van der Kolk, die tot het verplegen van zieken en gekwetsten van wege het Utrecht sche comité zijn bekwaamd. Ll. Woensdag is te Londen plotseling overleden, dr. C. Schwartz, predikant aldaar, vroeger predikant bij de Schot- sche gemeente te Amsterdam. Men schrijft van de Kust van Guinea uit A'kkra, dd. 30 Junij aau de Arnhemsche Courant De Lagos ligt op de reede, en daar ik, sedert een geruimen tijd, niets van mij liet hooren, wil ik deze gelegenheid niet ongebruikt voorbij laten gaan. Wij zijn hier in vollen oorlog en de handel staat geheel stil. De Engelsche gouverneur Usher is met een kleine stoomboot de Volta opgevaren en heeft den vijand veel afbreuk gedaan de berigten zeggen dat er 600 vijanden gesneuveld zijn daar zal echter wel iets op zijn af te dingen. De bevolking is naar het tooneel van den oorlóg vertrokken, zoodat hier letterlijk niets omgaat. Onlangs is hier een brief ontvangen van de gevangen zen delingen, geadresseerd aan den gouverneur te Elmina. Ze zijn allen nog in leven en bevinden zich te Koomassie. Wat de brief bevat is mij onbekendwel weet ik, dat die naar Elmina is gezonden. Een voormalig gezagvoerder van een der Hollandsche schepen, is, met achterlating van een belangrijk deficit, met de noor derzon afgereisd; een paar handelaars, die voor 400 pond sterling, wegens verschuldigde regten, voor hem borg bleven, lijden daardoor een belangrijk verlies. Tot geruststelling van uw nationaal gevoel voeg ik hierbij, dat de man een Deen van afkomst is en vele jaren in Amerika heeft doorgebragt, waar hij waarschijnlijk dat kunstje heeft afgezien. Gisteren ontmoette ik hier een persoon, die van Elmina kwam. Alles was daar rustig. Men heeft Apolonia, wegens gebrek aan levensmiddelen en drinkwater, tijdelijk moeten verlaten. In dit jaargetijde kan er van de zee, wegens de hevige branding, niets worden aan den wal gebragt. De ont troonde koning van dat land, Afi'oo, schijnt een aanval tegen Axim iö den zin te hebbenalthans de gouverneur heeft het stoomschip het Loo daarheen gezonden. Ik hecht er niet ■veel geloof aan, want de quaestie tusschen de beide koningen van Apolonia is heheel locaal en tusschen inlanders. De bevolking van Commendah is wijd en zijd verstrooid en zal zich niet spoedig meer kunnen vereenigen. De haar toegediende les heeft een goed effect gehad. Er wordt verteld, dat de Hollandsche gouverneur den vrede aan de Eantijnen heeft aangeboden, maar zij willen er niets van weten. Ik houd het er voor, dat de Engelschen •de Eantijnen afraden om den vrede te sluiten, ten einde de Hollanders te bemoeijelijken. Hier is dat gevoelen algemeen, zou men in Holland daarmede bekend zijn Te Neurenburg zal eene vergadering worden gehouden van liberale katholieke theologen, behoorende tot de univer siteiten te Bonn, Breslau, Munchen en Praag, om te beraad slagen over hunne houding ten opzigte der concilie-besluiten, meer bepaaldelijk van het dogma der pauselijke onfeilbaarheid» Naar men zegt, zal te Eulda binnen kort weder eene vergadering van Duitsche bisschoppen worden gehouden. De Oostenrijksche bisschoppen zouden vermoedelijk aan die bijeenkomst geen •deelnemen. De regtbank van koophandel te Brussel beeft in staat van faillissement verklaard: 1. André Langrand Dumonceau 2. Alph. Nothomb, die pas gedecoreerd is 3. Ad. Deschamps 4. graaf Adelin de Liedekerke-Beaufort en 5. graat d'Aane Steenhnyze, allen administrateuren van de maatschappij van 't Credit foncier international. De nalatenschap van wijlen den heer Mercier is solidair verantwoordelijk gesteld voor de schulden der maatschappij. Niet ver van zekere kerk te Parijs, kon men iederen dag een bedelaar zien staan, met een hond aan een touw, aan wiens hals een bordje bevestigd was met de woorden "Ik ben blind." Eene dame die dagelijks de nabij zijn de ik dik bezocht en dien man dan altijd iets gaf, verzuimde dit eens en werd onmiddelijk door den kerel nageloopen en aange sproken met de woorden»Ik hoop dat mevrouw mij van daag niet vergeten zal." De dame keek vreemd op en zeide "Ik dacht dat ge blind waart?" «O neen mevrouw," hernam hij gevat, »mijn hond is blind en ik ben zijn leidsman Militaire briefstijl. De veroveraar van bet eerste Fransche kanon, de sergeant Meijer, heeft naar zijn familie in Hamburg den volgenden karakteristieken brief gezonden: »>Wörth, in Frankrijk, 7 Aug. 1870. De Franscben tweemaal geklopt, den 4n bij Weissembourg en gisteren hier. Verschrikkelijk bloedbad gisteren. De slag duurde van 's morgens vier uur tot 's avonds zes uur. Volkomen overwinning der Duit- schers. Ik bad het geluk den 4n met een kleine afdeeling het eerste Fransche kanon te veroveren. Dit deed mij zeer veel genoegen, even als aan de jagers die bij mij waren, en ik heb er al meer hulde, dan ik verdiende, voor ontvangen. Ik ben Goddank nog gezond. Wanneer we elkander te rugzien, dan over al de vermoeijenissen, honger en dorst op mijn gemak nader bij u te Hamburg. Dit papier is uit den ransel van een Franschman afkomstig. Chr. Meijer, sergeant. OORLOGSBERICHTEN. Volgens berigten van den kroonprins van Pruisen zou hij Zondag reeds voor Parijs zijnvolgens de laatste berigten is het zeer twijfelachtig of dit wel zoo spoedig is geschied. Zeker is het, wanneer hij daar verschijnt, het aan het hoofd is van een magtig leger, daar de legers van prins Frederik Karei en den generaal Steinmetz, die den generaal Bazaine met zijn leger in Metz hielden ingesloten, die taak hebben overgedragen aan den generaal Vogel von Falkenstein met een sterke le- germagt, uit de noordelijke provinciën aangevoerd. Ook zou er nog een legerafdeeling gevormd worden onder den kroonprins van Saksen, mede bestemd om in de rigting van Parijs te opereren. De beide legers van prins Frederik Karei en den generaal Steinmetz zouden, thans vereenigd onder bevel van eerst genoemde, de route nemen in noordelijke rigting; waarschijnlijk om aldaar eerst eene ontmoeting te zoeken met den maar schalk Mac Mahon, indien deze niet van zijn oorspronkelijk plan, nl. om generaal Bazaine te ontzetten, terugkomt. Het navolgend berigt doet veronderstellen dat die ont moeting reeds heeft plaats gehad. Volgens een depêche uit Arlon, van den 28n dezer, wordt er sedert dien morgen gevochten te Dun, Stenay en Mouzon (in den omtrek van Montmédy op de grenzen van de departe menten der Maas en der Ardennen. De "Etoile Beige" zegt, dat 400 Pruisen Zaturdag avond jl. te Longuion op 10 mijlen van de Belgische grens gezien zijn. De Belgische troepen hebben bevel gekregen zich langs de grenzen te posteren. De omliggende dorpen hebben berigt van aanstaande inkwartiering gekregen. Te Stenay wordt gevochten. De Indépmdance Beige, meldt dat 60,000 soldaten en 300,000 man van de mobiele nationale garde onder de wa penen zijn om de stad Parijs te verdedigen. De minister de Palikao heeft verklaard dat Frankrijk op dit oogenblik gezamenlijk 1,094,000 man onder de wapenen heeft. Te Brussel zijn een groot aantal familiën uit Parijs aan gekomen. Parijs 28 Aug. In het Wetgevend Ligchaam beeft de Minister van Oorlog, graaf Palikao, medegedeeld dat lü,000 Pruisen gister Verdun hebben aangevallen. Zij werden met verlies door de nationale garde teruggeslagen. De heer Arago heeft inlichtingen gevraagd omtrent den toe stand van de Pruisische legers Graaf Palikao weigerde, hierop te antwoorden. Parijs 27 Aug. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft onder reservede volgende «mededeelingen van het oorlogstooneel" aan de dagbladen gedaan. »Er zijn vijandelijke cavallerie-troepen gezien te Arcis- sur-Aube ('aan den grootten weg van Troyes naar Reims,)' »Een detachement uhlanen heeft een aanval gedaan op het spoorweg-station van Epernay, terwijl inmiddels andere man schappen binnen, de stad drongen. Zij werden teruggeslagen, door de nationale gardedie 17 der indringers doodde. »Eene sterke kolonneuit cavallerie- en artillerie-troepen zamengesteldis gister te Chalons binnengekomen. »Men verzekert dat de bezetting van Straatsburg een nieuwe uitval met succes heeft gedaanwaarbij zij zich meester maakte van een convooi vee en ammunitie. »De bezetting biedt zeer krachtigen weêrstand. "De bevolkingdie zich tot nationale garden heeft geor ganiseerd is vol geestdrift en heeft de bezetting in baar uitval ter zijde gestaan." Omtrent het commïté-generaal der Fransche Kamer van Zaturdag verneemt men, dat graaf Palikao verklaard heeft van de armee slechts weinig te weten en dat weinige niet mogt zeggen. Van de Duitsche armee deelde hij de interes sante bijzonderheid mede, dat Duitsche troepen zich op vele plaatsen vertoonen, om te doen gelooven dat zij grooter uit gestrektheid bezet hielden, dan werkelijk bet geval was. Maar waar de Duitsche armee eigenlijk was mogt hij ook niet' zeggen. Vervolgens heeft Estancelin de regterzijde de les gelezen en haar zondenregister ontvouwd, 150 afgevaardig-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1870 | | pagina 2