NIEUWST LIT) IN GEN.
monumenten oprigten voor de Staten-Generaal, om hunne hel
derziendheid, en voor die dappere Prinsen van Oranje, die
met zooveel geluk en wijsheid streden voor Nederland.
Een prachtig idéé! Toch is ons de bedoeling niet regt
duidelijk. Moet dan voor ieder Prins van Oranje, die dapper
gestreden heeft een monument worden opgerigt En ook
voor elk lid der Staten-Generaal? Of voor dezen en corps
slechts één monument? Moeten die monumenten allen dezelfde
zijn? Waar moeten zij geplaatst worden Of wordt er welligt
een plaats gekozen, waar zij binnen eene omheining allen
naast elkander staan (Wie weet, of er in onze gemeente
ook nog niet een verdwaalt?)
Doch verder. Moeten zij allen, na door eene fabriek te
zijn afgeleverd, op een bepaald tijdstip worden onthuld Zal
dat feest nationaal zijn? Hoe dan met hen, die de Staten
regering geenszins onbepaald huldigen? Of met hen, die met
enkele Prinsen van Oranje niet dweepen? Zullen al die mo
numenten niet zeer veel kosten En zullen zij door hunne
talrijkheid niet hunne waarde verliezen
Laat ons echter met vragen ophoudenal wilde de Noord-
Brabanter ze trachten te beantwoorden, wij gelooven dat wij
toch zouden moeten blijven zeggen, dat het voorstel een on
gerijmdheid is, en dat wij het, even als dat van Dr. Nuijens,
een soort van para-tonnerre moeten noemen.
Een kleine inconsequentie mogen wij toch niet onopgemerkt
laten. Men wil monumenten oprigten voor de Staten-Generaal
en de Prinsen van Oranje, terwijl het toch algemeen bekend
is, dat beiden maar al te dikwijls van een zeer verschillend
stelsel uitgingen. Wij weten wel, dat die monumenten elkander
niet bijten zullen; maar of het nederlandsche volk zich niet
belagchelijk zou maken, is een andere vraag.
Wij willen hiermede van de geheele zaak afstappen, en
komen tot de conclusie, dat, zoodra men de feestviering uit
het regte oogpunt bèsckouwd, de tegenwerpingen van de ul-
tramontaansche zijde allen grond missen. Maar wat wij
verder op nieuw bewezen zien, is de onaangename waarheid
dat het, zachtst uitgedrukt, hoogst moeijelijk is, tevens ultra-
montaan en Nederlander te zijn, zelfs al draagt men eene
decoratie van het Oranjehuis.
Wij blijven dus wenschen, dat op 1 April 1872 feest worde
gevierd in Nederland, is het niet met de ultramontaansche
Katholieken, dan in 's Hemels naam maar zonder hen. Het
is een geschikt oogenblik, om ons het aanbreken van Neder
lands verlossing te herinneren. Wie daaraan eenige waarde
hecht, kan deelnemen wie niet, hij blijve van verre staan
Helder, Nieuwediep, Willemsoord, enz. 29 December 1871.
Met het Nederlandsche brikschip Santa Rosakapt,
de Waard, zijn heden alhier aangebragt acht schipbreukelingen,
afkomstig van een Amerikaansche bark. Zeventien dagen
zouden bedoelde schipbreukelingen, zonder voedsel, in de
masten van het verongelukte schip hebben doorgebragt.
Volgens ontvangen telegram is het stoomschip Prins
van Oranjekapt. Braat, Zaturdag avond (23 dezer) van
Gibraltar naar hier vertrokken.
Zr. Ms. stoomtransportschip Javakommandant kapt.
luit. t/z G. H. Bakker, is den 23 dezer Dungeness gepasseerd.
De luit. t/z. 2e kl. C. R. A. van Osenbruggen, laatst
behoord hebbende tot het escader in Oost-Indië, en van daar
den 17n dezer in Nederland teruggekeerd, wordt met dien
datum op non-activiteit gesteld.
De luit. t/z. 2e kl. M. F. Reeringh, dienende op Zr. Ms.
8chroefstoomschip Kijkduinwordt met den laatsten dezer op
non-activiteit gesteld, en met den ln Januarij aanstaande
vervangen door den luit. t/z. 2e kl. H. Schotborgh, terwijl
met den 6n Januarij daaraanvolgende de luit. t/z. 2e kl. N. A.
de Vries geplaatst wordt aan boord van Zr. Ms. wachtschip
alhier.
Z. M. heeft goedgevonden den student voor de mili
taire geneeskundige dienst der zeemagt J. J. Hendriksz, met
ingang van den ln Januarij 1872, te benoemen tot officier
van gezondheid 2e klasse bij de zeemagt.
Zr. Ms. mouitor Wespin aanbouw op 's Rijks werf
te Amsterdam, is in den namiddag van den 28n dezer met
goed gevolg te water gelaten.
Z. M. heeft aan J. L. J. Wiersma, gezagvoerder van
het Nederlandsch galjootschip Jantinavan Schiermonnikoog,
als blijk van Zr. Ms. goedkeuring en tevredenheid, wegens
de op 8 October jl. in het Kattegat volbragte redding der
bemanning van het in nood verkeerend Nederlandsch brik
schip Martin Bensenvan Pekel-A, toegekend de zilveren
medaille, ingesteld bij besluit van 22'Sept. 1855, no. 64,
alsmede een loffelijk getuigschrift.
Z. M. heeft aan J. Huybrechtsen, matroos le kl., dienende
op Zr. Ms. schroefstoomschip Vice-Admiraal Koopmanals
blijk van Zr. Ms. goedkeuring en tevredenheid, wegens de
redding van een in gevaar van verdrinken verkeerend ligt-
matroos, op 15 Sept. 1871, toegekend de zilveren medaille,
ingesteld bij besluit van 22 Sept. 1855, uo. 64, alsmede
een loffelijk getuigschrift.
Volgens ingewonnen berigt, is het schip Sociëtatkapt.
Hartzog, van Huelvu met vruchten naar Hamburg vertrok
ken, en zal dus vermoedelijk in de laatste stormen op de
Haaks verbrijzeld zijn. (Zie ons no. van 23 Decemb.jl.).
Men schrijft ons van Texel, 28 Dec.
Eene ongemeene bedrijvigheid heerscht thans op ons eiland.
De voerlieden hebben 't druk met rijden en de arbeiders met
sjouwen eu bergen van vaten olie, enz.hier in de laatste
dagen aangespoeld.
De vereeniging werkverschaffing is sedert 1 Dec. hare taak
begonnen. De verschillende sub-commissiën op ons eiland
maken de taak oneiudig gemakkelijker eu eenvoudiger dan
ten vorigen jare. De belangrijke medewerking en onder
steuning, die deze zaak bij ons eu ook buitenaf ondervindt,
zetten haar kracht bij. Voor geld werken, wil iedere vlijtige,
liever dan bedeeld te worden en lijdelijk te zitten wachten.
Bedelaars ziet men bij ons niet.
Het departement Texel der Maatschappij tot Nut van 't
Algemeen doet pogingen tot de oprigting van een spaarbank.
De heer Bakels deed daartoe in de laatste vergadering een
voorstel. Tot leden der commissie zijn benoemd de heeren Bakels,
Loman en Vriesendorp, die een onderzoek zullen instellen
naar de beste wijze waarop die zaak dient tot stand gebragt.
Wij hopeu van harte, dat deze hoogst nuttige 2aak tot
stand komt.
Aan 't Oude Schild wordt heden avond eene tooneelvoor-
stelling gegeven.
In 't begin van Januarij zal aldaar weder eene volksvoor
lezing worden gehouden.
Ongetwijfeld zullen er weldra veel werkjes verschijnen
met betrekking tot het SOOjarig feest van 1 April 1572.
Wij gelooven daarom onze lezers geen ondienst te doen,
door te vermelden dat er weldra bij den heer Akkeringa te
Leeuwarden, zal verschijnen de eerste aflevering eener ge
schiedenis van de opkomst der Nederlanden en den roem-
vollen strijd voor regt en vrijheid. De bewerking daarvan
is toevertrouwd aan Anuie Foore (mejufvr. Frangoise Junius)
met medewerking van dr. I. B. Kan, rector te Nijmegen,
terwijl de in het werk op te nemen platen zoowel als de
premieplaat door den heer J. C. Leich Jz., teekenmeester
alhier, vervaardigd worden. Men kan dus met regt verwachten
dat vau deze uitgave iets werkelijk goeds zal worden, en wij
zien met verlangen de verschijning der eerste aflevering te
gemoet.
Zondag avond jl.tusschen kerktijd, heeft er in de
Grootekerksbuurt te Dordrecht, op het kantoor der firma
Jakob van Wageningen een inbraak plaats gehad. Door middel
van een valschen sleutel hebben de dieven de buitendeur
van den winkel opgemaakt en zich vervolgens op het kan
toor begeven, waar zij door middel van een beitel een der
lessenaars opengebroken en een som van f100 ontvreemd
hebbeu. Zij hebben zich bij dezen enkelen lessenaar bepaald.
Als de vermoedelijke daders zijn denzelfden avond of nacht
gearresteerd twee gebroeders v. d. N.waarvan de een
als losse sjouwer bij genoemde firma werkzaam en dus met
de localiteit bekend was, terwijl de ander op wacht stond.
De inbraak werd reeds te 8 ure Zondag avond ontdekt,
doordat de boekhouder der firma zich toevallig naar het
kantoor begaf en de deur van den winkel open vond.
Men schrijft aan de N. Rott, Ct. uit Maastricht van
24 December:
In den afgeloopen nacht had alhier ten huize van mevr,
S. een brutale diefstal plaats. De dieven hebben zich, door
een ijzeren hek over te klimmen eu het slot der huisdeur
te forceren, toegang verschaft. Het geheele onderhuis schijnt
door hen onderzocht te zijn. Het tafelzilver, benevens ver
scheiden andere voorwerpen, worden vermist. Uit een schrijf
tafel is een revolver en een kistje met 250 sigaren wegge
nomen, terwijl een pakje met actiën, ter waarde van f500.
is blijven liggen. Yan de brandkast is het bovendeksel af
gebroken maar men is niet verder er in kunnen door
dringen. Door een achterpoortje, waarvan het slot is be
schadigd, schijnen de dieven bet huis te hebben verlaten.
Door de inwoners, die in het bovenhuis sliepeu, is niets ge
durende den inbraak bemerkt.
Woensdag waren tweepersonen, moeder en zoon, nabij.
Utrecht, bezig vee naar die stad te drijven; onderweg kwam
het tot een twist, waarbij de moeder tot den zoon zeide
verz je maar. Aan de wittevrouwen-barrièrre sprong de
zoon werkelijk in het water en werd er eenige minuten later
levenloos uitgehaald.
Men meldt uit Beverwijk van 26 December
Naar men verneemt heeft het misbruik van sterken drank
in de naburige gemeente Yelseu weer een offer geëischt.
Een Engelschman, zekere F.duiker aan de Noordzee-Ka-
naalwerken, met eenige zijner landgenooten in eene herberg
vertoevende, schijnt zich daar zoodanig in het drinken te
buiten gegaan te zijn, dat hij denzelfden avond een lijk was.
Hij laat eene weduwe met drie kinderen na.
Aangaande den man, die onlangs in den kouden nacht
een slagtoffer der felle forst werd, en den volgenden morgei;
dood op het IJ werd gevonden, verneemt men nader dat bij,
met een bootje van den baggermolen was gekomen om vijÉ
mannen, die aan wal waren, af te halen. Die mannen zagen
hem tobben en worstelen om zich door het ijs een weg te.