BURGERLIJKE STAM DER GE,MATE TEXEL. A D V E II T E A T I E A. docli ondervonden daarvan verder geen onaangename gevolgen. Men gaf ben te verstaan, dat de Koning er zeer vertoornd over was, dat zij het waagden over de voorgestelde belasting te klagen, doch men troostte hen met de verzekering, dat Zijne Majesteit hun verzoek in overweging zou nemen. Zoo was Alva teleurgesteld, omdat de formeele goedkeuring op liet heffen van den tienden pemiing uitbleef, doch was tevens de hoop der provinciën ver dwenen, omdat de Koning die heffing niet bepaald wilde afkeuren. Oudertusschen was er een crisis in deze gewesten ontstaau. „Hadden wij nu geld," schreef de Prins van Oranje, „dan mogten wij met Gods hulp hopen iets te doen. Dit is een tijd, waarop er zelfs met kleine sommen meer ten uitvoer kan gebragt worden, dan bij vorige gelegenheden met ruime middeleu." Dc burgers weigerden openlijk de belasting te betalen. Om te voorkomen dat de tiende peuuing geheven zou worden bij verkoop, nam men zijn toevlugt tot het natuurlijke doch wanhopende middel, eu men verkocht in het geheel niets meerniet alleen de groothandelmaar ook de klein handel eu die welke onvermijdelijk is voor het gewone dagelijksclie leven, stonden geheel stil. Alle winkels waren gesloten. „De brouwers," zegt een tijdgenoot, „weigerden te brouwen, de bakkers tc bakken, do tappers to tappen." In elke stad vond men honderden, ja duizenden lieden, die hun middel van bestaan verloren hadden en van de opoubare liefdadigheid moesten leven. Het krijgsvolk, woedend omdat Alva reeds in geen maanden voor hun soldij gezorgd had, werd dagelijks onbeschaamder de burgers, krankzinnig door de ondergane beleedigingen en moediger dan ooit uit wanhoop, werden steeds hardnekkiger in hun tegenstand; terwijl de Hertog, te minder geneigd om toe te geven naarmate hij meer verzet vond, de ellende die hij veroor zaakt had, waarnam met een boosaardigen geest waarin reeds sedert lang Diets meuschelijks meer was. „De ziekte doorknaagt onze ingewanden," schreef Viglius „iedereen lijdt gebrek aan de gewone benoodigdheden des levens. Duizenden zijn tot de uiterste en meest hopelooze armoede vervallen. Mijn belangstelling in de welvaart van het land," vervolgde hij, „dringt mij om deze berigten naar Spanje te zenden. Ik voor mij vrees niets. Door ziekte en geesteskwellingen gefolterd, zou ik zonder spijt het leven vaarwel zeggen De hoofdstad (Brussel) zag er uit als een stad waar de pest had gewoed. Dc meest gewone, de meest noodzakelijke dingen waren niet te krijgen, 't Was onmogelijk om brood of vleesch of bier te koopen. De tyrnn, buiten zichzelf van woede zoo in zijn eigen hol getergd te worden, had heimelijk Meester Karei, don beul, bij zicli ontboden. Om een onverwacht eu heilzaam voorbeeld te geven, had hij besloten om achttien der grootste winkeliers uit dc stad onverwijld en zonder eenigen vorm vau proces in de deuren van hun eigen winkels te doen ophangen. Meester Karei kreeg bevel om nog dicuzellaen avond achttien sterke koorden gereed te maken cn achttien lad ders, elk twaalf voet laDg. Zoo wilde Alva, zonder eenigen omslag, de burgers van Brussel den volgenden morgen doen begrijpen, dat de gereg- tighcid hen voortaan in hun eigen huis zou weten te vinden. Ilij veronder stelde, dat het gezigt van achttien slagers, hangende voor de winkels die zij niet hadden verkozen te opeuen, den handel eer zou doen herleven dan alle mogelijke redeneeringen of proclamatiën. De beul maakte zijn koorden en galgen gereed .- Don Frederik van Toledo confereerde met President Viglius die men eenigzins tegen zijn wil te middernacht uit zijn bed gehaald had, om de bevelschriften van deze onver wachte executicn te teekencn, en Alva zat met grimmig ongeduld tewachtcu op het aanbreken vau den morgen waarop de vertoouing zou beginnen, toen een onverwachte gebeurtenis plotseling bet bloedige treurspel in duigen deed vallen. In dien nacht kwam het berigt dat den Briel ingenomen was. De Hertog, het gewigt van den toestand ten volle begrijpende, stelde nu de heimelijk beraamde strafoefening uit tot eeu guustiger tijdstip, om zoudor een oogenblik weifelens de gevolgen te voorkomen welke deze daad der re bellen zou kunnen hebben. De inneming vau den Briel door de Watergeuzen was de Deus ex machinadie onverwachts zoowel den verwarden toestand als het koord van den beul doorhakte. Meer dan eens is reeds gezinspeeld op deze gevreesde aanhangers der Vaderlandsche zaak, die bannelingen welke de zee tot toevlugtsoord gekozen hadden. Reeds door de natuur beroofd vau hun halve geboorteregt, en nu door tiranny uit hun enge landstreek verdreven, maakten deze Hollauders hun woonplaats van den Oceaan. Zijn grenslooze velden, reeds lang de ak kers die hun ecu rijken oogst opleverden, werden vruchtbaarder dan ooit, nu verdrukking een vreedzame visschei's- en handelsvolk tot een hoop zee schuimers vervormde. Door verbanning en armoede waren ongetwijfeld ook veleu tot misdaad vervallen. De partij der Patriotten was sedert lang terug gekomen van die eerbiedige houding, die de spotternijen der koningsgeziuden hadden uitgelokt. De Watergeuzen vroegen nu hun aalmoezen door de mon den van hun kanonnen. Ongelukkig vroegen zij die slechts al te dikwijls even goed van vriend als vau vijand. Elk geruïneerd koopman, elk verban nen edelman, elke waaghals, die er niet legen opzag zijn geschokt fortuin te herstellen door de handelswereld aan 2ich schatpligtig te maken, kon zonder veel moeite in de een of andere noordelijke haven een schip uitgerust krijgen, met kapersbrieven tegen de Regeering van den Landvoogd. Maar dit was dan ook slechts zelden een voorwendsel Alva te beoorlogen was het hoofddoel van al deze vrijbuiters, en de Prins van Oranje verschafte hun, in zijn hoedanigheid van onafhankelijk vorst, de voor hun doel onontbeerlijke papieren. De Prins wendde voorts wel alle mogelijke pogingen aan om ecu kwaad te bedwingen en ten goede te leiden, dat ouvcrmijde-lijk ontstaan was uit de gruwelen van den tijd, maar zijn Admiraal, Willem van der Mark, was de man niet om die edele bedoelingen van zijn lastgever te kunnen be grijpen. Als een wild, bloeddorstig, losbandig edelman, als een waardig af stammeling van den Wilden Beer der Ardennen, die naar oude Balaafsclie gewoonte gezworen had zijn baard te laten groeien tot dat de dood vau zijn bloedverwant, Egmond, gewroken zou zijn, scheen deze harige zeeschuimer eeu verpersoonlijking van de wraak. Hij had een vreeselijken eed gezworen, om op Alva en op de Paapsche geestelijkheid den smaad te wreken den Ne- dcrlaudschen adel aangedaan cn uit de wreedheden die hij later tegen mon nikken en priesters bcgiDg, konden de leden van den Bloedraad zien, dat zij onder de rebellen althans écu goeden leerling gevormd hadden. Hij lag nu met zijn vloot aan de zuidelijke kust van Engeland, doch moest op hoog bevel deze voordcelige positie verlaten. Dc onderhandelingen tusschen den Hertog van Alva en Koningin Elisabeth stonden namelijk op gunstigeu voet en beloofden spoedig met^ een goeden uitslag bekroond tc zullen worden. Het was volstrekt het voornemen der Koningin niet, om op dit oogenblik een oorlog met Spanje te onderuemeu, en Alva's afgezanten verklaarden baar pertinent dat de voortdurende onder steuning, welke het EDgelsche volk den Nederlandschen zeeschuimers gaf, daartoe toch onvermijdelijk zou moeten leiden. Op het einde vau Maart werd cr dus een bepaald bevel uitgevaardigd om vau der Mark en zijn vol gelingen uit het koninkrijk te bannen. Elisabeth verbood al haar onderdanen hen van vleesch, brood of bier te voorzien, en daar dit verbod strikt op gevolgd werd, was hun verder verblijf in Engeland onmogelijk gemaakt. Dus verliet dc vloot van zes-en-twintig schepen Dover op een der laatste dagen vau Maart, onder bevel van van der Mark, Treslong, Adam van Haren, Brand eu andere aanzienlijke gezagvoerders. Daar zij volstrekt geen proviand hadden, waren ouze avonturiers er natuurlijk in de eerste plaats op uit om zich vau voedsel te voorzien. Zij besloten een ouverwachten inval te doen op dc kusten van Noord-Holland en hielden dus aan op Enkbuizen, zoowel omdat dit een rijke haven was, als omdat er vele geheime aanhangers van den Prins wooDdeu. Op Palmzondag bemachtigden zij twee Spaansclie koop vaarders. Spoedig daarop belette tegenwind hen ecliter om in de Zuiderzee te komen en, hun oorspronkelijk plan opgevende, zeilden zij zuidwaarts en stevenden Dinsdag 1 April deu breeden mond van de Maas in. Tegen twee uur des namiddags verscheen de flotille tusschen den Briel en Maaslands- sluïs tot grootc verwondering der bewoners van beide plaatsen. De vloot scheen te groot om alleen uit koopvaarders te bestaan, terwijl het daaren boven bleek, dat het geen Spaansche schepen waren. Peter Koppcstok, de schrandere veerman, vertelde de passagiers die hij juist overzette, dat het klaarblijkelijk dc Watergeuzen waren. Die gevreesde namen vervulden allen met ontzetting en ieder dacht er reeds over hoe het best uit zulk een ge vaarlijke buuit te ontwijken. De kloeke veerman, die in 't geheim dc zaak dor vrijheid was toegedaan, roeide, na zijn passagiers, die spoedig het nieuws van den dreigenden inval verspreidden eu zich voor verdediging of vlucht gereed maakten, aau land gezet te hebben, stoutmoedig naar de vloot toe om te vernemen wat baar bestemming of doel was. Het schip dat hij het eerst bereikte was dat van Willem de Blois, Heer van Treslong. Deze avontuurlijke edelman, wiens broeder op Alva's bevel in 1568 onthoofd was, had zelf bij Jcwmingen aan dc zijde van Graaf Lodewijk gestredeu, eu, schoon overdekt met wouden, was hij een der weinigen geweest, die levend aan dat vreeselijk bloedbad ontsnapt waren. In dien tijd was hij een der beruchtste Water geuzen geworden hij was altijd zeer goed bekend geweest in den Briel, waar zijn vader vroeger 's Konings Baljuw was. Ilij herkende Koppestok dadelijk en spoedde zich met hem naar het schip van den Admiraal van der Mark, verzekerende dat de veerman juist de man was dien zij noodig hadden, 't Was onvermijdelijk noodzakelijk om te landen, want het scheepsvolk was zonder voedsel. Kapitein Marinus Brand had zoodra zij in do Maas ankerden, het schip van Adam van Haren bezochten hem om wat eten gevraagd. „Ik gaf hem een kaas," zeide Adam toeu hij later het geval vertelde, „en verzekerde bem dat dit het laatste voedsel was dat wij aan boord hadden." Op de andere schepen was bet niet beter gesteld ou ouder die omstandigheden was eeu laudiug niet te vermijden. Daarom haalde Treslong, die inderdaad de held van deze merkwaardige gebeurtoni3 was, van der Mark over om naar den Briel te zenden en de overgaaf der stad tc eischen. Dit was een stout bestaan voor ecu haudvol manschappon, hoogstens drie of vierhonderd sterk, die zoowel in naam als iuderdaad „be delaars" waren. De stad Briel was niet zeer bevolkt maar goed bewald en versterkt, en daarenboven een welgelegen haven. Treslong gaf zijn zegelring aan den veerman en beval hem, dus gevolmachtigd, deu eiscli aan den ma gistraat over te brengen. Recht in zijn schik roeide Koppestok dadelijk naar wal, drong zich door de menigte, die hem met vragen overstelpte, heen en verscheen op liet stadhuis voor de verzamelde overheidspersonen. Hij ver klaarde, dat hij door deu admiraal der vloot en door den welbekenden Heer van Treslong gezonden was, om te verzoeken dat de stad twee gevolmach tigden zenden zou om met de Patriotten een bijeenkomst te hebbenhij had last, zeide hij, om dc verzekering te geven dat de afgevaardigden beleefd zouden behandeld worden. Het eeuige doel van hcu, die hem gezonden had- deu, was, het land van den tienden penning te bevrijden eu van de dwin gelandij van Alva en zijn Spanjaarden tc verlossen. Op de vraag hoe groot de macht was, die vau der Mark onder zijn bevelen had, antwoordde hij achteloos, dat hij dacht omstreeks vijf duizend man in 't geheel. Deze enorme leugen was niet zonder uitwerking op de overheid. Er bleef geen enkele neiging over om ttgenstand te bieden. Do cenige vraag, die nog behandeld werd, was of men zou onderhandelen of vluchten. Men besloot beiden te doen. Na eeuige moeite vond men twee ledeu, die 'den moed hadden met de Geuzen te gaan spreken, terwijl in hun afwezigheid, db ineesten der voornaamste burgers toebereidselen tot de vlucht maakten. De afgevaardigden kregen van Yan der Mark en Treslong de verzekering, dat men noch dc burgers noch iemands bijzonder eigendom zou moeien, maar dat het gezag van Alva oogenblikkelijk een eind moest nemen. De overheid kreeg twee uren tijd om te beslissen of zij de stad wilde over geven en het gezag erkenuon van Van der Mark als Admiraal van den Prins van Oranje. Zij maakten van deze twee uren gebruik tot eeu over haaste en sehaudclijke vlucht. Hun voorbeeld werd door de meesten uit de stad gevolgd. Toen de Patriotten na verloop van den toegestanen tijd ouder de wollen verschenen, zageu zij slechts eenige lieden uit den minderen stand, die met verbazing op hen neerzagen, doch ontvingen geen de minste offi- fcicelo mededing. De gelieele magt der Geuzen werd nu in twee deelen geplitst, waarvan er één onder Treslong een aanval deed op de Zuidelijke poort, terwijl de an dere door van der Mark aangevoerd naar de Noordelijke trok. Met geringe moeite gelukte het Treslong naar binnen te dringen en daarbij nam hij dc gouverneur der stad gevangen, die juist zijn biezen wilde pakken. Van dei- Mark en de zijnen staken een vuur aau bij de Noordelijke poort eu toen sloegen zij de half verbrande deur in, met dc stomp van een ouden mast. Zoo woest en zoo vlug slaagden de Nederlandsche Patriotten in hun eerste beleg. De twee partijen, waarschijnlijk niet meer dan twec-honderd-vijftig man sterk, ontmoetten elkander vóór zonsondergang in het midden der stad, en de grondslag voor de Ncderlundsche Republiek was gelegd. De onbedwing bare vrijheidsgeest, zoolaug een banneling te land en ter zee, bad ten laat ste een rustplaats gevonden, hem door ruwe, ja zelfs door losbandige banden toebereid. De schrik, door de eerste verschijning der vloot te weeg gebragt, was zoo groot geweest, dat er naauwelijks vijftig burgers in de stad gebleven waren. De overigen waren allen ontsnapt cn hadden zooveel vau hun be zittingen meê genomen, als zij maar bijeen hadden kunnen pakken. De Admiraal nam nu in naam van den Prins vau Oranje, als wettig Stad houder van Pilips, bezit vau de bijna verlaten stad. Dc inwoners vau bei derlei geslacht ondervonden geen de miusto onaangenaamheden, doch zoodra de overwinnaars zich in de beste huizen der plaats gemakkelijk geïnstalleerd hadden, konden zij hun neiging om de kerken te plunderen niet langer be dwingen. De altaars en de beelden werden allen vernield, de kleinodiën en de verschillende kostbare kleederen buit gemaakt. Adam van Haren verscheen later op het dek van zijn schip, gcdoscht in een praehtigen kasuil'el. In de kajuit van Treslong werden voortaan geen andere driukbekers gebruikt dau de gouden Avonumaalskelken. Ongelukkig bepaalde zich hun haat tegen de Paapsgezinden niet tot zulke demonstraties. Dertien rampzalige Mounikkeu en Priesters, die niet in staat geweest waren te vluchten, werden gevat cn in de gevangenis geworpen, die zij eenige dagen later slechts weder ver lieten, om op bevel van den woesten Admiraal op zeer barbaarsche wijze ter dood gebracht te worden. Do gewichtige tijding werd snel alom verspreid. Alva, verrast op het oogenblik dat hij zijn wraak koelen wilde aan de Brusselsche slagers eu winkeliers, stelde zijn onmenschelijk voornemen uit, om eerst deze nieuwe moeielijkheid onder de oogen te zien. Zulk een gevolg had hij zeker Diet verwacht vau de bereidwilligheid waarmede Koningin Elisabeth aan zijn verzoek had voldaan. Zijne woede ging alle perken te buiten, evenals de blijdschap van het volk, dat hem van ganscher harte haatte. De Brusselsche spotvogels konden natuurlijk een gelegenheid als deze niet ongebruikt laten voorbijgaan zoowel dc naam der genomen stad als de datum waarop de verrassing had plaats gehad, gaven daartoe een te schoone aanleiding en de regels Op den eersten April Verloor Alva zijn Bril, werden en bleven zeer populair. Een spotprent zag dadelijk het licht, waarop men zag hoe van der Mark Alva de Bril van zijn neus stal, terwijl de Landvoogd de gewone uitdrukking bezigde, die men altijd van hem hoorde, als hem een gewichtige tijding gebracht werd„No es nuda, ?io et nada." I-Iet is niets, het is niets Toch poogde de hertog onverwijld het verlies te herstellen. De Graaf van Bossu, die sedert het vertrek van den Prins van Oranje door Alva tot Stad houder van Holland en Zeeland benoemd was, kreeg bevel om zoo spoedig mogelijk de veroverde haven te hernemen. (De verdere geschiedenis leert ons met ongnnstigen uitslag.) Van 14—21 Maart 1872. ONDERTROUWD Gouke Bakker cn Trijntje Kint. GETROUWD: Dirk Boon eu Coniclisje Eeluian. Jan Koorn en Jantje de Jager. GEBOREN Jacoba Cornelia, dochter van Jan Rab en Sijbrig Duinker. Maarten Jan, zooon van Jacob Tanis eu Cornelia Witte. Klaas, zoon vau Willem Eelman en Grietje Maatje. OVERLEDGN Marretje Keijser, oud 28 jaar, gehuwd met Sijbrand Keijser Cz. Pieter Jacob Nijenhuis, oud 22 jaar, woueude te 'silcrto- gcnbosch. Trijutjb dc Waard, oud 1 maand, dochter vau Lammert ca Maartje Peper. In de opgave van den Burgerlijken Stand der gemeente Zijpc, voorkomende in ons vorig uoinmer, is een abuis ingeslopen. Ouder de overledenen staat vermeld: „Joost Lanser, 68 jaren, weduwe van N. Blaaubocr," dit moet zijn: Joost Lunser68 jaren weduwnaar van M. Blaauboor. !U A 11 K T II it li I G T E N. AMSTERDAM, 20 Maart. Granen. Rogge N. Galatz f 194; J. dito f185, 18S; Petersb. f180; J. dito f182; a comptaut zouder korting, per 2100 kilo; op levering in Mei f 182, 1S3, 182, 181 Oet. f192, 191. De veiling dor Rogge is geheel opgehouden. ROTTERDAM, 21 Maart. Ter aardappclenmarkt van heden waren de prijzen als volgt; Duinzand f5.Zceuwsche Jammen f4.20, Fraosche f2 60, Gelderscho Jammenl'3 25. Met weinig aanvoer. SCHAGEN, 21 Maart. 1 Paard f60 a 1 Stier f120, 30 Gelde Koeijen f 110 a 210, Kalfkoeijen f170 a 1S0, 33 Nuchtere Kalveren f4 a 12, 650 Magere Schapen f20 a 33, 3 Bokken en Goiten f2 50 a 3, 11 Magere Varkens f 12 a 20, 19 Biggen f9 a 12, Konijnen i'0,15 a 0.70, Kippen flal.50, Eenden f 1.a 125, Boter f].40 per KG, Kaas 30 a 32 ct. per KG. Kipeijeren f2.75 a 3.—, Ecudeijereu f3.per 100 st. PURMEREND, 19 Maart. Aangevoerd 29 stapels kleine kaas. Boter van fl.20 tot 1.30 per kilog. Gemiddeld f 1.25 per kilog. Aangevoerd 80 Runderen. Vette Koeijen prijshoudend, handel slepend. Gelde- cn Melkkoeijeu hoog in prijs. 14 Paardeu 33 Vette Kalveren, handel vlug, prijs: fü.60 tot f0.85 per KG. 270 Nuchtere Kalveren, prijs van f 5 tot 14 perst., handel stug. 17 Vette Varkens, prijs vau 48 tot 65 ct. per KG. handel vlag. 48 Magere Varkens, van f 16 tot f20, en 165 Biggen, van f8 tot 10, handel vlug. 1014 Schapen eu Lamineren, Vette Schapen hoog in prijs; Overhouders minder in prijs. Kipeijereu f3.—Eeudeijercn f3.20, Kievifseijeren f 50 per 100 st. ENKHUIZEN, 20 Maart. Mosterdzaad per heet. f21.25 a 22, Karweizaail per 50 kilogr. f 17 a Graauwe Erwten per heet. f10 a 15.Vale dito per heet. f9 a 14.Bruine Booneu f 12 a 14.Gerst cn Haver zonder vraag. Handel over het algemeeu zeer stug cn lusteloos in alle artikelen. BELFAST, 18 Maart. Vlas. De aanvoer bedroeg deze weck op verschillende markten 227 ton, waarvan 74 machinaal en 153 uit de hand gezw ingeld, tegen 350 van beide soorten in 1871. Voor de eerste soort werd 6 a 11/6 per steen betaald, ea voor de 2e 5/6 a 9/3. LONDEN, 21 Maart. Ter veemarkt van heden zijn aangevoerd runderen 710; schapen en lammeren S370; kalveren 187; varkens 58. Prijzen: Beste runderen 6/-; scbapcu en lammeren 6/-; kalveren 6/10; varkens 4/8 per steen. 278ste STAATSLOTERIJ. Eerste Klasse. TWEEDE, DERDE en VIERDE TREKKING. No. 8269 f5000; do. 19684 f1500; nos. 3476, 8515, 16146 en 16659, ieder f1000; nos. 13032 en 19327 f200; no. 342, 2352, 3759, 4525, 7395, 13282, 13784, 14563 en 14601 ieder f100. No. 11064 f1500; no. 2867 f1000; nos. 13413 en 17090 ieder f200; nos. 576, 9604 en 19673 ieder f100. No. 905 f20,000; no. 16259 f400; no. 11903 f 100. Woensdag 27 Maart vertrekt van kier dc mail naar de Kust van Guinea, per eerste trein. Donderdag 28 Maart vertrekt van hier de Oost-Ind. landm. via Marseille p. laatste trein. Getrouwd J. L. DAMBRINK en H. A. ten CATE IIUENDER. Helder 22 Maart 1872. Heden overleed na een langdurig lijden, mijne ge liefde Echtgenoote HARRETJE KEIJSER, in den ouderdom van ruim 28 jaren. Waal op Texel14 Maart 1872. SIJBRAND KEIJSER Cz. Op den 19n dezer overleed te Amsterdam onze Behuwd-Moeder GRIETJE van der LINDEN, inden ouderdom van circa 83 jaren. Wed. P. THIE—Morra. Wed. Jb. THIEPatineaü. Wij betuigen, zoo in 't algemeenals in 't hijzonder onzen innigeil dankvoor de vele ontvangen be wijzen van belangstellingbij 't herdenken van ons voor 25 jaren gesloten huwelijk. J. P. GROEN en D. BOONACKER.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1872 | | pagina 3