HELDERSCHE COURANT.
Jlieums* en
Zaturdag
<flÖoertentie--6faÖ.
13 April.
Jfè 1137.
Twaalfde Jaargang.
1872.
den Gemeenteraad,
Zitting van
NIEUWSTIJDINGEN.
Verschijnt D1NGSDAG- en VRIJDAG-AVOND.
Abonnementsprijs voor 3 maanden 0.50
Franco per post M u 0.6S
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en
Postdirecteuren. Brieven franco.
De prijs der Advebtentien van 14 regels is 60
Centen; voor eiken regel meer 15 Centen.
Vóór des Dingsdag en Vrijdags middags 12 uur gelieve
men de Advertentiën intezenden.
stukken minstens één dag vroeger.
Uitgever S. GILT JE S.
op Dingsdag den 9 April 1872.
Voorzitter de heer mr. K. J. C. Stakman Bosse, Burgemeester.
Secretaris de heer L. Verhey.
Tegenwoordig 11 leden.
Afwezig de heeren van Bruggen, Janzen, Werendlijn Smit,
de Lange, Berghuijs en Groen, de vier laatstgenoemden met
kennisgeving.
De notulen der vorige vergadering worden gelezen en
goedgekeurd
1). Aanbieding van jaarverslagen 1871.
Het voorstel van den Voorzitter, om de verschillende jaar
verslagen, dat van de gemeente, van het middelbaar onder
wijs, van het lager onderwijs, van het ziekenhuis en van de
gemeente-apotheek bij de leden aau huis te zenden, wordt
algemeen goedgekeurd.
2). Overname van grond voor openbare weg.
De Voorzitter vraagt voorloopige autorisatie van den raad
om den aangeboden Weg door de geprojecteerde straat, genoemd
Koningstraat, tegen den koopprijs van f3.te mogen aan
vaarden. Wordt toegestaan.
3). Aangelegenheden onderwijs.
De Voorzitter deelt mede, dat het D. B. zich noode ge
drongen ziet een maatregel te moeten nemen van welks goede
werking en nuttige strekking het nog niet overtuigd is; het
is de invoering van het heffen van schoolgelden, waartoe
het gemeente bestuur verpligt wordt door de voorschriften
der Hooge Regering en ook omdat de gemeente in een toe
stand geraakt dat zij subsidie zal moeten aanvragen voor
het bouwen eener nieuwe school; terwijl volgens algemeene
bepaling geene subsidie verleend wordt aan gemeenten die
geen schoolgelden heffen.
De Voorzitter wil in deze vergadering alleen de door het
D. B. voor te stellen grondslagen tot heffing mede deelen,
om in eene volgende vergadering daarover te beslissen.
Het D. B. steit dan voor, om de lagere scholen te verdeelen
in twee klassen.
Onder de eerste klasse te rangschikken, de thans bestaande
6 lagere scholen, en het bezoek daarvan toe te laten aan
betalende en niet betalende kinderen. Het schoolgeld te be
palen op fl.per kwartaal voor één kind; fö.75 voor het
tweede kind uit hetzelfde gezin en fü.50 voor ieder kind
meêr uit hetzelfde gezin.
Tot de tweede klasse te rekenen de nog te bouwen school,
en die te bestemmen alleen voor betalende kinderen. Het
schoolgeld nader te bepalen.
De heer Maalsteed vraagt of in deze vergadering in be
ginsel zal worden uitgemaakt of men tot het heffen van
schoolgelden zal overgaan. Spreker verklaart er zich tegen,
op grond dat het bedrag der heffing slechts gering zal zijn
en de te verwachten subsidie niet meer dan de helft van den
hoófdelijken omslag zal bedragen terwijl de tegenwoordige
regeling van het onderwijs niets te wenschen overlaat.
De Voorzitter antwoordt het volkomen met den vorigen
spreker eens te zijn, dat bij de tegenwoordige regeling noch
het onderwijs, noch de onderwijzers, noch het schoolbezoek
der kinderen te wenschen overlaat.
De heer Boom verklaart zich tegen het beginsel maar vreest
door den drang der omstandigheden er wel voor te zullen
moeten stemmen.
Spreker geeft in overweging, dat bij heffing van school
gelden, de opkomst der kinderen minder zoude kunnen worden,
en daardoor de bouwing eener nieuwe school welligt minder
noodzakelijk zou zijn.
De Voorzitter antwoordt dat het niet verantwoordelijk is
daarmede een proef te nemen, en wenscht daarna, ingevolge
de vraag van den heer Maalsteed, door stemming te doen
beslissen, of de Raad zich met het beginsel van schoolgeld
heffing kan vereenigen.
De wethouder Graat betuigt zijn leedwezen over de te
moeten nemen maatregel, en herinnert dat niettegenstaande
de bezwaren herhaaldelijk aan den Minister zijn medegedeeld,
ook bij de persoonlijke audiëntie, de regering blijft persisteren.
Spreker houdt zich dus verzekerd, dat bij verdere te doene
voorstellen, er immer op gewezen zal worden en dat ook het
verleenen van de te vragen subsidie, er afhankelijk van ge
steld zal worden.
Spreker is echter van gevoelen, dat het voor de ouders
geen motief zal zijn om de kinderen niet ter school te zenden,
daar het voorgestelde schoolgeld zeer gering zal zijn en on
geveer niet meer zal bedragen dan de ouders voor de boeken
zouden moeten uitgeven, zoo als vroeger het geval was.
Niemand meer het woord verlangende, wenscht de Voor
zitter tot stemming over te gaan.
De heer Graat brengt in het midden, dat wegens het ge
ring aantal aanwezige leden, hij het wenschelijker zou achten
de beslissing tot eene volgende vergadering aan te houden.
4). Mededeeling van ingekomen stukken.
a. Procesverbaal van de opneming der gemeente-kas, waar
uit blijkt, dat zich in kas bevond f43,187.96j? in perfecte
overeenstemming met de boeken en bescheiden. Wordt voor
kennisgeving aangenomen
b. Verzoek om eervol ontslag van den hulponderwijzer
Folkertsma, tegen 16 April. Wordt toegestaan.
c. Missive van den heer S. Th. Beets, waarbij hij voor
de betrekking van makelaar bedankt, wegens verandering
van woonplaats, uithoofde van zijne benoeming tot notaris
te Zaandam.
De Voorzitter deelt mede, dat reeds drie aanvragen om
die betrekking zijn ingekomen, als van do heeren v.d. Brugh,
Appel en Wijs, dat er zich welligt nog meer zullen aanmelden,
stelt dus voor de benoeming tot de volgende vergadering
uit te stellen.
d. Missive van dankbetuiging van de op wachtgeld gestelde
commiezen Amse, de Boer en Haremaker, voor het hun toe
gelegde bedrag.
e. Idem van den hulponderwijzer Muller voor de hem
verleende gratificatie.
c, d, en e worden voor kennisgeving aangenomen.
Ten slotte doet de Voorzitter eene officieuse mededee
ling, dat door de feestcommissie van 1 April, aan de agenten
van Politie alhier, eene gratificatie is verstrekt van 1 50.
voor de wyze waarop zij zich gedurende de feestviering van
hunne taak hebben gekweten.
Daarna wordt de vergadering gesloten.
Helder, Nieuwediep, Willemsoord, enz., 12 April 1872.
Gisteren ontving men hier het berigt, dat ds. Pool
te Oostzaan, het op hem uitgebragte beroep bij de Hervorm
de gemeente alhier, heeft aangenomen.
Volgens brief van kapt. Hendriks, uit Aden, 23 Maart,
wordt het ongeval van het breken der schroefbladen, toege
schreven aan het stoomen over een wrak, drijvende tusschen
wind en water. Onmiddelijk na de ondervonden schokken
werd met het dieplood op 30 vadem geen grond gepeild.
De passagiers, die te Aden met andere gelegenheden verder
zijn gereisd, zijn de familiën Wieseman en Sollewijn Gelpcke
De overigen zijn aan boord van de Prins Hendrik gebleven.
Van de directie der stoomvaart-maatschappij Nederland
ontvangen wij het volgende berigt
//Het stoomschip Conrad is den 9n April te 5 ure des
morgens van Port-Said vertroken, den lOn dezer te 3 ure
des namiddags te Suez gearriveerd en een uur later naar
Batavia vertrokken." Amsttt.)
Volgens een bij het departement van Marine ingekomen
berigt, is Zr. Ms. schroefstoomschip het Zoo, onder bevel
van den kapitein-luitenant ter zee G. A. B. D. Rijk, den
9den Maart jl. ter reede van St. George d'Elmina aange
komen. Aan boord was alles wel.