Naar men verneemt, werd jl. Zaterdag door een te 's Hage woonachtige schoonzuster van den verdachte, de Jong, een poging tot zelfmoord, door ophanging, beproefd. Haar toeleg werd echter nog tijdig verijdeld. Blijkens een bij het departement van koloniën ontvan gen Regeerings-telegram, gedagteekend Buitenzorg 25 Aug, is Z. Exc. de luit.-generaal J. van Swieten aldaar in wel stand aangekomen. Ook de Delftsche Ct. beveelt de premieleening der Maatschappij voor Landontginning aan in zijn no. van den 19 dezer met de volgende woorden: Blijkens advertentie zal de Maatschappij voor Landont ginning, gevestigd te Apeldoorn, weder eene nieuwe leening uitgeven met uitioting van premiën in vast goed en in geld. Wij wenschen de jeugdige Maatschappij die zich reeds op velerlei wijze verdienstelijk maakte, van harte, het meest volkomen welslagen op hare pogingen toe. Haar schoon en nuttig doel toch, de ontginning van woeste gronden, en het verschaffen van vast eigendom aan minder gegoeden, verdient weerklank en sympathie te ondervinden bij ieder weldenkend Nederlandsch burger, die in de vader- landsche landbouw en in de welvaart van zijn volk belang stelt. Vooral de jaarlijksche premieleening dezer maatschappij, waarvan de nu volgende, de eerste zal zijn, verdienen ten volle een ieders aandacht. De geringe prijs toch der Obli- gatiën en de vele kansen om in het vrij en onbezwaard be zit van productief vast goed te geraken, moeten een ieder nopen tot ruime deelname. Moge de Maatschappij dan ook in hare schoone verwach tingen niet worden teleurgesteld en er zich weldra in ver blijden, de grondlegster geweest te zijn van den bloei en de welvaart van Nederlandsch landbouw. Vrijdag ochtend is door de politie te Rotterdam in de 3e afdeeling aangehouden eene 21 jarige dienstbode, die sedert geruimen tijd onder allerlei valsche namen en voor wendsels en onder het overleggen van valsche getuigschriften, zich bij verschillende familiën daar ter stede als meid ging verhuren, alsdan den huurpenning ad f3.of f3.50 ont ving en, of niet meer terug kwam, of indien zij al in den dienst kwam, soms binnen een kwartier uur weder heimelijk was verdwenen, terwijl op een paar plaatsen, na haar ver trek, voorwerpen werden vermist. Zij is aan de justitie overgeleverd. L. Elfrink, te Deventer, adverteert, dat hij heeft ont vangen //Atchin-doeken, met het Neórlandsch krijgslied van Edzard Greve." Voor den prijs van 30 cents kan men zulk een curiositeit bekomen. Deze speculatie dunkt ons nog al stuitend voor het nationaal gevoel. Den 23sten dezer is het lijkje van een 9jarig jongentje, dal Maandag te Arnhem in den Rijn verdronk, door een schipper onder Heteren gevonden. Te Hardinxveld zijn twee doofstommen, Cornelis Ros en Johanna Boxman, in het huwelijk getreden. Beiden wa ren leerlingen van het doofstommen-instituut te Groningen. De ouders van den bruidegom hadden onder 7 kinderen S doofstommen. En hij dacht zóo niet te vergeefs. Een boer uit de buurt had eens behoefte aan zijn vaartuig, en zond zijn zoon Maarten naar het oostduin. Deze vond den schip per niet tehuis, doch wel Hilda. Op dat gezicht vergat hij zijne boodschap geheel, en was met zijne houding verlegen. Toch werd hij langzamerhand vrijmoediger en eindelijk zelfs zóo bespraakt, dat hij nauwelijks zelf meer wist wat hij zeide, en Hilda even min. Toch vond zij het niet onaangenaam, en toen hij haar bij het vertrek de hand reikte, bloosde zij, en glimlachte zeer verle gen, toen hij er bijvoegdedat hij spoedig terug zou komen. Dat nspoedig" beteekent een korteren of langoren tijd, naar dat de menschen zijn. Bij Maarten duurde hij drie dagen, en de tweede maal nog minder. Steeds had hij een boodschap, doch scheen ze telkens te vergeten, ofschoon hij toch lang genoeg bleef, om zich alles weder te herinneren. Als oen welgezeten boerenzoon bezoeken brengt aan de von deling van een armen visscher, is dat voldoende om praatzieke dorpsvrouwen in het harnas te jagen, die de arme Hilda benijd den, welke stil en eerbaar in de woning van haren pleegvader voortleefde, terwijl zij zeiven hoe langer hoe dieper in armoede en ellende verzonken. Maartens vader begon spoedig te bemer ken, uit welken hoek de wind woei, en wat de uitstapjes van zijn zoon ten doel hadden. Peter zeide echter tot den knaap »Van heden af komt gij niet meer in mijn huis. Uw vader zou in een huwelijk niet toestemmen, en ik wil niet hopen dat gij andere bedoelingen hebt, want dan sloeg ik u de beenen stuk. Gij hebt hier zoovele boodschappen overgebracht, breng nu ook deze aan uwen vader over. Daarmede is alles gezegd, en van mor gen af moet gij u verbeelden, dat de weg uit uw dorp naar hier door de zee overstroomd is." Maarten ging treurig heen. Na eenigentijd zeide zijn vader tot een zijner vrienden»Ik heb met onzen Maarten te doen, want het is, of hij begint te kwijnenmaar ik kan hem die arme meid, die nog bovendien een vondeling is, toch niet geven. Hetgeheele dorp zou in opstand komen. Ik moet evenwel den visscher prij zen, want lnj heeft den jongen voor goed het huis verboden." Met Hilda ging het niet beter. Zij zweeg, maar leed in stilte de vriendelijke lach was verdwenende roode wangen werden bleekde oogen stonden dikwijls vol tranen. Haar pleegvader was er diep door getroffen, doch kon er niets aan doen en troostte zich met de woorden»Ik deed mijn plicht. Hoe hadde ik mij ooit kunnen verantwoorden, wanneer hare ouders eens vóór mij verschenen, en hun kind van mij terug eischten, dat God mij in de armen heeft gelegd?" Het Nieuwsbl. v. d. Boekk. deelt mede, dat bij de firma Hachette te Parijs een Eransche vertaling het licht zal zien van den bijbel voor jongelieden, door dr. II. Oort en dr. J. Hooykaas voor onze jeugd bewerkt. Nopens den proef met touw versperring door de monitors Heiligerlee, Krokodil en Tijger voor eenige dagen bij de Tien Gemeten genomen, wordt het volgende medegedeeld aan het U. D.: /fDe proef met de touwversperringen in het vuilegat, (nu volgens een geheel nieuwe methode gelegd) zijn nog al vol doende geslaagd. De monitor Tijger was spoedig (ten min ste tijdelijk) niet meer in staat van zijn schroeven gebruik te maken. De bakboordschroef weigerde totaal dienst, ter wijl de stuurboordschroef, een oogenblik onklaar, weder spoe dig gebruikt kon worden. Met assistentie van den monitor Krokodil te Hellevoetsluis binnengekomen, was hij den vol genden dag, na door duikers den tros gekapt te hebben, weder klaar voor den dienst. In den loop der volgende week zal de proef herhaald worden." In een partikulieren brief uit de hofstad aan de JFeesp. Ct. wordt medegedeeld, dat de gouverneur-generaal er in geslaagd zou zijn, generaal Verspijck met de benoeming van generaal van Swieten te verzoenen, met het resultaat, dat eerstgenoemde vrijwillig op zijn wensch tot ontheffing zijner functiën terugkwam. Voorts meldde de briefschrijver, dat men in Indië de meest gunstige verwachtingen koestert om trent den uitslag der tweede expeditie naar Atchin, gelijk men dan ook aan haar samenstelling en uitrusting schier ongelooflijke moeite besteedt. De heer Loudon houdt zich bijna alleen met haar onledig en confereert dagen achtereen met de mannen van de land- en zeemacht. In de legerplaats bij Milligen is eene cantine voor den duur van 4 dagen gesloten, wegens het opkoopen van militaire kleeding. Zondag ochtend heeft men ontdekt, dat in den nacht van Zaterdag op Zondag in het bestelkantoor van de Ned. Rijnspoorweg-maatschappij te Rotterdam de lessenaars waren opengebroken en daaruit eenig geld werd vermist, terwijl uit de bestelgoederen, daaraan grenzende, drie pakjes wer den vermist, de dader of daders hebben zich den toegang tot die localiteit verschaft door een tuimelraampje, dat zich boven de deur van het kantoor bevindt. Ook heeft men in denzelfden nacht het deurslot verbroken aan het kantoor van den commissaris van hetBosscher veer aan het Haringvliet N/z., zonder echter iets uit dat huisje ontvreemd te hebben. In de Keukenstraat te Utrecht had een kind van bijna 2 jaren het ongeluk een ketel met kokend water om te trekken, tijdens afwezigheid van de moeder, die in de buurt een boodschap deed het kind kreeg ernstige brandwonden aan de beenen, zoodat deze bij het uittrekken der kousen, gedeeltelijk ontveld werden. Men hoopt het echter nog in het leven te behouden. Wie.had kunnen denken, dat juist toen iemand in de nabijheid was, die daartoe het volste recht had In de nabij gelegen zeestad komt een zwaar geladen koopvaar dijschip binnen. Een oudachtig man met grijze haren snelt aan land, valt op de knieën, kust den grond en heft weenend de ge vouwen handen ten hemel. Een menigte menschen omringen hem. De man was in handen gevallen der Algerijnen en als slaaf ver kocht. Die tijden zijn thans gelukkig voorbij, maar toen moesten dezulken de ketenen blijven dragen, tot het der christelijke barm hartigheid gelukte hen los te koopen en in vrijheid te doen stel len. Vele jaren had hij dat treurige lot gedragen en eindelijk de vrijheid herkregen. Jubelend riep men hem het welkom toe, en een talrijke volksmenigte vergezelde hem naar het huis, dat hij vroeger bewoond hadhij was in die stad geboren. I Hoezeer was alles veranderd Toen de man, die Knudson heette, en een aanzienlijk koopman was, van zijne familie scheiddege schiedde het, om eene reis naar de Middellandsche Zee te doen, die wel gevaarlijk, maar tevens hoogst voordeelig was. Zijn doel was, daardoor des te spoediger met de zijnen in eene onafhanke lijke rust te kunnen leven. Gedurende zijne afwezigheid zou zijn gezin bij een bloedverwant te Kopenhagen verblijven. Om het een veiligen overtocht te verzekeren, had hij zelf een schooner be vracht en den kapitein vrouw en kind, benevens een aanzienlijke som gelds toevertrouwd. Ilij had de zijnen zelf aan boord ge bracht en zien uitzeilen. Den volgenden dag begon hij zijne reis, die zulke groote gevolgen moest hebben. Hij trad zijn huis binnen en kende het niet meerhet werd door vreemde menschen bewoond, die niets van hem wisten. Men wees hem naar een advokaat, die vroeger voor de rechtbank voor hem was opgetreden, en na veel moeite gelukte het hem, met diens hulp nog een gedeelte van zijn eigendom te redden. Het trof hem diep, dat zijne vrouw gedurende zijne afwezigheid geen stappen had gedaan, om iets van hem te vernemen. Met den meesten ijver, doch met een beklemd hart, begon hij alle nasporingen te dóen. Zijne bloedverwanten te Kopenhagen kondon geen inlichtingen ge ven. Wel hadden zij het bericht der afreize ontvangen, doch de aankomst was niet gevolgd. Zij hadden toen aan Mevr. Knudson geschreven, doch de brief was ongeopend teruggekomen, met de aanteekening, dat zij reeds vertrokken was. Geene pogingen wer den onbeproefd gelaten, om iets naders te vernemen, doch alles was vergeefs. Er bleef nu niets andei's overig, dan het er voor te houden, dat het schip verongelukt wasmaar waar Slot volgt.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1873 | | pagina 2