Nienws- en
Advertentieblad.
19 April.
Woensdag
jV° 1556.
Zestiende Jaargang.
1876
Uitgever S. GILTJES,
GEMEENTE TEXEL,
NIEUWSTIJDINGEN.
LICHT IN DUISTERNIS,
HELDERSCHECOURANT
Verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-NAMIDDAG.
Abonnementsprijs voor 3 maanden
Franco per post hun
Men abonneert zich in alle Boekwinkels, Postkantoren en Hulp-Postkantoren.
Brieven franco.
f 0.50
0.65
De prijs der Advirtjkntikn van 14 regels is 40 Centen; elke regel meer 10 Centen.
Periodieke herhalingenalsmede aanvragen en aanbiedingen van dienstpersoneel 5 Cents per regel.
Voor des Dinsdags en Vrijdags middags 12 uur gelieve men de Advertentiën in te zenden.
Ingezonden Stukken minstens éen dag vroeger.
Officiéél Gedeelte.
van den raad der
op Vrijdag 21 April,
in plaats van
op WOENSDAG 19 APRIL a. s.
Niet-Oiïiciëel Gedeelte.
Helder, Nieuwediep, Willemsoord, enz.
18 April 1876.
Volgens een bij het departement van
Marine ontvangen telegram is Zs. Ms. ram-
torcuschip Prins Hendrik der Nederlanden
onder bevel van den kapitein ter zee A. N.
Ii. Koops, in den namiddag van den 13n dezer
te Port-Saïd aangekomen.
Aan boord is alles wel.
De gepensioneerde schout-bij-nacht jhr.
dc Casembroot, adjudant van Z. M. deu Koning,
wordt geplaatst als vlagoflic. op Zr. Ms. schroef-
stoomschip le kl. van Galen, bestemd naar
West-Indië.
Het galjootschip Voorwaarts, kapt. H.
T. de Jonge, vau Delfzijl naar Osterisoer, is
vergaan. De bemanning heeft haar graf in de
golven gevonden. Van een gezin uil Veendam
zijn de ouders en 4 broeders hierbij omge
komen.
De Pandoraonder bevel van kapt. Allen
Youug. gaat binnen ecuige maanden weer naar
de Poolzeeën en de heer Koolemans Beijnen
zal de reis nogmaals medemaken.
Zaterdag nacht is een winkelier in het
Westeinde te 's Graveubage, die zich wel eens
aan sterken drank te buiten ging, plotseling
krankzinnig geworden. Hij sloeg de vensters
stuk en dreef zelfs door zijn woedend optre
den zijn vrouw op de vlucht. De nachtwakers,
te hulp geroepen, brachten hein tot bedaren en
vervoerden hem naar liet gasthuis.
Een landbouwer te Beemster vond, toen
hij dezer dagen thuis kwam om te eten, zijn
vrouw opgehangen op den zolder. Dat is binnen
een maand het tweede geval in die gemeente,
dat een gehuwde vrouw zich op die wijze het
leven beneemt.
Een kleermaker uit Wamieperveen, Don
derdag avond uit Meppel vertrokken, geraakte,
tengevolge van het overmatig gebruik van
sterken drank, in een sloot. Met veel moeite
klom hij weer op den wal. Daarop kwam hij
aan 't tolhuis, kocht daar weer sterken drank,
en geraakte later andermaal te water, zoodat
hij den volgenden morgen dood werd gevonden
door visschers uit Vollenhoveu.
Ged. Staten van Noord-Brabant hebben
voor een commissie uit hun midden bij den
Minister van Rinnenlandsche Zaken een bui
tengewone audiëntie aangevraagd, om met Z Ec.
een mondeling onderhoud te hebben over het
ter voorkoming van verdere over»!roomingen
doen aanbrengen van afdoende rivierverbete-
ringen, waaronder meer bijzonder het weder
openen van den mond der Oude Maas en het
sluiten der Heercwaardciische- en Beersche over
laten.
Buitenland.
Te Brussel heeft zich- een handelaar in
edelgesteenten, Vleck, met behulp van cyaan -
zure potasch van het leven betoofd. Geldelijke
verliezen zijn oorzaak van deze wanhopige daad.
Een aanzienlijk Engelsch Israëliet, de
heer Samuel Montagu, heeft onlangs als afge
vaardigde van een Genootschap, dat zich het
lot der Joden in Palestina aantrekt een bezoek
aan het Heilige Land -gebracht. Zijn verslag
getuigt op nieuw van den betreurenswaardigen
toestand waarin zich de meesten bevinden,
en dat niet zoo zeer door den stoffel ijken nood
als de zedelijke verzonkenheid waarin zij ter
neer liggen. Zijn reisgenoot was Dr. Ascher,
secretaiis der vereenigde synagoges van En
geland. Zij brengtn het volgende rapport uit:
De Joden in Palestina schijnen aan een
ongeneeslijke armoede ten prooi. Niet alleen
de ouden van dagen, de zieken en zwakken
leven van aalmoezen, maar allen, op eiken
leeftijd en in alle maatschappelijke posities,
van den wieg tot aan het graf, doen voort
durend een beroep op de algemeene liefdadig
heid, als op de. maatschappelijke instelling bij
uitnemendheid leder kind, dat in Palestina
geboren wordt, wordt in een register inge
schreven, als rechthebbende op de //cholucah",
dat is op de verdeeling der aalmoezen, die uit
,11e landen inkomen. En daar iedere spruit
den ouders recht geeft op een post mter op
dit budget der armoede, ziet men met dit doel,
jongens van vijftien of zestien jaren meisjes
trouwen van dertien of veertien. Het aldus
verkregen geld wordt niet gebruikt voor de
benoodigdheden des levens, maar wordt hoofd
zakelijk door den Jood, bij kleine sommen,
tegen woekerwinst geleend aan den Arabier.
De gaven, die hoofdzakelijk uit Polen eu
FEUILLETON.
Oorspronkelijke novelle.
Wees u zelf.
De Genestet.
33. De eerste verwijdering.
«Den brief?"
«Ja, freule, den brief van mijnheer Steenhuis.
«Neen Marlha ik weet van geen brief."
«Mijnheer Steenhuis is bij mij geweest en hooft
afscheid van mij genomen. Hij moest weg, zei hij."
»Weg, zegt ge
•Zoo als ik u zeg."
«En waarheen moest hij?"
«Ik weet 't niet, lieve freule."
«Wanneer komt mijnheer Steenhuis dan terug?"
«Ook dit is mij onbekend. Hij was-erg bedroefd
toen ik over u sprak, de tranen kwamen hem in
de oogen, maar hij zei, dat hij weg moest, omdat
hij u zoo lief had."
«Vreemd! Dio arme Bcrnard!"
«Mijnheer Steenhuis gaf mij twee brieven, een
voor u en een voor uwen papa."
»Ik weet van dien brief niets af, Martha."
«Ik vreesde er voor."
«Hoe meent gij dat?"
Rusland komen, worden ter uitdeeling aan
rabbijnen ter hand gesteld, die beginnen met
zich het leeuwenaandeel er van toe te eigenen.
Het schoolonderwijs, dat deze leiders des
volks zich aanmatigen uitsluitend te mogen
;even, bestaat uit het Hebreeuwsch en den
Talmud, niets meer. Joden die wat meer aan
hunne kinderen wenschcn te laten leeren, ziju
door de rabbijnen in den ban gedaan en om
wat meer vrijheid in dezen te genieten, genood
zaakt, zich althans uitwendig bij een der
Christelijke gemeenten te voegen. De Portu-
geesche Joden steken in dit opzicht gunstig
bij de Duitscho af. Zij overtreffen dezen in
verstandelijke, industrieele en zedelijke ont
wikkeling en nemen slechts zelden deel aan
de //cholucah. Ongelukkig maken zij echter
het kleinste getal uit.
- De Amerikaansche bladen bevatten nadere
bijzonderheden over liet verhoor van Marsh, deu
medeplichtige van den vroegerm secretaris van
oorlog Belknap, Hij was angstig en gejaagd en
zijn geheugen scheen hein vrij wel te hebben
verlatenhij wist z;ch zeer goed te herinneren,
dat hij steeds alles had vernietigd wat zijn ver
houding tot Belknap kon aanduiden, maar hij
kon zich niets te binnen brengen van de ge
wichtigste gesprekken met hem gevoerd. Een
voornaam punt van beschuldiging is dat Marsh
accoord had gemaakt met Evans, waarbij
deze hem 2U00 pd. st. jaarlijks zou betalen, in
dien Evans hem in zijn functien opvolgde, en
van deze oudorhandsche overeenkomst bleek het
Belknap kennis droeg. Vrouwen spreiden
in inoeielijke omstandigheden dikwijls meer te
genwoordigheid van geest ten toon dan de heeren
der schepping; althans de vrouw van Marsh
was heel wat kalmer onder het kruisvuur van
vragen over haar verhouding tot haar vriendin
nirs. Belknap. Veel nieuws gaven haar ant
woorden niet.
»Ik wilde den brief, voor uwen papa bestemd,
aan hem overgeven, toen mij, door de haast en de
vrees dat ik den verkoerden brief nam, de brief
voor u bestemd uit de handen en op den grond viel.
De baron bukte en raapte hem op, las 't adres en
zei dien wel te zullen bezorgen."
«Nu begrijp ik alles; o, hoe jammer!"
Neem 't mij niet kwalijk, lieve freule, stellig, 't
was buiten mijne schuld."
»En hebt ge sedert niets meer van mijnheer
Steenhuis vernomen
«Neen freule, van hem zclven niets. Maar ik
kan n met zekerheid berichten, dat de heer Franzen
zijn huis te Heidclberg verhuurd heeft en hier niet
denkt terug tc keeren."
»Och Martha, ik ben zoo bevreesd, dat 't dien
mijnheer Steenhuis niet goed gaat."
«Dat zou toch jammer zijn," gaf de houtvesters-
vrouw ten antwoord.
«Ja, dat zou 't zeker. Wij willen echter het
beste voor hem hopen," met deze woorden groette
Dorothea de bezoekster en liep door dc breede
middellaan snel naar huis.
De avond werd vorder stil doorgebracht, 't Scheen
dat ieder zich met zijne eigene gedachten bezig
hield en ieder naar 't uur van rust verlangde. De
bijzondere vriendelijkheid, waarmede de baron zijne
dochter heden behandelde, slak zeer nfbijdeknor
rige gemelijkheid van den laatston tijd.
Dorothea voeldo zich daarover zelfs droevig ge
stemd. Wel tienmaal wilde ze naar den brief vragen,
maar telkens bleven haar de woorden in de keel
steken.
Bijzondere wijze om Walvisschen
te vangen.
Op een klein eiland tegenover de slad Wad-
so in bet noordelijkste gedeelte van Noor
wegen, bestaat cene inrichting, welker gelijke
misschien nergens op de wereld gevonden
wordt. De beste benaming daarvoor zou mis
schien zijn een slachterij voor walvisschenen
de heer Eoryn, d.> eigenaar vangt en b.-hati-
delt de monsters der diepte op een geheel
eigenaardige wijze. In plnats van de gewone
schepen geschikt om lange reizen te doen
alleen de nuttigste deelen van het dier mede
r huis tc brengen, gebrnikt dc heer Foryn
kleine schroefstoombootcn, van 150 tot 2U0 ton,
«Zijt ge niet vroolijker gestemd, lief kind, met
dit scboone weer? Mij dunkt, dat ge in den laatsten
tijd zoo droevig zijt geweest, Dorothea!"
«Ik gevoelde mij niet tc wel in de laatste weken.
Mevrouw von Walhaus wenkte haren echtgenoot,
om Dorothea niet lastig te vallen, liet deed baai-
als eeue liefhebbende moeder van harte leed dat
zij hare dochter moest zien lijden.
De baron deed echter alsof hij niets merkte.
«Mij dunkt, Frederik scheen ook ontstemd te zijn?"
Dat was te veel voor het goede hart van Dorothea.
Haar overkropt gevoel kon ze niet langer bedwingen.
Hoe weinig ze ook van Frederik hield, hoe weinig
mensclielijk gevoel ze hem ook had toegeschreven,
toch liad ze niot durven of kunnen denken dat hij.
zoo onedelmoedig, zoo laag van karakter was, dat
hij zich in 't leed van anderen kon verhengen. Hij
was 't immers, volgens zijn eigen zeggen, die der.
naam van Bernard Steenhuis aan de verachting
van 't vooroordeel had prijs gegeven. Neen! dat
kon ze niet vergeten. «Ik verklaar Bernard
Steenhuis van dit uur af aan den oorlog." die
woorden galmden haar nog als onheilspellend ge-
ruisch in de ooren.
«Schrei, maar uit, lieve dochter," sprak dc baron,
«weerhoud uwe tranen niet, 't zal u verlichten, en
deel ons dan de reden uwer sniait mcé, we willen
uw geluk, daar kunt ge verzekerd van zijn."
Dorothea sloeg een dankbaren blik op haren
papa voor die woorden, welke haar gewond hart on
geschokt vertrouwen op de liefde haars vaders zoo
good deden. Die woorden waren voor haar een
schiet de walvisschen met een kanon en laat
ze dan een voor een, naar mate men ze mach
tig geworden is, wegslepen naar zijne slachterij
te Wadso. Dewijl de walvisschen zich bij voor
keur in den oniniddelijken omtrek van het
noorden van Noorwegen schijnen op te hou
den, komen de stoombooten in den regel bin
nen de twaalf uren met hunnen buit terug.
Het kanon, dat men tot dat doel gebruikt is
ongeveer vier voet lang en aan den boeg van
het schip geplaatst, en dewijl het zeer nauw
keurig gebalanceerd wordt, kan men er zeerge mak
kelijk mede mikken. Het kanon wordt ge
laden met eenen langen ijzeren bout, in plaats
van kogel, aan welks cene eind vier harpoe
nen bevestigd zijn, waarom een touw gebonden
zit, oui deze een platte gedaante te geven, en
dicht bij de harpoenen is een vijf of zes pond
zware bom. Zoodra de stoomboot den wal-
visch op behoorlijken afstand genaderd is, en
die dieren zijn in die streken niet bijzonder
schuw en staan gewoonlijk top, dat men ze
onder schot kan krijgen, wordt het kanon af
geschoten, en indien het goed gericht i«, dringt
de bout diep het vlecsch en het vet van het
dier in.
Niet zoodra heeft de walvisch het schot
ontvangen of hij schiet met eene verbazende
snelheid weg, om op die wijze zijnen vervol
gers te ontkomen. Ongelukkiglijk echter voor
het dier, kan niets voor hem noodlottiger zijn
want de uitwerking van deze snelle beweging
is, dat de bout een weinig terng gaat, waardoor
de vier harpoenen van het touw, dat er om ge-
wondeu is losraken en de bom door een aan
gebrachte mechanische bewerking uit elkander
springt. Dit heeft gewoonlijk den oogenblikke-
lijken dood van het dier ten gevolge, Echter
gebeurt het nu en dan ook wel eens, dat het
schot den walvisch niet genoegzaam treft, waar
door de bemachtiging van den visch niet zoo
gemakelijk va'tin zulk een geval snelt hij
inet eenen vervaarlijken spoed weg, en sleept
de boot met zich mede.
Spreuken en Spreekwoorden,
verzameld door M.
De mest is geen heilige, maar waar hij valt
doet hij mirakelen.
Een musch is zoowel gedekt door hare ve
deren als een zwaan.
Hebt ge geen kan, gebruik de leer.
Wat helpt een bodemlooze kan vol kennis
't Slechtste rad maakt 't metste geraas.
Door altijd in 't vuur te kijken, rookt de
Borgen geeft zorgen,
Maar Jantje Contantje
Is winst voor 't handje, en
Schulden maken vrijt naar slavernij.
Men betaalt 't gemakkelijkst met gespaard
geld.
Hoe hooger berg, hoe lager dal,
Hoe grooter boom, hoe zwaarder val.
Wilt ge wat maken,
Meet wel uw laken,
Eer dat gij snijdt.
Hij kan licht dwalen
Uit zijn palen.
Die haastig rijdt.
Klein schip, kleine zeilen,
Eigen woning, eigen dak,
Groot voorwaar is uw gemak.
Eigen keuken, eigen haard,
Groote schatten zijt gij waard.
Want dit houd ik wonder vast
Groote zalen, groote last;
En gelijk men staag bevindt
llooge torens, hooge wind.
Het goed hem naakt,
Die werkt en waakt.
Veel verhuizen kost veel bedstroo.
Trouw naar 't oor en niet naar 't oog
Als mail en vrouw het elkander brengen,
dan lachen de engelen in den hemel.
Eigen goed inaakt den lieer.
Men heeft niet meer goed dan dat men
spaart.
Op borg gehaald,
Is duur betaald.
Het ga niet te. boven wal de beurs goed maakt.
Morgen maakt de handen traag,
Daarom, doe uw werk van daag.
Uit te munten bovenal,
Is er veel ten ongeval.
Elks vogels nest,
18 hem wel 't best.
schoorsteen niet.
flikkerende lichtstraal in den donkeren nacht van
hopeloos dulden.
iloe weinig is er toch noodig om de vreugde en
hoop bij anderen te wekken en te verlevendigen;
hoe veel wordt er soms in 't werk gestekl om an
deren 't leven te vergallen. Een vriendelijk woord,
eene vriendelijke behandeling, och, ze doen zoo goed,
ze balsemen zoo menige wond, ze bezitten gelijk
een magneet, aantrekkingskracht en zijn eene too-
verroede, waarmede men ruwheid temt, toorn be
daart en liefde kweekt. Hoe veel christelijker, dat
is menschelijker. Vonden de mensehen in dit opzicht
zijn. Hoe velen echter verlangen van anderen <le
vervulling van dien plicht, terwijl zo zeiven ver
zuimen hem te beoefenen, ik meen met alle. be
scheidenheid dat wij van anderen nooit meer mogen
vergen en verwachten dan wij in gelijke omstan
digheden voor hen zouden doen. Die dezen regel
opvolgt stelt niet licht zijne eischen te hoog.
Toen mevrouw von Walhaus hare dochter zoo
bitter zag schreien, kon ook zij hare tranen niet
bedwingen en begon 't den baron wel wat bang
te moede te worden.
Hier in den huiselijken kring had hij wel op
eenmaal afstand van zijne voorooideelen willen doen.
dat was nog zoo heel raocielijk en gevaarlijk niet,
maar als hij morgen weer in aanraking met de
buitenwereld kwam dan zou hij weer meegesleept
worden en hij zou zich gewis schamen over do
zwakheid van boden. Nog miste hij don rnoed zich
l zelf te zijn en open. rond en eerlijk voor zijne
i meening en overtuiging uit te komen. Nu, dc baron
was de eonige niet, wiens karakter door die lialf-
Besluiten Benoemingen enz.
Z. M. heeft met i Mei: do. wegens langdurigen
dienst, pensioen verleend aan den vice-admiraal
F. A. A. Gregoryonder dankbetuiging voor de vele
gewichtige en langdurige diensten nan den lande
bewezen, ten bedrage van f3900.
2o. Bevorderd tot vice-admiraal, den schout-bij
nacht J. M. I. Brutel de la Rivière; tot schout-bij
nacht de kapts. ter zee J. Van Gogh en jhr. J. II.
Van Capellen, Zr. Ms. adjudant in gewonen dienst;
tot kapt. ter zee, de kapt.-luit. ter zee A. Dron-
kers en J. K. L. Gey van Pittius; tot kapt.-luit. ter
zee le kl., K. O. v. d. Veen en jhr. A. F. Meijer,
en tot luit. tor zee ie kl., de luits. ter zee 2e kl.
J. Fichet, G. II. v. Steyn en J. Dalen.
3o. Den bevorderden kapt. ter zee J. K. L. Gey
van Pittius wegens langdurigen dienst een pensioen
verleend van f2325.
heid gekenmerkt word. Gelukkig is 't te hoeten
dat dergehjken karaktertrek al zeer spoedig in 't
oog loopt.
«We zullen zien. kind." sprak Walhaus. wat we
kunnen doen. Bedaar nu maar, geef mij een nachtkus
en morgenochtend zal ik na/Ier nu t u spieken.
Ik wil u volstrekt tot niets dwingen, en wat
Frederik
«O, spaar mij dien naam, lieve pa. als ik u bidden
mag: lnj hoeft rn:jne achting geheel verbeurd."
Achtingdacht de baron, achting!"
ȕk hoop toch niet dat gij iets vernomen hebt
van van Schimsheim?"
«Neen pa! Schimsheim ken ik niet; ik weetniet
wien en wat ge bedoelt."
«O. dan is "t goed."
«Mij dunkt, beste Walhaus." sprak de barones,
«dat sedert de koinst van Frederik hier alles is
veranderd. Do vreugde schijnt uit ons .huis ver
bannen, Dorothea bezoekt niemand meer en zelve
ontvangt zo evenmin visites.
Martha, onze goede houtvestersvrouw, is stil en
afgetrokken en do rijknecht, welke Dorothea ge
woonlijk vergezelt op hare ridjes in den omtrek,
is knorrig en kort."
'tls niet te ontkennen, antwoordde Walhaus. dat
'tliier tegenwoordig verre van pleizierig is, doch
of Frederik alleen daarvan <le schuld moet dragen,
betwijfel ik: doch laat ons nu ter ruste gaan, mor
gen spreek ik u nader"
Eenige oogenblikken later was alles op 't kasteel
in schijnbare rust.
Wordt vervolgd.