HELDERSCHE COURANT
VOORHEEN GENAAMD 'T VLIEGEND BLAADJE
Nieuwsblad voor Helder, Koegras, - Texel, Wieringen en Anna Paulowna
Vergiftigde Levens.
No. 4295
DINSDAG 7 APRIL 1914
42e JAARGANG
Abonnement per 3 mnd. 65 cL, franco per post 90 ct., Buitenland f 1.S0
Zondagsblad 3745 0.75
Modeblad 65 75 „1.00
Voor het Buitenland bij vooruitbetaling - Losse nummers der Courant 2 ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
UITGEVER: C. DE BOER Jr. - HELDER
Bureau: Koningstraat 29 - Interc. Telefoon 50
Advertentlën van 1 tot 4 regels (bij voorultbet.) 30 cent Elke regel meer 6 ct.
Ingezonden mededeellngen van 1 tot 4 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent.
Advertentiën op bepaald aangewezen plaatsen worden 25% hooger berekend.
Groote letters en cliché's naar plaatsruimte. - Bewijs-exemplaar 2i cent
PLAATSELIJK! NIEUWS.
Witte Bioscoop.
Veel succes heeft de directie in de
Koningstraat met de prachtfilm in
zeven afdeelingen van het huis Gau-
mont. Zondagavond was de toeloop
van publiek byzonder groot. De ver
schillende tafereelen die we op het
doek te zien kregen van „Het kind
van Parijs" waren onafgebroken
boeiend en de muzikale begeleiding,
piano, orgel en viool was werkelijk
schoon. Het geheel is een hoogst
spannende geschiedenis, waarin een
klein meisje, Mario-Laura, een be
langrijke rol heeft te vervullen. Haar
vader, een kapitein van het Fransche
leger, moet zich onverwachts in
schepen naar Marokko. Dit bevel valt
als een donderslag in het gezellige
huis van de familie, maar de militaire
plichten eischen zijn persoon en we
zien weldra kapitein Pierre de Valen
afscheid nemen van zijn jonge vrouw
en van zijn lief kind en van z|jn
zwager, een luitenant ter zee. In de
villa „Schoonoord" komt na verloop
van tijd het bericht dat de kapitein
spoedig zal terug keeren en mevrouw
De Valen is vol goede hoop. Doch
op zekeren dag komt het telegram
dat de kapitein gesneuveld is. Acht
dagen later sterft zijne echtgenoote
van schrik en verdriet en op haar
sterfbed draagt zij de opvoeding van
haar dochtertje op aan haar zwager,
den luitenant ter zee. Deze moet echter
ook plotseling naar het Oosten en
nu komt de kleine Marie Laura op
een pensionaat. Het kind voelde zich
hier erg ongelukkig en vluchtte op
een nacht. Door uitputting op een
trottoir neergevallen, wordt zij ge
vonden door Edmond de Geleerde,
een soort moderne bandiet, die het
meisje tijdelijk bij een ruwen schoen
lapper brengt, waar zij een zeer slecht
leven krijgt. Maar een bultenaar, daar
als knechtje in dienst, heeft mede
lijden met het kind en doet het zoo
veel mogelijk in stilte goed. Daar
komt opeens de tijding uit Marokko,
dat kapitein -de Valen niet dood is
en dat hij straks in het vaderland
zal terug keeren. Hij hoort dat zijn
vrouw gestorven en zijn kind ver
dwenen is en looft een groote be
looning uit voor inlichtingen omtrent
haar. Thans slaat Edmond de Geleerde
zijn slag, bericht den kapitein dat hij
de schuilplaats van zijn kind weet
en eischt daarvoor veel geld. Na het
teekenen der wissels wordt De Valen
echter overvallon en gaat de schurk
weer met het kind op de vlucht.
Het gelukkige slot is, dat hij door
den bultenaar na veel wederwaardig
heden te Nizza wordt ontdekt, dat
Marie-Laura weer in handen van haar
vader komt, dat de politie den boef
arresteert en. dat het bultje door den
kapitein als kind wordt aangenomen.
Pensioen Marine-personeel.
In een vergadering van de ver-
eeuiging „Voorwaarts", Bond van
actief dienende Onderofficieren-Machi-
nedrijver- en Stoker, gehouden op 30
Maart. 11., is de volgende motie aan
genomen
De afdeeling Helder, enz.
gehoord de uiteenzetting betreffen
de de aangebrachte verbeteringen,
vervat in het „Ontwerp van Wet",
regelende de pensioenen voor de Zee
macht;
overwegende, dat steeds geijverd is
voor een standpensioen gebaseerd op
het inkomen van den militair;
overwegende, dat aan dit beginsel
in het Ontwerp geen uitvoering is
gegeven, doch dat ook thans weder
het standpensioen door een willekeurig
bedrag wordt vastgesteld;
van oordeel, dat die voorgestelde
bedragen van het jaarlijksch pensioen
als absoluut onvoldoende moeten wor
den beschouwd;
spreekt over een en ander haar diepe
teleurstelling uit en draagt het Hoofd
bestuur op, het beginsel te blijven
handhaven, dat ook voor militairen
het pensioen naar het inkomen be
hoort te worden vastgesteld, en in de
FEUILLETON.
Een beeld der werkelijkheid.
3)
Hoogblond, met lachende blauwe
oogen, een wipneusje en een kleinen,
welgevormden mond, trok zij vooral
de aandacht door hare schitterende
gelaatskleur, en haar slanke, welge
vormde figuur. Men had geen moeite
te zien welk een zorg zij aan hare
kleeding besteedde, en toch scheen
zij niet aan haar toilet te denken,
en zou men gezegd- hebben dat de
bevalligheid harer manieren onge
kunsteld en aangeboren was.
„Zij is mijn trouwe, kleine bond-
genoote," sprak de vader tot juffrouw
Holdius: „Mijn vrouw is een waar
huismoedertje, wij hebben dan ook
twaaf kinderen, zoodat er voor haar
niet veel tijd overschietdoch' Mar-
celle helpt mij mijDe bezoeken te
ontvangen, en weet op alleraardigste
wijze de dames bezig te houden die
haar portret door mij laten schilderen.
Z(j houdt ook myne boeken bij, wat
een heel ding is."
„Zij is dus heel knap?" vroeg de
weduwe, vol bewondering het jonge
meisje aanblikkende, dat in druk
gesprek met Onno gewikkeld was.
„Zij is vooral handig, want ik
droeg er zorg voor geen blauwkous
van haar te maken. Niets ontsiert
huidige omstandigheden met alle ten
dienste staande en veroorloofde mid
delen bij Minister en Kamei leden aan
te dringou, op verhooging van de
voorgestelde pensioensbedragen
besluit deze inotie te publiceeren
en gaat over tot de orde van den dag.
Ineen adres, gericht aan den Minister
van Marine en aan de leden der Tweede
Kamer worden de noodig geachte
wijzigingen in de Pensioenwet uiteen
gezet, terwijl liet adres vergezeld is
van een uitvoerige memorie van toe
lichting.
Ook de vereeniging van onderoffi
cieren en militaire geemployeerden
in den rang van onderofficier behoo-
rende tot de Nederlandsche landmacht
„Ons Belang" heeft een adres gezonden
aan de Tweede Kamer, naar aanleiding
van het ontwerp van wet tot nadere
aanvulling van de Pensioenwet voor
de landmacht 1902.
De bedrageü, welke worden vast
gesteld, zijn veel te laag voor levens
onderhoud en niet overeenstemming
met het genoten salaris, zooals dit bij
officieren en burgerlijke ambtenaren
wèl het geval is; de wet is niet van
terugwerkende kracht tot het tijdstip,
waarop de pensioenen der officieren
zijn verhoogd, ofschoon zulks in uit
zicht is gesteld.
Adr. verzoekt het daarheen te leiden,
dat de bedoelde wijzigingen alsnog
worden aangebracht, in het bijzonder
de verhooging der pensionbedragen
tot het 2/s der laatstelijk genoten jaar
wedden en de terugwerkende kracht
tot 1 April 1911.
Rein-Leven-beweging.
De groep Helder van de Rein-Leven-
beweging hield Zaterdagavond eene
openbare bijeenkomst op de bovenzaal
van café „Central", waar de heer
Ehrbecker van Haarlem sprak over
het onderwerp „Hoe wy het huwelijk
beschouwen". De vergadering, die
door weinigen bezocht was, was
zooals mevrouw Van Maanen-Martiu
in een openingswoord mededeelde,
uitgeschreven naar aanleiding van
een den vorigen avond gehouden
propaganda-vergadering der Neo-
Malthusianen. De bedoeling was om
tegenover de materialistische leer
van hot Neo-Malthusianisme de meer
ideëele der R.-L.-beweging te stellen.
Wij maken van de vergaderingen
der nieuw-malthusianen nooit gewag
in ons blad, omdat de daar behandelde
onderwerpen zich minder eigenen
voor wedergave in een blad als het
onze, dat in vele en velerlei handen
komt.
Om diezelfde redenen zullen wij
ook van de R.-L.-bijeenkomsten geen
verslag mak&i.
BINNENLAND.
Pestbestrijding op Java.
Zaterdag hebben zich wederom
twee geneesheeren aangemeld, zoodat
op dit oogenblik twintig geneesheeren
en bacteriologen, van wie vijf dames,
aan den oproep hebben gohoor ge
geven.
Weer een kazernebrandje.
In de kazerne te Roermond is
Zaterdagmiddag een begin van brand
ontstaan, dat echter spoedig gebluscht
kon worden. Daar een stroozak, die
over twee kribben was gelegd, aan
de onderzijde brandde, rees ook hier
het vermoeden dat men gepoogd
heeft brand te stichten. In verband
hiermede vernemen wij nog dat
korten tijd geleden eveneens een
begin van brand in de kazerne ont
dekt is.
Hst ontslag-Beishuizen.
Blijkens de Bode heeft de minister
van binnenlandsche zaken op het
adres van het hoofdbestuur van den
Bond van Nederlandsche Ondewijzers,
om het besluit van den gemeente
raad van Stedum, waarbij. G. Th.
Beishuizen werd ontslagen als onder
wijzer aan de openbare lagere school
de vrouw zoozeer, of kan haar slech
ter dienst bewijzen. Maar zij is van
alles op de hoogte wat mij nuttig
kan zijn."
„Schildert zij ook
„Neen," antwoordde hij met een
diepen zucht: „en ik dank er den
hemel voor, dat zij geen aanleg bezat
om kunstenares te worden. G|j weet
niet half hoe hard de strijd der
artisten wordt. De markt is overvoerd.
Een ieder meent dat hij iets onster
felijks kan voortbrengen, zoodat het
al heel moeilik wordt zijn arbeid te
plaatsenmaar ook al slaagt men,
zooals ik, dan nog leidt men oen
bestaan van armoede."
„Van armoede herhaalde Onno's
moeder, die hare ooren niet durfde
gelooven, zoo zonderling kwam dat
woord haar voor, in den mond van
den man, die hen op vorstelijke
wijze onthaalde, en eene reis maakte,
die anderen een onbereikbaar iets
zou hebben toegeschenen.
De schilder streek zich, met kramp
achtig gebaar, de langen bruine lok
ken van her voorhoofd weg en
hernam
Dat is het juist wat anderen nooit
begrijpen, en toch onzen vloek uit
maakt. Als ik terugdenk aan het
gezin m(jner ouders, ik zie aandien
haard allerlei weelde heerschen, die
hoe eenvoudig hunne levenswijze
ook was, voor ons een onbekend
genot blijft. Zij gaven geen feesten,
en bewoonden zeer zeker geen paleis,
maar met een inkomen van drie
duizend gulden, slaagden zij er in
te Gaiuthuizen met ingang van den
dag, waarop hem het door Gedepu
teerde Staten goedgekeurde besluit
zou werden medegedeeld, en welk
besluit is goedgekeurd door Gedepu
teerde Staten van Groningen te ver
nietigen wegens strijd met het al
gemeen belang, geantwoord, dat er
voor de regeering geen termen be
staan om aan het verzoek te voldoen.
Bloembollen.
Men schrijft uit Lisse;
Het prachtige weder der laaste
dagen en vooral de vele zonneschijn
heeft den bloei der bloembollen der
mate verbaast dat men nu reeds kan
zeggen dat alles vrij wel open is.
De beste tijd om een en ander te
zien is beslist de aanstaande week.
Er wordt reeds heel wat af gesneden
voor de Engelsche markten.
Hst tramongeluk bij Sloterdijk.
Het ongeluk met de Haarlemsche
tram is ten opzichte van de passa
giers wonderlijk goed afgeloopen. Er
waren een negental passagiers in
den omgeslagen wagen, die geon
van allen ernstige verwondingen
opliepen. De meesten kwamen er
met snijwonden af. Ook de wagen
bestuurder is niet ernstig gewond,
kreeg een snede in het hoofd en werd
door dr. Brand uit Sloterdijk ver
bonden, waarna hij naar Zandvoort
is vervoerd, waar hij thuishoort.
De oorzaak van het ongeluk is
toeteschrijven aan te snel rijden. De
wagenbestuurder is Zaterdag gehoord
en de Raad van Toezicht op de
Spoorwegen zal een onderzoek naar
de oorzaken instellen.
Spoorwegongeluk bij Halfweg.
Nabij Halfweg was Zaterdagmiddag
een goederentrein, ongeveer 15 wa
gens groot, komende uit Haarlem,
om 1 u. 20 min. tot op één K.M. af
stand van- het station Halfweg ge
naderd, toen hij plotseling uit de
•ails vloog, hoewel het signaal op
veilig stond en ook de wissel, zooals
nader bleek, een goeden eindstand
had. De locomotief, tender en vijf
goederenwagens derailleerden, wat
ten gevolge had, dat zoowel op het
spoor in do richting van Amsterdam,
als op dat naar Haarlem in de eerste
uren geen treinen meer konden
passeeren.
De zware locomotief werkte zich
diep in den lossen grond en lag
schuin tusschen beide sporen. De
goederenwagens kregen geen mate-
rieele schade, bij de locomotief was
een en ander verbogen. Persoonlijke
ongelukken hadden niet plaats.
Naar Amsterdam en Haarlem werd
dadelijk om hulp geseind en woldra
waren eenige locomotieven en wagons
met werktuigen en spoorwegarbeiders
op de plaats van het ongeluk aan
gekomen.
De vijf gederailleerde wagons waren
spoedig weer in de rails en naar
Haarlem weggereden.
Om half vier was de zware tender
door de beide locomotieven weer op
het spoor getrokken, en daarop werd
direct aangevangen met de locomotief.
Het geheele spoorwegverkeer van
en naar Amsterdam ging over Uit
geest, wat voor eiken trein ongeveer
een half uur vertraging veroorzaakte.
Do eerste trein, die over Uitgeest
ging, was de Panische sneltrein van
1 u. 45 min. Tusschen het tijdstip dat
het ongeluk gebeurde en 5 uur pas
seeren in beide richtingen ongeveer
25 treinen Halfweg.
Zichzelf aangemeld.
Sinds eenïgen tjjd deed de jusitie
te Alkmaar pogingen, om een tweetal
„dames", van wie er een dein den laat-
sten tijd veel besproken echtgenoote
was van den zaakwaarnemer F. te Tiel,
iri hooger beroep door het Arnhem-
sche hof wegens chantage bij
verstek tot 8 jaar werd veroordeeld,
in handen te krijgen, daar de ver
denking van oplichting op haar rustte.
Een zoon van den landbouwer D. te
Spierdijk stond sinds eenigen tijd
met deze „dames" in betrekking.
De vader was zoo onverstandig om,
mede op advies van zijn zoon geld
te geven op schuldbekentenissen en
accepten, welke zich in het bezit van
genoemde vrouw bevonden, veel geld
tot een bedrag van ongeveer
f 19,000. Voor deze som ondernamen
de beide vrouwen en de jonge D.
een reisje door West-Europa.
Zy bezochten o.m. België. Frankrijk,
Engeland en Duitschland.
Dezer dagen bevonden de beide
vrouwen zich alléén in Berlijn. Toe
vallig sloeg de jongste een Holland-
sche courant op en las daarin, dat
beider aanhouding werd gevraagd.
Zij vroeg aan de oudste nadere op
heldering, en ontving de verzekering,
dat deze zich niet bewust was van
eeuige schuld. Het gevolg van het
dispuut was, dat er een telegram
werd gezonden naar den rechter
commissaris te Alkmaar „wij komen
hedenmiddag te Alkmaar." Natuur
lijk dacht de rechter commissaris, die
te Brussel, Londen, Parijs, Dusseldorf
en elders reeds pogingen had aan
gewend, om aanhouding te krijgen,
aan een April-grap. Zeker tot zijn
niet geringe verbazing hebben beide
vrouwen zich inderdaad zelf aange
meld. Zy kwamen opheldering vra
gen Zij zitten thans in het huis
van bewaring en de opheldering zal
nu wel van haar kant moeten komen
lAlkin. Ct.)
Sport.
Voetbal.
Uitslagen:
te Helder: MetrU9t
H.F.C. III—P.P. 3-0
H.F.C. II en III Sparta 0—1
H.F.C. II-H.B.S. II 1-0
H.F.C. I-Mil. Elftal 2-0
op Texel
SportclubAdelborsten 4
te Hoorn
Hollandia IIS.H. B.S. I 2
Overzicht der Nacompetltie.
Eindö
3-5
1-1
2-0
3-0
S'èij'E o bon 0
O0O1> PlS 0
H.F.C. I 4 4 0 0 10 3 8 2.-
Hollandiall 5 3 0 2 13 9 6 1.20
S.H.B.S. I 4 2 0 2 9 5 4 1.-
Alc.Vict.II 5 0 0 5 4 19 0 0.-
Verloop der wedstrijden.
H.F.C. I-Militairen.
De Zondagmorgen liet zich goed aan
zien en gaf goede hoop voor den middag.
Wel 3tond er een flinke bries, maar
overigens was het prachtig weer èn
voor de spelers èn voor het publiek.
Hoe werden we echter in onze ver
wachtingen teleurgesteldTegen den
middag verdween het zonnetje, de
wind stak heviger op, terwyl een fijne
regen do zaak nog slechter maakte.
Niettemin was de opkomst der toe
schouwers bevredigend en ook de heer
Van de Bogaerde was met zijn corps
aanwezig, hetgeen we zeer op prijs
moeten stellen. Weldra verschijnen
de elftallen, beide hebben invallers;
zoo mist H.F.C. Dito. Kiljan en Van
Arnhem, ook de Mil. missen een
drietal spelers, waaronder de aanvoer
der, die zijn club in den steek liet.
De partijen zien er zoodoende a.v. uit.
Kteraorla.
Keizer. Meerburg.
Bek. Goea. Kikkert.
Durljn. Taylur. Lengton, Grootte. Cortlials.
9
Woltering. Komman. Rosa. Wolf. Doms.
Frummel. Verbeek. Grande.
Steiln. Romün.
RoelB.
De wind staat bijna dwars over het
veld, als de aftrap plaats heeft. De
Mil. trachten den eersten aanval te
ondernemen, maar dat lukt niet erg.
Meerburg plaats den bal bij Lengton,
die echter te hard naar rechts pas
seert, zoodat Kootje in zijn vaart met
bal en al over de lijn stuift. Daarna
komt de provinciale, internationale
rechtsbinnen (wat een geschreeuw
aan de beurt, maar Rosa, die eerst ach-
j ter speelde, blijkt een duchtig tegen-
stander. Handig glipt hy tusschen de
H.F.C'ers door, zet de R-buiten aan 't
werk, wien het echter niet gelukt
de backs te passeeren. Nu komt
Grootte eens uit den hoek hij heeft
zijn ouden partner weer bij hem en
dien zal h|j wel even laten loopen.
Corthals is helaas nog niet de oude,
daarom combineert Grootte maar
eens met Lengton. Hij geeft dezen
een prachtkans, die dan ook even
mooi in een doelpunt wordt omge
zet (1—0). Luid klinken de fanfares,
dat is iets nieuws op 't sportterrein,
het doet je aangenaam aan en ook
op de spelers oefent het een zonder
lingen invloed uit. Beide partijen
„zitten reusachtig op den bal", zooals
men dat in de sportwereld noemt.
Rosa, Giande en de linksmidden
weren zich geducht, maar kunnen
het spel toch moeilijk verplaatsen.
Taylor jaagt een bal over de lat
een paar hoekschoppen getuigen van
den druk op het Mil.-doel. Dorlijn
doet zyn buurman na en laat het
monster (d.w.z. niet zijn buurman i
eens aan de lat ruiken. Rosa weet
daarop nog net bijtyds een doodelijken
knal van Grootte te verhinderen.
Toch begint het vuur eruit te raken.
De heer Van de Bogaerde bemerkt
ook zoo iets; dat moet voorkomen
worden. Daar grypen zijn mannen
naar de wapenen, een enkel teeken
van den „meester" en luide klinken
de tonen over het slagveld. Dat helpt,
het doet den geestdrift plotseling op
laaien tot een schier onuitbluschbaar
vuur. Dat is iets vreemd voor de
H.F.C.'ers. De Mil. overrompelen hen
Rosa is weer de leider. Vlug zendt
de L.-binnen een goed schot in, dat
Riemerts even goed stoptweldra
suist kort daarop een tweede kei van
den R.-binnen langs den paal. Maar
op ons Jantje, ook een militair in
hart en nieren blijft dat a'les uiefc
zonder invloed, zoo'n eigenaardig ge
voel maakt zich van hem meester
en onder het dreunen van de krijgs
muziek heeft een verwoede aanval
plaats; hoort het gedonder van 't
geschut, ziet het trillen van het net
(dat er niet was) .Lengton stond
buitenspel, ritireeren dus, maar dan
een hernieuwde stormloop, luid
schallen de trombones of pistons
(of hoe die dingen anders mogen
heeten), maar nog luider, alles over
stemmend, klinken de hoera's van
het enthusiaste publiek (2—0).
Weldra gaat do rust in. Een populaire
mop doet den tijd snel voorbijgaan
en weldra is 't weer opstellen. De
Mil. hebben eenigszins het voordeel
van den wind en schynen verder 12
man in 't veld te brengen, hetgeen
velen niet opgemerkt zullen hebben.
Eerst zijn zij de aanvallende partij.
De R.-binnen schiet weer naast;
Rosa, thans middenvoor, bezorgt
Riemerts eenige benauwde oogen-
blikken. Een hoekschop wordt gevaar
lijk voor H.F.C.Rosa kopt den bal
net naast. H.F.C. schijnt al haar
krachten in te spannen en bet taaie
verdedigen der Mil. verdient ver
melding.
Alles concentreert zich op het Mil.-
doel, allen willen „goaltjes" maken.
1 Lengton en Grootte jagen maar over;
Bak gaat schieten, weer naast. Een
oogenblik later kruipt hij weer naar
I voren. Hij schiet tegen den onder
kant van de lat en werkelijk springt
de bal het doel in (3-0). De Mil.
werken hard en kort voor tijd weet
de R.-buiten te doelpunten. Wegens
buitenspel wordt dit echter niet toe
gekend, zoodat H.F.C. wint niet 3 -0.
't Is dun tegenover zoo'n ongeoefende
ploeg.
H.F.C. II-H.B.S. II.
't Is niet vaak gebeurd, dal een
2e klasse-match in de sportrubriek
„verslagen" werd. We moeten echter
deze jeugdige eerzuchtigen ook wat
aanmoedigen. Een enkel woordje dus.
De opstelling was a.v.:
Hagenaar.
Keizer. Meerburg.
N.N. Wiving. Tommy.
Bakker. Gode. Riomers. Feij. Boogli.
9
Bakker, v. d. Hen. Steegers. Hofman. Reuvers.
X. Gouda. G. Slikker.
Treffers. Bruin.
De Booy.
Aanvankelijk was de L.-vleugel
van H.B.S. de aanvallende partij.
Tommy werkte hard, maar werd
eerst nog al eens gepasseerd, waar
door soms een voorzet volgde. Keizer
verplaatst dan hot spel. De veteraan
Riemers toont nu wat hij kan. Mooi
combineerend met Fey, passeeren z|j
Bruin, daarna zendt Feij een schot in,
dat De Booy te machtig is en langs
de paal in het doel rolt (I—0). De
R.-binnen Hofman trekt dan de aan
dacht. Hij doet een goed schot, dat
Hagenaar stopt, daarna geeft hij
Steegers een kans, die, voor open
doel, helaas naast schiet. De aan
vallen zijn nu wederkeerig. Feij be
derft een kans voor Gode door buiten
spel. De rechtsmidden van H.F.C.
zuivert zijn gebied met verre trappen.
De R.-vleugel van H.F.C. doet weinig,
de linksmidden bedwingt hem goed.
Toch is H.B.S. nu sterker. Ze ver
krijgt een hoekschop, die achter gaat.
Meerburg werkt nog al eens gevaar
lijk weg. Dan keert het spel weer,
als Boogh opbrengt. Riemerts schiet
over de lat. De Booy begaat een fout,
door den bal buiten het strafschop
gebied aan te raken. Hiervoor kent
de scheidsr. verkeerdelijk een straf
schop toe, die gelukkig gekeerd wordt.
De rust gaat in met 1-0. Y.d. Ben
valt uit en wordt vervangen door
Schut. We krijgen dan een herhaling
van het eerste gedeelte. Alleen weet
H.F.C. uit een strafschop, door Schut
veroorzaakt en door Gode genomen,
den stand op 2—0 to brengen. H.B.S.
is niet gelukkig, als ze eveneens een
strafschop krijgt te nemen, die Tref
fers maakt. Hagenaar weet echter
het gevaar te voorkomen. Zoo eindigt
de wedstrijd met 2—0, dat eigenlyk
wel 2—1 had kunnen zyn.
Kees.
HOLLAND-DUITSCHLAND.
De eerste voetbalmatoh in het Stadion.
Deze eerste wedstrijd is er een
van bijzonder succes voor het Stadion
geweest. Niet minder dan ruim 22.000
bezoekers hebben dezen wedstrijd
bygewoond. En allen hebben genoten
van een prachtig stuk voetbalspel.
Zoowel van de Duitschers, als van
de Hollanders.
Hoewel vrij algemeen een over
winning der Hollanders verwacht
werd, heeft dit niet het geval mogen
z|jn. En het zou inderdaad onbillijk
geweest zijn, indien een van beide
partijen gewonnen had. Het gelijke
spel drukt zeer juist de verhouding
uit.
Het verloop van den wedstrijd was
zeer spannend. Vóór de rust weet
Holland slechts éénmaal te doel
punten. Verder kunnen de oranje
hemden het niet brongen. Wel heeft
de Duitsche doelverdediger dikwijls
de handen vol, evenals onze Göbel,
maar tot het verkrijgen van een
doelpunt komt verder geen van beide
partijen.
Na de rust is Duitschland in den
beginne veel sterker. Watervlug spel
geven zij te zien, en een prachtig
combineeren. Het duurt dan ook niet
lang of Duitschland maakt gelijk,
onder gejuich der aanwezige landslui.
Kort daarop volgt een tweede doel
punt voor de Duitschers.
Dan verslapt de Nederlandsche
voorlinie. Hoe de verdediging en de
middenlinie ook werken, alléén kunnen
zij het niet doen. Duitschland is in
dit oogenblik overwegend sterker, en
als bij een prachtig doorgezetten
aanval der Duitschers door Bonman
gemist wordt, plaatst de r.-binnen
Jiiger den bal onhoudbaar in het
net, waardoor Duitschland met 8—1
leidt.
Dat is het publiek te erg. Alles
schreeuwt en vuurt de Oranje mannen
aan. Men eischt dat ze gelijk zullen
maken. Ook de spolers begrijpen dat
het zoo niet kan blijven.
•En nu kreeg men het mooiste ge
deelte van het Hollandsche spel,
waarbij de oranje-hemden het sterke
stukje te zien gavon, om in den tijd
van een 20 minuten de stand van
3 -1 op 4 - 3 te brengen. Al'e spelers
doen hun uiterste best, het publiek
is dol van vreugde als gelijk gemaakt
wordt, en als het 4e pont voor
Nederland gemaakt wordt, is het een
oorverdoovend gejubelwie zit, staat
op, men danst op de tribunes. Neder
land leidt weer. Echter weet Duitsch
land in de laatste 6 minuten nog
eenmaal het Hollandsche doel te
vinden, doordat een schot van den
Duitschen r: b. door Bouman aange
raakt wordt, hetwelk de richting
van den bal veranderd, welke dan
onhoudbaar in het net te landen
komt. In de minuut, die toen nog
te spelen overbleef kon er geen ver
andering in den stand meer komen,
zoodat het einde dus komt met een
gelijk spel.
Lotsy was de ster van het veld.
Een van de prachtigste oogenblikken
was wel het moment waarop, een
hoekschok, door Noorduyn scherp
voorgezet, door de voorlinie niet benut
werd, en bij Lotsy te land kwam,
die dan op grooten afstand een hard
schot geeft, dat onhoudbaar in het
Duitsche net belandt;. Bij het einde
was zyn naam dan ook op aller lippen.
Het spel heeft ook veel geleden
door het zeer gladde terrein. Her
haaldelijk gleden de spelers uit of
vielen op den grond. De fijne regen
van 's morgens zal hiertoe wel het
zyne bijgedragen hebben.
Schaken.
Nederland-Engeland.
lij stemming is uitgemaakt, dat in
den wedstrijd Nederland—Engeland
de volgende spelers voor Néderland
zullen uitkomendr. OUaod, dr. Esser,
jhr. A. E. v. Foreest, Lèussen, Gans,
Geus, jhr. D. v. Foreest, Fontein.
De wedstrijd vindt plaats in het
gebouw van Pulchri Studio, te's-Gra-
venhage. Er wordt gespeeld Zater
dag 11 April en Maandag 13 April.
geen kommer hoegenaamd voor den
dag van morgen te koesteren, wisten
zij niet wat het was in schulden te
geraken."
„Schulden?" prevelde juffrouw
Holdius op verschrikten toon„Ik
geloof dat ik sterven zou van schaamte
als ik schulden had."
„Daar hebt gij 't al. Zoo ook dacht
mijne moeder er over. De arme,
brave ziel heeft gelukkig nooit gewe
ten hoe verschillend m|jn leven was."
„Maar verdient gy dan geen geld?"
Renaud lachte hartelyk om die
vraag en antwoordde:
„O! ik maak op een jaar ongeveer
een ton."
De oude vrouw sloeg de handen
van verbazing in elkander. Een ton
maar dan moest hy al lang schatrijk
zijn en hy durfde zijn ouders benijden,
die slechts drieduizend gulden per
jaar hadden
Hij zag hare verwondering en
glimlachte wederom.
„Ja, ziet gij, geld is iets zoo be
trekkelijks men kan rijk zijn met
eene kleinigheid en doodarm met
eon ton. Dat alles hangt af van de
vraag hoe hoog men in zijne wenschen
gaat. en w|j kunstenaar streven altyd
naar het onbereikbaredat ligt zoo
wel in onzen aard als in onze liefde
tot het schoone, die door onzen werk
kring dagelyks meer en meer in
ons ontwikkeld wordt. Hoe wilt g|j,
bij voorbeeld, dat een schilder, die
in alles harmonie van kleuren en
lijnen zoekt, zich tevreden zou stellen
met meubels die niet rijk gestoffeerd
zijn of geen bepaalden stijl aangeven
j Wij hebben des winters in de stad
gewerkt en moeten daarna onze oogen
I laten uitrusten door den aanblik der
j groene weiden en der blauwe zee.
Ook buiten huren wij een villa of
Ieen optrekje dat aan onze droomen
beantwoordt. Onze vrouw en kinderen
moeten gekleed zyn volgens onze
teekening. Zien wij een kunstvoor-
werp, of wel de eene of andere merk-
waardige oudheid, wij kunnen niet
t nalaten het aan te koopen. Op
onze feesten moet men slechts goede
muziek hooren, wij kiezen daartoe
de zangers der groote opera, die voor
een enkelen avond elk duizend francs
van ons krijgen, of wel wy laten
het personeel van het Theatre fran
cais voor onze vrienden optreden en
die aardigheid kost een kleine drie-
duizend gulden. Gy ziet reeds aan-
stonds dat er heel wat geld mede
heengaat. Verleden jaar betaalde ik
aan huur alleen, voor myn atelier,
j mijn huis en myn villa's, een groote
j twaalfduizend gulden."
Het moedertje had hem verschrikt
aangehoord en vroeg thans met
onvaste stem
„En zijn alle kunstenaars zoo T'
worden het van lieverlede."
En als zij het niet betalen
kunnen
„Dan geraken zy in de schulden,
dat is alles.
Een onbeschrijfelijke angst maakte
zich van hare eenvoudige ziel meester.
Dus zou haar jongen, haar Onno, die
tot hiertoe van zoo weinig had ge
leefd, ook eenmaal zoo veeleischend
worden, en zich niet meer bekom
meren over de vraag of hij iets wel
betalen kon? Zij huiverde bij de ge
dachte alleen, want zij kende hem,
en wist dat hij zich nooit zou kunnen
gewennen aan drukkende geldzorgen.
Zijn eerlijk gemoed zou er van
ochtend tot avond onder lijden, en
misschien
O! Hoezeer had haar brave .man
gelijk gehad voor hem van geen
kunstenaarsloopbaan te willen hooren
Zij had vroeger nooit zoozeer ingezien
welke redenen hij daarvoor had en
hem wel eens van wreedheid tegen
over den jongen beschuldigd, maar
indien zijzelve alles had geweten,
nooit neen nodit had zij hem hare
toestemming gegeven. Gelukkig voor
haar, werden hare gedachten afge
leid door Marcelle, die thans begon
te spreken over al de wonderen van
Parijs, en haar ook vertelde van hare
moeder en van hare gansche familie.
Het jonge meisje had nog twee
oudëre broeders, die in dagbladen
schrevende overige kinderen waren
jonger dan zijzelve, die op het punt
stond haar negentienden verjaardag
te vieren.
„M|jne kinderen weten allen dat zij
de handen duchtig uit de mouw zullen
moeten steken om geen hongerlijders
te worden," zeide Georges Renaud:
„Gelukkig hebbende jongens een vlug
verstand ontvangen en zal ik de
meisjes nog wel een kleinen bruids
schat kunnen mede geven. Niét veel,
want daartoe zyn er te veel, maar
toch altijd een zevenduizend gulden,
genoeg om haar huishouden van op
te zetten. Maar nu over iets anders
gesproken; ik ben recht blij kennis
met u beiden te hebben gemaakt.
Na al die vreemde toestanden welke
men in Frankryk aanschouwt, doet
het goed, zich weer eens met bravo,
eenvoudige lieden te bevinden, en ik
zocht te vergeefs naar de vrienden
myner kinderjarenzij waren of wel
gestorven, of wel sedert lang naar
elders vertrokken. Toen ik gisteren
met uw zoon sprak, scheen het mij
toe dat ik voor het eerst weder de
lucht van m|jn geboortegrond in
ademde. Wij moeteu elkander dus
veel zien, gedurende de weken die
ik in Holland door hoop to brengen.
Wat zoudt gy er van zeggen, indien
ik u eens voorstelde ons morgen naar
den Haag te vergezellen?"
Den Haag? Daar was juffrouw
Holdius nog nooit geweest, en de
residentie was steeds aan hare ver- i
beelding voorgekomen als een toover-
woord, dat onbereikhaar voor haar
was, maar ook al verlichtte, bji het
denkbeeld alleen die schoone stad te
betreden, een glimlach van geluk
haar zacht gelaat, zij herinnerde zich
al spoedig dat zulk een tochtje hare
krachton ver te boven ging.
„Ik dank u hartelijk, mijnheer,"
zeide z|j. „Gij z|jt werkelijk al te
goed ons tot reisgezelschap te
willen hebben, maar ik ben niet
r|jk
„Onzin! Wio spreekt hier van geld?
Ik ben uw gastheer, en ik noodig
Ingezonden Mededeeling.
Een kleine pil geneest
een groote bloedarmoede.
B|j de bloedarmoede heeft een aan
zienlijke vermindèring van rooda
bloedbolletjes plaats. Deze bolletjes
die juist aan het bloéd z|jn roodè
kleur geven, z|jn de dragers van dé
zuuratof die z|j opnemen wanneer
zy door de longen gaan. Ziedaar
waarom hij die geen rood bloed heeft,
geen gezondheid kan bezitten. Ieder
een weet dat het lichaam niet kan
leven zonder zuurstof. Dus, wanneer
de roode bolletjes verminderen,'ver
mindert de opgenomen hoeveelheid
zuurstof in gelyke mate en de ge
zondheidstoestand volgt dezelfde 'be
weging.
Dan komen de karakteristieke ver
schijnselen voor den dag, als luste
loosheid, bleekheid der lippen en van
het gelaat, verlies van eetlust, hart
kloppingen bij een eenigszins hevige
oefening. Indien de ziekte wordt ver
waarloosd, vermeerderen deze ver
schijnselen heel natuurlijk in aantal
en in krachten; er komt een oogen
blik dat alle hoop om het kwaad te
herstellen verloren is. Bijtijds aange
vat, is het kwaad zeer gemakkelijk
te genezen en het middel dat gebruikt
moet worden, is een versterkend ge
neesmiddel, dat de kracht heeft de
roode bloedbolletjes te vermeerderen
en de zuurstof naar de weefsels en
spieren over te brengen. De Pink
Pillen zijn dat versterkende genees
middel, en in de geneeskundige
wetenschap is er niets zoo zeker als
de genezing der bloedarmoede door
de Pink Pillen.
De Pink Pillen zijn verkrijgbaar
b f 1.75 per doos, en f9.- per zes
doozen bij het Hoofddepot der Pink
Pillen, Dacostakade 15, Amsterdam,
voor Helder en Omstreken bij
H. DE BIE - Biebstekbb, Keizerstraat
93 en H. W. ZEGEL, Kanaalweg 63
te Behagen by J. ROTGANS; te den
Burg (Texel) bij T. BUIS en verder
bij verschillende Apothekers en goede
drogisten.
u uit tot hetgeen voor ons beiden
een genoegen zou z|ju."
De oude vrouw durfde zijn aanbod
thans niet meer afslaanz|j gevoelde
dat zij hem niet mocht herinneren
aan hetgeen hij haar omtrent zijne
verkwisting had toevertrouwd, maar
haar genoegen werd er ook door
vergald en zij zeide dit ook aan haar
zoon, toen zy dien avond samen
huiswaarts keerden.
Onno glimlachte over hare ge
wetensbezwaren.
„Stel u gerust, moeder," zeide hij.
„Gy begrypt toch wel dat de heer
Renaud overdrijft en heel goed met
zijn geld toe kan bomen. Met hon
derdduizend gulden op één jaar kan
men al heel wat doen."
„Dat is wel mogelijk, jongen, maar
je weet niet welk een angst hij mij
daarmede heeft aangejaagd voor je
eigen toekomst. Als je eens weidt
zooals hij!"
„Mijne toekomst zal heel verschil
lend wezen, moeder," antwoordde de
jongeling op een toon van ernst die
haar goed deed. „Voor mij zullen al
die uiterlykezaken zonder waarde
blijven. Heb ik mij ooit tot dusverre
om eenige weelde bekommerd? Neen,
m|jn geluk zal nooit anders ver
borgen liggen dan in m|jne kunst,
en in myne gehechtheid voor u, en
later
„Eu later?" herhaalde zij, teeder
naar hem opziende.
(Wordt vervolgd.)