HELDERSCHECOURANT
Tweede Blad.
Het vergaan van ,de
„Empressofireland"
No. 4317
ZATERDAG 30 MEI 1914
Agenda.
Bioscoop-Voorstellingen Kanaalweg 112.
Dagelüks 7 uur. Zondags 4 uur.
Bioscoop-Voorstellingen Spoorgracht.
Dagel«ks 7 uur. Zondags 4 uur.
Bioscoop-Voorstellingen Koningstraat.
Dagelijks 7 uur. Zondags 2 uur.
LIJST van ingekomen en vertrokken
personen.
INGEKOMEN:
Naam: Boroop: "Woonplaats: Van: Gel.
O.Aronstein, lt.t.r_lekl.,Ankerp.lG, Hll vers., Geen.
"Wod.B.v.d. Laag, zonder, Westgr. 9S, A'dam, N.H.
H.ÏLv.DUlc, leeraar, Zuidstr. 10-11, HilTers., Geen.
WJ-llamers. malr.ldsw., Loodsafh., Velsen, RC.
ILScholton, winkelier, Hoogstr. 72, R'dam, N.H.
C.Griek, zeilmaker. Koningdw.str.28, A'dam,
A.B.J.Prakken, surn. bel.. Komngstr. 112, id,
K.Mulder, kwart.m.,Callforniestr. 11, Lelden,
L.M.Middolaar, liuiskn., Hoofdgr. 80, A'dam, RC.
J.Th.But, sgt.-z.v.pl.,C.Ditostr. 12, Hellev.sl, N.H.
J.Hoep, werkman B.W., Trompstr. la, A'dam,
K. Tichelaar, Weststraat 82, Delft,
l-'.M.v.Rün, korp.-torpt., Trompstr. 18, A'dam, R.C.
J.P.Kui venhoven, krp.-8t.,Westgr. 57, K'dam,NJl.
G.J vJleurs, matroos, Achtergr. W.z. 61, id.,
A.H.Lucker, stok.-oliem.,Gasstr. 46, Arnhem, RC.
H.C.Besanson, olf mach.. Paral.W.72, A'dam, N.H.
A.J.A.Bogac-rts, boekh., lloogstr. 109, Breda, RC.
A.Franzen, huish., Kerkgr. 20, Zwartsluis, D.Gez.
S. Broers, arbeider, Koegras 7, A.-l'aulow na, R.C.
L.J.J.Dornlckx, off.-mnHoofdÉr.20,Soerabaja,N.H.
WecLG.H.Segers, zonder, Wiln.str. 77, A'dam,
Wed J.Schilder, naaistor.V osstr.8, N-Nieilorp, RC.
VERTROKKEN:
Naam: Beroep Van: Naar: Gel.:
M.Hoekstra,gep.,0ostsL8tr.85,Wormerveer,N.H.
J .de Ruiter, mac b.-teek., Loodsgr. 12, 's Hnge,
S.F.Loots, korp.mar., Artilloriestr.24e, A'dam, R.C.
L.J.Mostard,werkman, Janzenstr.69, 's Hage, N.H.
K. Bü post, werkman, Koegras 246, W.waard,
T. v.d.Borg, lottere- LoodBgr. 22, Haarlem.
C.v.d.Berg-Thijsmeijer.z., Achtera tr,16a,V eisen,
M. Wall, stoker, Achtergr. Wi ü3,_HeUev.al.,^
Langen», t
J. Brakshoofden, 1 Californiestr. 20, R'dam,
G.v.d.Reüden, of.v.gez., Bassingr. la, Haarlem,
R Staaü, korp.-stok., Trompstr. 20, Hellev.sL,
Buitenlandsch Overzicht.
De Belgische bladen commentari-
eeren nog steeds den uitslag der
verkiezingen. Wij wezen er reeds
op dat de min-vriendelijke houding
van sommige regeeringsgezinde afge
vaardigden tegenover de Vlaamsche
beweging mede een der oorzaken was
dat er hier en daar een nog al be
langrijke stemmen verplaatsing te
boeken viel.
Een der Vlaamsche bladen wijst er
op dat ook de Nederlanders, de
Hollanders zeggen ze daar, schuld
hebben aan het niet-genoeg-naar-voren
komen van het Vlaarasch. Daar wonen
in België zeer vele Nederlanders; in
Brussel alleen een 10.000 die.zich
bij voorkeur van het Fransch be
dienen.
Als zij hun eigen mooie taal spraken,
zegt het blad, een taal die het volk
zoo gaarne hoort, zouden zij propa
ganda maken voor het Vlaarasch,
terwijl ze nu onze beweging voorde
moedertaal tegen houden.
Het blad heeft wel wat gelijk!
In de Spaansche Kamer is het deze
week een paar keer rumoerig toe
gegaan. De republikeiusche afge
vaardigde Iglesias verklaarde dat hy
had hooren zeggen dat de bezetting
van Zalouen (Marokko) alleen op ver
langen van den Koning is geschied.
De souverem oefent invloed uit op
de internationale politiek. Niemand
weet alles wat er tengevolge van de
Portugeesche revolutie in Spanje is
gebeuld. De Koning benoemt en ont
slaat maar.
Het is een persoonlijke macht, die
Spanje regeert.
Een geweldig rumoer ontstond
onder en na het uitspreken van deze
beweringen. Eenige afgevaardigden
der ministerieele partij loopen naar
het midden der zaal om de republi
keinen te tarten en roepen: Leve de
Koning! De republikeinen schreeu
wen: Leve de republiek!
De zitting moest worden verdaagd.
In de wandelgangen raakten de
afgevaardigde Soriano en Antonio
Maura, zoon van den gewezen mi
nister-president handgemeen over een
andere kwestie. Maura werd op last
van den president gevangen genomen,
wijl hij Soriano geducht had toege
takeld, maar later is men toch tot
een vergelijk gekomen.
Drie reservelichtingen van het Rus
sische leger, dat is 1 millioen man,
zijn voor den tyd van zes weken
onder de wapenen geroepen. Gedu
rende dien tyd is dan het geheele
Russische leger op voet van oorlog.
't Is natuurlek een proefmobilisatie,
maar die toch te Weenen met eenigen
schrik is vernomen. De „Milit.
Rundschau" meent dat het doel is
Oostenrijk vrees aan te jagen en het
te dwingen tot tegenmaatregelen, die
het financieel moeten verzwakken.
En het blad voegt er bij: „Hoelang
zal deze stelselmatige bedreiging van
den Europeeschen vrede nog duren
en hoe lang zullen de vredelievende
buren van Rusland die uittarting
van Rusland nog werkeloos blijven
aanzien?
Wel een boetje niet-vredelievend
gesproken maar begrijpelijk.
Ten andere is ook waar dat Rus
land de millioenen die dit proefje
weer kosten zal misschien wel nut
tiger kon besteden!
President Poincaró gaat den Czaar
een viertal dagen bezoeken eu zal
daarna het bezoek van het Deensche
Koningspaar beantwoorden.
Servie moet natuurlijk ook zijn
leger in ord^ hebben al kost dat nog
zooveel. De minister droDg in de
Kamer sterk aan op de verleening
van groote credieten voor het leger.
Het in den oorlog gebruikte mate
rieel moet worden vernieuwd en in
overeenstemming met de uitbreiding
van gebied dient ook de weermacht
versterkt Met op één na algemeene
stemmen werden de credieten toe
controle-commissie wordt gëeischt
dat de souveiein van Albanië het
onderricht in den Mohammedaan-
schen godsdienst zal bevorderen, dat
Albanië zal behooren tot het Turksche
rijk en dat de mogendheden hen
zullen bevrijden van het tegenwoor
dige bewind!
De controle commissie, die vrede
stichtend rondreist heeft echter wel
eenig succes. Sommigen der aan
stokers beginnen te begrijpen dat de
eisch, om weer onder Turksch gezag
te komen in geen geval kan inge
willigd worden.
De Italfaansche bladen hebben de
meest onrustbarende berichten, waar
uit de conclusie te trekken is dat
Essad pacha in Italië aauhangers en
verdedigers vindt. Ook de Engelsche
pers maakt er aanmerking op dat
Essad werd vrijgelaten. Zij noemt
hem een beschermeling van Italië.
Ook de „Reichspost" is van oordeel
dat Essad en zijn aanhangers in ver
binding stonden met de Italianen.
Wat de zaak niet mooier maakt.
In Mexico komt waarschijnlijk
eenige verandering.
Huerta, zoo wordt bericht, heeft
om gezondheidsredenen een verlof
van zes weken gevraagd en het Con
gres heeft hem dat verleend. Hij zou
zich „voor eenigen tijd" inschepen
naar Europa. Wellicht het veiligst
voor hem.
De bemiddeliugscommissie is vol
gens de „Frankf. Ztng" tot een ver
gelijk gekomen. Huerta treedt af
maar mag zich bij de a.s. presidents
verkiezing candidaat stellen. Wordt
hy gekozen dan zal de regeering der
Vereenigde Staten hem erkennen.
Er zal een voorloopige regeering
komen die Amerika door een saluut
voldoening zal geven voor het ge
beurde te Tampico. Of de Mexicanen
zullen doen wat de commissie voor
stelt?
PLAATSELIJK NIEUWS.
De heer K. de Vries, hoofd
commies ter gemeente-secretarie
alhier, i3 benoemd tot plaatsvervan
gend voorzitter van de plaatselijke
commissie voor de ongevallen-ver
zekering.
Verschenen is heteerste nummer
van het Correspondentieblad, officieel
orgaan van de Vereeniging ter be
vordering van de belangen der Zuider-
zeevisscherij, genaamd Zuiderzee-vis-
schersbond. Alle leden, begunstigers
en eereleden van dien bond ontvangen
het blad kosteloos. Het adres der
redactie is Koningstraat no. 2, te
Helder.
Aan boord vaD de motorboot
„Bertha" op weg van Rotter Jam naar
hier, Woensdagavond stoomende ter
hoogte van Schoorldam, geraakte
tijdens de vulling van de machine,
een emmertje met benzine inbrand.
De machinist trachtte de brandeudè
emmer naar dek te brengen, doch
bekwam daarby zeer ernstige brand
wonden aan het gelaat en de handen.
Hij werd ter verpleging in het Ge-,
meente-Ziekenhuis te Alkmaar opge
nomen. Naar wij vernemen is zijn
toestand buiten gevaar.
„De Heemskerck".
Het pantserschip „Heemskerck"
wordt bestemd om tegen midden Juni
naar Westlndiö te vertrekken, ten
einde aldaar gestationneerd te worden
ter vervanging van de „Kortenaer",
die voor Tampico ligt.
Sedert eenige dagen vertoeft alhier
Kandjeng Pangeran Hangabehi, oudste
Zoon van den Soesoehoenan van
Soerakarta, Majoor van den Generalen
Staf van het Indische leger, adjudant
in buitengewonen dienst van Zijne
Excellentie den Gouverneur-Generaal
van Nederlandsch-Indië.
Een interessante Schietoefening.
Marine- en Legerbestuur blijven
steeds diligent waar het betreft iets
nieuws te beproeven. Uitteraard zijn
die proefnemingen alleen voor marine-
en legerautoriteiten, daar ze, als van
technischen aard zijnde, den leek
meestal niet interesseeren.
Wanneer wy voor dezen keer eene
uitzondering maken en iets vertellen
van eene interessante schietoefening,
die wij door welwillendheid van een der
heeren officieren, in de gelegenheid
waren aan boord van Hr. Ms. pant
serschip „Heemskerck" mede te
maken, is dat dan ook niet om den
lezer met technische en artilleristi-
sche bizonderhedec te vervelen die in
vaktijdschriften thuiahooren, maar
hem van de werkelijk interessante-
proeven met lichtgranaten, uit leekon-
oogpunt bezien, te vertellen.
Overste W. B. K. Boom, de com
mandant van Hr. Ms. „Bellona" was
de leider van deze schietoefening en
aan hem en aan zijn adjudant danken
wy de inlichtingen, die de lezer tot
juist begrip- der zaak kennen moet.
Men weet,dat torpedobooten meestal
des nachts worden aangevallen. Bij
dergelijke overvallen is het zaak alles
zoo stü en geheimzinnig mogelijk te
doende lichten op het tot den aanval
bereidde schip worden gedoofd, alle
geluid wordt gedempt tot plotseling,
als het groote schip den kleinen, schier
onzichtbaren duivel onder vuur heeft,
de zoeklichten worden ontstoken en
een verblindenden lichtschijn werpen
op het kleine monster. Dan is het
gedaan, dan bulderen de kanonnen,
en wee de arme torpedobootdie
schönen Tage von AraDjuez sind für
ihn vorüber.
Maar k laguerre comme kla guerre;
het kan voorkomen, dat het zoeklicht
defect is, dat het groote slagschip
vry hulpeloos ronddrijft en zyn
kleinen, vluggen en gladden vijand
niet pakken kan. Dan is het groote
schip overgeleverd aan den David der
zee-artillerie.
Maar: in alle stilte wordt op het
middenschip een der 16 c.M. kanon
nen in gereedheid gebracht, een
commandeert de officier,die de leiding
heeft, en het reuzenkanon schiet een
projectiel de lucht in dat een heel
eigenaardige uitwerking heeft.
Op zekeren afstand gekomen laat
ons zeggen 2500 meter - en op
zekere hoogte laat ons zeggen 450
meter (hoe hooger hoe beter de uit
werking) schiet het een lichtkogel
uit, die, eenmaal ontploft, een heldere
lichtstraal over het zoevlak werpt, en
de torpedoboot, die men wenscht aan-
tevallen „in het zonnetje" zet.
Dan bulderen van alle kanten de
kanonnen op de arme torpedoboot;
een kruisvuur wordt op haar geopend
en, ten doode gedoemd, zal zij, in de
edele deelen getroffen, zinken.
Zoodanig is de theorie en nu kwam
het er op aan die theorie aan de prak
tijk te toetsen. Diiarvoor was Vrijdag
avond alles op „Heemskerck" in actie
een menigte officieren, waaronder ook
Zyne Hoogheid Pangeran Ngabehi,
Zoon van den sultan van Soerakarta,
woonden de proefneming bij.
't Was een prachtige avond; de
wijde zee lag kalm onder den avond
lijken horizont; bloedrood ging de
zon aan den westelijken hemel onder
en beloofde een nieuwen schooneren
zomerdag. M3ar 't bleef licht en de
proefneming, te 9 uur aangekondigd,
moest worden uitgesteld totdat het
wat donkerder was geworden.
In het Marsdiep lagen op afstanden
van 1000 Meter, twee torpedobooten,
de Hekla en de Nobo, die, theoretisch
ten doode gedoemd waren. Want
beide vaartuigen lagen binnen den
belichtingscirkel van de springende
granaat, en op beiden zou theore
tisch het vuur worden geopend.
1500 M. westwaarts, van het midden
van het verlichte gebied, lag Hr. Ms.
„Medusa", die, met de „Heemskerck",
de uitwerking zou opnemen van de
schoten.
Voor den niet-deskundige, of laat
ik het leelyke woord maar gebruiken,
voor den pur-sang landrob, die met
knikkende knieën en slingerende
beenen de zwiepende plank opgaat,
die toegang geeft tot den oorlogs
bodem, is zoo'n schot een eigen
aardige gewaarwording. Gezegend de
marinier met de dot watten, die mij
gul een flinke hoeveelheid aanbood
om in de ooren te stoppen. „Ja
meneer", vertelde hij, „toen wij in
iJruuiden lagen bij 't passeeren van
den Deenschen koning, stond ik vlak
onder het kanon, maai' ik kaD u
verzekeren, dat ik dacht, dat mijne
trommelvliezen zouden barsten".
Hij had gelyk zoo'n 15 c.M.-kanon
er zyn er een stuk of zes op de
„Heemskerck" maakt een arrogaut
lawaai. Eén voordeel heeft het't
gaat net als kiestrekken, vóór je
au kunt roepen is 't gebeurd.
By dien 15 c.M. dan beerschte
bedrijvigheideenigen waren me't de
monteering van den kijker bezig.
Dut gloeilampje, uoodig voor de be
lichting wou maar niet. Maar toen
gevraagd werd „klaar om te schieten
kwam het juiste antwoord „klaar
om te schieten".
Pang! Den hemel zij dank, dat
m'n trommelvliezen „gewatteerd"
waren. Maar zoo'n kanon doet. ook
nog wat andershet werpt een oog
verblindend schitterend licht af en
de eerste oogenblikken zie je, als
leek absoluut niets, omdat je pardoes
in het vuur gekeken hebt. Het
projectiel snort door de lucht; je
hebt juist den tyd even te denken,
dat de positie van Münchhausen, die
op die manier een reisje maakte,
toch niet pleizierig was, ofeen
lichtflikkering, een seconde duisternis,
en langzaam en plechtstatig ont
plooit zich de granaat, om als een
meteoor in larghetto tempo neer te
dalen. De zee is over een afstand
van eenige honderden meters ver
licht en de vijandelijke booten zijn
goed zichtbaar.
Langzaam, langzaam daalt de
gloeiende kogel in zee, even nog
flikkert het, dan zinkt weer de duis
ternis over de wijde vlakte, slechts
verbroken door de lichten van de
„Medusa" en een oriënteervlotje.
Nu komt de techniek en het draad-
looze apparaat in werking. De mar
conist zit gereed in zijn cabin, met
de microfoon om zijn hoofd eu een
arsenaal van toestellen om zich. En
het duurt niet lang of de „Medusa"
seint den uitslag en de logarithmen-
en azimuth tafels doen de rest.
En opnieuw wordt geladen en ieder
hoopt, dat de nieuwe losbranding nbg
betere resultaten hebbe dan de vorige.
De Jantjes staan op de verschansing
en leven - hoe kan het anders?
geheel meede stophorloges van de
tijdopnemers want er moet vast
gesteld worden hoe lang de belich
tingstijd is van elke granaat liggen
ireed „klaar om te vuren
Pang! dreunt het weer, ten na-
iele van de trommelvliezen der
omstanders.
Over de resultaten der proefneming
kunnen wij uitteraard niets zeggen.
De twee eerste schoten hadden een
belichtingstijd van 28 resp. 34 secon
den ruim voldoende om een torpe
doboot plat te schieten dus. Hoe
hooger het springpunt hoe beter
natuurlek.
Behalve de officieren was een
hoofdingenieur der firma Krupp aan
boord om de proefnemingen bij te
wonen.
Men zou voor zijn pleizier vorst
van Albanië zijn!
Feitelijk heeft hij alleen nog te
Durazzo p°zag. Voor de poorten lig
gen de opstandelingen en uit allerlei
plaatsen komen berichten dat daar
de Turksche vlag wordt geheschen. w w
In een stuk aan de Internationale granaat wordt er in geladen; „vuu**"'
BINNENLAND.
Stakkerdjes.
Doornat van regen werden Donder
dag drie kinderen, een van acht, een
van zes en een van vier jaar, aan
het politiebureau op de Stadhouders
kade te Amsterdam gebracht. Vader
moest vijf maanden gevangeniss
ondergaan en had nu maar vast een
deel van den inboedel verkocht en
de woning in de Oosterparkbuurt ver
laten. De kinderen had hij naar het
werkhuis van zijn vrouw in de Govert
Flinckstraat gestuurd maar daar kon
den ze natuurlijk ook niet blyven.
En zoo kwamen ze op het politie
bureau, waar de kindertjes wat te
eten kregen. De moeder werd ont
boden; ze vertelde, dat ze nauwelijks
genoeg had om alleen van rond te
komen
De politie gaf haar den raad zich
tot -het Burgerlijk Armbestuur te
wenden. De kinderen werden voor-
loopig bij haar ouders ondergebracht.
Katwijk.
Aan het Handelsblad wordt gemeld
Het besluit der commisie van ac-
coord in zake de candidaatstelling
heeft vooral onder de Katholieken in
het district groote teleurstelling ge
wekt. In verband daarmede heeft het
bestuur der Centrale R.-K. Kiesver-
eeniging aan de aangeslqjen kiesver-
eenigingen geadviseerd, nogmaals te
vergaderen en, zoo er mochten zijn,
die zich niet by de uitspraak van het
besluit kunnen neerleggon, daarover
andermaal besprekingen te openen.
Aan het districtsbestuur Chr. His
torische vereeniging heeft dr. De
Visser bericht gezonden, dat hij de
candidatuur thans aanvaardt.
Stuurlieden-examens.
's-Gravenhage. Geslaagd groote
stoomvaart eerste stuurman do heeren
H. L. Bakker en D. Sjerp; tweede
stuurman de heeren I. Bos en C. van
Rijn; derde stuurman de heeren D.
L. E. Blankstein, W. Vrolijk en Chr.
Fr. "Westenburger.
Een harpij.
Zonder eenige aanleiding trachtte
Donderdagavond in den Krim bij
Enschede vrouw R. den fabrieksar
beider A. K. met een haarspeld de
oogen uit te steken.
De vrouw slaagde er in K. een der
oogen uit te halen, zoodat het verloren
is, en het andere te verwonden.
(„Zw. Ct.")
Behandeling van vreemdelingen in
ons land.
Naar aanleiding van de klacht van
den Frauschman Jules Romain, over
de behandeling op een autotocht in
„barbaarsch Nederland" ondervonden,
heeft de heer J. Knottenbelt, burge
meester van Rijssen, een ingezonden
stukje in de „N. R. Ct." geplaatst.
Op grond van een ernstig en volledig
onderzoek kan de heer Kn. verklaren,
dat, voor zoover betreft het gerap
porteerde omtrent zyn wedervaren in
de gemeente Rijssen, de heer Jules
Romain onwaarheid spreekt. De dan
vervolgt hy:
Er is te Rijssen niet het minste
of geringste voorgevallen, waarover
de heer Jules Romain zich zou heb
ben te beklagen.
Men is iu Nederland zoo spoedig
geneigd, zijn eigen volk te helpen
steenigen. In het buitenland is alles
immers véél beter!"
Wij herinneren, dat wy indertijd
ook uit Harderwijk een andere lezing
ontvingen over het voorgevallene al
daar, waaruit bleek, dat de klacht over
molestatie zeer overdreven was.
We zullen echter het justitieel on
derzoek afwachten, alvorens nader op
deze zaak in te gaan.
(Telegraaf).
Nieuwe Kardinalen.
In het Consistorie, deze week ge
houden zijn door Z.H. den Paus 13
nieuwe kardinalen gecreeëerd.
Daarvan waren 8 buitenlanders en
5 Italianen.
De particuliere correspondent van
„De Tijd" schrijft daarover uit Rome
„In de laatste jaren kwam er hoe
langer zoo meer aandrang uit den
boezem der Kerk-zelve, dat het Opper
bestuur te Rome geleidelijk minder
Italiaansch, en meer internationaal
zou worden.
Nu is het opvallend, dat op het
huidig Consistorie niet minder dan
acht buitenlanders en slechts vijf Ita
lianen tot het purper werden verheven.
Het onmiddellijk gevolg hiervan is,
dat thans het H. College juist om de
helft door Italiaanscbe en niet-Itali-
aansche kardinalen wordt gevoimd:
33 tegen 33. Dit is sinds vijf eeuwen
(minstens) niet voorgekomen".
In het college van kardinalen zijn
thans 14 verschillende naties verte
genwoordigd. Uit ons land is er kar
dinaal Van Rossum, uit België kar
dinaal Mercier.
In de toespraak die de paus tot de
kardinalen hield, zeide Z.H. onder
meer het volgende, wat, met het oog
op den strijd die daarover in Duitsch-
land en ook in ons land even, gevoerd
is wel de aandacht verdient:
„Laat nimmer na te herhalen, dat
wanneer de Paus de katholieke ver
een igingen liefheeft en goedkeurt, die
ook het stoffelijk welzijn tot doel
hebben. Hij steeds heeft ingescherpt,
dat daar het zedelijk en godsdienstige
heil bovenaan moet staan en dat by
het rechtmatig en prijzenswaardig
streven om het lot van arbeiders en
boeren te verbeteren, steeds de liefde
met de rechtvaardigheid en het ge
bruik van doelmatige middelen ver
bonden moet wezen, om de eendracht
en den vrede onder de verschillende
standen der maatschappij te bewaren.
Zegt het duidelijk, dat de gemengde
vereenigingen, de verbonden met niet-
katholieken tot bevordering van de
welvaart onder zekere voorwaarden
geoorloofd zijn, doch dat de Paus de
voorkeur geeft aan die vereenigingen
van geloovigen, die met terzijdestel
ling van alle menschelijke opzicht en
met doove ooren voor alle vleierij of
bedreiging der tegenstanders zich
scharen om de Vaan, welke, hoe hevig
om haar wordt gestreden, de heer
lijkste en roemrijkste is, wyl zij is
de Vaan der Kerk".
Overvalling in West-Borneo.
De correspondent te Batavia van
het „Haiidelsbl." seint:
„Eene patrouille onder het bevel
van den kapitein F. H. A. Brans
werd in Matan in de afdeelingl West-
Borneo) overvallen. Kapitein Brans
en twee man sneuvelden."
De kapitein F. H. A. Brans was
adjudant van den militairen com
mandant der Westerafdeeling van
Borneo.
De thans overledene werd in 1875
geboren en den 29en Juli 1899 van
de Koninklijke Militaire Academie
te Breda benoemd tot 2en-luit. der
infanterie, den Hen Mei 1903 bevor
derd tot len-luit. en den 13en Mei
1912 tot kapitein.
Aan het bericht vaD onzen Bata-
viaschen correspondent is nog toe
te voegen, dat door de regeering een
nagenoeg gelijkluidend telegram werd
ontvangen, waarin echter nog de
verwonding van een koeli werd
gemeld en medegedeeld werd dat de
gesneuvelde minderen Amboineezen
waren.
„De Telegraaf' ontving een zelfde
bericht met de bijvoeging: „Kapitein
Ruempol is er met troepen heen".
In het tot de afdeeling Soekadana
behoorend landschap Matan, waar te
Ketapang de standplaats van den
controleur-afdeelingsbestuurder is ge
legen viel, zoover ons bekend, in den
laatsten tijd weinig bijzonders voor.
Alleen werd nog in het Januari-
verslag omtrfent West Borneo gemeld
„In het Laudaksche en in andere
zelfbesturende landschappen van dit
gewest wordt tot machtsvertoon en
verdere consolideering steeds gepa
trouilleerd dit patrouilleeren zal nog
geruiraen tijd noodzakelijk zijn".
Een nieuwe groote scheepsramp
heelt het verkeer tusschen Engeland
en Amerika getroffen. In den mond
van de St. Lawrence rivier is het
stoomschip „Empress of Ireland" na
een aanvaring met een kolenschip
gezonken. Niet minder dan 60u
volgens andere lezingen zelfs 1000
personen zouden, daar het reddings
werk door een hevigen storm en een
dikken mist zeer bemoeilijkt werd,
den dood in de golven gevonden
hebben.
Wel is waar is deze scheepsramp
niet van zoo grooten omvang, als die
der „Titanic", maar niettemin is zij,
zooals uit de bijzonderheden die wij
hieronder laten volgen, blijkt, een der
grootste, welke ooit de scheepvaart
getroffen hebben.
Het vergane schip, de „Empress
of Ireland" behoort aan de Canadian
Pacific Railroad en onderhield te
zamen met haar zusterschip, de „Em
press of Britain" een geregdden pas-
sagiersdienst tusschen Liverpool,
Quebec en Montreal. 't Vertrok den
28en dezer uit Quebec naar Liverpool.
Het werd te Go van gebouwd en in
1906 te Liverpool geregistreerd. Het
had een inhoud van 14191 ton en
was voor £280.000 verzekerd.
Hieronder volgen de verschillende
telegrammen in volgorde zooals zy
zyn verzonden. Wel is waar spreken
zij elkander in enkele bijzonderheden
tegen, maar toch geven zy een dui
delijk beeld van de ontzettende ramp.
Ottawa, 29 Mei. Hier is uit Quebec
een dradeloos telegram ontvangen,
meldende dat het stoomschip „Em
press of Ireland", van de Canadian
Pacific, op een ijsberg gevaren is.
Quebec, 29 Mei. Het laatste be
richt ,van de „Empress of Ireland"
was vervat in een telegram van het
Marconi station te Father Point, van
drie uur hedenochtend, meldende dat
de „Empress of Ireland" 30 mijlen
ten T). van Father Point met een
ander schip in aanvaring geweest
en zinkende was. Het sein S. O. S.
(Save our Souls) van de „Empress"
meldde de ramp. Een regeerings-
vaartuig antwoordde langs dradeloos-
telegrafischen weg, maar de verbin
ding werd afgebroken, wat schijnt
aan te duiden dat de „Empress" ge
zonken is.
Het schip had met de bemanning
mee 1200 menschen aan boord en
was den 28sten dezer naar Liverpool
vertrokken.
[De „Empress of Ireland" was een
dubbeischroefstoomschip, metende
bruto 14.191 en netto 8028 register-
ton. Zij was in 1906 gebouwd door
Fairfleld Co. Ltd. te Glasgow en
behoorde tot de reedei y van de Cana
dian Pacific Spoorwegmaatschappij.
Het schip was lang 548 voet, breed
65 voet eu hol 36 voet. Het bad
quadruple expansie machines, sterk
N. H. P., was geheel electrisch
verlicht en van een Marconie-toestel
en van een onderwater-kloksignaal
voorzien. Het was bij Lloyd's inge
schreven in klasse 100 A I (hoog
ste klasse.)]
Quebec, 29 Mei. Het schip waarmee
de „Empress" in aanvaring isgeweest,
is het Noorsche kolenschip „Stor-
stad" (groot 3561 ton bruto). Van
Father Point ziet men reddingbooten.
Wat er van de passagiers en de
bemanning geworden is, is nog altijd
onbekend.
Londen, 29 Mei. Volgen8 een tele
gram van Lloyd's, is niet bukeud
welke schade de „Storstad" gekregen
heeft. Er zijn een groot aantal
sagiers van c
Londen, 29 Mei. Op het kantoor
van de Canadian Pacific hier is het
volgende telegram ontvangen: Om
half drie vanochtend is de „Empress
of Ireland" by Father Point in aan
varing gekomen met het kolenschip
„Storstad" en onmiddellijk gezonken.
Twee stoomschepen begaven zich
in alleryl naar de plaats van het
ongeluk. Zij namen een zeer groot
aantal passagiers op en brachten die
te Rimonski aan land. De maat
schappij zegt, dat er ongeveer 1200
passagiers aan boord waren, onder
wie ongeveer 80 afgevaardigden voor
het in Juni te houden congres van
het Leger des Heils.
New-York, 29 Mei. Volgens een
dradeloos telegram uit Rimonski zyn
er duizend menschen by de ramp
omgekomen en driehonderd gered.
New-York, 29 Mei. 420 personen
van de „Empress of Ireland", meest
vrouwen en kinderen, zijn te Rimonski
geland. VeleD verkeeren in ellendigen
toestand. De kapitein Kendall is ge
red. Gevreesd wordt dat 1000 per
sonen zijn omgekomen. Aan boord
bevonden zich90 eerste klas, 250
tweede klas, 650 tusschendekspassa-
giers en 432 leden van de beman
ning. Er moeten ook enkele Hol-
landsche gezinnen aan boord zijn
UIT INDIË.
Een „Koninklijk" dividend.
De aandeelhouders iu de Konink
lijke Maatschappij tot expl. van Pe-
troleumbronnen in Ned. Indië om
vangen over het jaar 1913 een
dividend van 48 procent!
Quebec, 29 Mei. Driehonderd vijftig
overlevenden van de „Einpres" zijn
te Rimonski aangebracht. Het ver
lies aan menschenlevens schijnt zeer
groot te z(jn, daar een aantal passa
giers vermist worden. Waarschijnlijk
zijn er ruim 600 omgekomen. De
aanvuring had bi) dikken mist plaats.
Het stoomschip zonk binnen tien
minuten.
Londen, 29 Mei. Het stoomschip
Storstad", met hetwelk de Empress"
in aanvaring kwam, behoort aan een
reederij te Christiania. Het was den
17den April van Venetië vertrokken
en op 18 Mei te Quebec aangekomen.
Ook de „Storstad" moet gezonken
zijn.
[De „Storstad" was ia 1910 dooi
de firma Armstrong Whiteworth Co.
Ltd. te Newcastle gebouwd. Zy mat
6028 ton bruto en voer voor de
reederij Aktieselksab Maritim (A. F.
Klaveness Co.) te Christiania.)
Montreal, 29 Mei. (Part.) Kapitein
Kendall van de Empress heeft kort
weg geseind„Het schip is gezonken".
De Empress was een uitmuntend
stoomschipalles aan boord voldeed
aan de hoogste eischeu en in de
booten was ruimschoots plaats voor
alle opvarenden. Na de aanvaring
helde het schip echter zoover naar
bakboord over, dat het onmogelijk
was de booten te strijken.
Dit en de duisternis in aanmerking
genomen mag het een wonder heeten,
dat er nog zoovelen gered zijn.
De Storstad stoom t laD gzaam met ge
heel ingedrukten boeg naar Quebec op.
De Eureka heeft de twee marconi-
graflsten en den eersten machinist
van de Empress gered. De Lady Evely n
heeft de meeste geredde vrouwen en
kinderen naar Rimouski (aan de St.
Lourensrivier) gebracht en is daarna
naar de plaats van de ramp terug
gekeerd om het onderzoek voort te
zetten.
22 der geredden zijn na hun ont
scheping gestorven.
Londen, 29 Mei. Ten gevolge van
de afgelegenheid van de plaats des
onheils komen de bijzonderheden
slechts zeer langzaam binnen.
De Canadian Pacific deelt Reuter
mede, dat de Empress 78 eerste klasse
passagiers, 210 tweede klasse en 490
derde klasse passagiers aan boord had.
De bemanning telde 413 koppen. Het
aantal opvarenden was dus 1191.
Het koninklijke huis en de leden
van het kabinet hebben herhaaldelijk
naar de ramp geïnformeerd.
De» verzekering der Empress be
draagt in het geheel 580.000.
Rimouski, 29 Mei. De aanvaring is
omstreeks twee uur 's nachts gebeurd
en binnen twintig minuten was de
„Empress" gezonken. Het schip ligt
in 19 vadem water, de top van zijn
schoorsteenen ziet men bij laag water.
De draadlooze seinen om hulp wer
den opgevangen door de loodsboot
„Eureka" en de zeesleepboot „Lady
Evelyn", die ongeveer 10 mijl van de
plaats der ramp verwijderd waren.
Zij stoomden er dadelijk met volle
kracht op af. Toen zy de plaats be
reikten was de „Empress" al gezon
ken, op het water dreven nog red
dingsbooten en veel wrakhout. De
„Evelyn" redde 339 en de „Eureka"
60 schipbreukelingen. Allen zijn naar
Rimouski gebracht, verscheidene in
jammerlijken toestand, sommigen
stervende.
Rimouski, 29 Mei. De bevolking
der stad doet haar uiterste best om
de schipbreukelingen te helpen.
De kapitein van de „Empress" is
overboord gesprongen toen heti hip
zonk en daarna door een reddings
boot opgepikt, terwyl hy, zich vast
houdende aan een stuk wrakhout,
ronddreef.
Toen hij aan land stapte was hij
te uitgeput om een verslag van de
ramp te geven. Het meerendeel der
passagiers was er even erg aan toe,
maar sommigen waren toch in staat
van hun redding te vertellen. Twee
der passagiers hebben in het geheel
de aanvaring niet bemerkt; zij werden
wakker door het binnenstroomende
water. Toen zy aan dek kropen zonk
het scnip meteen; zij werden naar
beneden gezogen, maar kwamen weer
boven en grepen een stuk hout. Ge-
ruimen tyd later zijn zij gered.
De „Storstad" heeft de „Empress"
midscheeps getroffen en tot aan den
boeg opengescheurd. Daardoor zijn de
waterdichte schotten verbrijzeld.
Rimouski, 29 Mei (kwart over 11
*8 ochtends). Op dit oogenblik zijn
hier 399 overlevenden ontscheept.
Men vermoedt dat de „Storstad"'
360schipbreukelingen gered heeft; er
blyven dan nog 67S, over wier lot
men in het onzekere verkeert.
Keulen, 29 Mei. Uit New-York aan
de Kölnische Zeitung: De aanvaring
geschiedde zoo od verwacht en het
water stroomde in zoo groote hoe
veelheid naar binnen, dan de „Em
press" zonk, voor de bemanning goed
wist, wat er gebeurd was. Alle ge
redden waren in nachtgewaadveel
hunner verkeeren in zorgelijken toe
stand en hebben armen of beenen
gebroken. Het meerendeel der over
levenden zijn tusschendekspassagiers
en leden der bemanning.
Het aantal ongekomeuen staat nog
niet vast. De opgaven loopen van
678 tot 1000.
Montreal, 29 Mei. Een invloedrijk
zakenman, die tot de geredden be
hoort, seint, dat er 1030 opvarenden
van de „Empress" zijn omgekomen.
Montreal, 29 Mei. Blijkens een
draadloos telegram van den kapitein
had de „Empress" bij dichten mist
gestopt en werd toen door de Stor
stad midscheeps aangevareo.
Quebec, 29 Mei. De Storstad is
vanochtend om 6 uur 40 Father Point
gepasseerd op zyn weg naar Quebec.
Het schip heeft 360 overlevenden
aan boord en ook lijken.
Londen, 29 Mei. Op het kan
toor van de Canadian Pacific
alhier is officieel bericht ont
vangen, dat er, voor zoover men
thans weet, maar 400 opvaren-
den van do „Empress" zijn
gered.
Rimouski, 29 Mei. Men dacht
dat de Storstad een groot aantal ge
redden aan boord had, doch dit is
nog onzeker. De Storstad zal ver
moedelijk morgenochtend te Quebec
aankomen.
St. John (Nieuw Brunswijk), 29 Mei.
Volgens een telegram door het hier
gevestigde bureau van de Canadian
Pacific uit Rimouski ODtvangen,
gelooft men, dat alle passagiers van
„Empress" gered zyu.
[Lloyd's geeft daarentegen het aan
tal geredden als 350, het aantal ooi
gekomen als 850 op. Red.]
(N. Rott. Ct.)
De Londensche correspondent van
„Telegraaf' seinde gisteravond
aan zyn blad
Londen, 29 Mei. Hartverscheurende
tooneeien speelden zich hedenmiddag
voor de kantoren der CaDadian Pacific
hier ter stede af en zy brachten
wederom de ontzettende dageD der
„Titanic"-ramp in herinnering.
De berichten kwamen echter lang
zaam binnen en beperkten zich tot
eenige korte mededeelingen van het
Reuteragentschap. Drommen van
weenende vrouwen en kinderen, wier
naaste familieleden zich op het nood
lottige schip bevonden, wachtten uren
lang om eenige zekerheid over het
lot der opvarenden te verkrijgen,
maar de beambten der Canadian
Pacific moesten haar teleurstellen,
daar zij alle offlcieele gegevens mis
ten. Ook minister Burns begaf zich
naar het kantoor en bleef geruimen
tyd op de telegrammen, die niet
kwamen, wachten.
De „Empress of Ireland" was een
moderne, zeer luxueus ingerichte
stearaer. Het schip was voorzien
van alle veiligheidsinrichtingen, welke
door de internationale scheepvaart-
conferentie te Londen waren voorge
schreven en dat het niettemin onder
zoo noodlottige omstandigheden ver
gaan moest, verhoogt slechts de
tragiek van deze schipbreuk. Het
schip had waterdichte schotten, een
dubbelen bodem, verscheidene toestel
len voor draadlooze telegrafie en
beschikte zelfs over een inrichting
voor onderzeesche kloksignalen. Ook
waren er zoovele reddingbooten aan
boord, dat, indien de zee kalmei-
geweest ware en de ramp zich niet
zoo snel voltrokken had, alle opvaren
den plaats gevonden zouden hebben.
Wat het aantal der personen be
treft, die zich aan boord der „Empres
of Ireland" bevonden, varieeren de
opgaven tusschen de 1191 en 1422.
Aan het kantoor der Canadian
Pacific deelde men mij mede, dat de
bemanning uit 432 personen bestond.
Het aantal le klasse passagiers 90,
dat der 2e klasse 250, terwijl dat der
3e klasse niet met zekerheid kan
worden vastgesteld. De opgaven va
rieeren tusschen 660 en 490 personen.
Bijna alle opvarenden zijn Engelschen.
De bekende tooneelspeler Laurence
Irving, de zoon van air Henry Irviug,
was met zijn vrouw en geheele theater
gezelschap aan boord van het schip.
Ook een groot aantal officieren van
het Leger des Heils, die gedelegeerd
waren naar het congres, dat hierin
Juni gehouden wordt, bevonden zich,
zooals gemeld wordt, op het schip.
Dat zy, zooals men eerst aaDnam,
ten g'etale van 340 zouden zijn, wordt
overdreven geacht. Hier, in Londen,
vermoedt men, dat niet meer dan 60
officieren op de „Empressofireland"
waren.
Over het vergaan zelf van het achip
zijn hier geen andere bijzonderheden
dan het lakonieke rapport van deu
geredden kapitein der „Empres of
Ireland," Kendall, bekend. Zooals be
kend is, verklaarde Kendall, dat hij
tengevolge van den dikken mist moest
stoppen en dat hij midscheeps door
de „Storstad" werd aangevaren. De
Lawrenceriver is op de plaats, waar
het schip zonk, 96 voet diop.
Evenals bij de ramp der „Titanic"
trachtte men aanvankelijk van zekere
zyde den omvang der catastrophe te
verkleinen, zelfs deed een oogenblik
het gerucht te rondo, dat door twee
kleine Cauadeesche stoomschepen, de
„Eureka" en de „Lady Evelyn" alle
opvarenden gered zonder zijn. Daar
dit gerucht met de berichten, die
onmiddelijk uit Remouski ontvangen
werden, in flagranten tegenspraak
waren, sloeg hier niemand er geloof
aan. Het schijnt dat de „Emp-esso!
Ireland" ommlddellijk na de aanvaring
zoozeer naar bakbooid begon ovei t«.
hellen, dat slechts weinige redding
booten in zee konden neergelaten
worden. Trouwens -Heen reeds het