HELDERSCHECOURANT Tweede Blad. Het vergaan van ,de „Empressofireland" No. 4317 ZATERDAG 30 MEI 1914 Agenda. Bioscoop-Voorstellingen Kanaalweg 112. Dagelüks 7 uur. Zondags 4 uur. Bioscoop-Voorstellingen Spoorgracht. Dagel«ks 7 uur. Zondags 4 uur. Bioscoop-Voorstellingen Koningstraat. Dagelijks 7 uur. Zondags 2 uur. LIJST van ingekomen en vertrokken personen. INGEKOMEN: Naam: Boroop: "Woonplaats: Van: Gel. O.Aronstein, lt.t.r_lekl.,Ankerp.lG, Hll vers., Geen. "Wod.B.v.d. Laag, zonder, Westgr. 9S, A'dam, N.H. H.ÏLv.DUlc, leeraar, Zuidstr. 10-11, HilTers., Geen. WJ-llamers. malr.ldsw., Loodsafh., Velsen, RC. ILScholton, winkelier, Hoogstr. 72, R'dam, N.H. C.Griek, zeilmaker. Koningdw.str.28, A'dam, A.B.J.Prakken, surn. bel.. Komngstr. 112, id, K.Mulder, kwart.m.,Callforniestr. 11, Lelden, L.M.Middolaar, liuiskn., Hoofdgr. 80, A'dam, RC. J.Th.But, sgt.-z.v.pl.,C.Ditostr. 12, Hellev.sl, N.H. J.Hoep, werkman B.W., Trompstr. la, A'dam, K. Tichelaar, Weststraat 82, Delft, l-'.M.v.Rün, korp.-torpt., Trompstr. 18, A'dam, R.C. J.P.Kui venhoven, krp.-8t.,Westgr. 57, K'dam,NJl. G.J vJleurs, matroos, Achtergr. W.z. 61, id., A.H.Lucker, stok.-oliem.,Gasstr. 46, Arnhem, RC. H.C.Besanson, olf mach.. Paral.W.72, A'dam, N.H. A.J.A.Bogac-rts, boekh., lloogstr. 109, Breda, RC. A.Franzen, huish., Kerkgr. 20, Zwartsluis, D.Gez. S. Broers, arbeider, Koegras 7, A.-l'aulow na, R.C. L.J.J.Dornlckx, off.-mnHoofdÉr.20,Soerabaja,N.H. WecLG.H.Segers, zonder, Wiln.str. 77, A'dam, Wed J.Schilder, naaistor.V osstr.8, N-Nieilorp, RC. VERTROKKEN: Naam: Beroep Van: Naar: Gel.: M.Hoekstra,gep.,0ostsL8tr.85,Wormerveer,N.H. J .de Ruiter, mac b.-teek., Loodsgr. 12, 's Hnge, S.F.Loots, korp.mar., Artilloriestr.24e, A'dam, R.C. L.J.Mostard,werkman, Janzenstr.69, 's Hage, N.H. K. Bü post, werkman, Koegras 246, W.waard, T. v.d.Borg, lottere- LoodBgr. 22, Haarlem. C.v.d.Berg-Thijsmeijer.z., Achtera tr,16a,V eisen, M. Wall, stoker, Achtergr. Wi ü3,_HeUev.al.,^ Langen», t J. Brakshoofden, 1 Californiestr. 20, R'dam, G.v.d.Reüden, of.v.gez., Bassingr. la, Haarlem, R Staaü, korp.-stok., Trompstr. 20, Hellev.sL, Buitenlandsch Overzicht. De Belgische bladen commentari- eeren nog steeds den uitslag der verkiezingen. Wij wezen er reeds op dat de min-vriendelijke houding van sommige regeeringsgezinde afge vaardigden tegenover de Vlaamsche beweging mede een der oorzaken was dat er hier en daar een nog al be langrijke stemmen verplaatsing te boeken viel. Een der Vlaamsche bladen wijst er op dat ook de Nederlanders, de Hollanders zeggen ze daar, schuld hebben aan het niet-genoeg-naar-voren komen van het Vlaarasch. Daar wonen in België zeer vele Nederlanders; in Brussel alleen een 10.000 die.zich bij voorkeur van het Fransch be dienen. Als zij hun eigen mooie taal spraken, zegt het blad, een taal die het volk zoo gaarne hoort, zouden zij propa ganda maken voor het Vlaarasch, terwijl ze nu onze beweging voorde moedertaal tegen houden. Het blad heeft wel wat gelijk! In de Spaansche Kamer is het deze week een paar keer rumoerig toe gegaan. De republikeiusche afge vaardigde Iglesias verklaarde dat hy had hooren zeggen dat de bezetting van Zalouen (Marokko) alleen op ver langen van den Koning is geschied. De souverem oefent invloed uit op de internationale politiek. Niemand weet alles wat er tengevolge van de Portugeesche revolutie in Spanje is gebeuld. De Koning benoemt en ont slaat maar. Het is een persoonlijke macht, die Spanje regeert. Een geweldig rumoer ontstond onder en na het uitspreken van deze beweringen. Eenige afgevaardigden der ministerieele partij loopen naar het midden der zaal om de republi keinen te tarten en roepen: Leve de Koning! De republikeinen schreeu wen: Leve de republiek! De zitting moest worden verdaagd. In de wandelgangen raakten de afgevaardigde Soriano en Antonio Maura, zoon van den gewezen mi nister-president handgemeen over een andere kwestie. Maura werd op last van den president gevangen genomen, wijl hij Soriano geducht had toege takeld, maar later is men toch tot een vergelijk gekomen. Drie reservelichtingen van het Rus sische leger, dat is 1 millioen man, zijn voor den tyd van zes weken onder de wapenen geroepen. Gedu rende dien tyd is dan het geheele Russische leger op voet van oorlog. 't Is natuurlek een proefmobilisatie, maar die toch te Weenen met eenigen schrik is vernomen. De „Milit. Rundschau" meent dat het doel is Oostenrijk vrees aan te jagen en het te dwingen tot tegenmaatregelen, die het financieel moeten verzwakken. En het blad voegt er bij: „Hoelang zal deze stelselmatige bedreiging van den Europeeschen vrede nog duren en hoe lang zullen de vredelievende buren van Rusland die uittarting van Rusland nog werkeloos blijven aanzien? Wel een boetje niet-vredelievend gesproken maar begrijpelijk. Ten andere is ook waar dat Rus land de millioenen die dit proefje weer kosten zal misschien wel nut tiger kon besteden! President Poincaró gaat den Czaar een viertal dagen bezoeken eu zal daarna het bezoek van het Deensche Koningspaar beantwoorden. Servie moet natuurlijk ook zijn leger in ord^ hebben al kost dat nog zooveel. De minister droDg in de Kamer sterk aan op de verleening van groote credieten voor het leger. Het in den oorlog gebruikte mate rieel moet worden vernieuwd en in overeenstemming met de uitbreiding van gebied dient ook de weermacht versterkt Met op één na algemeene stemmen werden de credieten toe controle-commissie wordt gëeischt dat de souveiein van Albanië het onderricht in den Mohammedaan- schen godsdienst zal bevorderen, dat Albanië zal behooren tot het Turksche rijk en dat de mogendheden hen zullen bevrijden van het tegenwoor dige bewind! De controle commissie, die vrede stichtend rondreist heeft echter wel eenig succes. Sommigen der aan stokers beginnen te begrijpen dat de eisch, om weer onder Turksch gezag te komen in geen geval kan inge willigd worden. De Italfaansche bladen hebben de meest onrustbarende berichten, waar uit de conclusie te trekken is dat Essad pacha in Italië aauhangers en verdedigers vindt. Ook de Engelsche pers maakt er aanmerking op dat Essad werd vrijgelaten. Zij noemt hem een beschermeling van Italië. Ook de „Reichspost" is van oordeel dat Essad en zijn aanhangers in ver binding stonden met de Italianen. Wat de zaak niet mooier maakt. In Mexico komt waarschijnlijk eenige verandering. Huerta, zoo wordt bericht, heeft om gezondheidsredenen een verlof van zes weken gevraagd en het Con gres heeft hem dat verleend. Hij zou zich „voor eenigen tijd" inschepen naar Europa. Wellicht het veiligst voor hem. De bemiddeliugscommissie is vol gens de „Frankf. Ztng" tot een ver gelijk gekomen. Huerta treedt af maar mag zich bij de a.s. presidents verkiezing candidaat stellen. Wordt hy gekozen dan zal de regeering der Vereenigde Staten hem erkennen. Er zal een voorloopige regeering komen die Amerika door een saluut voldoening zal geven voor het ge beurde te Tampico. Of de Mexicanen zullen doen wat de commissie voor stelt? PLAATSELIJK NIEUWS. De heer K. de Vries, hoofd commies ter gemeente-secretarie alhier, i3 benoemd tot plaatsvervan gend voorzitter van de plaatselijke commissie voor de ongevallen-ver zekering. Verschenen is heteerste nummer van het Correspondentieblad, officieel orgaan van de Vereeniging ter be vordering van de belangen der Zuider- zeevisscherij, genaamd Zuiderzee-vis- schersbond. Alle leden, begunstigers en eereleden van dien bond ontvangen het blad kosteloos. Het adres der redactie is Koningstraat no. 2, te Helder. Aan boord vaD de motorboot „Bertha" op weg van Rotter Jam naar hier, Woensdagavond stoomende ter hoogte van Schoorldam, geraakte tijdens de vulling van de machine, een emmertje met benzine inbrand. De machinist trachtte de brandeudè emmer naar dek te brengen, doch bekwam daarby zeer ernstige brand wonden aan het gelaat en de handen. Hij werd ter verpleging in het Ge-, meente-Ziekenhuis te Alkmaar opge nomen. Naar wij vernemen is zijn toestand buiten gevaar. „De Heemskerck". Het pantserschip „Heemskerck" wordt bestemd om tegen midden Juni naar Westlndiö te vertrekken, ten einde aldaar gestationneerd te worden ter vervanging van de „Kortenaer", die voor Tampico ligt. Sedert eenige dagen vertoeft alhier Kandjeng Pangeran Hangabehi, oudste Zoon van den Soesoehoenan van Soerakarta, Majoor van den Generalen Staf van het Indische leger, adjudant in buitengewonen dienst van Zijne Excellentie den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië. Een interessante Schietoefening. Marine- en Legerbestuur blijven steeds diligent waar het betreft iets nieuws te beproeven. Uitteraard zijn die proefnemingen alleen voor marine- en legerautoriteiten, daar ze, als van technischen aard zijnde, den leek meestal niet interesseeren. Wanneer wy voor dezen keer eene uitzondering maken en iets vertellen van eene interessante schietoefening, die wij door welwillendheid van een der heeren officieren, in de gelegenheid waren aan boord van Hr. Ms. pant serschip „Heemskerck" mede te maken, is dat dan ook niet om den lezer met technische en artilleristi- sche bizonderhedec te vervelen die in vaktijdschriften thuiahooren, maar hem van de werkelijk interessante- proeven met lichtgranaten, uit leekon- oogpunt bezien, te vertellen. Overste W. B. K. Boom, de com mandant van Hr. Ms. „Bellona" was de leider van deze schietoefening en aan hem en aan zijn adjudant danken wy de inlichtingen, die de lezer tot juist begrip- der zaak kennen moet. Men weet,dat torpedobooten meestal des nachts worden aangevallen. Bij dergelijke overvallen is het zaak alles zoo stü en geheimzinnig mogelijk te doende lichten op het tot den aanval bereidde schip worden gedoofd, alle geluid wordt gedempt tot plotseling, als het groote schip den kleinen, schier onzichtbaren duivel onder vuur heeft, de zoeklichten worden ontstoken en een verblindenden lichtschijn werpen op het kleine monster. Dan is het gedaan, dan bulderen de kanonnen, en wee de arme torpedobootdie schönen Tage von AraDjuez sind für ihn vorüber. Maar k laguerre comme kla guerre; het kan voorkomen, dat het zoeklicht defect is, dat het groote slagschip vry hulpeloos ronddrijft en zyn kleinen, vluggen en gladden vijand niet pakken kan. Dan is het groote schip overgeleverd aan den David der zee-artillerie. Maar: in alle stilte wordt op het middenschip een der 16 c.M. kanon nen in gereedheid gebracht, een commandeert de officier,die de leiding heeft, en het reuzenkanon schiet een projectiel de lucht in dat een heel eigenaardige uitwerking heeft. Op zekeren afstand gekomen laat ons zeggen 2500 meter - en op zekere hoogte laat ons zeggen 450 meter (hoe hooger hoe beter de uit werking) schiet het een lichtkogel uit, die, eenmaal ontploft, een heldere lichtstraal over het zoevlak werpt, en de torpedoboot, die men wenscht aan- tevallen „in het zonnetje" zet. Dan bulderen van alle kanten de kanonnen op de arme torpedoboot; een kruisvuur wordt op haar geopend en, ten doode gedoemd, zal zij, in de edele deelen getroffen, zinken. Zoodanig is de theorie en nu kwam het er op aan die theorie aan de prak tijk te toetsen. Diiarvoor was Vrijdag avond alles op „Heemskerck" in actie een menigte officieren, waaronder ook Zyne Hoogheid Pangeran Ngabehi, Zoon van den sultan van Soerakarta, woonden de proefneming bij. 't Was een prachtige avond; de wijde zee lag kalm onder den avond lijken horizont; bloedrood ging de zon aan den westelijken hemel onder en beloofde een nieuwen schooneren zomerdag. M3ar 't bleef licht en de proefneming, te 9 uur aangekondigd, moest worden uitgesteld totdat het wat donkerder was geworden. In het Marsdiep lagen op afstanden van 1000 Meter, twee torpedobooten, de Hekla en de Nobo, die, theoretisch ten doode gedoemd waren. Want beide vaartuigen lagen binnen den belichtingscirkel van de springende granaat, en op beiden zou theore tisch het vuur worden geopend. 1500 M. westwaarts, van het midden van het verlichte gebied, lag Hr. Ms. „Medusa", die, met de „Heemskerck", de uitwerking zou opnemen van de schoten. Voor den niet-deskundige, of laat ik het leelyke woord maar gebruiken, voor den pur-sang landrob, die met knikkende knieën en slingerende beenen de zwiepende plank opgaat, die toegang geeft tot den oorlogs bodem, is zoo'n schot een eigen aardige gewaarwording. Gezegend de marinier met de dot watten, die mij gul een flinke hoeveelheid aanbood om in de ooren te stoppen. „Ja meneer", vertelde hij, „toen wij in iJruuiden lagen bij 't passeeren van den Deenschen koning, stond ik vlak onder het kanon, maai' ik kaD u verzekeren, dat ik dacht, dat mijne trommelvliezen zouden barsten". Hij had gelyk zoo'n 15 c.M.-kanon er zyn er een stuk of zes op de „Heemskerck" maakt een arrogaut lawaai. Eén voordeel heeft het't gaat net als kiestrekken, vóór je au kunt roepen is 't gebeurd. By dien 15 c.M. dan beerschte bedrijvigheideenigen waren me't de monteering van den kijker bezig. Dut gloeilampje, uoodig voor de be lichting wou maar niet. Maar toen gevraagd werd „klaar om te schieten kwam het juiste antwoord „klaar om te schieten". Pang! Den hemel zij dank, dat m'n trommelvliezen „gewatteerd" waren. Maar zoo'n kanon doet. ook nog wat andershet werpt een oog verblindend schitterend licht af en de eerste oogenblikken zie je, als leek absoluut niets, omdat je pardoes in het vuur gekeken hebt. Het projectiel snort door de lucht; je hebt juist den tyd even te denken, dat de positie van Münchhausen, die op die manier een reisje maakte, toch niet pleizierig was, ofeen lichtflikkering, een seconde duisternis, en langzaam en plechtstatig ont plooit zich de granaat, om als een meteoor in larghetto tempo neer te dalen. De zee is over een afstand van eenige honderden meters ver licht en de vijandelijke booten zijn goed zichtbaar. Langzaam, langzaam daalt de gloeiende kogel in zee, even nog flikkert het, dan zinkt weer de duis ternis over de wijde vlakte, slechts verbroken door de lichten van de „Medusa" en een oriënteervlotje. Nu komt de techniek en het draad- looze apparaat in werking. De mar conist zit gereed in zijn cabin, met de microfoon om zijn hoofd eu een arsenaal van toestellen om zich. En het duurt niet lang of de „Medusa" seint den uitslag en de logarithmen- en azimuth tafels doen de rest. En opnieuw wordt geladen en ieder hoopt, dat de nieuwe losbranding nbg betere resultaten hebbe dan de vorige. De Jantjes staan op de verschansing en leven - hoe kan het anders? geheel meede stophorloges van de tijdopnemers want er moet vast gesteld worden hoe lang de belich tingstijd is van elke granaat liggen ireed „klaar om te vuren Pang! dreunt het weer, ten na- iele van de trommelvliezen der omstanders. Over de resultaten der proefneming kunnen wij uitteraard niets zeggen. De twee eerste schoten hadden een belichtingstijd van 28 resp. 34 secon den ruim voldoende om een torpe doboot plat te schieten dus. Hoe hooger het springpunt hoe beter natuurlek. Behalve de officieren was een hoofdingenieur der firma Krupp aan boord om de proefnemingen bij te wonen. Men zou voor zijn pleizier vorst van Albanië zijn! Feitelijk heeft hij alleen nog te Durazzo p°zag. Voor de poorten lig gen de opstandelingen en uit allerlei plaatsen komen berichten dat daar de Turksche vlag wordt geheschen. w w In een stuk aan de Internationale granaat wordt er in geladen; „vuu**"' BINNENLAND. Stakkerdjes. Doornat van regen werden Donder dag drie kinderen, een van acht, een van zes en een van vier jaar, aan het politiebureau op de Stadhouders kade te Amsterdam gebracht. Vader moest vijf maanden gevangeniss ondergaan en had nu maar vast een deel van den inboedel verkocht en de woning in de Oosterparkbuurt ver laten. De kinderen had hij naar het werkhuis van zijn vrouw in de Govert Flinckstraat gestuurd maar daar kon den ze natuurlijk ook niet blyven. En zoo kwamen ze op het politie bureau, waar de kindertjes wat te eten kregen. De moeder werd ont boden; ze vertelde, dat ze nauwelijks genoeg had om alleen van rond te komen De politie gaf haar den raad zich tot -het Burgerlijk Armbestuur te wenden. De kinderen werden voor- loopig bij haar ouders ondergebracht. Katwijk. Aan het Handelsblad wordt gemeld Het besluit der commisie van ac- coord in zake de candidaatstelling heeft vooral onder de Katholieken in het district groote teleurstelling ge wekt. In verband daarmede heeft het bestuur der Centrale R.-K. Kiesver- eeniging aan de aangeslqjen kiesver- eenigingen geadviseerd, nogmaals te vergaderen en, zoo er mochten zijn, die zich niet by de uitspraak van het besluit kunnen neerleggon, daarover andermaal besprekingen te openen. Aan het districtsbestuur Chr. His torische vereeniging heeft dr. De Visser bericht gezonden, dat hij de candidatuur thans aanvaardt. Stuurlieden-examens. 's-Gravenhage. Geslaagd groote stoomvaart eerste stuurman do heeren H. L. Bakker en D. Sjerp; tweede stuurman de heeren I. Bos en C. van Rijn; derde stuurman de heeren D. L. E. Blankstein, W. Vrolijk en Chr. Fr. "Westenburger. Een harpij. Zonder eenige aanleiding trachtte Donderdagavond in den Krim bij Enschede vrouw R. den fabrieksar beider A. K. met een haarspeld de oogen uit te steken. De vrouw slaagde er in K. een der oogen uit te halen, zoodat het verloren is, en het andere te verwonden. („Zw. Ct.") Behandeling van vreemdelingen in ons land. Naar aanleiding van de klacht van den Frauschman Jules Romain, over de behandeling op een autotocht in „barbaarsch Nederland" ondervonden, heeft de heer J. Knottenbelt, burge meester van Rijssen, een ingezonden stukje in de „N. R. Ct." geplaatst. Op grond van een ernstig en volledig onderzoek kan de heer Kn. verklaren, dat, voor zoover betreft het gerap porteerde omtrent zyn wedervaren in de gemeente Rijssen, de heer Jules Romain onwaarheid spreekt. De dan vervolgt hy: Er is te Rijssen niet het minste of geringste voorgevallen, waarover de heer Jules Romain zich zou heb ben te beklagen. Men is iu Nederland zoo spoedig geneigd, zijn eigen volk te helpen steenigen. In het buitenland is alles immers véél beter!" Wij herinneren, dat wy indertijd ook uit Harderwijk een andere lezing ontvingen over het voorgevallene al daar, waaruit bleek, dat de klacht over molestatie zeer overdreven was. We zullen echter het justitieel on derzoek afwachten, alvorens nader op deze zaak in te gaan. (Telegraaf). Nieuwe Kardinalen. In het Consistorie, deze week ge houden zijn door Z.H. den Paus 13 nieuwe kardinalen gecreeëerd. Daarvan waren 8 buitenlanders en 5 Italianen. De particuliere correspondent van „De Tijd" schrijft daarover uit Rome „In de laatste jaren kwam er hoe langer zoo meer aandrang uit den boezem der Kerk-zelve, dat het Opper bestuur te Rome geleidelijk minder Italiaansch, en meer internationaal zou worden. Nu is het opvallend, dat op het huidig Consistorie niet minder dan acht buitenlanders en slechts vijf Ita lianen tot het purper werden verheven. Het onmiddellijk gevolg hiervan is, dat thans het H. College juist om de helft door Italiaanscbe en niet-Itali- aansche kardinalen wordt gevoimd: 33 tegen 33. Dit is sinds vijf eeuwen (minstens) niet voorgekomen". In het college van kardinalen zijn thans 14 verschillende naties verte genwoordigd. Uit ons land is er kar dinaal Van Rossum, uit België kar dinaal Mercier. In de toespraak die de paus tot de kardinalen hield, zeide Z.H. onder meer het volgende, wat, met het oog op den strijd die daarover in Duitsch- land en ook in ons land even, gevoerd is wel de aandacht verdient: „Laat nimmer na te herhalen, dat wanneer de Paus de katholieke ver een igingen liefheeft en goedkeurt, die ook het stoffelijk welzijn tot doel hebben. Hij steeds heeft ingescherpt, dat daar het zedelijk en godsdienstige heil bovenaan moet staan en dat by het rechtmatig en prijzenswaardig streven om het lot van arbeiders en boeren te verbeteren, steeds de liefde met de rechtvaardigheid en het ge bruik van doelmatige middelen ver bonden moet wezen, om de eendracht en den vrede onder de verschillende standen der maatschappij te bewaren. Zegt het duidelijk, dat de gemengde vereenigingen, de verbonden met niet- katholieken tot bevordering van de welvaart onder zekere voorwaarden geoorloofd zijn, doch dat de Paus de voorkeur geeft aan die vereenigingen van geloovigen, die met terzijdestel ling van alle menschelijke opzicht en met doove ooren voor alle vleierij of bedreiging der tegenstanders zich scharen om de Vaan, welke, hoe hevig om haar wordt gestreden, de heer lijkste en roemrijkste is, wyl zij is de Vaan der Kerk". Overvalling in West-Borneo. De correspondent te Batavia van het „Haiidelsbl." seint: „Eene patrouille onder het bevel van den kapitein F. H. A. Brans werd in Matan in de afdeelingl West- Borneo) overvallen. Kapitein Brans en twee man sneuvelden." De kapitein F. H. A. Brans was adjudant van den militairen com mandant der Westerafdeeling van Borneo. De thans overledene werd in 1875 geboren en den 29en Juli 1899 van de Koninklijke Militaire Academie te Breda benoemd tot 2en-luit. der infanterie, den Hen Mei 1903 bevor derd tot len-luit. en den 13en Mei 1912 tot kapitein. Aan het bericht vaD onzen Bata- viaschen correspondent is nog toe te voegen, dat door de regeering een nagenoeg gelijkluidend telegram werd ontvangen, waarin echter nog de verwonding van een koeli werd gemeld en medegedeeld werd dat de gesneuvelde minderen Amboineezen waren. „De Telegraaf' ontving een zelfde bericht met de bijvoeging: „Kapitein Ruempol is er met troepen heen". In het tot de afdeeling Soekadana behoorend landschap Matan, waar te Ketapang de standplaats van den controleur-afdeelingsbestuurder is ge legen viel, zoover ons bekend, in den laatsten tijd weinig bijzonders voor. Alleen werd nog in het Januari- verslag omtrfent West Borneo gemeld „In het Laudaksche en in andere zelfbesturende landschappen van dit gewest wordt tot machtsvertoon en verdere consolideering steeds gepa trouilleerd dit patrouilleeren zal nog geruiraen tijd noodzakelijk zijn". Een nieuwe groote scheepsramp heelt het verkeer tusschen Engeland en Amerika getroffen. In den mond van de St. Lawrence rivier is het stoomschip „Empress of Ireland" na een aanvaring met een kolenschip gezonken. Niet minder dan 60u volgens andere lezingen zelfs 1000 personen zouden, daar het reddings werk door een hevigen storm en een dikken mist zeer bemoeilijkt werd, den dood in de golven gevonden hebben. Wel is waar is deze scheepsramp niet van zoo grooten omvang, als die der „Titanic", maar niettemin is zij, zooals uit de bijzonderheden die wij hieronder laten volgen, blijkt, een der grootste, welke ooit de scheepvaart getroffen hebben. Het vergane schip, de „Empress of Ireland" behoort aan de Canadian Pacific Railroad en onderhield te zamen met haar zusterschip, de „Em press of Britain" een geregdden pas- sagiersdienst tusschen Liverpool, Quebec en Montreal. 't Vertrok den 28en dezer uit Quebec naar Liverpool. Het werd te Go van gebouwd en in 1906 te Liverpool geregistreerd. Het had een inhoud van 14191 ton en was voor £280.000 verzekerd. Hieronder volgen de verschillende telegrammen in volgorde zooals zy zyn verzonden. Wel is waar spreken zij elkander in enkele bijzonderheden tegen, maar toch geven zy een dui delijk beeld van de ontzettende ramp. Ottawa, 29 Mei. Hier is uit Quebec een dradeloos telegram ontvangen, meldende dat het stoomschip „Em press of Ireland", van de Canadian Pacific, op een ijsberg gevaren is. Quebec, 29 Mei. Het laatste be richt ,van de „Empress of Ireland" was vervat in een telegram van het Marconi station te Father Point, van drie uur hedenochtend, meldende dat de „Empress of Ireland" 30 mijlen ten T). van Father Point met een ander schip in aanvaring geweest en zinkende was. Het sein S. O. S. (Save our Souls) van de „Empress" meldde de ramp. Een regeerings- vaartuig antwoordde langs dradeloos- telegrafischen weg, maar de verbin ding werd afgebroken, wat schijnt aan te duiden dat de „Empress" ge zonken is. Het schip had met de bemanning mee 1200 menschen aan boord en was den 28sten dezer naar Liverpool vertrokken. [De „Empress of Ireland" was een dubbeischroefstoomschip, metende bruto 14.191 en netto 8028 register- ton. Zij was in 1906 gebouwd door Fairfleld Co. Ltd. te Glasgow en behoorde tot de reedei y van de Cana dian Pacific Spoorwegmaatschappij. Het schip was lang 548 voet, breed 65 voet eu hol 36 voet. Het bad quadruple expansie machines, sterk N. H. P., was geheel electrisch verlicht en van een Marconie-toestel en van een onderwater-kloksignaal voorzien. Het was bij Lloyd's inge schreven in klasse 100 A I (hoog ste klasse.)] Quebec, 29 Mei. Het schip waarmee de „Empress" in aanvaring isgeweest, is het Noorsche kolenschip „Stor- stad" (groot 3561 ton bruto). Van Father Point ziet men reddingbooten. Wat er van de passagiers en de bemanning geworden is, is nog altijd onbekend. Londen, 29 Mei. Volgen8 een tele gram van Lloyd's, is niet bukeud welke schade de „Storstad" gekregen heeft. Er zijn een groot aantal sagiers van c Londen, 29 Mei. Op het kantoor van de Canadian Pacific hier is het volgende telegram ontvangen: Om half drie vanochtend is de „Empress of Ireland" by Father Point in aan varing gekomen met het kolenschip „Storstad" en onmiddellijk gezonken. Twee stoomschepen begaven zich in alleryl naar de plaats van het ongeluk. Zij namen een zeer groot aantal passagiers op en brachten die te Rimonski aan land. De maat schappij zegt, dat er ongeveer 1200 passagiers aan boord waren, onder wie ongeveer 80 afgevaardigden voor het in Juni te houden congres van het Leger des Heils. New-York, 29 Mei. Volgens een dradeloos telegram uit Rimonski zyn er duizend menschen by de ramp omgekomen en driehonderd gered. New-York, 29 Mei. 420 personen van de „Empress of Ireland", meest vrouwen en kinderen, zijn te Rimonski geland. VeleD verkeeren in ellendigen toestand. De kapitein Kendall is ge red. Gevreesd wordt dat 1000 per sonen zijn omgekomen. Aan boord bevonden zich90 eerste klas, 250 tweede klas, 650 tusschendekspassa- giers en 432 leden van de beman ning. Er moeten ook enkele Hol- landsche gezinnen aan boord zijn UIT INDIË. Een „Koninklijk" dividend. De aandeelhouders iu de Konink lijke Maatschappij tot expl. van Pe- troleumbronnen in Ned. Indië om vangen over het jaar 1913 een dividend van 48 procent! Quebec, 29 Mei. Driehonderd vijftig overlevenden van de „Einpres" zijn te Rimonski aangebracht. Het ver lies aan menschenlevens schijnt zeer groot te z(jn, daar een aantal passa giers vermist worden. Waarschijnlijk zijn er ruim 600 omgekomen. De aanvuring had bi) dikken mist plaats. Het stoomschip zonk binnen tien minuten. Londen, 29 Mei. Het stoomschip Storstad", met hetwelk de Empress" in aanvaring kwam, behoort aan een reederij te Christiania. Het was den 17den April van Venetië vertrokken en op 18 Mei te Quebec aangekomen. Ook de „Storstad" moet gezonken zijn. [De „Storstad" was ia 1910 dooi de firma Armstrong Whiteworth Co. Ltd. te Newcastle gebouwd. Zy mat 6028 ton bruto en voer voor de reederij Aktieselksab Maritim (A. F. Klaveness Co.) te Christiania.) Montreal, 29 Mei. (Part.) Kapitein Kendall van de Empress heeft kort weg geseind„Het schip is gezonken". De Empress was een uitmuntend stoomschipalles aan boord voldeed aan de hoogste eischeu en in de booten was ruimschoots plaats voor alle opvarenden. Na de aanvaring helde het schip echter zoover naar bakboord over, dat het onmogelijk was de booten te strijken. Dit en de duisternis in aanmerking genomen mag het een wonder heeten, dat er nog zoovelen gered zijn. De Storstad stoom t laD gzaam met ge heel ingedrukten boeg naar Quebec op. De Eureka heeft de twee marconi- graflsten en den eersten machinist van de Empress gered. De Lady Evely n heeft de meeste geredde vrouwen en kinderen naar Rimouski (aan de St. Lourensrivier) gebracht en is daarna naar de plaats van de ramp terug gekeerd om het onderzoek voort te zetten. 22 der geredden zijn na hun ont scheping gestorven. Londen, 29 Mei. Ten gevolge van de afgelegenheid van de plaats des onheils komen de bijzonderheden slechts zeer langzaam binnen. De Canadian Pacific deelt Reuter mede, dat de Empress 78 eerste klasse passagiers, 210 tweede klasse en 490 derde klasse passagiers aan boord had. De bemanning telde 413 koppen. Het aantal opvarenden was dus 1191. Het koninklijke huis en de leden van het kabinet hebben herhaaldelijk naar de ramp geïnformeerd. De» verzekering der Empress be draagt in het geheel 580.000. Rimouski, 29 Mei. De aanvaring is omstreeks twee uur 's nachts gebeurd en binnen twintig minuten was de „Empress" gezonken. Het schip ligt in 19 vadem water, de top van zijn schoorsteenen ziet men bij laag water. De draadlooze seinen om hulp wer den opgevangen door de loodsboot „Eureka" en de zeesleepboot „Lady Evelyn", die ongeveer 10 mijl van de plaats der ramp verwijderd waren. Zij stoomden er dadelijk met volle kracht op af. Toen zy de plaats be reikten was de „Empress" al gezon ken, op het water dreven nog red dingsbooten en veel wrakhout. De „Evelyn" redde 339 en de „Eureka" 60 schipbreukelingen. Allen zijn naar Rimouski gebracht, verscheidene in jammerlijken toestand, sommigen stervende. Rimouski, 29 Mei. De bevolking der stad doet haar uiterste best om de schipbreukelingen te helpen. De kapitein van de „Empress" is overboord gesprongen toen heti hip zonk en daarna door een reddings boot opgepikt, terwyl hy, zich vast houdende aan een stuk wrakhout, ronddreef. Toen hij aan land stapte was hij te uitgeput om een verslag van de ramp te geven. Het meerendeel der passagiers was er even erg aan toe, maar sommigen waren toch in staat van hun redding te vertellen. Twee der passagiers hebben in het geheel de aanvaring niet bemerkt; zij werden wakker door het binnenstroomende water. Toen zy aan dek kropen zonk het scnip meteen; zij werden naar beneden gezogen, maar kwamen weer boven en grepen een stuk hout. Ge- ruimen tyd later zijn zij gered. De „Storstad" heeft de „Empress" midscheeps getroffen en tot aan den boeg opengescheurd. Daardoor zijn de waterdichte schotten verbrijzeld. Rimouski, 29 Mei (kwart over 11 *8 ochtends). Op dit oogenblik zijn hier 399 overlevenden ontscheept. Men vermoedt dat de „Storstad"' 360schipbreukelingen gered heeft; er blyven dan nog 67S, over wier lot men in het onzekere verkeert. Keulen, 29 Mei. Uit New-York aan de Kölnische Zeitung: De aanvaring geschiedde zoo od verwacht en het water stroomde in zoo groote hoe veelheid naar binnen, dan de „Em press" zonk, voor de bemanning goed wist, wat er gebeurd was. Alle ge redden waren in nachtgewaadveel hunner verkeeren in zorgelijken toe stand en hebben armen of beenen gebroken. Het meerendeel der over levenden zijn tusschendekspassagiers en leden der bemanning. Het aantal ongekomeuen staat nog niet vast. De opgaven loopen van 678 tot 1000. Montreal, 29 Mei. Een invloedrijk zakenman, die tot de geredden be hoort, seint, dat er 1030 opvarenden van de „Empress" zijn omgekomen. Montreal, 29 Mei. Blijkens een draadloos telegram van den kapitein had de „Empress" bij dichten mist gestopt en werd toen door de Stor stad midscheeps aangevareo. Quebec, 29 Mei. De Storstad is vanochtend om 6 uur 40 Father Point gepasseerd op zyn weg naar Quebec. Het schip heeft 360 overlevenden aan boord en ook lijken. Londen, 29 Mei. Op het kan toor van de Canadian Pacific alhier is officieel bericht ont vangen, dat er, voor zoover men thans weet, maar 400 opvaren- den van do „Empress" zijn gered. Rimouski, 29 Mei. Men dacht dat de Storstad een groot aantal ge redden aan boord had, doch dit is nog onzeker. De Storstad zal ver moedelijk morgenochtend te Quebec aankomen. St. John (Nieuw Brunswijk), 29 Mei. Volgens een telegram door het hier gevestigde bureau van de Canadian Pacific uit Rimouski ODtvangen, gelooft men, dat alle passagiers van „Empress" gered zyu. [Lloyd's geeft daarentegen het aan tal geredden als 350, het aantal ooi gekomen als 850 op. Red.] (N. Rott. Ct.) De Londensche correspondent van „Telegraaf' seinde gisteravond aan zyn blad Londen, 29 Mei. Hartverscheurende tooneeien speelden zich hedenmiddag voor de kantoren der CaDadian Pacific hier ter stede af en zy brachten wederom de ontzettende dageD der „Titanic"-ramp in herinnering. De berichten kwamen echter lang zaam binnen en beperkten zich tot eenige korte mededeelingen van het Reuteragentschap. Drommen van weenende vrouwen en kinderen, wier naaste familieleden zich op het nood lottige schip bevonden, wachtten uren lang om eenige zekerheid over het lot der opvarenden te verkrijgen, maar de beambten der Canadian Pacific moesten haar teleurstellen, daar zij alle offlcieele gegevens mis ten. Ook minister Burns begaf zich naar het kantoor en bleef geruimen tyd op de telegrammen, die niet kwamen, wachten. De „Empress of Ireland" was een moderne, zeer luxueus ingerichte stearaer. Het schip was voorzien van alle veiligheidsinrichtingen, welke door de internationale scheepvaart- conferentie te Londen waren voorge schreven en dat het niettemin onder zoo noodlottige omstandigheden ver gaan moest, verhoogt slechts de tragiek van deze schipbreuk. Het schip had waterdichte schotten, een dubbelen bodem, verscheidene toestel len voor draadlooze telegrafie en beschikte zelfs over een inrichting voor onderzeesche kloksignalen. Ook waren er zoovele reddingbooten aan boord, dat, indien de zee kalmei- geweest ware en de ramp zich niet zoo snel voltrokken had, alle opvaren den plaats gevonden zouden hebben. Wat het aantal der personen be treft, die zich aan boord der „Empres of Ireland" bevonden, varieeren de opgaven tusschen de 1191 en 1422. Aan het kantoor der Canadian Pacific deelde men mij mede, dat de bemanning uit 432 personen bestond. Het aantal le klasse passagiers 90, dat der 2e klasse 250, terwijl dat der 3e klasse niet met zekerheid kan worden vastgesteld. De opgaven va rieeren tusschen 660 en 490 personen. Bijna alle opvarenden zijn Engelschen. De bekende tooneelspeler Laurence Irving, de zoon van air Henry Irviug, was met zijn vrouw en geheele theater gezelschap aan boord van het schip. Ook een groot aantal officieren van het Leger des Heils, die gedelegeerd waren naar het congres, dat hierin Juni gehouden wordt, bevonden zich, zooals gemeld wordt, op het schip. Dat zy, zooals men eerst aaDnam, ten g'etale van 340 zouden zijn, wordt overdreven geacht. Hier, in Londen, vermoedt men, dat niet meer dan 60 officieren op de „Empressofireland" waren. Over het vergaan zelf van het achip zijn hier geen andere bijzonderheden dan het lakonieke rapport van deu geredden kapitein der „Empres of Ireland," Kendall, bekend. Zooals be kend is, verklaarde Kendall, dat hij tengevolge van den dikken mist moest stoppen en dat hij midscheeps door de „Storstad" werd aangevaren. De Lawrenceriver is op de plaats, waar het schip zonk, 96 voet diop. Evenals bij de ramp der „Titanic" trachtte men aanvankelijk van zekere zyde den omvang der catastrophe te verkleinen, zelfs deed een oogenblik het gerucht te rondo, dat door twee kleine Cauadeesche stoomschepen, de „Eureka" en de „Lady Evelyn" alle opvarenden gered zonder zijn. Daar dit gerucht met de berichten, die onmiddelijk uit Remouski ontvangen werden, in flagranten tegenspraak waren, sloeg hier niemand er geloof aan. Het schijnt dat de „Emp-esso! Ireland" ommlddellijk na de aanvaring zoozeer naar bakbooid begon ovei t«. hellen, dat slechts weinige redding booten in zee konden neergelaten worden. Trouwens -Heen reeds het

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1914 | | pagina 5