HELDERSCHE COURANT VOORHEEN GENAAMD 'T VLIEGEND BLAADJE Nieuwsblad voor Helder, Koegras, Texel, Wieringen en Anna Paulowna Eerste Blad. Aardrijkskunde Het Eiland Texel Urinekwalen. No. 4323 ZATERDAG 13 JUNI 1914 42e JAARGANG Abonnement per 3 mnd. 65 ct., franco per post 90 ct., Buitenland f 1.90 Zondagsblad 37| 45 0.75 Modeblad 65 75 1.00 Voor het Buitenland bij vooruitbetaling - Losse nummers der Courant 2 ct Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag UITGEVER: C. DE BOER Jr. - HELDER Bureau: Koningstraat 29 - Interc. Telefoon 50 Advertentiën van 1 tot 4 regels (bij vooruitbet.) 30 cent. Elke regel meer 6 ct. Ingezonden mededeelingen van 1 tot 4 regels 75 cent. Elke regel meer 15 cent. Advertentiën op bepaald aangewezen plaatsen worden 25°/o hooger berekend. Groote letters en cliché's naar plaatsruimte. - Bewijs-exemplaar cent Het eerstvolgend nummer van ons blad verschijnt Dinsdagmiddag. Vertrek en aankomst dat treinen. VAN DEN HELDER NAAR AMSTERDAM. Vortrek Aankomsl 5.15 '8 Muand. en daags na Ceeatd. 7.40 6.26 op Zon- on Feestil. niet 9.10 6.59 opZon-onfeestd.t.Alkmaar 8.06 7.40 sneltrein 9.10 7.48 Donderd. tol Scliagen 8.46 2) 9.0211-37 11.552.21 1.48 op Zon- on Feostd. niet 4.35 4.10 gedeeltelik sneltrein 6.03 7.40 sneltrein 9.17 8.8210.54 VAN AMSTERDAM NAAR DEN HELDER. Vertrek Annkomst 4,44 Alleen Donderdags 7.34 6.04 op Zon- en Feestd. niet 8.35 8.12 sneltrein 9.37 9.— Zond.,alleen van af Alkmaar 10.07 9.4411-47 12.543.26 3.386.07 5.257.32 9.05 sneltrein 10.35 10.06 alleen van af Alkmaar 11.14 10.47 op Zon- en feestdagen 12.54 i) te Alkmaar, te Scliagen. STOOMBOOTDIENSTEN. Helder Amsterdam (Qebr. Zur MUhlen). Van Helder'sniorg. 7.15 en 'sav. 11 uur A'dam 9.15 'sm. 4 Helder—Texel (T. E. S. 0.). Van Helder'smorg. 5.15,9.15*) en 's midd. 12.15,4.15 en 7.55. Van Texel 'smorg. 4.15,6.30,10.45 en 's midd. 2.50 en 6.15. Op Zon- en foestd. te 10 uur. BINNENLAND. De schipbreukelingen van de „Newa". Omtrent de redding van de op varenden van de Russische sleepboot „Newa", die verleden week voor den Waterweg gezonken is, verneemt de „N. R. Ct". nog de volgende bijzon derheden. De stoomloodsboot No. 3 hoorde aanhoudend fluiten en zag de „Newa", die ten gevolge van de hooge zee wilde terugkeeren, plotseling scheef vallen. Een stuk water had blijkbaar de „Newa" getroffen, die niet meer rechten wilde en in zinkenden staat verkeerde. Onmiddellijk ging de loodsboot rond en werden de drie beschikbare booten gereed gemaakt, doch voor de loodsboot in de nabij heid van de „Newa" was, was deze reeds plat opzij gevallen en zag men hare bemanning op de buitenhuid van het schip zitten. Er liep een zeer mooielijke hooge eb-zee, tenge volge van krachtigen noordelijken wind. In een oogenblik waren achter eenvolgens de- drie booten uitgezet, bemand door de aanwezige loodsen, kweekelingen en matrozen. De Rot- terdamsche loods, die de „Newa" uit bracht, was met een der leden van de bemanning reeds over boord ge sprongen, terwijl alle 11 anderen door het zinken van de „Newa" eveneens in zee lagen. Met inspanning vau alle krachten en met gevaar voor het eigen leven van de redders mochten de drie booten erin slagen resp. 4, 2 en 1 man te redden. De loodsboot, schipper Plooy, wist zootemanoeuvreeren, dat alle drenke lingen aan z(j van de boot kwamen. Met veel moeite gelukte het den anderen door middel van lijnen te redden. Met een van de schipbreuke lingen had men ontzettend veel moeite. Toen men dezen boven water had, liet hij de lijn slippen en geraakte voor de loodsboot om. Gelukkig wist hij een tweede toegeworpen lijn te grijpen, doch blijkbaar begaven hem de krachten en liet hij los, juist toen van door P. DEUZEMAN, Hoofd der School te De Cockadorp op Texel en Loeraar Middelbaar Onderwijn in Aardrijkskunde. In 1914 herzien door: J. Daalder Dz. en W. Mets Tz. 9) Wat moeten er nu geen groot aantal, misschien duizenden, ja tien duizenden jaren verloopen zijn voor en aleer de mol tot in Nederland kwam. Men zij er toch op bedacht, dat de verspreiding der dieren en planten (vooral vroeger^ geen op zettelijke, maar eene geheel toevallige was. Nimmer is waargenomen, dat de mol, zooals sommige andere dieren, opzettelijke verhuizingstochten onder nam. Indien Texel nu afgescheiden is vóór de mollen in Nederland (of Noord-Holland) gekomen waren, zoo konden zij zich niet naar hier ver breiden, daar de mollen geen breede wateren als 't Marsdiep of de Wadden oversteken. Zoo kau men de afwezigheid der mollen verklaren, evenals men dit voor sommige eilanden met betrekking tot andere dieren doet. men zijn handen wilde grijpen. Weer boven komende, kreeg men hem weer te pakken en met veel moeite werd hij aan boord gebaald. De man was be wusteloos, maar werd door toepassing der bekende middelen weer bijge bracht. Nadat allen nu behouden aan boord van de loodsboot waren, werden de booten binnengehaald en stoomde schipper Plooy naar de Berghaven, waar de schipbreukelingen werden geland. Na eerst in het gebouw van het loodswezen appèl te hebben ge houden en door een goede kop koffie te zijn verkwikt, werd de equipage overgebracht naar het Harwichhotel, waardoor de goede zorgen vau het comité allen van droge kleeron werden voorzien. Een woord van hulde mag niet worden onthouden aan de op varenden van de loodsboot No. 3. Gemoedelijke lui. Men schrijft aan „De Tijd": Voor een paar jaar heeft in uw blad eens een aardig verhaal gestaan van een onze Noordbrabantsche tram lijnen, waarop het nog aartsgemoede- lijk toeging, zóó zelfs, dat bij zekere gelegenheid, toen het geheele tram personeel bij een wisselplaats eens een gezellig praatje ging maken met do bewoners eener boerderij, een paar passagiers, die met de behandeling van een locomotief en ook met geld- ophalen best vertrouwd waren, met den trein er vandoor gingen en het spul tot zijn einddoel brachten. Hoe vriendschappelijk het nog op sommige plaatsen gaan kan, bleek dezer dagen nabij Tilburg. In de wijk Hasselt loopen daar twee stoomtram- Hjnen, die van Breda-Oosterhout on die van de Langstraat, in elkaar. Een der avondtreinen van Oosterhout komende en die te Tilburg moet aansluiten op den trein naar Venlo mag den weg niet ten einde brengen of de ongeveer gelijk aan het ver bindingspunt komende Langstraat- sche trein moet voorbij wezen. Nu komt de Oosterhoutsche, die veel oponthoud had gehad, aanstoomen eu daar de Langstraatsche in geen velden of wegen te zien is, wordt de machine stop gezet en gaat men geduldig wachten totdatde Langstraat arriveert. Het treinpersoneel bedenkt even wel, dat er wel eens passagiers kun nen zijn, die naar Venlo moeten en stelt deswege een onderzoek in en ja, daar moeten er velen naar Venlo. „Nou maar dan zou ik u ernstig raden uit te stappen en te gaan loopen. Want als de Langstraatsche niet gauw komt, zijt ge loopende veel eerder aan het station dan wanneer ge blijft wachten." Met zulk een vriendelijke waar schuwing doet men natuurlijk zijn voordeel. Een groot aantal passagiers stapte uit en vervolgde den weg met de apostelpaarden. De blijvende waren toen getuigen van een vroolijk tooneel. Arriveerde toch een veldwachter, een diender of zoo iets en knoopte een praatje aan met het wachtende trampersoneel. Al pratende kwam het van het een onderwerp op het andere en spoedig was de oorzaak van het wachten het onderwerp van geprek. Maar nauwelijks had de dienaar van Hermandad vernomen, dat men op den Langestraatschen trein wachtte of hij lichtte in met een „Wablief Die is allang gepasseerd." Toen ging het dadelijk voort naar Tilburg, waar de voetgangers reeds waren aangekomen en werkelijk den Venlosche nog te pakken hadden ge kregen. Huwelijks-verzekering. In Amerika ook wordt nog een andere vorm van verzekering toege past: de verzekering der huwelijks trouw. Het is het blad, de „Newyork American", dat ons vertelt, hoe dit stelsel werkt, en hoe er een maat schappij is, welke geen andere polis sen sluit dan op dit, hoe zal ik het zeggen glij-gladde terrein. De verzekering laat zich in het kort aldus omschrijven, dat een echt genoot, die niet geheel overtuigd is van de huwelijkstrouw vau zijn wederhelft, zich tot de directie wendt, Door deskundigen wordt verder beweerd, dat de mol in echte klei gronden, zooals Holland er vele heeft, niet voorkomt. De verspreiding der mollen kan dus door de kleigronden van Noord-Holland of Friesland be lemmerd zijn. Een betrekkelijk smalle kleistrook was daarvoor voldoende. Verder kan men veronderstellen, dat de mollen op Texel uitgestorven zijn, doch hiervoor is nooit eenig bewijs gevonden. En daar eilanden, vooral de kleinere, in den regel nooit de scheppings plaatsen Yan dieren of planten zijn, kunnen wij moeilijk aannemen, dat de mol hier oorspronkelijk zou ge schapen zijn om later uit te sterven, daar de dieren in en om hun schep pingsplaats veelvuldig worden ge vonden. By totaal gebrek aan mollen kunnen w(j Texel dus niet als schep pingsplaats dezer dieren aannemen. Op dezelfde gronden, waarop het gemis van mollen berust, steunen ook de afwezigheid van vossen, eek hoorns, slangen, etc. op ons eiland. HOOFDSTUK XH. De bevolking van Texel. Thans een kort woord over de bewoners van Texel. Hun aantal bedraagt ongeveer 6600, verdeeld over byna 1700 ge om een polis te sluiten, waarbij hem een zeker bedrag vergoed wordt, in dien zyn vermoeden gegrond blijkt te zijn. Zonder te veel in bijzonderheden af te dalen, kan hier worden meege deeld welke de voornaamste vragen zijn uit het in te vullen vragen lijstje voor het sluiten der ver zekering. De vragen worden gericht tot den echtgenoot. „Hoe oud zljt ge?" „Hoe oud is uw vrouw?" „Sedert hoe lang zljt ge gehuwd?" „Hoe is de aard van uw vrouw: lastig, kalm, opvliegend?" „Schreit zij wel zonder reden?" „Heeft zij voel neven, en heeft zij een voorkeur voor het leger?" „Leest zij veel romans?" - „Hebt gij wel meenings- verschillen, en heeft zij u daarbij wel eens een bord naar het hoofd ge worpen?" - „Heeft zij aanleg om suffragette te wordenis zij wellicht devoot, of schrijft zij verzen?" „Is zij mooi of leelljk, en in het laatste geval, gelooft zij zelf, dat zij mooi is?" „Heeft zij kinderen?" Nadat de echtgenoot op deze en nog andere vragen geantwoord heeft, wordt vanwege de verzekering maatschappij een onderzoek ingesteld, of zijn antwoorden juist zijn. Daarna wordt de polis opgemaakt. Deze wisselt natuurlijk voor elk geval. Zoo weet het blad, waaruit wij deze aanteokeningen putten, te vertellen van een oud, rijk heertje, wiens echtgenoote het bezwaar had van een groot aantal neven, van wie de moesten in militairen dienst waren; de maatschappij wilde hem als verzekerde aannemen, doch de directie vond, na voorlichting door haar inspecteurs, het geval zoo riskant, dat zij slechts de verzekering voor hoogstens één maand wilde aangaan, en tegen een premie van 35%. Het Amerikaansche blad verklaart, dat deze eigenaardige verzekerings branche, hoewel nog jong van vinding, reeds zeer bloeit. Wij moeten het dus wel gelooven Doch waarnaar wij vergeefs gezocht hebben, is naar de mededeeling, dat ook de vrouwelijke helft van een gehuwd paar zich op dezelfde wijze verzekeren kan tegen de twijfelach tige huwelijks-trouw van de manne lijke helft. Of doen zulke gevallen zich in Amerika niet voor? (H.blad.) BUITENLAND. Het vergaan van de „Empress of Ireland". De eerste groep van geredden van de „Empress of Ireland" is Woensdag te Glasgow aangekomen. In de „Times" lezen we nu, dat onder deze zich ook bevond de stoker William Clarke, die eveneens gered werd bij de ramp van de „Titanic". De man verklaarde, dat hij van beide rampen, die van de „Titanic" de vreeselijkste vond. De ondergang van de „Titanic" ging niet zoo snel in zyn werk, en juist dat wachten was het meest gruwelijke. Bij do „Em press" was er geen quaestio van afwachten, hier was alles in enkele minuten geschied. Het is zeker wel merkwaardig, dat iemand twee van zulke groote scheepsrampen heeft overleefd. Jeugdige moordenaar. Voor de rechtbank te Hanau heeft een treurige zaak gediend. Daar stond Woensdag een 17-jarige gymnasiast Wolf uit Salmünster terecht. De jongen, die te Fulda op het gymnasium ging, gaf veel geld uit voor allerlei vermaken, maakte schulden en be sloot eindelijk, om aan gold te komen, zijn heele familie uit den weg te ruimen. Op Oudejaarsavond drong hij met een revolver in de hand de keuken binnen en loste schoten op zyn moeder en zijn tante. Een aan slag tegen een broer en een zuster mislukte. Daarna ging hij ter kerke en stelde zich daar wonderlijk aan, om den schijn te wekken, dat hij niet wel bij het hoofd was. Hij had zinnen. Texel's bewoners stammen, naar men wil, af van de aloude Sturiérs, die tusschen den Gelder- schen IJsel en de Noordzee woonden. Deze Sturiérs behoorden tot den grooten stam der Friezen, zoodat men kan aannemen, dat de oorspron kelijke bevolking van Texel van Friesche afkomst is. En hoe kan dit ook anders als men in aanmerkffig neemt, dat de Friezen eenmaal langs de geheele Nederlandsche kust woon den, ja zelf van de Wezer tot de Schelde. In oude tijden spraken de Texelaars Friesch, welke taal echter door de Hollandsche is verdrongen. Het bew(js hiervoor vindt men nog heden ten dage in de volkstaal, vooral in het zuidelijk deel des eilands. Daar woont de echte, de aloude Texelaar, de afstammeling der Sturiérs: in het poldergebied van noordelijk Texel hebben veel vreem delingen zich gevestigd uit Zeeland, Friesland, Groningen en van de delta eilanden van Zuid Holland. De bewoner van zuidelijk Texel zegt b.v. kieken voor kijken, diek voor dijk, wat niet anders is dan Friesch doch ook Zeeuwsch kan zijn. Tot het Vlie is de aloude Friesche taal door do Hollandsche verdrongen. Van de totale bevolking behoort tot den Hervormden godsdienst ongeveer belijdt den Katholieken godsdienst; voorts zyn er Doopsge de verdenking voor de aanslagen op z(jn tante willen vestigen en daarom een briefje waarin deze zoogenaamd haar uitersten wil kenbaar maakte, geschreven. Voor de rechters bekende Wolf zijn misdrijf. De schulden hadden hem in de war gebracht, en zoo doende was hij op het onzalige denk beeld gokomen, om zijn familie uit te moorden. Eerst had hij zijn tante willen vergeven en met haar geld naar het Zuiden willen gaan. De tante is aan haar wond bezweken. De rechtbank veroordeelde den be klaagde wegens moord in een geval en poging tot moord in drie ge vallen tot zes jaar gevangenisstraf. Hygiënische FabriekvanVerduurzaamde Levensmiddelen Amsterdam. Proef mijn groenten, 't zijn de fijnste, Uit den rijkdom van ons land. Rein vooral zijn zij behandeld, Alle zorg ging hand aan hand. Laat mijn vruchten ook ontbieden, leder vindt ze delicaat. IWIijne jams en mijn geleien, Eerste klas is 't fabrikaat. Neem mijn vruchtensappen en mijn Tafelzuren op Uw disch, Onvervalscht, als alles is. Is de aerdt der Hollanders nog sodanigh „Wanl de aerdt der Hollanders is sodanigh, gelijk UEd. mede bekend is, dat als haar de noodt ende de periculen niet zeer claer voor de oogen staan, zy geenszints gedispo- neert worden om naar behooren te vigeleeren om haar eigen securiteit". Zoo schreef Johan de Witt aan Pieter de Groot, gezant bij het Hof van Lodowijk XIV, kort voor de gebeurtenissen van het rampspoedjaar 1672, dat de Republiek der Vereenigde Nederlanden door de veroveringszucht van den Franschen koning, gesteund door zijn bondgenooten, maar bovenal tengevolge van de verwaarloozing der defensïe-mïtfdolen, in weinig maanden op den rand van den af grond zag gebracht. Is nu twee en een halve eeuw later, de aard der Hollanders nog een zoodanige, dat zoolang de drei gende gevaren hun niet zeer klaar voor oogen staan, zij niet gezind zijn naar behooren te waken voor hun eigen veiligheid? Zullen de Nederlanders nu niet, zooals toen, hun verdeeldheid eerst dan vergeten, wanneer het water tot de lippen is gestegen, en zullen zij zoolang de nood nog niet zóó hoog is geklommen, wèl praten maar niet doen Het tijdstip is nabij, waarop de Regeering met een ontwerp tot vloot- bouw zal en moet komen, omdat een koloniale en zeevarende mogendheid het nu eenmaal zonder marine niet kiin stellen. En naarmate de tijd vordert, wast de woordenvloed, dien het op ieder punt heerschonde ver schil van inzicht doet zwellen - voorloopig in de Pers. Wat de een te veel vindt, is den ander te weinig. Oneens is men het omtrent het aantal, den aard, de grootte on de bewapening der sche pen over de als vlootbasis te kiezen plaatsomtrent het aandeel, dat aan de zeemacht en aan de landmacht in de verdediging van Indié toekomt; over de sterkte der marine, die voor de veiligheid van het Rijk in Europa en de bescherming der Nederlandsche belangen buiten Oost-IndiG noodzake lijk moet worden geachtomtrent de vraag of en in welke verhouding de kosten over de Indische en Neder landsche financiën zullen moeten worden verdeeldover de vloot- bemanningen zooveel meer. Als het meeningsverschil in de Pers is de vooruitgeworpen schaduw van de Kamerdebatten, dan zal er zeker heel veel worden gepraat, doch komt er niets goeds tot stand; dan zullen de Staten van nu althans in dit opzicht niet onderdoen voor de Staten van toen en evenmin voor den Romeinschen Senaat, die zóó lang beraadslaagde over het behoud van een der koloniën, tot Saguntum verloren was. Het gevleugelde woord, dat de ondergang van dezo Romeinsche kolonie vermeldt, doet nu wolhaast twee duizend jaar dienst ter waar schuwing van de geheele wereld. En Saguntum beteekende voor Rome bij geen voeten of vamen, wat Indië beteekent voor Nederland. Geen Nederlander, welke zijn in zichten overigens ook mogen z(jn, heeft er tot dusver aan gedacht te zeggen: Laten wy Indië toch prijs geven. Het verschil loopt slechts over de vraagOp welke wyze is het te behouden? Ieder wil daarbij in toepassing gébracht zien de middelen, die hijzelf voor de beste houdt. En daarom is ook hier weer het betere de vijand van het goede. Als allen het eens moeten zyn, alvorens in dezen tot doeltreffende maatregelen wordt besloten, zal dit eerst dan geschieden, als de noodt en de periculen haar zeer klaar voor de oogen staan". Dat zal zijn niet vóór de nood aan den man is. Maar dan ook zullen de Neder landers ongetwijfeld gedisponeerd blijken naar behooren te vigileeren voor hun securiteit. Endan is het te laat. Bijtijds moge het daarom blijken, dat de aerdt dér Hollanders niet meer is sodanigh Onderofficiers pensioenen. Bij de Tweede Kamer is ingekomen on reeds door de afdeelingen onder zocht, een ontwerp tot wijziging dei- Pensioenwet voor de Landmacht en een voor de Zeemacht. Door belang hebbenden werd met levendig ver langen naar dit wetsontwerp uitge zien, vooral ook omdat ten behoeve der officieren reeds een wijziging in de pensioenenbedragen werd aange bracht op 31 Oct. 1912 met terug werkende kracht tot 1 April 1911. Aan den algemeenen drang der Kamer om gelijktijdig de pensioenen der onderofficieren en minderen te verbeteren, wenschte de Regeering toen niet te voldoen, al werd ook de noodzakelijkheid van verhooging erkend. De thans nog geldende pen sioenbedragen voor de onderofficieren ondergingen gedurende het tijdvak van bijna 40 jaar geen wijziging, zooals de M. v. T. aangeeft. Reeds in 1877, bij de vaststelling dier bedragen, werd duidelijk aange toond, dat deze veel te laag waren. Zulks geschiedde opnieuw b(j het behandelen der wetswijziging, in 1901 aangebracht. De inkomsten der onderofficieren zijn in de laatste jaren herhaaldelijk moeten worden verhoogd, waardoor de reeds bestaande ODjuiste verhou ding tusschen inkomen en pensioen nog is verergerd. Verhooging der inkomsten van de officieren bleek eveneens noodzakelijk en in het verhoogen dier inkomsten werd en zeer terecht het motief gevonden, tevens de pensioenen te verhoogen. Het niet-indienen gelijk tijdig van een wet tot verhooging der inkomsten en een wet tot ver hooging der pensioenbodragen kostte generaal Cool zijn ministerieel leven. Door Minister Colijn werd spoedig na zijn optreden een tractements- en pensioenregeling voor de officieren tot stand gebracht. Welke verhoudingen daarb(j werden verkregen, moge blij ken uit onderstaande korte opgave: Tractement (maximum) Pensioen Verh. Kapt. f3000 f 1600 f600 *%0 Majoor f3500 f2100 Lt.-Kol. f4000 f 2300 mim. "/go Daar vrijwel alle ambtenaren en beambten in 's Rijks dienst uitzicht hebben op een pensioon, gelyk aan van hun laat3t genoten salaris en de pensioenbedragen voor officieren zinden Olt) on enkele Israëlieten. Op politiek gebiedt onderscheidt men liberalen, anti-revolutionairen, katholieken en sociaaldemocraten. Wegens de uitgestrektheid is Texel in 5 stemdistricten gedeeldDen Burg, Den Hoorn, Oudesc.hild, Oos terend en De Cocksdorp. In een rond getal bedraagt thans het aantal kiezers 1300. De Texelaar is over het geheel vrij goed ontwikkeld, beter dan men dit op een eiland, zoo ver van de groote verkeerswegen verwijderd, verwachten zou. Iedereen bijna kan lezon en schrij ven. Intellectueel staat de Texelaar vry hoog. Bij de indeeling der lote- lingen blijkt dit. Procentsgewijze leveren van alle gemeenten van Noord-Holland, Alkmaar en Texel het grootst aandeel lotelingen, dat lezen en schrijven kan. Dit pleit zeer zeker wel voor de deugdelijkheid van hot onderwijs. Het schoolverzuim is over het geheel dan ook niet zeer groot. Het aanzienlijkst is dit in het weidegebied des voorjaars in den tijd van de verzending der lammeren en van 't zoeken van kievitseierenin het poldergebied in dén zaai- en oogsttijd. In 1913 is er gelegenheid geopend voor Zeevaartkundig onderwijs en in 1914 werd eene flinke Zeevaart en minderen in dezelfde wet worden geregeld, kan het niet anders, of de nu ingediende wetswijziging moet de belanghebbenden groote teleurstelling baren. Hieronder blijkt hoe de verhouding zal wezen na de wetswijziging voor de onderofficieren, waarbij opgemerkt wordt dat het maximum bedrag alleen bereikt wordt als men 12 jaar dien rang heeft bekleed, wat in de hoogero rangen bij verschillende wapens nooit voorkomt. Inkomen Pensioen Voi- (raoxJrmira) houding Sergeant f 900 f 480 lc/80 Serg.-majoor 1200 600 16/ao Adj.-onderoff. 1450 720 1S/M Het hoogste pensioenbedrag van f 720. zal meeBtal alleen te bereiken zijn door schrijvers, conducteurs dei- artillerie e. a. als z(j zijn gekomen op een leeftijd van 60 jaar, waardoor zij to oud geworden zijn voor het ver krijgen van particulier werk. Het maken van wetten is, iri ge meen overleg, opgedragen aan Re geering en Staten-Generaal. Aan de laatste den duren plicht, zoodanige wijzigingen bij amendement aan te brengen dat de verhouding tusschen inkomen en pensioen ongeveer ge regeld worden als voor die der offi cieren. Waar de rechten van officieren en minderen in dezelfde wet zijn ge regeld, eischt de billijkheid dat aan de wijziging dezelfde terugwerkende kracht wordt verleend, als voor de officieren is vastgesteld, d. i. 1 April 1911. De klacht over weinig en onvol doend ontwikkeld kader is algemeen, de opleiding der troep lijdt er geducht door, en het verloop neemt steeds toe. Een billijke pensioenregeling, ge paard aan een betere salarieering der pas aangestelde sergeanten zal er o. m. toe bijdragen, dat in de toekomst meerdere en betere krachten zich voor kadervorming zullen aanmelden en het brandende kadervraagstuk tot een oplossing wordt gebracht. Max. INGEZONDEN. Mijnheer do Redacteur! Mag ik even een enkel woordje zeggen tegen uwen schrijver van „Kijkjes uit mijn venster Bij voor baat dank ik u voor de gelegenheid die u mij daartoe geeft. M. Uw „kijkje" van 8 Juni „over een kleinigheid" is geen kleinigheid voor de persoon die u daar onder handen neemt en ik geloof zeker dat u de, voor die persoon diep grievende be schouwingen vóór u had gehouden wanneer u deze zaak eerst eens nader had onderzocht. Nu heeft u geschreven onder den indruk van de mededeelingen door den verstandigen en voor geen klein geruchtje ver vaard zijnden agent" zelf aan u verstrekt en opgesteld als een echt „Fransch rapport". Naar den inhoud teoordeelenheeft hij zijn rapport aan den commissaris van politie u laten lezen en begrijp ik uwe verontwaardiging uitgedrukt in uw „kijkje", daar uw vensterglas beslagen of gekleurd is geraakt en deze zaak u zeer troebel voorkwam. Waar het echter zaak is dat in onze nieuwe „Heldersche Courant" ook uw vensterglas steeds helder blyft geef ik u beleefd in overweging, wanneer een of andere zaak door u persoonlijk niet is bijgewoond eerst nauwkeurig te informeeren hoe zich een of ander heeft toegedragen (ook al worden de mededeelingen u ver strekt door een agent van politie) alvorens u uw kykjesgaatillustreeren. Ik beu overtuigd dat bedoelde juffrouw en de volwassen personen, (geen giegelende spruiten) bij het gesprek met den agent tegenwoordig, u, wanneer u zulk een onderzoek alsnog wilt instellen, het „contra" van uw „pro" willen laten zien. Ook ik deel volkomen uwe meening dat ieder burger verplicht is de politie te steunen in haar taak die, vooral school gebouwd naby den Burg. De Texelaar is over het geheel werkzaam en spaarzaam. Hij brengt het „Help U zeiven" in toepassing, zooals blijkt uit de vele zieken- en begrafenisfondsen, die het eiland kan aanwijzen, alsmede in de vereeu'iging „Texcls Belang" tot steun van weduwen en weezen. Hij bemint de vrijheid en is niet gaarne in eene afhankelijke betrek king geplaatst. In die zucht tot vrij heid toont hij nog het echte Friesche karakter. Op godsdienstig gebied heerscht over het geheel de meest mogelijke verdraagzaamheid. Wat betreft woning, kleeding, enz. gaat de Texelaar met zyn tijd mede aartsvaderlijke zeden, gebruiken en gewoonten raken geheel op den achtergrond. Over 't geheel is de kleederdracht „zeer modern"zeor enkele vrouwen echter dragen nog een jak met schoot, wat echt ouder- wetsch-Texelsch isandere vrouwen, bepaaldelijk die, welke aan den vasten wal geboren zijn, dragen als hoofd deksel een zoogenaamde „hul", d.i. een muts van kant en tule met 2 wieken. In den boerenstand wordt ook nog de „Noordhollandscbe kap" gedragen, doch deze gaat meer en meer uit den smaak. Het gemeenschapsleven is zeer goed ontwikkeldte Den Burg be staat eene afdeeling der Hollandsche Maatschappij van Landbouw, een afdeeling der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, beide met aanzienlijk aantal leden en waarin sprekers van den vasten wal (Am sterdam, Leiden euz.) optreden. Boven dien heeft Den Burg een flink fanfare corps en eén rederijkerskamer, be nevens een Sportvereeniging. Oudeschild, De Waal, Oosterend en De Cocksdorp hebben reciteerge- zelschappeD. Den Burg is het middel punt van geestesbeschaving (Zeevaart school, school voor meer uitgebreid lager onderwijs, arrondissements- en nutsbibliotheek.) Dat bijna alle dorpen zieken- on begrafenisfondsen bezitten, is reeds gemold. Tot de meest gewone volksver maken behooren 1. het St. Nicolaas- feest, 2. het branden van den Mei blits, 3. de kermis. In den kermistijd, reden voorheen de „paren" de verschillende dorpen rond om ten slotte den dag met „dans" te eindigen. Deze gewoonte slyt meer en meer uit. De kermis wordt gehouden te den Burg en vangt aan op den laatsten Maandag van Juni. Thans het St. Nicolaasfeest. Dit ia een echt Texelsch vermaak'I is, als 't ware, een blijspel in 4 be drijven. in onze zich steeds uitbreidende ge meente, met weinig personeel, verre van licht is. Vooral ook, waar wij over onze „openbare ordebewaarders" lang niet hebben te klagenmaar dit neemt niet weg dat u dient te onderzoeken of uwe voorstelling, ge geven in bedoeld „kijkje", de juiste is geweest. Een bewoner van de Weststraat. O Wij kunnen den inzender van bovenstaand ingezonden stukje ver zekeren, dat hier volstrekt niet ge schreven is onder den indruk van mededeelingen door den agent, die we in ons „Kijkje" aan het slot als een „verstandige" hebben laten heen gaan. En dat wij inzage hebben ge nomen van het politie-rapport is slechts een vermoeden van u, waarde heer, en deze veronderstelling zegt ons tevens duidelijk genoeg, dat u heelemaal niet op de hoogte is met den toestand bij de politie hier ter stede, want de plaatselijke pers be hoeft niet bij haar aan te kloppen om nieuwtjes. Ons vensterglas was dien Zaterdagmiddag toevallig zeer helder. Of wij het gevalletje wul of niet persoonlijk hebben meegemaakt, is ónze zaak, doch het feit is precies weergegeven, weet u, al waren de „giegelende spruiten" volwassen per sonen. Wij hebben geen reden om een nader onderzoek in to stellen, maar indien uw vrouw - voor wie u gedwee de pen opneemt niet heeft gezegd aan het adres der poiitie wat wij schreven, welnu, laat zij dan, die er mans genoeg voor is, zelf verklaren hoe de kwestie zich ditn heeft toegedragen en laat zij dan ook tevens eens wat jc noemt „met zwart op wit" mededeelen „de manier waarop de bedoelde agent heeft gehandeld en over zijn optreden", dat u - volgens uw schrijven aan onze redactie noodzaakt om te protesteeren. Daaruit zal dan wel blijken of wij een juiste voorstelling hebben gegeven. Ingezonden Mededeeling. Een der voornaamste verschijnse len tot bet herkennen van aandoenin gen der nieren en blaas levert ons de verandering in het uitzicht der urine. Het water kan troebel zijn, donkergekleurd, en bij staan een be zinksel achterlaten, hetzij wit of rood (gelijkend op stof van baksteen). Deze verschijnselen wijzen op overvloed van urinezuur in het bloed en vormen de oorzaak van rheumatiek, jicht, niersteen. Overvloedige urineafschoiding, uri ne helder als water, schuimend, eiwit houdend, wijzen op aandoeningen der nieren, welke reeds ver gevorderd kunnen zijn. Voortdurende aandrang, vooral 's nachts, met branderig gevoel, wijst op aandoeningen der blaas onunne- leiders. Ook kan druppelsgewijze loozing en zelfs verstopping der urine optreden, en de urine kan bloed be vatten, zand of steentjes. Alle bovengenoemde verschijnselen duiden ernstige ziekten dor nieren en blaas aan, niet alleen door de ellen de, die zij met zich brengen, doch ook door hetgeen u verder te wachten staat. FoBter's Rugpijn Nieren Pillen zyn een speciaal geneesmiddel voor deze kwalen. Zij bewerken, dat dc nieren de urinestof, het urinezuur cn het overtollige water uit het blood af voeren, herstellen zoodoende de ge regelde urineloozing en nemen don oorsprong van uw ziekte weg. Te Den Helder verkrijgbaar bij de Fa. De Bie—Biersteker, Keizerstr. 93. Toezending geschiedt fr. na ontv. van postwissel a f 1.75 voor één, of f 10. voor zes doozeu. Eischt de echte Foster's Rugpijn Nieren Pillen, wei gert elke doos, die niet voorzien is van nevenstaand handelsmerk. (52) le bedrijf, van 's morgens 6 tot 9 uur voormiddags van den St. Nico laasdag. Hoorn muziek en Optocht. De schooljeugd, gewapend met reus achtige koehoorns, trekt in optocht blazende door het dorp. Geweldige schok. Iedereen ontwaakt. 2e bedrijf, van 3 uur's namiddags tot 5 a 6 uur. Optocht van gemaskerde meiqjes eu knapen, gevolgd door andere kinderen in gewone kleeding. Het geheele dorp geraakt in opschud ding, vele nieuwsgierigen begeven zich op de straat; eene kijklustige menigte vertoont zich in de deuren en voor de ramen der huizen. 3e bedrijf, van 6 tot 10 uur 's na middags. „St. Nicolaas" of „Sinter klaas" verschijnt. Het is een ge maskerd persoon, gewapend met oen heidebezem in de handen en een ketting aan den eenen voet. In vollen draf snelt hij de straten door en veegt „alle klein volk" van de straat. De kinderen vluchteu huiswaarts, bevreeBd voor den „straatveger". Nu verschijnen ouderen, (zelfs gehuwde mannen en vrouwen) jongelingen on maagden gemaskerd op straat.. Zij gaan huis in, huis uit, nu eens in troepjes, dan weer alleen. In de meeste huizen worden deze bezoekers getrakteerd op chocolade, koek onz. Niet zelden ziet men gemaskerde paren en groepen. {Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1914 | | pagina 1