Queen Anne Meubelen, In woede ontstoken A. Klopper Zonen Firma DE DIE BIERSTEKER, Thee E. Brandsma Blijvend Resultaat Fa.S.A. KANNEWASSER i ZONEN, El WITST AAL bij A.WIERINGA, Thee NatuurvJollen Ondergoederen DAMES, HEEREN en KINDEREN. Meubelfabriek Loodsgracht 69. AMSTERDAMSCHE MIJ VAM LEVENSVERZEKERING. Vergiftigde Levens. Totitieman zegt tot zijn urouuj lüat poetst dat d'.rclciC ivondergauai. Wie 12 verschillende ABC-advertentiën uitknipt enaan de „ERDAL"-fabriek, Amster dam, (met 5 cent port) inzendt, ontvangt gratis de geheele serie artistieke Sluitzegels. dreigde een bootwerker alles kort en klein te slaan, toen hy ontdekte, dat men hem inplaats van Geöézalf tegen eelt eo likdoorns, waardelooze namaak verkocht had. Gedézalf is a 30 cent. verkr. bij de voornaamste Drogisten. SPOORSTRAAT Nr. 120. R. M. IS onovertroffen van kwaliteit en zeer waterhoudend, 70, 80, 90 en 100 cent per pond. Pakjes van >/2 - 1 2l/s ons. In het oude Victualiehuis. R. MAALSTEED, Oijkstraat 22, Helder Wederverkoopers provisie. ondervindt inen bij het gebruik van Dr. LAPPONFs-Zenuwhoofdpijn-pas- tilles. Zij, die jarenlang aspirin of phenacetin slikten, zonder blijvend succes, genezen radicaal door het gebruik van Dr. LAPPONI Zenuw hoofdpijnpastilles. Prfla p. fl. fO.75, proefbusjes 25 ets. Verkrijgbaar bij DE BIE—Biersteker, Keizerstr. 93. DE VAN Jansen &Tilanus FRIEZENVEEN. Verkrijgbaar bij: KANAALWEG 148-149, ZUIDSTRAAT 82, in alla qualitaitan en maten voor Geïllustreerde Prijscourant gratis verkrijgbaar. Diners worden dagelijks aanhuis bezorgd. Bestellingen 's morgens voor 12 uur aan het van ouds bekend KOOKHUIS OIJKSTRAAT 13. Beleefd aanbevelend, A. DOL. Speciaal adres voor OVERHEMDEN naar maat. OVERHEMDEN met piqué borst f 2.75, prima kwaliteit. in MAHONIE- en EIKENHOUT voor Salon en Huiskamer. is het neusje van de Zalm. KEIZERSTRAAT 93, HELDER. Texel: A. Wuis, C. C. Rijf, P. Kiel, Daalder, J. P. Dros, D. Kuiter, Wed. Blom, P. Brouwer. Wieringen N. Omes, M. Gorter. Juliana- dorp: M. Noot. Anna Paulowna: Neuvel en A. Wiggers. 't Zand: G. A. de Wit. Oodeslois: G. v. Doorn. Schagen: Rotgans en Purmer. Breezand: G. Borst. Helder: D. Bruin v/h. Balgkanaal. Vraagt Uwen Winkelier Voor 's morgens, 's middags, 's avonds. AMSTERDAM. KEIZERSGRACHT 547-549. BIJKANTOOR VOOR NED.-INDIË SOERABAJA SOCIETEITSTRAAT. GUNSTIGE VOORWAARDEN. CONCURREERENDE TARIEVEN. INLICHTINGEN VERSTREKT OAARHE HERMAN NYPELS, HELDER. P. KIKKERT ZONEN. GRAND HOTEL „TEXEL' Eigen Stalhouderij en verhuurinrichting van Automobielen. Telefoon 7 en 15. INGEZONDEN. Volkszang. De plaatselijke afdeeling dei- Maat schappij tot Bevordering der Toon kunst heeft succes gehad met het initiatief te nemen tot het oprichten van eene vueeniging voor den volks zang. Wat het voorloopige comité de vorige week in eene vergadering had besloten was niet bekend, doch het resultaat was eene algemeene vergadering op Donderdag 23 Juli in Bellevue, waarbij vele bestuursleden van volksvereenigingen en andere personen van invloed waren uitge- noodigd. Iu deze zeer druk bezochte ver gadering bracht het comité, bij monde van den heer Stumphius, verslag uit, voornamelijk behandelende de ver schillende middelen, welke kunnen worden aangewend om het doel te bereiken waarover later. Hierna werd de vraag gesteld, of men ge negen was tot het oprichten van eene Vereeniging tot Veredeling van den Volkszang. Na algemeen toe stemmend antwoord, deelde de voor zitter namens het comité mede, dat dit hiermede zijne taak als voltooid beschouwde en dat men nu kon overgaan tot het kiezen van een definitief bestuur der thans opgerichte vereeniging. Dit bestuur, dat daarna de functien bij onderlinge schikking verdeelde, bestaat uit de H.H.Jos. M. C. Haak voorzitter, W. de Boer secretaris, J. Blom penningmeester en H. P. Baak, J. Baert, J. Delgorge en Joh. van Scheyen leden, terwijl de heer A. J. C. Mooy als directeur en technisch adviseur zal optreden. De jonge vereeniging, die voorzeker ieders sympathie zal wegdragen, wil trachten haar doel geleidelijk- en zon der de minste pressie te bereiken en wel in de eerste plaats door het Nederlandsche lied bekend te doen worden. Waarom toch worden in vele dorpen wel goede liederen ge zongen, en hoort men deze in do straten van groote plaatsen weinig of nooit? Omdat het lied op de dorps school geleerd zonder stoornis tot in huis wordt gebracht en meestal op dien zelfden dag in vele huisgezinnen, voor vele huizen en tuinen wordt gezongen, terwijl in groote steden reeds tien pas buiten de school het muzikale geheugen op een zware proef wordt gesteld door een straat orgel beschouwingen houdende over „Het hoedje van Manus"of door een gramophoon jankende over „Een hengel in den hand". Wanneer er echter een krachtig streven is om door muziekkorpsen, openlucht zang koren, zelfs door gramophoon en draaiorgels gezonde Hollandsche lie deren als Michiel de Ruyter, De Ne derlandsche Vlag en dergelijke bekend te maken, dan zal er eeno groote stap in de goede richting zijn gedaan om de spes patriae zonder onze bengels direct tot brave Hendrikken te trans- formeeren smaak in goede liederen te doen krijgen. De nieuwe vereeniging nu wil, behalve het zangonderwijs aan de jeugd krachtig te steunen, ook de volwassenen muzikaal ontwikkelen en tracht dit te bereiken door bij openbare muziekuitvoeringen de me lodieën van flinke Hollandsche liederen te doen hooren, den tekst dezer liederen verkrijgbaar te 3tellen en nu en dan zangvereenigingen uittenoo- digen dezen te vertolken, waarna ten slotte, nadat men gehoord heeft hoe mooi onze liederen zijn en hoe deze moeten worden gezongen, de be staande vereenigingen de kern zullen vormen van een groot koor uit en dooi- het volk. Hierdoor zal het Nederlandsche lied de bekendheid krijgen die het verdient en wanneer dan van den Dollart tot de Schelde, van Hollands noordpunt tot de mer gelgroeven in Maastricht de schoone, vaderlandsche liederen algemeen worden gezongen, dan zal het doel bereikt zijn van de Vereeniging tot Veredeling van den Volkszang. José Crochettos. OPEN BRIEF aan den schrijver van „Kijkjes uit mijn venster", voorkomende in de Heldersche Courant van Donderdag 23 Juli 1914. Geachte Heer. Het zij mij vergund, u dank te zeggen voor uwe mededeeling van de wijze waarop de goedgeloovige menigte er nog steeds invliegt bij heeren zwendelaars in huwelijks zaken. Hot deed mij werkelijk goed, te zien dat de pers het publiek op deze wijze inlicht, zooiets moest veel meer gebeuren. Mijn goede luim werd echter totaal bedorven toen ik, in diezelfde courant waarin uwe waarschuwing voorkwam, evenals zoovele andere keeren, weer moest lezen onder de rubriek „Inge zonden mededeelingen" de heilzame werking voor degene die aan de maag lijden door de nog meer heil aan brengende Pink Pillen a fl.75 per doos verkrijgbaar enz. Ik miste, zeer tot mijn spijt, een portret van de een of andere juffrouw, waaronder de altijd unisono klinkende verklaring dat „zij" of „hij" na jarenlang lijden, na het gebruik van enkele doozen radicaal was genezen. Blijkt het dan eens bij nader onderzoek dat die „zij" of „hij" heelemaal niet bestaan of reeds het tijdelijke met het eeuwige hebben verwisseld, dank zij de heil zame werking der nooit volprezen Pink Pillen, dan toch nog is de kwakzalver met zijne helpers er het beste bij gevaren. Tot overmaat van rampen las ik bovendien nog steeds in diezelfde courant op de laatste pagina eene advertentie, waarin naar het heette, duizenden lijders aan hoofdpijn wer den genezen door het gebruik van Dr.Lapponi's zenuwhoofdpijnpastilles. Kijk geachte „Kijkjesschrijver" toen ik dit alles zoo las, merkte ik direct dat u op een bovenhuis woont, hier door toch is hot te verklaren, dat u bij het kijken uit uw venster niet ziet wat er voor uw eigen deur ge schiet doch wel bij uwen buurman. Het oud Hollandsche spreekwoord van „splinter en balk" blijkt altijd nog wel van toepassing te zijn. Het moge voor oude trouwlustige vrijgezellen minder aangenaam zijn wanneer zij door handige oplichters op de hak worden genomen instede van in een behoorlijk uitgerust huwe lijksbootje te worden geloodst, doch het is m. i. veel gevaarlijker aan kwakzalversreclameartikelen zijn ooi- te leenen en den geneesheer voorbij te loopen; hierdoor raakt mon niet alleen zijn geld, doch ook in vele gevallen zijn gezondheid kwijt. Dat kwakzalvers, trots herhaalde waarschuwingen aan het publiek, zeer goede zaken maken, bewijzen de in vele bladen voorkomende ellenlange advertenties en de niet minder kost bare reclame, die jaar en dag maar steeds weer worden gemaakt voor Pink Pillen, Nierpillen, Abdijsiroop (afkomstig uit het onbekende Klooster Sar.cta Paulo) enz. De Sambuit-zalf is gelukkig even spoedig verdwenen als ze is opgekomen. Het bovenstaande resumeerende, heb ik de eer u beleefd te verzoeken t.z.t. van uit uw zolderraampje ook eens deze dingen goed te observeeren en naar bevind van zaken het publiek voor een en ander te waarschuwen. Het zal u ongetwijfeld evengoed als mij bekend zijn dat juist zij, die het minst kunnen missen, door een geheel misplaatst vertrouwen in kwakzalversartikelen, het meest aan deze parasieten afdokken. Met beleefden groet, B. Heringa, Schrijver-majoor Marine-Hospitaal. Helder, 24 Juli 1914. KIJKJES UIT MIJN VENSTER. Ook een brief je zonder omslag. Q Met buitengewoon veel aandacht namen we kennis van den „Open Brief' aan ons gericht. Het spreekwoord: Keulen en Aken zijn niet op één dag gebouwd, lijkt vreeselijk antiek. Maar we willen gaarne de een of andere goede raad geving in ons laadje leggen, om er bij gelegenheid daadwerkelijk gebruik van te maken. Waarlijk, er zijn wel minderwaardiger onderwerpen be handeld. Over de zoogenaamde belangrijke gedane ontdekkingen of vindingen op medisch gebied, door lui die zich inspannen om je gezondheid en je boddy te beveiligen over de vele verbazingwekkende,nooit mogelijk geachte radicale genezingen door allerlei verdachte medicamenten over de oude en nieuwe kwakzalvers middeltjes die meestal de tot nu toe voor ongeneeslijk geldende ziekten en kwalen prachtig herstelden over deze dikwijls opbeurende lectuur in de bladen kan wel eens een pittig woordje geschreven worden. Ik zeg: opbeurende lectuur. De menschheid kan tegenwoordig met hoe langer hoe meer gerustheid de toekomst tegemoet gaan, dank zij degenen, die knap en kranig en on vermoeid voor het lijdende volk werken geheel op eigen houtje, buiten de échte wetenschap, de gestudeerde dokters en de geleerde professoren om. Ik las dezer dagen nog het feit, dat het een man te Philadelphia, Mr. Teddy Sendwich, gelukt is, iemands maag, welke niet al te best meer deugde, te amputeeren en den patiënt in plaats van dat weggenomen orgaan 'n maag van een 'k weet niet precies meer wélk dier aan te naaien, welke operatieve manipu latie met het beste succes is bekroond. Geen heerlijke uitkomst? En dan moet je weten, dat die Mr. Teddy Sendwich een gelukzoeker, een kwakzalver is. Maar deze ontdekking op chirurgisch gebied is nog kinderwerk bij hetgeen een andere Amerikaan in de stad New-York vertoont. Deze heeft zich daar als wonderdokter gevestigd, en om te zorgen dat zijn zaakje weldra bloeit, maakt hij dagelijks per adver tentie bekend: prima levers a, zoo veel, (bij groote afname flink rabat) stellen goede longen (voor oud, buiten gewoon koopje); een zoo goed als nieuw, bijna niet gebruikt hart; ge zonde, goed fiinctionneerende nieren, per stuk of per paar; bloedvaten, spieren, zenuwen in groote voorraad voorhanden, doch alleen bij 't gros verkrijgbaar, enz., enz. De man, een benijdenswaardige handelsgeest eigen gaat al een stapje verder en stelt in de Vereenigde Staten overal make laars aan in menschelijke organen. Door dezen tusschenhandel kan je krijgen: strottenhoofden, blindedar men, adamsappels, buikvliezen, mil ten, galblazen, endeldarmen, al vleesch- klieren, slagaders, trommelvliezen, enz., enz. Stel, dat er een tak van deze medische industrie vandaag of morgen naar Holland komt hoe gemakkelijk zyn we dan te helpen! Dan hoor je van de oprichting van een groot- en kleinhandel in die artikels, n.1. te Amsterdam, Rotter dam, Utrecht, Haarlem, Alkmaar en wellicht Den Helder. Dan hoor je van ondernemingen, die zich toeleggen op de leverantie van bepaalde prima organen en lichaamsdeelen.Dan krijgen we een Maatschappij tot het verrichten van chirurgische werken, een N.V. tot het onzichtbaar herstellen van aangedane longen, een luchtpijpen- fabriek, een hersencultuurmaatschap- pij, een oogappelsmaatschappij, enz. enz. Doch daarmee zijn we lang niet aan 't einde. Ook de allerarmsten onzer medemenschen, die van het een en ander willen profiteereu en geen duiten genoeg hebben, zullen hiertoe al spoedig in de gelegenheid worden gestelddan komen er han dige zakenlui, die verhuurkantoren oprichten, waar je voor korten of langen tijd tegen een gering prijsje die organen kan huren. Ga eens na, wolk een nut dit kan stichten. B.v. iemand met een zwakke maag is uitgenoodigd voor een royaal diner. Om zich nu eens flink te goed te doen, huurt hij voor dien dag een prima boeren-arbeidersmaag met toe- behooren. Of een ernstiger geval een gemeenteraadslid moet vóór de verkiezing uitmunten in welsprekend heid, maar noch zijn stembanden, noch zijn tong zijn hiervoor inge richt. Geen nood dan. Voor den duur der campagne huurt h(j een speciaal mond- en keel-binnenwerk en alles is in orde. Ik durf niet verder in de toekomst kijken, maarhet is niet onmogelijk dat we het een en ander in Neder land zullen beleven. We hebben toch meer wonderlijke zaakjes uit den vreemde in ons gastvrij land zien oprichten Er is een tijd geweest dat dr. Sanden,de man uit de Damstraat te Amsterdam, zich daar neerzette om met duivelenslimheid zijn electrische gordels in Nederland te verkoopeu. Wie heugt zich niét de walgelijke reclameplaten in de couranten, het beeld èn het woord om de menschen met kwalen en gebreken te verlok ken? Honderden heeft hij er ver kocht aan hen die hunkerden om hun abnormaal gestel wat op te knappen en toen de oogen van het bedrogen, publiek goed open gingen, de winstgevende zaak ten slotte niet meer wilde en vóór dr. Sanden zijn hielen lichtte, deed hij alles om van die prullen af te komen. Elec trische banden van f 100. werden aangeboden voor f75.—, toen voor f50. later voor f25.— en eindelijk voor f 10. Hier wonen burgers die zulke banden bezitten en van wie ik dat gescharrel weet en die gefopte Nieuwediepers hebben mij verklaard dat zij er nóóit een gewenscht resul taat van hebben gehad en dat zij nu hun leergeld betreuren. Door schade moeten sommige goedge- loovigen wijs worden. Dr. Sanden is reeds een heel tijdje met de noorderzon vertrokken ener zijn weer anderen in zijn plaats ge komen om te speculeeren op het lichaamslijden van beklagenswaar- digen. Alle menschenvrienden zijn ver plicht hun medemenschèn op de in den regel schoonklinkende, maar valsche hulp van deze en van andere geweten loozo klanten opmerkzaam te maken en ik wil hieraan met geestdrift meedoen. Maar de waarlijk lijdende mensch is niet zoo gauw te overtuigen. Zij, wier toestand letter lijk tot wanhoop brengt, probeeren alles vaak in stilte, zonder dat de huisdokter, die geen raad meer weet, er iets van verneemt. Som mige ernstige zieken, door genees- heeren reeds opgegeven of niet tot geheele beterschap gebracht, hebben nog hoop op herstel, doen eigenwijs het uiterste, laten kwakzalvers komen, slikken in wat door kennissen of vrienden wordt verzonnen en ge prezen en men neemt zijn toevlucht tot de middelen die opgeschroefd en verleidelijk gepubliceerd staan. De longteringlijder, zelfs in het laatste tijdperk der ziekte, hoopt - hij hoopt op de lente, op den zomer, op den herfst, op den winter en ik ken van deze ongelukkigen, die in hun treurigen en helaas verloren toestand het leven dan toch maar trachten te rekken met - kwakzalversmiddeltjes. Zoo iemand bij mij in de buurt heeft veel geld uitgegeven aan den dokter, is bij den professor geweest, bij De Haas te Zoeterwoude, bij een Slaap ster te Rotterdam, bij een Boertje te Staphorst, bij een Wonder-dokter te Haarlem niets hielp. Toen begon hij met allerlei pillen, met kruiden van een schoenlapper-dokter te Lim burg, met abdijsiroop, met eiwitstaai, met pillen en poeders van Engelsche, Duitsche en Ameribaansche vinding. Eq nu ik hem Zaterdag jl. toevallig sprak en vroeg hoe het ging, zei hij moedeloos: slécht het heeft mij zoowat tweehonderd gulden gekost, maar nu ben ik ten einde raad en ik kan morgen niet eens naar de kerk want m'n Zondagsche pak staat bij Oome Jan. Dit is één staaltje van een per soon, die alles offerde om zich te doen herstellen. En dat men alleen onder den armen en eenvoudigen stand menschen treft die aldus wagen om zichzelf te redden, moeten we maar niet gelooven. Een plaats genoot, die ik heel goed ken en die het financieel best doen kan en wiens lijden al een paar jaar duurt, wil noch met een dokter noch met een professor iets te doen hebben hij „loopt hoog" met kwakzalvers van buiten en hij heeft alle kwakzalvers middelen gebruikt die Engelsclien, Duitsohers, Franschen en Amerikanen in Holland populair pogen temaken on wanneer je hem de kosten hoort noemen van alles bij elkaar, dan is het verschrikkelijk. Doe maar eens wat om dit pu bliek te waarschuwen tegen verkeer de medicamenten. Er bestaan van die middelen in menigte en ze zijn eerst door velen verworpen nadat 5f hunne nutteloos heid uf zelfs hunne schadelijkheid gebleken was. Niettemin, als er weer eens zoo'n nieuw geneesmiddel in plaats kwam, dan ging een gejuich op van blijde hoop onder de lijders die tevergeefs terugzoeken den ver loren schat die zij betreurende ge zondheid. Het pad van de praktijk is vol distelen en doornen en het schijnt wel of de menschen alleen dan luiste ren wanneer ze door het gebruik van schadelijke kwakzalversmiddelen to taal geen baat kregen en zelfs onher stelbaar ongelukkig werden, zoodai. men ze ten slotte veroordeelde als zeer gevaarlijk. Er zijn ziekelijke menschen, die zich niet aan het ver stand laten brengen hoeveel geld ze weggooien aan die middelen, welke bovendien onheil kunnen aanrichten. Er zijn menschen, die geen gelegen heid aangrijpen om zich te doen raden voor een deskundige behande ling waarvan zij gezegende gevolgen kunnen oogsten. Herhaalde malen is het publiek reeds gewaarschuwd en wel door mannen die op dit terrein diepgaande studiën maakten. Doch deze lieden erkennen zelf dat het slechts lapmiddelen zijn in de prak- lijk. Nee, wij hebben wetten noodig wetten van den Staat, die voor altijd onschadelijk maken het geknoei en bedrog van individuen wij hebben wetten noodig die ten op zichte van de schadelijke kwakzalvers middelen ons volkomen beschermen en behoeden voor zwendel en gevaar. Zij„Geloof j(j, Frans, dat het „uit het oog uit het hart" is?" Hy: „Wel neen, draai het gas maar uit, dan zal ik je het tegendeel be wijzen." In het restaurant. Neef (die zijn oom van 't land in eene deftige restauratie brengt): „Kijk oom, ik druk op dezen knop en bestel." Oom: „En dan?" Neef: „Dan drukt u op dezen knop en betaalt." FEUILLETON. Een beeld der werkelijkheid. 47) „Noem mij liever in eens eene ronde som, waarvoor ik m(jne brie ven terug kan koopen." „Nu verbaast gij mij toch. Meent g(j dan dat ik zoo weinig waarde zou hechten aan die kleine bewijzen uwer vriendschap? Neen, mijn beste baron, zoolang gij zaken drijft, en ik ben overtuigd dat dit uw leven lang zal voortduren, wensch ik uwe trouwe compagnon te zijn." „Dat niet! Ik wil het niet!" riep Emmanuel de Josach uit, „en nie mand kan mij daartoe dwingen." „Daarin hebt gij gelijk. Tot spoe dig dus en aangename wandeling." Hij wendde zich doodbedaaard om, en wilde zich verwijderen. Maar de bankier hield hem terug. ,Waar gaat gij heen?" vroeg h(j op gesmooorden toon. „Naar graaf Karei de Suez." „Waartoe?" „Hem aantoonen hoe belangeloos uwe diensten tot dusverre waren. Welk eene beuzeling bij voorbeeld gij geëischt hebt voor de vervalsching der photographieën. Oik weet wel de photograaf vroeg ook z'n aandeel, maar g(j hebt alleen de rekening geschreven en ze bedroeg geen kleinigheid." HoeGij weet „Ik weet genoeg om u voortaan, des verkiezende, een kosteloos ver blijf in een van 's lands gebouwen te verschaffen. Bepaal dus zelf maar wat gij wilt." „Het is wel, gij zult een aandeel in mijne winsten hebben," klonk het nauwelijks hoorbaar." „De helft, geen cent minder, en ik zal daartoe al uwe inkomsten na moeten zien." „Het zij zoo, de helft." „Dan ben ik voldaan, en heb ik de eer u te groeten. Zoodra ik u noodig heb zal ik b(j u komen. Tot zoolang vaarwel." En hij verwijderde zich, met den bedaarden tred van iemand die zich meester gevoelt over het lot en do omstandigheden. Emmanuel de Josach, daarentegen, spoedde zich huiswaarts met eene uitdrukking yoI wanhoop op het ge laat. Zou hij dan, gelijk de ellende ling het hem voorspeld had, tot het eind zijner dagen, aan zyne wet onderworpen blijven Neen, dat was onhoudbaar, hij zou nooit in staat zijn het te dragen en krankzinnig worden onder dien voortdurenden angst, want vroeg of laat zou de dokter zich toch als een verrader tegen hem keerenhij gevoelde dat en hij herinnerde zich daarbij een verhaal dat men omtrent Cornelis Hartt vertelde. Toen hy in Amerika was gekomen, had hij aldaar een zijner vroegere stadgenooten herkend, een man die jaren te voren, in een oogenblik van jeugdigen waanzin, de kas waarover hij gesteld was had bestolen. Hij was naar de Nieuwe Wereld gevlucht en had aldaar, door berouw aangegrepen; een nieuw leven van eerlijke en hardnekkigen arbeid begonnen. Niet alleen had hij zijne eerste verdiensten gebruikt om het ontvreemde, plus de renten, terug te zenden, maar hij poogde overal in het verborgen wel te doen, als hoop te hij daarmede het verleden uit te wisschen. De fortuin had hem be gunstigd, en hij was reeds een ver mogend man, toen de gewezen apo- thekersleering in Amerika aankwam Op zekeren avond meldde hij zich bij hem aan en zeide hem herkend te hebben. Indien h(j zijne anteceden ten in een der groote dagbladen mede deelde, was bij verloren, maar dat zou Cornelis Hartt oprecht leed doen, en hij stemde er dus in toe hot stil zwijgen te- bewaren tegen eene bil lijke vergoeding zijner bescheiden heid. De ongelukkige was buiten zich- zeiven van angst. Hoeook al mocht men twaalf jaren lang getracht heb ben zich op te heffen van een val en te herstellen wat slechts te her stellen viel, nooit zoumen de dwaas heid zijner jeugd te niet kunnen doen! Hij wilde tot eiken prys de eer zijner vrouw en kinderen redden en gaf zijn bezoeker wat hij slechts vroeg. De avonturier haastte zich die som in eene winstgevende zaak te steken, maar hij bleef den schijn aan nemen doodarm te zijn en zes maan den later meldde hij zich opnieuw bij zijn stadgenoot aan, om hem te zeggen dat hij ten prooi was aan zulk eene ellende, dat hij nogmaals gedwongen was een beroep op zyn beurs te doen. Van dat uur af werd hij zijn bloed zuiger, ontnam hij hem langzamer hand alles wat hij verdiend had. De rampzallige man verloor het hoofd, onder die voortdurende bedreiging; zijne zaken werden door hem ver waarloosd; hij was buiten staat nieuwe ondernemingen op touw te zetten, en de dag brak aan, waarop h(j zijn beul bekennen moest niet langer aan zijne eischen te kunnen voldoen. Cornelis Hartt weigerde hem te gelooven, maar toen zijn slachtof fer zijne boeken voor hem had open gelegd en hij daaruit duidelijk ge zien had dat de man niet overdreef, nam hij afscheid van hem en wreek te zich over hetgeen hij zijne „teleur stelling" noemde, door denzelfden avond eenige regelen betreffende het verleden van zijn landgenoot in de couranten te doen opnemen. Nauwe lijks was een dier bladen den wan hopige in handelen gekomen, of hij, die zelfs nooit den moed had gehad het geheim zijns levens aan zijne vrouw toe te vertrouwen, begaf zich naar zijn kantoor en verliet het land. Hij had de kracht gemist voor zijne echtgenoote en kinderen te blozen. Emmanuel de Josach had vroeger gemeend' dat alleen de wangunst dit verhaal omtrent den schatrijken dok ter in omloop had gebracht. Thans echter begreep hij dat Hartt's ver mogen geen anderen grondslag had gehad, en dat hij voort zou gaan ook hem tot het eind toe uit zuigen. „Indien men de wereld van zulk een ondier verloste," mompelde hij, „zou men een weldaad doen. Het was in deze stemming dat hij zijne villa bereikte en, voor het hek daarvan staande werd aangehouden door een man, met ingezonken wan gen, holle oogen en vernieten klee ding, maar die toch blijkbaar niet. tot het volk behoorde. De onbekende nam den ronden, vilten hoed van het hoofd en zeide op ontmoedigen toon „Vergeef mij u hier opgewacht te hebben, baron; maar de bediende wilde mij in uwe afwezigheid niet binnenlaten." De bankier zag hem verstoord aan. „Had gij mij dan te spreken?" vroeg hij kortaf. „Ja, mijnheer, over eene belang rijke uitvinding." „Dat spijt mij; want ik heb geen oogenblik tijd heden. Kom morgen terug." De vreemdsoortige bezoeker draai de verlegen den in de handen rond. „Het is waar, baron," antwoordde hij met neergeslagen oogen, „dat ik morgen niet wëër zou kunnen ko men. Ik zou dood zijn van den hon ger. Het is vier dagen geledon dat ik iets gegeten heb." De bankier, die in alle omstandig heden gaarne voor een monschlie- vend man doorging, tastte in den zak en haalde er een zilverstuk uit te voorschijn. „Ziehier," sprak hij. „Gij zult hier mee gemakkelijk tot morgen avond kunnen rondkomen." Maar de vreemdeling wees met trotsch gebaar het geld af. „Neen, mijnheer," zeide hij, „niet vóórdat gij mij aangehoord hebt. Zoo ik u kan overtuigen van het gewicht m(jner ontdekking en gij wilt er mij, tegen een aandeel in de verdiensten, het noodige geld op voorschieten om de zaak te exploiteeren, dan is het wat anders; maar tot zoolang zou het een aalmoes zijn en ik sterf lie- ver dan iets aan te nemen." „Nu, in vredesnaam dan: volg mij doch wees zoo kort mogelijk, want ik heb maar een kwartier aan u af te staan. De financier was lang niet altijd zoo bereid een onbekende aan te hoo ren; maar hy wist zelf niet waar om, de man had iets in zijn uiter lijk dat hem trof. Indien hij eens werkelijk een geniale uitvinding bad gedaan, zou dat misschien opwegen tegen de eischen van Cornelis Hartt. Hij geleide hem dus zijn studeer vertrek binnen en schoof hem een stoel toe. „Spreek," zeide hij daarop, „luis ter." „Mijnheer," begon de onbekgnde, „Ik ben geen gewoon bedelaar. M(jn vader was de heer van ons dorp, en wij behooren tot een oud adelljk ge slacht. Ik was, evenals mijne broe ders, voor hot leger bestemd; maar dat vooruitzicht trok mij bitter wei nig aan. Heel den dag door, hield ik mij bezig met natuurkunde en dergelijke wetenschappen, en zou het daarin misschien vergebracht hebben, zoo mijn vader dat niet als een oneer voor onze familie had be schouwd. Een Lussac die leeraar zou worden, al mocht hij ook ooit tot professor opklimmen scheen hem iets monsterachtigs toe. Ik werd dus of ficier, en sleet mijne dagen in eeno kleine garnizoensplaats, waar ik van verveling dreigde om te komen, toen myn vader stierf en mij een vrij aan zienlijk erfdeel naliet. Behoef ik u wel te zeggen dat ik onmiddelijk mijn ontslag indiende, en mij nog uitsluitend aan mijne geliefkoosde studies overgaf. Enkele weken later reeds was ik op het spoor eener grootsche ontdekking. Ik wilde namelijk een preparaat vin den waardoor de spiegels van een vertrek voor eeuwig het levensgroot beeld zouden kunnen behouden dei- personen die daarvoor gestaan had den. Bedenk slechts van hoeveel waarde dit zijn voor al degenen die iemand liefhadden en hem voor al tijd zouden kunnen aanschouwen, ge lijk hij hun een oogenblik verscho nen was. De photographie met hare stijve, kleine poppetjes zou daarnaast geheel en al verbleeken." „Inderdaad, het denkbeeld was zeer gelukkig," sprak zijn toehoorder na denkend. „maar hebt g(j het wel uit voerbaar bevonden (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1914 | | pagina 4