HANDELS
AVONDSCHOOL
MEYs Stoffwasche
INSCHRIJVING VAN NIEUWE LEERLINGEN
Bespaart geld en bevordert de
Nederlandschej Nijverheid.
Breed 28, Hoorn. Gang der i
Breed 28, Hoorn.
Depots
OCTOB ER-PAARDEN MAR KT
Vierde Paarden-Markt
te Schagen,
op MAANDAGJJCTOBER1914.
GROOTE VERLOTING
Vraagt RURUP's
Haar- en Baardkleursei,
der Algemeene Heldersche
Winkeliers-Vereeniging.
De lessen vangen aan op WOENSDAG 16 September e.k.
in het gebouw der ZEEVAARTSCHOOL.
Duitsche Knip-Cursus.
Koopt HONIG'S MAÏZENA
Blauwe Kasdruiven.
LOUIS DOBBELMANN's
Al deze soorten bevelen zich zelf aan.
LOUIS DOBBELMANN Ltd., - Rotterdam.
PILLEN
Vergiftigde Levens.
Gestoomd wordt iedereu werkdag. Karpetten,
Vloerkleeden, Dekens, Bedden, worden 1 2 maal
per week gestoomd. Gordijnen alle dagen en op
nieuw geapprêteerd. Stoomgoederen en zwart te
verven rouwgoederen dusdesverlangd binnen 24 uur
Zwart wordt iederen werkdag geverfd.
Alle kleuren blauw worden's Maandags geverfd.
rood 's Woensdags
bruin en groen„ Donderd.en Vrijd.
Alle andere kleuren en zijde Zaterdags en Dinsdags.
Aanbevelend, M. STAM.
TE HELDER:
DE BOER--KORVER,
Spoorstraat 38.
TE TEXEL
Wed. JAC. BOON, Den Burg.
TE WIERINGEN
C. SLIKKER.
TE ANNA PAULOWNA
Wed. P. BAAS.
Vereeniging tot het bevor
deren van den bloei van de
te SCHAGEN.
Op deze Markt zullen worden
aangekocht de prijzen voor de
oorspronkelijk verbonden aan de
Groote Landbouwtentoonstelling 1914,
welke verloting is goedgekeurd bij
Kon. Besluit d.d. 28 Januari 1914, No. 16.
Trekking Donderdag 8 October 1914.
Hoofdprijs ter waarde van circa f 600.-.
25000 Loten.
Prijs per Lot f 0.50; 11 Loten voor
f 5.25; 100 Loten voor f 44.-.
hHilipti TRAPMAN S Cd., Drukksiij, Schagsn,
alwaar voor solide wederyerkoopors
de Loten in depót te bekomen zijn
en Reclame Kaarten gratis verkrijg
baar zijn.
in blond, bruin en zwart,
onschadelijk, kleurhoudend
en zoo natuurlijk mogelijk.
Prijs per heele flacon fl.50
halve flacon f0.75.
Gebruiksaanwijzing ingesloten.
Verkrijgbaar bij
W. J. LAMMERS, Kapper, Kinaalweg 169.
VAHVOLLENHOVEH'5
STOUT
OVERAL VERKRIJGBAAR
voor de voorbereidende en Ie klas, ALSMEDE HET VERKRIJGEN VAN
INLICHTINGEN, kan geschieden:
MAANDAG 7 September, DINSDAG 8 September,
WOENSDAG 9 September
e.k., iederen avond van 7 tot 9 uur, eveneens in het gebouw
der ZEEVAARTSCHOOL (Ankerpark).
Onderwijs wordt gegeven in de navolgende vakken
Boekhouden, Handelsrekenen, Handelsrecht, Handelsaardrijkskunde,
Stenographie, Duitsche taal en correspondentie, Ned. correspondentie.
Het Bestuur
H. C. M. NYPELS, Voorzitter.
H. VAN WILLIGEN, Secretaris.
C. ADRIAANSE, Penningmeester.
Aanvang 15 September a.s.
Dames!
Er bestaat weder gelegenheid om in 3-4 maanden tijd de
nieuwste Costumes, Blouses, Strompelrokken, Mantelcostuums,
Ulsters, Jongenspakjes en Kinderkleeding op maat te leeren
knippen en in elkander zetten. Voor het verlaten van den cursus
mag men GRA TIS een Costuum of iets dergelijks vervaardigen.
Dames, die geen gelegenheid hebben een avondcursus te
volgen, kunnen ook PRIVAATLESSEN ontvangen. Billijke con
ditiën. Dames, die wenschen deel te nemen, worden beleefd
verzocht zich spoedig aan te melden. Aanbevelend,
Mej. NI. P. VEEN-DE KOK,
Spoorstraat 53, Helder.
Geknipte Patronen dagelijks te bekomen.
uit één stuk vervaardigd, is praktisch, elegant,
van echt linnen niet te onderscheiden en
goedkooper dan het waschloon voor linnengoed.
Verkrijgbaar te Helder bij:
W. BIERENBROODSPOT, Spoorstraat 87.
HERMAN NYPELS, Spoorstraat hoek Koningstr.
H. ZEGEL, Rozenstraat 54-56.
NIEUW: Kragen volgens voorschrift
voor militairen, bij HERMAN NYPELS
en W. BIERENBROODSPOT, Spoorstraat 87.
Inplaats van buitenlandsche merken.
U bespaart 2 cent per pakje én helpt de
werkeloosheid bestrijden.
Na ontvangst van 11.30 - 11.80
zendt de kweekery „ROSITA" te
Benningbroek, 4 pond blauwe
Kasdruiven franco thuis.
Dernst
Dat
Vraagt in de Scheepstoko en bij Uwen Winkelier
uitsluitend
B.Z.K. PRUIMTABAK.
ROOKTABAK S.K. RECLAMEBAAI.
P0RT0RIC0.
SHAGTABAK „FAAM ADELAAR".
SIGARETTEN „DEER REINA", met gouden mondstuk.
Let op het fabrieksmerk „DE GEKROONDE MOOREN"
en op den naam
Eischtdtt Maag versterkende,
Slijmafdrijvende
t L.J.BR00TEN00RST,
fabrieksmerk. Apotheker, UTRECHT.
Deze vermaarde Pillen hebben de
eigenschap, de Maagpijn en Slijm weg
te nemen en de aanwas van Gal te
voorkomende bizoudere gunstige
Werking, die zij op de maag uitoefenen,
doet de spijsvertering bevorderen eh
den eetlust opwekken. Als zuiyerings-
en purgeermiddel kunnen die Pillen
niet genoeg aanbevolen worden, daar
zij door hunne zachte werking vol
strekt geen onaangenaam gevoel ver
oorzaken en men in staat blijft zyne
gewone bezigheden te verrichten.
Verkrijgbaar a 27Va ct. het ver
zegelde doosje met gebruiksaanwijzing
bij DE BIE-BIERSTEKER, Drogist,
Keizerstraat 93.
Eischt vooral merk „GROOTENDORST".
RAADSOVERZICHT.
Verwonderlijk, zooals de menschon
de kunst verstaan om in vele woor
den weinig te zeggen. Het omge
keerdein soberheid van taal der
diepzinnigheden vele te debiteeren,
is maar weinigen verkorenen gegeven.
Voor het overgroote deel vermeit
men zich met een zekeren wellust
in de eigen woordenpraal en als
eenmaal de sluizen der welsprekend
heid opengezet zijn... dan kost het
heel wat moeite en tact om ze weer
gesloten te krijgen en het water op
normaal peil te brengen.
Dat gebeurde Dinsdagavond nog
al eens, dat we gevaar liepen te
verdrinken in den Raad onzer ge
meente. En het ergste was dit, hoe
paradoxaal het ook klinke, als de
argumentator op het droge zat. Dan
trachtte hij met vloed van woorden
zijn goed recht aan te toonen, waarin
hij meestal niet slaagde, dan zwol
een zee aan van welsprekendheid,
waarin absoluut alle verslaggevers-
potloodpunten afbraken. En als de
argumentator dan tenslotte, buiten
adem, zweeg en zijn boezem van
trots zwol en hij om zich heen zag
met den triomphatorsblik eens Cae
sars, dan keek een nuchterder aan
gelegd mensch in arren moede op
de pendule en zag, dat alweder een
half uur voorbij was, verdwenen,
voor goed, in den schoot der eeuwen,
dat het nooit, never, jamais, terug
kwam, en zuchtede hij...
Helaas, helaas, er verdwenen heel
wat half uurtjes in de donkere
eeuwigheid, die beter waren besteed
aan philosofie of juristerij. Al was
het maar aan slapen geweest,
dat is minstens evengoed als philo-
sofeeren. De wijzer der pendule ging
langzaam, maar met verpletterende
zekerheid, en zij riep ons toeBeid
uw tijd, gij pratende en bespiegèlende
sterveling... En zoo kon het geschie
den, dat, hoewel in de clubs alles
haarfijn was besproken en do geheele
vergadering theoretisch niet langer
behoefde te duren dan een uur of
anderhalf, zoo kon het, zeggen wij,
gebeuren, dat de Raad tot kort vóór
het middernachtelijk uur zat te hoo
rnen over dingen die geen dingen
waren.
Neen, want wilt u een voorbeeld
Daar was een verzoek van eenige
leeraren aan de Burgeravondschool
om hun salaris te berekenen niet tegen
f25.— per lesuur maar tegen f85.-.
Zij grondden dat verzoek op het
feit, dat zij voldeden aan hetgeen
de verordening eischte. Zy hadden
de bevoegdheid tot het geven van die
lessen en volgens de verordening
kwam hun thans f35.— toe, terwijl
f 25. het salaris was voor die leeraren
welke geen wettelijke bevoegdheid
hadden. Maar dr. Van den Berg zette
uiteen, dat, hoewel de verordening
zelve niet srreekt dan van „bevoegd
heid," de toelichting daarbij wel dege
lijk den eisch stelt dat het hebben
van acte Midd. Onderwijs eerst recht
geeft op bedoelde uitkeering van
f35. Het was eenvoudig en aan
een andere opvatting viel niet te tor
nen. Maar de heer Verstegen meende,
dat men hier alleen met de formeele
opvatting der verordening te maken
had en niet met eene eventueele toe
lichting van B. en W. En trachtte
de heeren leeraren nog aan hun tientje
per les te helpen. Maar er werd, na
dat de heer Van den Berg kort en
sober de toelichting op bet artikel
had medegedeeld, nog tot in het on
eindige geboomd over deze kwestie,
die toch eigenlijk geen kwestie was.
De heer Biersteker, de jurist, zoude
heeren, indien hij gedwongen werd, de
verhoogiDg geven, zij hetanet bloedend
hart, want moreel hadden ze er zeer
zeker geen recht op en ze hebben
natuurlijk gedacht: „Probeeren of er
niet een slaatje uit te slaan is".
Gelukkig, - het bloedende hart
van den heer Biersteker behoefde
geen dienst te doende heeren kregen
hun f 10.— niet. Maar met wat minder
argumentatie had men hetzelfde be
reikt.
Wat er overigens nog meer in
dezen raad behandeld werd, was in
meer dan één opzicht belangrijk.
Allereerst de belediging van den heer
W. C. van Breda, 't Was net of hij
niet weg geweest was.
De Voorzitter hield geen speech en
de heer Van Breda meende op dezen
niet-speech ook niet te moeten ant
woorden. Dit leek ons een juist
standpunt.
Toen kregen we eerst een interes
sant geval betreffende een open ter
rein in de Sluisdijkstraat, dat de
familie Oortgijsen wilde bebouwen,
hetgeen tal van bewoners naar de pen
deed grepen en een papieren brief
deed zenden aan den raad .enfin,
als de lezer er belang in stelt vindt
hij het in het verslag weergegeven.
En daarna hadden we een debat
over drank. Of eigenlijk over niet
drieën. Verschillende drankbestrij-
ders-vereenigingen hadden gevraagd
en vragen elk jaar weer opnieuw verbod
van sterken drank op lotingsdagen.
Met dezelfde hardnekkigheid waar
mede zij het ieder jaar opnieuw vragen,
wordt het ieder jaar opnieuw door
den Raad geweigerd. Thans hebben
de drankbestrijders een sterk argu
ment toen het noodig was leger en
vloot mobiel te maken werd onmid
dellijk de verkoop stopgezet.
Toen kon het wel, nu zou het te
veel schade en ongerief veroorzaken.
De heer Bok wist er wat op, trachtte
een middenweg te vinden, maar de
heer Verstegen riep met luider stem
niet transigeeren Maar 't gaf alle
maal nietsde sterke drank blijft op
lotingsdagen.
De bioscoop verordening is na ampele
discussie thans ook aangenomen. En
hoeArtikel 1 verbiedt den onder
nemers personen beneden 16 jaar
toetelaten wanneer dfe Diet in ge
zelschap zijn van ouders of voogden.
Dus, betoogde de heer Bommel, on
deugend glimlachend, als een vijftien
en een halfjarige met oom en tante
meegaat, krijgt hij geen toegang,
wanneer die oom en die tante niet
tevens voogden zijn? De Voorzitter
meesmuilde. Zoo'n meneer Bommel
ook Intusschen had de heer Van den
Berg allerlei opmerkingen over stoe
len, die hij anders wildé hebben. De
Voorzitter mopperde: we kunnen nu
niet weef beginnen met andere stoelen
aan te schaffen, meneer Van den Berg,
als u dat maar weetEn meneer
Van den Berg wilde ook de portières
heelemaal weghebben. Die haflange
portières, daar struikel je maar over
bij een paniek, aldus deze heer. Daar
voelde de Voorzitter meer voor, en
de portières gingen er uit.
Maar toen kwam de heer Verstegen.
Daar heb ik me indertijd, zeidedeze
heer, beijverd een amendement in-
tedienen om vertooning van films in
gelegenheden met vergunning on
mogelijk te makeD, en ziedaardit
amendement wordt door B. en W.
straal genegeerd in hun verordening.
Hoe zit dat Ik zit hier toch óók
niet om vliegen te vangen.
Ja, kijk nu eens, kwam de voor
zitter, maar terstond riepen ze van
alle kantenhé ja, da's waar ook,
waar is het amendement-Verstegen
Goed dat je 't net zag! Maar met
dat al werd het niet aangenomen,
integendeel, men draaide de zaak om
en zeiwe verbieden om tijdens de
voorstellingen sterken drank te
schenken.
De bedoeling hiervan is duidelijk
de heer Verstegen wilde een verbod
voor gelegenheden met vergunning,
en dus ook voor zalen e. d., maar de
anderen - en het was speciaal de
heer Biersteker, die een amendent
belichaamde wilden integendeel
de vertooning van films niet verbie
den voor café's, mits dan maar geen
sterken drank geschonken wordt.
Eene opvatting, die o. i. zeer goed
verdedigbaar is. De heer Verstegen
zag dit ook in toen hij zijn geestes
kind introk. De heer Over de Linden,
die gaarne een potteke bier had bij
het kijken naar een film, was dé
eenige tegenstemmer tegen het amen
dement-Biersteker. Een drietal andere
heeren hielden zich wijselijk buiten
stemming, brandden d'r vingers niet...
Een voorstel betreffende salarisver-
betering van het onderwijzend perso
neel aan de Zeevaartschool werd
aangehouden. Er lagen hier, betoogde
de heer van den Berg, allerlei voet
angels en klemmen. Je hebt actes
en bevoegdhedens, en een bevoegd
heid is niet altijd een acte, maar een
acte is ook niet steeds een bevoegd
heid en de voorzitter zeibevoegd
heid of niet, iemand die eon ander
vertellen kan hoe ie doen moet is
bevoegd, onverschillig of-ie een acte
heeft of niet. Kortom, de voetangels
drongen niet in de eksteroogen der
raadsheerlijke voeten en de verorde
ning werd aangehouden.
Een oogenblik later schoot dr. Van
den Berg weder uit zijn slof. Er was
een voorstel om leeraren aan de
Burgeravondschool te benoemen en
nu kwamen k bout portant B. en W.
met een voordracht voor twee, waar
tot nog toe maar één titularis werk
zaam geweest was. Hoe zit dat? zei
dr. Van den Berg, dat gaat zóó maar
niet, enzoovoort, enzoovoort. Nou,
nou, susten de anderen, zooveel heeft
het niet om 't lijf. Finantieel lijden
we er' geen schade van en alweer
we hebben nou twee actes, en vroe
ger niet één bevoegdheid. Nou
maar, zei dr. Van den Berg, laten
we den directeur maar eens een paar
lessen opdragen, dat is overal zoo
en daar wordt bij volstrekt niet minder
van Enfin, B. en W. kregen hun
zin en wat dien directeur betreft; die
beeft alleen bevoegdheid om les te
geven in teekenen en doet dat ook
trouw. Zoodat alles tezamen het
Shakespeai iaansche woord muchado
about nothing gold.
Het volgend punt was het reeds
boven besproken adres van leeraren
aan de Burgeravondschool inzake de
berekening van hun salaris. En toen
waren we er nagenoeg. Er was nog
een missive van Gedeputeerde Staten
over de accijnsheffing op het gedis
tilleerd. Men weet, dat de gemeente
Helder een der weinige uitverkorenen
was, die een gemeentelijken accijns
mochten heffen op gedistilleerd.
Dit bedrag werd elk jaar minder
wegens de afname van verbruik,
maar niettemin bleef het een slaatje
voor de gemeente, die een kwartier
tje cijferen op de begrooting uit
spaarde. En nu komt daar de minister
en zegt: afgeloopen, geen accijnzen
meer heffen voor de gemeente
Natuurlijk, dat de gemeente, in casu
B. en W. het vuur uit de sloffen
liepen om den minister zachter te
stemmen. Maar 't gaf niet. Toen
namen ze Gedeputeerde Staten in
den arm. Kunnen de heeren Staten
ons niet helpen? vroegen ze, en er
parelden tranen in de oogen van
B. en W. Iedere traan was oen tien
tje of minsteus een zilver bon. Maar
Gedeputeerde Staten zeiden niemand
is grooter en edeler dan wie zichzelf
weet te helpen. Hem is ten slotte
de wereld. Toen zuchtten B. en W.
en zeiden: laten we dan maar in
vredesnaam besluiten de heffing af
te schaffen. En zoo geschiedde
De heer Grunwald begreep er niets
van, dat Gedeputeerde Staten zoo
recalcitrant waren, en gaf ze eigen-*
lijk een standje, maar het feit was
er nu eenmaal, en in 1918 is de
gemeentelijke heffing geheel ver
dwenen.
Dat wordt, üls er in 1918 über
haupt nog gedronken wordt, een
goedkoop borreltje voor de liefheb
bers
Over de rest ia weinig te zeggen.
De heer Verstegen trachtte het Ka
naal, dat thans afgedamd is, wat
minder te doen geuren. De Voorzit
ter zeide, dat er aan gewerkt werd
aan het verminderen van geur n.1.
Dit was waar, want er wordt, voor
zoover wy weten, al een menschen-
leeftyd aan gewerkt, met het eigen
aardige resultaat, dat het geuren
erger wordt. Maar werkelijk, dat
geurtje hoort bij onze stad, 't zal
raar zijn, als we dat kwijt zijn, en
jammer, 't Vormt er een integree
rend deel van Ook trachtte de
heer Verstegen meer licht te krijgen
in deze donkere mobilisatie-dagen.
Dat lukte niet best. We moeten zui
nig zijn met kolen, zeide de Voor
zitter; wo kunnen er zoo moeiefijk
aankomen en het vervoer moet nu
langs het werfkanaal en wordt daar
door duur.
Dat was het einde, dat we in de
duisternis bly ven gehuld. Enervoor-
loopig geen kijk op is er uit te komen.
FEUILLETON.
Een beeld der werkelijkheid.
60)
Zij verborg het hoofd in de kussens
niets meer willende zien, noch de
visioenen van het verleden, noch het
sombere beeld van dien nacht, noch
de schaduwen der toekomt.
Aldus sliep zij in; het was een
slaap zonder droomen, rustig en ver
kwikkend als die van een kind.
De zon stond reeds hoog aan den
hemel toen zij ontwaakte. Met een
schrik gaf zij zich op eens weder
rekenschap van het voorgevallene,
en sprong overeind. Hij was reeds
vertrokken en gelijk hij slechts
al te goed had voorzien, was zij niet
gewekt door bet bewustzijn dat een
deel van haar leven haar verliet. Zij
waggelde naar de deur toe, in de
hoop- hem nog te achterhalen.
Op taful lag een stuk papier met
de in potlood geschreven woorden:
„VaarwelWees gelukkigmorgen
zend ik u al de noodige stukken tot
uwe bevrijding toe."
Met een woesten kreet van berouw
wierp zij zich ter aarde, geheel en
al vernietigd onder het bewustzijn
harer onwaardigheid.
HOOFDSTUK IX.
Marcelle begreep dat zij, dien morgen
aan het ontbijt komende, haar echt
genoot bij mevrouw Leclère moest
verontschuldigen ten opzichte van zijn
ovei haast vertrek. Zij gaf voor dat
hy zich plotseling herinnerd had reeds
om tien uur in de stad to moeten
zijn, en haar had opgedragen hunne
gastvrouw eerbiedig voor hem te
groetenmaar hóe waarschijnlijk dit
voorwendsel ook mocht, schijnen, de
oogen der jonge vrouw vertoonden
zoo duidelijk sporen van tranen, dat
Emmaniiel de J»sach, die haar voor
stelde eene morgenwandeling met
hem te maken, terwijl mevrouw
Leclere raet het huishouden bezig
zou zijn, zich nauwelijks met haar
alleen bevond in de donkere laan
welke hen aan aller oog onttrok, of
hy zeide:
„My kunt gij niet misleiden, zoodra
het uw geluk geldt. Gij hebt geleden
sedert ik u voor het laatst sprak."
Marcelle wierp hem een somberen
blik toe.
„Ja, ik heb geleden, maar watbe-
teekent dat?" sprak zij kortaf.
„Voor my, alles. Weet gij dan niet
dat ik aanstonds al wat ik bezit op
zou willen offeren om u gelukkig te
zien?"
„Wroeging is als de bloedvlek op
Lady Macbeth's handal de wateren
van den oceaanal de reukwerken van
het Oosten kunnen haar niet uit-
wisschen."
„En waarom zoudt gij berouw ge
voelen, bid ik u? Zyt gij niet ge
schapen, om anderen gelukkig te
maken door uw aanblik reeds alleen?"
„Neen," antwoordde zij op woesten
toon: „ik ben als het noodlot voor
degenen die my beminnen. Niemand
heelt mij nog liefgehad, of wel ik heb
zijn leven vernietigdom mijnentwil
is een veelbelovend kunstenaar ge
storven om mij leeft een man wien
alles in Europa toelachte als een her-
miet voort in eene wildernisom mij
is mijn echtgenoot arm geworden,
heeft hij zijn .loopbaan opgeofferd;
om. mij wederom zal hij het bestaan
verder eenzaam vervolgen. Gy ziet
wel dat ik slechts rampen weet aan
te brengen."
De bankier had van dit alles slechts
één ding onthouden. Zij zou voortaan
zonder Onno leven.
„Bedoelt gij dat hij van u scheiden
wil?" vroeg hij bevend.
„Hij kwam hier enkel om mij dat
voor te stellen. Of neen, hij is hier
heen gekomen met een laatste hoop.
De fortuin was hem wederom on
gunstig geweest. Tot zelfs de kleine,
post, dien hij tot dusverre bekleedde,
was hem ontnomen geworden, en hij
had slechts eene plaats teruggevonden
van twee francs daags. Hij kwam
mij dat zeggen, en droomde dat ik
kracht zou hebben zonder morren zijne
armoede te deelen."
„En gij hebt natuurlijk geweigerd
dat te doen; gij kunt geen gebrek
lijden."
„Ik ben lafhartig genoeg geweest
hem zyn ongeluk te verwijten."
„En toen heeft hy u mishandeld,
niet waar, die ellendeling?"
„Stil!" riep zij driftig, „meent gij
soms dat wezens zooals gy of ik
kunnen verstaan wat er omgaat in
zielen, zoo hoog als de zyne? Weet
gy wel dat hij mij geen enkel hard
woord heeft toegevoegdmaar enkel
en alleen heeft gevraagd of ik werke
lijk de vrouw van een ander zou
worden als hij eene denkbeeldige
schuld op zich liet laden en voor altijd
van mij afzag?"
„En gij, wat hebt gij geantwoord?"
riep de financier, buiten zichzelven
van vreugde. „Gij hebt hem toch ge
zegd, niet waar, dat ik geen grooter
geluk zou kennen dan u mijn naam
te geven, en voortaan slechts voor u
te leven?"
„Ik heb hem gezegd dat gij bereid
zoudt zijn my tot barones de Josach
te maken."
„Heeft hij daarmede vrede ge
nomen
Zy knikte toestemmend.
„O! Marcelle," fluisterde hij, terwyl
zich een blijdschap van hem meester
maakte. „Wat zal ik ooit kunnen
doen om u de vreugde van dit uur
te vergelden? Ja, gij zult mijne aan
gebeden vrouw worden. Voortaan
kunt gij op my rekenen als op den
trouwsten gehoorzaamsten slaaf. Gij
zult myn leven zijn, mijne jeugd die
tot mij wederkeert; en ik zal het u
alle oogenblikken van den dag be
wijzen hoe dankbaar ik ben."
En hij wilde haar in zijne armen
nemen, maar zy weerde hem af.
'•Niet heden," zeide zij, „niet zoo
lang de echo van zijn vaarwel nog
in mijne ooren weerklinktdie man
was zooveel beter dan gij of ik, en
hij is thans zoo diep rampzalig."
„Laat mij u dan ten minste helpen
de noodige 'formaliteiten te vervullen
tot net indienen uwer aanvrage om
scheiding."
„Ja, zoo gij wilt; hoe minder ik
daar zelve voor te verrichten zal
hebben hoe erkentelijker ik zal zijn.
Ik heb mij nooit bezwaard gevoeld:
maar dat alles schijnt mij een ver
raderswerk toe. Hem aan te klagen,
hem tegen wien ik, in al die jaren
van samenzijn, geen enkel gegropd
verwijt heb kunnen vinden!"
„Beschuldig uzelve daarvan niet.
Het lot alleen heeft u in die noodzake
lijkheid gebracht. Ook al hadt gij my
nooit ontmoet, het zou u immers on
mogelijk zijn geweest langer bij een
armen muzikant te blijven, die u nog
slechts het bestaan van eene behoeftige
vrouw uit het volk verschaffen kan.
Neen, wees niet noodeloos wreed jegens
uzelve of mij. De omstandigheden
dwongen u te bandelen zooals gij deed."
„Uwe voorspraak zou zyne redding
zijn geweest."
„Verwijt mij dat ik u liefhad, maar
spreek uzelve vrij."
„Dat is mij onmogelijk. In elk ge-
yal verzoek ik u geen woord van ons
toekomstig huwelijk aan mevrouw
Leclére, of wie dan ook te zeggen.
Ik zal haar mededeelen, zoodra ik
daartoe de noodige zelfbeheersching
hervonden heb, dat Holdius en ik
zullen scheiden. Dat zy voorloopig
„Ik zal in alles uw wil opvolgen."
Toen Marcelle voor het eerst weder
hare kamer betrad, dat vertrek waar
zij Onno voor het laatst aanschouwd
had, overviel haar een gevoel van
onbeschrijfelijke droefheid. O! zeker
zij had hem niet bemind gelijk hij
dat verdiendemaai- tot zelfs in weer
wil van al de nederlagen, waaraan
het lot hem telkens op nieuw onder
wierp, had zij hem bewonderd, om
zijn verheven karakter, zyn heerlijk
talent en tot zelfs om zijn uiterlijk,
dat hem overal in gezelschap boven
andere mannen uit deed blinken;en
wat was, in vergelijking van hem,
de man aan wien zij voortaan haar
toekomst toe ging vertrouwen? Een
eerzuchtige, die aan niets anders dacht
als aan de middelen om steeds meer
goud bijeen te verzameleneen geluk
zoeker, die zich niet bekommerde om
de vraag wat zijn eigen zegepraal
aan anderen kosten zou? Een grijs
aard die zich nog voor een jongmensch
door wilde laten gaan.
En zij zag hem weer, met zijn logge
gestalte, zijn groot hoofd, zijne onedele
trekken, zijn eeuwigdurenden, val-
schen glimlach. Nooit had zy zulk
een afschuw voor hem gevoeld, en zy
mompelde toornig, als had haar hart
Onno willen wreken:
„Ook over u zal ik ongeluk aan
brengen maar ikzelf heb u gewaar
schuwd en gij hebt niet willen luiste
ren. Wat bekommer ik mij over uw
leed. Gy zult het hebben verdiend. Gy
ook, gij hebt, in al uw rykdora. het
eeuig ooilam van den arme geroofd
Op Josach's aanraden vertrouwde
Marcelle -hare zaak aan een der eerste
advocaten van Pary's toe. Zij leverde
trouwens weinig moeilykbeden op.
Holdius vergemakkelijkte alles en
stond der jonge vrouw zelfs al hunne
meubels af; alleen een van Elsa's
portretten medevoerende uit de schip
breuk zyns levens.
Hy betrok daarop een enkel zolder
kamertje in de Miromesnil-straat, waar
hy zich dicht by zyn nieuwen post
bevond, en wanneer hij des morgens
de repetitie geleid had, ging hij het
een of andere kookhuis binnen, waar
hij, aan de zelfde tafel als een tiental
werklieden in' blauwe kielen, voor
eenige stuivers zyn middagmaal ge
bruikte; voor het overige van den
dag stelde hij zich tevreden met droog
brood, en des avonds trad hy voor
het publiek op, in zyn onberispelyke
kleeding, die hem op een edelman
deed gelyken.
Op een dag dat hy huiswaarts
keerde, na uren lang door hetbosch
te hebben gedoold, dat thans reeds
de duizenden herfsttinten vertoonde,
liep hy op de onderste trap zyner
wonig eene jonge vrouw voorbij, die
schier bezweek onder den Last dien
zy te dragen had.
In weerwil van het leed dat zyn
hart verteerde, was hy mede) ydender
dan ooit gestemd voor al wie onder
smart gebukt gingen, en deze vrouw
zag er zoo droefgeestig zoo tenger uit,
en de groote boekdoelen diezy torschte
schenen zoo zwaar.
(Wordt vervolgd.)