Voor MEUBELEN A. Klopper Zonen, Kousen en Sokken Nieuwe Abonnementen. li Magazijn „De Ster" Op Duistere Paden. 1 Magazijn „DE STER" HELDERSCHE COURANT. HELDERSCHE COURANT WIJNEN GEDISTILLEERD. G. JOH. VAN DER LEE, geen beter adres dan LOODSGRACHT 69. W. J. WINTER, Handel in Religieuse Artikelen. Kerkgracht 63. „HELDRIA". T. van Zuylen, Heldersche Maatschappij voor GLASVERZEKERING Dagelijks bestaat gelegenheid tot het nemen van een abonnement op de bevat o.m. de laatste telegrammen van het oorlogsterrein. CHEF KREUGER H2H Billard„Wilhelmina" Café „DU PASSAGE" KEIZERSTRAAT 70 -72. P. GROEN ZOON, IS «=1 1=1 1^=1 l~l 1=1 1=1 Sl^j] en OPSLAG door de accijnsverhooglng van 1 JANUARI 1915 is voor WIJNpar fl. ff 0.03, GEDISTILLEERD per Liter en per fl. ff 0.10. ■T- VRAAGT uitgebreide PRIJSCOURANT. Prima kwaliteiten. Groote sorteering. SPECIAAL ADRES voor levering aan FEESTEN en PARTIJEN. Beleefd aanbevelend, SPOORSTRAAT 106. TELEFOON 156. De zaak Is alleen op werkdagen geopend tot 9 uur'savonds. Zaterdags later geopend. IS SI SI Sb ONTVANGEN een prachtvolle STAL EN COLLECTIE VOORJAARS- en ZOMER STOFFEN wordt op aanvraag gaarne opzicht gezonden. Aanbevelend. Grootste sorteering R.-K. Koster. Beslist het goedkoopste adres. Belast zich tevens voor de be dieningen van Begrafenissen in nette Uniformkleeding, zoowel binnen- als buiten deze gemeente. Billijke tarieven. H AARHERSTELLER. Beproefd middel tegen het uitvallen en tot bevordering van den hergroei van 't hoofdhaar, blijkt, steeds het beste. Per flacon 50 cent. Alléén verkrijgbaar bij. Spoorstraat, Coiffeur. Gevestigd te Helder Opgericht 1 Mei 1904 Directeuren: GEBRS. HOOGERDUIJN Deze maatschappij verzekert U tegen de laagste prijzen Dagelijks inlichtingen MIDDENSTRAAT 12 „Gelukkig dat wij er buiten blijven!" Dat hoeft ieder Nederlander al dankbaar herhaald. Maar we blijven er niet heelemaal „buiten"; en ieder van ons ondervindt op de een of andere manier, de gevolgen van den zwaren tijd. Menigeen bespeurt ze in zijn gezondheid. Depressie; angst; zenuwachtigheid. Verschijn selen van zenuwzwakte: moedeloosheid, slapeloosheid, krachteloosheid, lusteloosheid. In al zulke "gevallen bewijst u de SANGUINOSE snel en afdoende de beste diensten. Sanguinose is zuiver plantaardig; Sanguinose vormt nieuw bloed Sanguinose wekt den eetlust op; Sanguinose bevordert eene verwonderlijke algemeene levensopge wektheid; en bestrijdt met goed gevolg de symptomen van die sluipende en sloopende neurasthenie die zoovelen aan levensmoeheid doet lijden. Wacht U voor namaak. SANGUINOSE kost f 1.50 per fl.; per 6 f8.-, 12 fl. f 15. Tweemaal per dag een eetlepel is voldoende. Probeer het - on gij zult de goede gevolgen spoedig zelf bespeuren. Houd vol en gij zijt straks weer vol veerkrachten weerkracht. Den Haag. VAN DAM Co. Verkrijgbaar bij Apothekers en Drogisten. Te Helder bij firma DE BIE Biersteker; te Texel, Oosterend, P. DROS; Den Burg, J. BUIS; Oudeschild, Jon. DROS. STEEDS HET NIEUWSTE 11=151=1 li Het reeds verschenen gedeelte van een kwartaal wordt niet in rekening gebracht. De Losse nummers verkrijgbaar op den dag van uitgifte des namiddags 1 uur aan ons bureau Koningstraat, i 2 Cents. Fotograaf, KONINGSTRAAT 98, bij het Koningsplein. Bekroond Binnen- en Buitenslands. ATELIER geopend van 9-3 uur. beschikbaar. Aanbevelend, A. DOL. A°. 1860, HELDER. Correspondenten 1ste klasseder Neder- landsche Bank. Nederlandschc Handel; Maatschappij. Nederlandsch - Indische Escompto Maatschappij Nederlandsch-Indische Handelsbank. Java Bank. Openen rekening- Storting. courant met (Betaalbaarstelling rente-vergoeding Chèque-boekjes. Koopen, verkoopen,disconteeren en in- casseeren Dividenden, "Wissels en P.romessen op Binnen-en Buitenland. Belasten zich met den aan- en verkoop van Effecten, met het nazien van uit- lotirigen, met verzekering tegen ver lies bij uitloting. Koopen en verkoopen coupons, vreemd baukpapier en vreemde muntspeciën. Verschaffen reiscredietbrieVen, reis- wissels en chèques op de voornaamste plaatsen van de wereld. Sluiten beleeningen, prolongatiën en premie-affaires op ter beurze geno teerde fondsen. Nemen gelden a déposito. Sluiten geldleeningen onder eerste hypothecair verband. Verstrekken gelden op Crediet-Hypotheek. op accept met aval-teekening. Administreeren Kapitalen. Behandelen Grootboek zaken. Belasten zich met de bezorging van Transport-, Zee-, Levens-, Inbraak- en Brandassurantiên. Nemen geenerlei aansprakelijkheid op zicli voor verliezen, door uitloting, conversie als anderszins ontstaan. Treden op als gemachtigden van offi cieren der Kon. Marine. Firma Wed. L. I. GROEN, Zuidstraat 79, blijft steeds de hoogste waarde geven voor oud Goud, Zilver, Galon, Meubelen, Naaimachines en voor alle voorkomende artikelen. Heeft ook weder een mooie Naai machine en fijne witte Broeken en Jasjes te koop. Goedkoopst adres voor: prima Tafelrijst per pond 10 ct. Java-Rijst 14 Goede Java-Rijst 12 De Boer's gemalen Java-Rijst per pondspak 14 Grlesmeel per pond 17J Havermout 16 Parelgort 14 Beleefd aanbevelend, R. BAKKER Dz., Keizerstraat 66. MET den Scheermesscherper „SUCCES" maakt ieder in enkele seconden zijn Scheermes of Veiligheidsscheermes vlijmscherp. P.ijs f 1.50 (naar buiten f 1.05). H. KOPPEN, Hoofdgracht 84. LANGS DE STRAAT. Ruzie. O In een kelder-donker snoepwin keltje, een slobkrot van de oude Helder, met uitgevreten en vergane vensters en kozijnen, scheef gewaaid en verzakt op 't hoekje van een nauwe steeg, drongon wat ongewas- schen en ongekamde vrouw-hoofden bijeen en uit hun midden sloeg plots het schreeuwerig tumult eener felle ruzie op. Twee vrouwmenschen met knoes tige armen uit de opgehaalde jak- mouwen, waren zeer gekrenkt en beleedigd over de een of andere familie-kwestie. Het kwaadaardig wij ven-krakeel werd met veel aandacht gevolgd door de prettig genietende buurtschap. En als beiden een ruim kwartier in dolle gift gillerig kakelen, nadert, het slot en de sterkste van het twee tal mot de polsen de heupen inge drongen kwaakt woedend en fel en bulderend in driftwoorden en flapt er alles genadeloos uit wat haar jeukte op de tong. Het was een ein- delijke ferme ontbranding van langen tijd opgekropten haat. Zo hoonlachte daarbij schel als een geprikkelde waanzinnige voor een spiegel. De zenuwdrift was op haar keel gespron gen en scheurde er onmenschehjke klank-kreten uit. Zóó had niemand haar ooit gezien. Een furie gelijk. Zo leek drie monden te hebben waar uit ze blies en spuwde. De razernij vergrauwde haar wangen en teisterde met stuipige gebaren haar gansche wezen. Het oproer van haar hart was uitgebarsten. Niemand die 't stillen kon. En zoo giftig ratelde ze haar zinnen, dat de omstanders ver schrikt op 'n behoorlijke afstand gingen luisteren. Wou jij wou jij wat van m'n schoonmoeder zeggen, totebel, die je bent? Van m'n mans moeder, hè? Die is knapper en veel beter dan het heele familie-zoodje van jou, ser pent Wou jij zegge, dat m'n schoon moeder 'nkreng is? 'n Ouwe mieter- kop Wou jij dat uitkraaien Jij Zoo'n miserabele judas I Mensch, je moest je oogen uit je hoofd schame. Wil ik jou eens wat vertelle Kijk maar naar je oige, slang, dan heb je méér dan genog. Die schoonmoeder van jou ja, de jouwe is nogal 'n lekker ding - daar zit jij ten minste finaal onder - daar heb jij niks bij te zeggen of ze slaat 'r op. Die schoonmoeder Van jou is 'n varreke in d'r soort, 'n treiter, 'n mormel. En wou jtj dan nog wat van mijn schoonmoeder zegge, nest datje bent? Mensch, die ouwe tang van jou kan niet in d'r schaduw staan. Aan 't heele Nieuwediep woont geen tweede, die zóó voor d'r schoondochter is. Menschen, motte jullie allemaal hoore: m'n schoonmoeder krijgt geen halvie vau de gemeente en geen duit van de diakenie en dus waar wou ze van sooepe en lekker van ete, zooals dat mispunt beweert? Mijn schoonmoeder is straatarm en dat is geen schande. Mijn schoonmoeder leeft op kosten van bns en dat is plicht. En dat komt 'r glad toe, want ze is door en door best je kan wel over d'r loope. Hoore jullie nou eens goed menschen: mijn schoonmoeder heeft Kees voor niks gebakerd en Arieen Gerrit en Toon en Kobus en Mien en Geertje en Jannetje en Koba voor die allemaal heb ze ook geen cent aangeDome en as 'k maar eve kik, staat ze nog voor me klaar, dag en nacht, verstaan? En ikke zeg, dat mijn mans moeder iemand is, waar aan jij een puntje kan zuige en 'k zeg dat die van jou daar uooit tegen op kan met d'r heele groote bek. En nou jij weer Maar de ander staat verplettert, krijgscht een paar onverstaanbare klanken en een vloekhoos en ver dwijnt uit het gekijf en de sarcas tische pret, met ijselijk-strenge en angstwekkenden mond en lijktintige wangen waarover wat tranen big gelen. Een Duitsch oordeel over onze landsverdediging. De „Kölnische Volkszeitung" bevat een artikel van Hermann Ritter over Nederlands weermacht. De schrijver is vol waardeering over het Neder- landsche leger. Voorop stelt hij, dat het de ernstige wil is van staatslieden en van het geheele Nederlandsche volk, om de neutraliteit te handhaven on deze desnoods energiek te verdedigen. De Nederlander is, zegt Ritter, over het algemeen geen militair. Daarom staat hij onsympathiek tegen over het militarisme van het Duitsclie Rijk en hij is zeer ontvankelijk voor het idee, dat door onze tegenstanders verbreid wordt, dat nl. het Duitsche militaurisme moet gebroken worden. De soldatenstand schynt hem, ter oorzake van het vrijwillige leger, toe te zijn een stand van in uniform gestoken arme duivels. Deze verhou ding heeft zich bij de invoering van den persoonlijken dienstplicht en de vorming der reserve wel eenigszins gewyzigd, doch nog lang niet in die mate dat aan 't leger in Nederland allerwege recht gedaan wordt of dat men kan spreken van een samen- groen ng van leger en volk. Het Nederlandsche leger van onze dagen verdient deze meestal verou derde vooroordeelen of uit partijhaat voortgekomen minachtende beoordec- ling van het volk niet. Ik heb gele genheid gehad de verschillende wape nen op marsch en bij de oefeningen gade te slaan en durf wel zc-ggen, dat het menschen en paardenmateriaal voortreffelijk bleek te zijn, dat de manschappen, onderofficieren en offi cieren zich- met grooten ijver aan hun beroep geven on ook de uitrusting op de hoogte is van den tijd. Aan <le artillerie in het bijzonder mag ik een woord van lof brongen, aan de artillerie, die zich wat schietkunst betreft, met iedere Europèesche groot macht meten kan. Het Nederlandsche veldleger heeft ten doel de grenzen des lands tegen een van landzijde opdringenden vijand op de bedreigde punten te verdedigen. In ieder geval zal het een vijande lijke-overmacht zoolang ophouden, dat de verdedigingsmiddelen der zoo genaamde Nieuwe Hollandsclie Wa terlinie met jeserve bezet en in vol doenden staat van verdediging ge bracht zijn. Zooals reeds haar naam aanduidt., geven de rivieren en kanalen van het land met hunne gemakkelijk te bo- werken overstroomingen en inundeo- ringen aan deze vanaf de Zuiderzee bij Naarden langs Utrecht naar Go- rinchem, tot de z.g. Biesbosch loo- pende verdedigingslinie hare grootste sterkte. Zij verspert voor een uit het Oosten en Zuidoosten komenden vijand den toegang tot de meest be volkte kernprovincies van het Ko ninkrijk en wordt derhalve door het veldleger 'en zijn artillerie, door de zwaardere artillerie, die voor het grootste gedeelte in vredestijd in de forten is opgesteld en-door deintus- schen opgeroepen landweer infanterie bezet. Zou het den vyand gelukken de buitengewoon moeilijk te nemen Nieuwe Waterlinie door te komen (men vergelijke ze met de veel min der uitgestrekte inundatie aan het Yserkanaal), dan blijft het Neder landsche leger als laatste verdedi gingspunt de stelling van Amsterdam een door uitgebreide innndaties te versterken kring van 42 forten, dio van Edam tot aan de Zuiderzee over een lengte van 98 K.M. over Pur- merend, Krommenie, Aalsmeer, Uit hoorn naar Muiderberg tot de Zuider zee loopt. De stelling van Amsterdam is zoo sterk, dat, naar de meening van Nederlandsche vaklieden, geen van land of zee komende vijand haar met de kracthigste en langdurigste belegering nemen kan. De schrijver acht voor het oogen- blik voor Duitschland van het grootste belang, de verdedigingsmiddelen, die Nederland tegenover een van den zeekant dreigenden vijand kan aan wenden ter handhaving zijner neu traliteit, aleer het Nederlandsche leger genoodzaakt kan zijn nog een laatste toevlucht te zoeken achter de forten en den watergordel van Amsterdam. Beginnende met de stelling van den Helder, die de doorvaart tusschen de N.-Hollandsche kust en Tessel beheerscht en een sterke steun is voor de Nederlandsche vloot, behan delt de schrijver de andere vesting werken aan onze rivier- en kanaal- monden. Het is begrijpelijk, schrijft Ritter, dat gedurende den tegenwoordigen oorlog en naar aanleiding der zoo talrijke en onverholen onvriendelijk heden, die in de Engelsche pers als bij voortduring tegen Nederland ge uit worden, de weinige nog bestaande gebreken in het Nederlandsche ver dedigingssysteem aan de zeezijde zooveel en zoo spoedig mogelijk verbeterd worden. In ieder geval zal geen enkele grootmacht er gemakkelijk toe over gaan de neutraliteit van Nederland te schenden. Het veldleger van dat land staat zijn tegenstander. Het Nederlandsche volk, hoe weinig militairistische neigingen het overi gens ook moge koesteren, zal onge twijfeld bij de opgedrougen verdedi ging van zijn land alle oorlogskundige eigenschappen van een krachtig ras ontwikkolen. Bovendien bieden ook de natuurlijke gesteltenis van het land, de vele waterwegen oti de uit gestrekte inundaties moeilijkheden, wier overwinning in den oorlog met een met het water vertrouwde be volking buitengewoon zwaar zijn moet. Bestelt UW DRUKWERK bij: C. DE BOER Jp. FEUILLETON. 8) „Mijn beste tante, dat is werkelijk aardig. Hebt u dan reeds van mijne aankomst gehoord?" met deze woorden stak hij haar beide handen toe. „Geheel toevallig hoorde ik ervan, mijn waardb neef," antwoorde de ge sluierde dame, en ik kom u vragen, waarom u niet uw intrek bü mij hebt genomen." De kellner hield de deurknop nog steeds in de hand en keek met de grootste verbazing naar mijnheer Chaumont en naar de darao; de op lossing van het raadsel was blijkbaar anders, dan hij zich had voorgesteld. Een strenge blik van mijnheer Chau mont deed hem thans met een haastige buiging heengaan. Zoodra hij de deur achter zich gesloten had, maakte Chaumont het koord der portieres los en liet ze dicht vallen. Intusschen had de dame zich van den sluier ontdaan, en toen hij zich nu weer omkeerde, zag hij een ver rukkelijk jeugdig gelaat met twee schitterende zwarte oogen en eon lieven kleinen mond. „Dus u is het werkelijk, Signora Lucia; mijn voorgevoel heeft mij dus niet bedrogen!" Met deze in het Italiaansch ge sproken woorden noodigde hij haar uit op de sofa te gaan zitten, terwijl hij tegenover haar op een fauteuil plaats nam. „Dat moet ik zeggen, Signora Lucia, dat u de kunst om te verrassen even goed verstaat als de edele zangkunst." „Noem mij vooral niet Signora Lucia," verzocht het jonge meisj'e. „Lucia Gallini, de dochter van Signor Paolo Gallini is verdwenen, bestaat niet meer, of hoe u het noemen wil er bestaat alleen nog eene Miss Mary Moorbank, de operazangeres." „Maar, Miss Mary Moorbank, als u het dan zoo wilt, wat bracht uerin 's hemels naam toe, om een anderen naam aan te nemen. Gister avond, toen ik u herkende, stond ik werkelijk op het punt om u in de manége op te zoeken, maar ik vreesde, dat mijn verschijning u daar onaangenaam kon zijn „Het is goed, dat u het niet gedaan hebt," viel het jonge meisje hem in de rede. „Het plotseling wederzien had mij zoo verschrikt, dat ik on mogelijk in het bijzijn van anderen ongedwongen met u had kunnen praten. Maar is u niet nieuwsgierig naar de reden van mijn komst? Of naar de oorzaak van mijn verandering in een operazangeres?" „Het is moeilijk te zeggen, wat ik liever het eerst zou willen vernemen 1" „Maar als ik u nu eens den naam van docter Renaud noem?" „Wat? Signora - mis Mary u ook?" riep Chaumont, niet in staat om zijn verrassing te verbergen. De jonge dame knikte zwijgend. „Komt u met een opdracht van hem?" vroeg Chaumont, „Neen." „Dat is gevaarlijk." „Dat weet ik wel, maar het was noodig om u te waarschuwen." „Daartoe zal het wel te laat zijn," zeide Chaumont bitter lachend. „Maar hoe het ook zij, ik ben u in ieder ge val mijn oprechten dank schuldig." Hij vatte hare kleine hand en wilde zo aan zijne lippen drukken, maar zij onttrok ze hem snel. „Laat dat," zeide zij, „en misken mijne bedoeling niet. Naar ik hoop, komt mijne waarschuwing nog niet te laat. Zijn we hier zeker, dat we niet beluisterd kunnen worden?" „Ik denk het wel vooral als we Italiaansch blijven spreken." „Luister dan goed naar mij," ver volgde mis Mary op half luiden toon. „Ik moet met mijn eigen omstan digheden beginnen. Kort nadat u twee jaar geleden zoo plotseling uit Lyon verdwenen was en mijn zuster An- tonia bijna stierf van verdriet „Ach, God! Ik was zelf bij het vertrek niet anders te moede," viel Chaumont in. „En toch hebt u nu nog in het ge heel niet naar Antonia gevraagd," sprak Mary verwijtend. „Ik had zooveel te vragen," ver ontschuldigd Chaumont zich. De jonge dame vervolgde: „Kort dus na uw vertrek overleed mijn vader en liet ons zonder eenig middel van bestaan achter. Wij hebben in den- laatsten tijd van een toelage der Orléannistén." Chaumont opende den mond voor een deelnemend woord, maar "Mary wenkte hem te zwijgen. „Ik weet, wat u zeggen wil," zei ze bedaard, „maar de tijd dringt en ik heb nog veel te vertellen. Mijn vader liet ons ook zonder vrienden achter. Zijn omgang en zijn levens wijze hadden hem vervreemd van onze verwanten. Gij weet, dat die allen ijverige Bonapartisten zijn. Papa's oudste en eenige broeder, de markies Giulio Galini, condoleerde ons niet eens eigenhandig, maar liet ons door zijn secretaris in de koelste woorden ons zijn deelneming betuigeD. - Wij zagen tevergeefs uit naar hulp of een goeden raad. Wij waren geheel alleen en verre van het vader land gedoemd op eigen beenen te staan. Geen wonder dus, dat we zeer terneergeslagen warenvooral ik, want Antonia hoopte nog altijd op een teeken van leven van u." „O, ik wilde, dat ik er een had kunnen geven!" „Dag na dag verliep, zonder dat er een bericht van u kwam," ver volgde het meisje eenigszins bewogen. „Zij werd steeds stiller en verdween dikwijls den halven dag. Ik gevoelde dat zij worstelde met een groot be sluit. ïk drong haar, om mij te ver trouwen, maar zij wees mij af, niet onvriendelijk, maar bepaald. Ik scheen haar zeker nog te zeer een kind „U foltert mij, Mary „Zij dacht niet aan zelfmoord," antwoordde Mary, „maar de stap, die zij deod, toonde toch, dat ze niet moer op geluk in dit leven rekende. Zij ging in een klooster en werd non." Ha!" Chaumont, wiens oogen in gespannen verwachting, aan Mary's lippen hadden gehangen, zonk met een zucht van verlichting terug in zijn fauteuil. Zij vertelde mij dit pas, toen het gebeurd was," giDg Mary verder, „en ik kom haar het verwijt niet besparen, dat zij mij nu geheel alleen liet. Z(j wilde mij overhalen, haar voorbeeld te volgen, maar daar kon ik niet toe besluiten, en wij scheidden van elkaar. Wat ik nu doen zou, stond mij niet duidelijk voor den geest. Ik be proefde les te geven in het Italiaansch maar niemand wilde iets van mij weten, omdat ik zonder eenige aan beveling was. Tevergeefs dacht ik er over na, of ik niet iets geleerd had waarmee ik mijn brood zou kunnen verdienen. Toen kwam ik op een keer langs den schouwburg en ik dacht |er aan, hoe grondig ik zangonderricht ge noten had, en dat men mij altyd zei dat ik eene uitstekende stem had. Nood breekt- wet. Den volgenden morgen ging ik naar de directeur Mallaine en verzocht hem, mij te Hij stelde mij op de proef, die naar wensch uitviel, en daar Mallaine op dat oogenblik juist om een zangeres verlegen was, nam hij mij aan. Ik gevoeld mij toen overgelukkig, maar dat zou niet lang duren, want ik keerde de schaduwzijden van mijn beroep maar al te spoedig kennen. Bittere teleurstelling vervulde mijn ziel. Toen verscheen als redder in den nood „Dokter Renaud," vulde Chaumont aan. De jonge dame knikte. „In Nantes waarheen wij van Lyon waren ge trokken, zoud hij mij op een morgen zijn kaartje met de vraag, wanneer ik hem zou kunnen ontvangen. Ik herinnerde mij, dat ik hem dikwijls bij mijn vader aan huis had gezien en ontving hem op een bepaald uur. Hij verscheen stipt op tijd, was zeer deelnemend en gaf mij op kiesche wijze zijn leedwezen te kennen dat hij mij niet vroeger had gevonden, eer ik mijn tegenwoordigen loopbaan had gekozen." Chaumont viel haar met een bitte ren lach in de rede. „Ik ben er van overtuigd," sprak hij, „dat hij u reeds laug uit de verte had gadegeslagen en slechts het juiste oogenblik afwachtte, om met zijn hulp voor den dag te komen." „Daarover waag ik het niet te oor- deelen," antwoordde Mary de schou ders ophalend. „In ieder geval is dokter Renaud de eenige, die zich mijn lot heeft aangetrokken en wiens hulp voor mij positief nut heeft ge had. Nadat ik hem verhaald had, hoe ik in het opera-gezelschap was ge komen, en hoo myn betrekking my spoedig tegen stond, meende hij, dat ik maar moest volhouden. Maar hij bezat verbindingen, en hij wilde be proeven, of hij deze niet tot mijn nut kon aanwenden. Spoedig ondorvond ik de uitwerking van de hulp van dokter Renaud. De directeur Mallaine werd plotseling geheel anders tegen mij, het mij steeds de beste rollen te zingenen wist alles op een afstand te houden wat mij op de een of andere wijze onaangenaam kon zijn. Ook won ik, waar wij ook kwamen de gunst van het publiek, en daar ik niet zoo heel veelom mijn vroeger tehuis meer geef, bevalt mij het bonte leven, dat ik nu leid, eigenlijk zeer goed." „En dokter Renaud geeft u zijn bescherming geheel belangeloos?" vroeg mijnheer Chaumont sarcastisch Eerst scheen dat zoo. Hij raadde mij aan, een open oog voor mijn om geving te hebben en nauwkeurig een dagboek bij te houden. Ik volgde zijn raad, en zoolang Renaud in Nantes was, wierp hij er nu en dan een blik in. „En kwam daardoor niet alleen op hoogte met alles wat uw leven betreft, maar ook nog met vele andere zaken, waarbij hij belang had," merkte Chaumont op. „Ook toen ik hem in Parijs weer opzocht vervolgde Mary," was zijn eerste vraag: Hoe gaat het met het dagboek? Ik liet het hem zien en toen hij er een tijdlang in gebladerd bad, zei hij: „U is een meisje dat haar weg door de wereld wel zal vinden, mijne lieve Signora, gij hebt talent en karakter (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1915 | | pagina 4