HELDERSCHECOURANT
VOORHEEN GENAAMD 'T VLIEGEND BLAADJE
Nieuwsblad voor Helder, Koegras, Texel, Wieringen en Anna Paulowna
No. 4475
DINSDAG 8 JUNI 1915
43e JAARGANG
Abonnement per 3 mnd. 65 ct., franco per post 90 ct., Buitenland 1.90
Zondagsblad 37 V 45 „0.75
Modeblad 65 75 „1.00
Voor hot Buitenland bij vooruitbetaling - Losse nummers der Courant 2 ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
UITGEVER: C. DE BOER Jr. - HELDER
Bureau: Koningstraat 29 - Interc. Telefoon 50
Advertentiën van 1 tot 4 regels (bij vaoruitbet.) 30 cent. Elke regel moer 6 ct.
Ingezonden mededeelingen van 1 tot 4 regels 75 cent. Elke regel meer 15 cent.
Advertentiën op bepaald aangewezen plaatsen worden 25°j'o hooger berekend.
Groote letters en clictié's naar plaatsruimte. - Bewijs-exemplaar 2} cent.
0p pag. 4 van dit no. zijn
opgenomen
1. Uit den Omtrek.
2. Ingezonden.
3. Feuilleton, enz.
LIJST van ingekomen en vertrokken
personen.
3Van: Gel.
N.H.
Geen.
-I-Pllnet, huishoudster, HooWgr. 8. A'dam. N-H.
A. Verhor3t, korp.-m.dr., Oranjestr. 2, A'dam. R.C.
M.Bakkor, dlonstb., Koegras214, Wieringen.N.H.
G.Schot, dienstbode, Koogras 64, Castricum. R.C.
W.W.v.d.Vet, 8gt.-z.vpl., Stetionsw.5, A'dam.N.H.
LJ.Daaldor, ambt.socr., Middonstr. 46, Texel. D.G.
C.Kramer, ass.-mach., Middeustr. 45, A'dam. N.H.
N.D.Metselaar, amanuensis viBSChwjj-inst,
aad. 82 w, A'dam. N.H.
.I.H.A.Blauwkuip,schr.R.W., Calif.str.9, id. D.G.
D.v.Zuiidam, lottorz., Ie Wil ludw.str. 2, Zaltb. N.H.
E.v.Oosterhont-HIllen, buish., Dykstr. 22,
Berghem (België). R.C.
A.Korlman, metselaar, Binnenh. 86. 's Hago. N.H.
C.Wjjker, tud. opz. R.W., Weststr.86, Zwolle.
A. Delver, arbeider. Koegras 242, Züpo.
J„T.Ruis, metselaar, Weltevreden 84, Zijpe.
VERTROKKEN.
Naam: Boroop: Van: Naar: Gel.
L.P.H.v.Bakol, bierli., Stationsw. 6, Schoten. R.0.
Wed.H.A.Sallé, zonder, idem, idem.
K.Ursem,landb„ Langestr.il, H.-Hugowaard.
A.Bu)irs,pastoor, Jan in 't Veltstr.92, Texel.
H.H. Janssen, 2e st.koopv.,Loodsgr.22,BuikslN.H.
DJ3Ü1, bankwerker, Spoorstr. 47, Alkmaar. O.Ger.
Jb. Smids, bankwerker, Weeshuis, A'dam. RC.
J.W.v.Heusdon-Over do Linden, zonder,
Kanaalweg7,A'dam. N.H.
G. v. Straaten, smid, Langestr. 6, A'dam.
A. Koster, arboider, Hoogstr.29, N.-Scharw. R.C.
DE OORLOG.
De officleele legerberichten van
4, 5 en 6 Juni.
Van het W e s t e 1 ij k front.
Uit het Fransche communiqué van
den 5en valt op te maken dat de
suikerfabriek van Souchez het punt
is waarom gestreden wordt. In het
bericht wordt medegedeeld dat de
Franschen in het bezit bleven van
alle veroverde stellingen, dus ook van
raffinaderij, en verder dat zij ten N.
van het gebouw een Duitsche loop
graaf vermeesterden. 1 K.M. ten Z.
van Souchez werd bovendien een
Duitsche post veroverd.
Bij Neuville werden wederom eenige
honderden meters terrein gewonnen.
- Op deze stellingen en ook op die bij
Souchez werden door de Duitschers
verschillende aanvallen gedaan. Zij
hadden echter geen van alle succes.
Door de Duitschers werd met vèr-
dragend geschut op de vesting Ver
dun geschoten. Het doel werd door
de projectielen echter niet bereikt.
Door de Franschen werd daarop het
zuiderfront van de vesting Metz onder
vuur genomen.
In het bericht van den 6en wordt
medegedeeld, dat Neuville voor twee
derden in handen der Franschen is,
op het front in deze streek hebben
voortdurend hevige artillerie gevech
ten plaats. Door de Duitschers werden
herhaaldelijk aanvallen gedaan op de
hellingen van de heuvel van Notre
Dame de Lorette en op een puntten
O. van den weg Aix-la-Noulette-Sou-
chez. Zij slaagden er echter niet in
ook maar eenig voordeel te behalen.
Daarentegen vermeesterden de Fran
schen eenige loopgraven.
Verder wordt van Fransche zijde
gemeld, dat een taube bommen op
Calais geworpen heeft. Een persoon
werd gedood. De materieele schade
is van weinig beteekenis.
Het Duitsche legerbericht van den
5en erkent dat de suikerraffinaderij
in handen der Franschen is, echter
niet dan onder de toevoeging, dat er
nog om wordt gestreden. Verder wordt
medegedeeld dat een aanval der Fran
schen bij Neville werd afgeslagen.
Over het bombardement van het
hoofdkwartier van den Duitschen
Kroonprins door Fransche vliegers
wordt van Duitsche zijde medegedeeld,
dat verscheiden manschappen gedood
werden. Ander resultaat had de aan
val niet.
Van het O o s t e 1 ij k front.
Hier blijft het voordeel nog steeds
aan de zijde der Duitschers en Oosten
rijkers, voor zoover het betreft het
gedeelte van het front dat zuidelijk
van Jaroslau is gelegen. Aan den be
nedenloop van de San trachten de
Russen een grooten druk uitte oefenen
op het vijandelijk front en hierdoor
te breken. Ofschoon zij hier de over
hand hebben schijnt de druk niet
groot genoeg te zijn om de Oosten
rijkers en Duitschers te bewegen hun
offensief op het zuidelijke gedeelte
op te geven.
Integendeel gaan zij hier steeds
voorwaarts.
In het Russische bericht van den
4en wordt ook reeds medegede
dat de Russen op de bruggehoofden
van den Dnjestr terug moesten trek
ken. Hier beproefden de bondgenooten
een doorbraak doch zij werden met
groote verliezen teruggeslagen.
Van het verdere gedeelte van het
front wordt gemeld, dat tusschen
Przemysl en de Dnjestr aan den
vijand reusachtige verliezen werden
toegebracht.
Aan den beneden San, in de nabij
heid van Rudnik, werden de Duit
schers tot een ordelooze terugtocht
gedwongen.
In het bericht van den 5en deelt
de Russische generale staf mede, dat
de vijand aan den beneden-San terug
moest trekken. Op den 4en dezer
maakten de Russen hier 1000 ge
vangenen. Op den rechteroever van
de San, ton O. van Jarolau, werden
door de Russen eenige Duitsche loop
graven veroverd.
Verder wordt gemeld, dat de Oosten
rijkers erin slaagden zich tijdelijk
meester te maken van het dorp
Starzawa. Door een tegen-aanval
werden zij echter weer verdreven.
Overigens werden de vijandelijke
aanvallen over het geheele front af
geslagen.
In het Duitsche legerbericht van
den Ben wordt de ontruiming van
het bruggehoofd Sawdyniki door de
Russen reeds gemeld. Hierbij maakten
de Duitschers 1970 gevangenen. Meer
naar het Noorden, in de streek van
Popeljany, werden door dë Duitschers
voorspoedige ruitergevechten geleverd
In Galicié is de toestand ten O. van
Jarolau onveranderd. Ten O. van
Przemysl rukken do Oostenrijksche
en Duitsche troepen op Mosjiska (27
K.M. O. van Przemysl) aan.
Volgens het Oostenrijksche leger
bericht van den 5en waren de bond
genooten reeds tot Mosjiska doorge
drongen. In het Z. zijn zij reeds op
gerukt tot op de lijn Kalusz-Zurawno.
Aan de Pruth duren de gevechten
eveneens voort. Door de Russen
werden verscheidene aangevallen ge
daan, doch zij werden op de rivier
teruggeworpen.
Het bericht van den Gen weerspreekt
het eerste echter.' Hierin wordt ge
sproken van het nemen van het dorp
Starzawa, waardoor do Oostenrijkers
dichter bij Mosjiska kwamen.
In de streek ton O. van Stryj
werden de Russen bij Kalusz ver
slagen en verloren zij aan den Dnjestr
het bruggehoofd Zurawno.
Do gevechten aan de Proeth du ion
voort.
Van het Zuidelijk gevechtsterrein.
Oostenrijk heeft zijn verdediging
tegen een mogelijken Italiaanschen
inval blijkbaar uitnemend voorbereid.
Tenmitiste, het Italiaansche legerbe
richt van den 4en zegt, dat de op-
marsch der Italianen aan de Isonzo
op groote moeilijkheden stuit wegens
de geweldige- verschansingen met
groote bezetting van de Oostenrfjkors.
Alleen in het Noordelijk gedeelte van
het front hadden de Italianen een
weinig voordeel. De top van de Monte
Nero, welke door hen bezet was, doch
waarop door de Oostenrijkers her
haaldelijk aanvallen werden gedaan,
bleef in hun handen.
Het bericht van den 5en meldt
ons, dat de Italianen ageeren togen
de dorpen Riva, Mori en Roveredo.
Het Oostenrijksche legerbericht
geeft aan dat er in het grensgebied
van Tirol en Karinthie niets van be
lang is gehoord. De artilleriegevechten
worden hier voortgezet.
In het kustgebied werdeD 4 aan
vallen der Italianen op de Oostenrijk
sche stellingen ten N. van Tolmino
afgeslagen. 3 Officieren en 50 man
werden gevangen genomen.
Hot communiqué van den Ben geeft
aan dat het artilleriegevecht in de
kuststreek toeneemt. Een poging van
de Italianen om bij Sagrado (Z. van
Oradisca) de Isonzo over te trekken
werd bloedig afgeslagen.
In de Dalmatische Zee beschoten
Italiaansche schepen de vijandelijke
kust. Alle vuurtorens en Seinstations
aan de Dalmatische kust werden ver
nield. Verder word de spoorweg
Cattaro-Ragusa ernstig beschadigd.
Bovendien werd Mpnfalcone opnieuw
gebombardeerd.
Van het Russisch-Turksche ge
vechtsterrein komen berichten over
verschillende kleinere gevechten waar
bij de Russen aan den winnenden hand
zijn.
Aan de Dardan ellen.
Een bericht uit Londen, dd. 4 Juni
meldt, dat de algemeene aanval op
de Turksche stellingen is begonnen.
In een nader bericht werd medege
deeld, dat 500 M. terrein werd ge
wonnen. 400 Turken werden krijgs
gevangen gemaakt.
Van Turksche zyde wordt bekend
gemaakt, dat sedert den 4en door de
geallieerden hevige aanvallen worden
ondernomen op het Turksche front
bij Sedul-Bahr. Door tegenaanvallen
werden zij echter teruggedreven, waar
bij de Turken bovendien 5 mitrail
leurs vermeesterden.
Ook wordt nog medegedeeld, dat
in den nacht van den 30ston Mei ten
Z. van Lemnos een schip van een
onbekend gebleven type door een
duikboot tot zinken werd gebracht.
Voor Smyrna ging in den nacht van
3 op 4 Mei een Fransche mijnen-
zoeker te gronde.
Aanvallen van luchtvaartuigen.
Engeland heeft weer eens bezoek
gehad van een aantal Zeppelins. Deze
vlogen boven de Zuid-Oost- en Oost
kust van en wierpen bommen op
verschillende plaatsen. Volgens be
richten van Engelsche zijde werd
slechts weinig schade aangericht, ter
wijl maar een klein aantal mensehen
een ongeluk overkwam.
Naar het Duitsche bericht echter
mededeelt werden de havenwerken
van Harwich rijkelijk met bommen
bestrooid, waardoor talrijke felle bran
den en ontploffingen plaats hadden.
Nadere berichten zullen hieromtrent
meer licht moet verschaffen.
Op het westelijk front werden bom
men geworpen op Calais en St. Dié.
In beide plaatsen werd weinig schade
aangericht.
Een Oostenrljksch vliegtuig vloog
over Molfetta en heeft daar bommen
doen neervallen op een zwavelfabriek
en petroleumtanks. Hierbij werd een
arbeider gedood en een vrouw gewond.
Molfetta is een aanzienlijke han
delshaven bij Bari. (Zuid Italië, aan
de Adriatische Zee).
Van Fransche zijde.
Het Fransche pers-bureau pu
bliceert een stuk van het hoogste
belang, hetwelk op indrukwekkende
wijze den tegen wooraigen moreelen
toestand van het Duitsche leger in
het licht stelt.
Het is het zakboekje van kapitein
Sievert, commandant vaü het eerste
bataljon van het HIde regiment Duit
sche infanterie, in de afgeloopen
maand in de gevechten bij Notre
Dame de Lorette gedood. Het zak
boekje werd op het slagveld in de
tasch van Sievert gevonden. Het
persbureau geeft er een vertaling van.
Iedere bladzijde bevat aanvragen om
versterkingen en munitie, die nimmer
zijn voldaan en verwijten betreffende
onvoldoende en elkander tegenspre
kende orders, die van de verwarring
bij den generalen staf blijk geven.
Sievert beschrijft de demoralisatie
van de soldaten, die van alle kanten
onder het welgericht vuur worden
genomen van artillerie, hetwelk het
onmogelijk maakt de troepen van
levensmiddelen te voorzien of ze af
te lossen als ze uitgeput zijn in de
loopgraven, die door de Fransche
artillerie in elkaar geschotenzijn.
De uitwerking van die artillerie, zegt
Sievert, is onbeschrijfelijk. Onze man
nen wijken bij iedere' granaat, die
valt, van de plaats; men moet hen
met den krijgsraad dreigen om hen
op hun post te houden.
Het voorbeeld dat de compagnies
commandanten geven, blijft bijna
zonder uitwerking.
Het schijnt voor het overige, dat
het oppercommando zijn prestige uit
het oog verliest. De troepenbewegin
gen geschieden maar luk raak. De
loopgraveu zijn zeer slecht geconstru-,
eord en nauwelijks vatbaar voor ver
dediging.
De laatste bladzijde van het zak
boekje is gedateerd 20 Mei, 11 uur
'savonds. Sievert schrijft: „Het
bombardement van heden heeft het
overblijfsel van onze loopgraven to
taal verwoest. De mannen ontberen
sedert drie dagen alle beschutting.
Het is onmogelijk om met onze
zwakke krachten vol te houden. Van
alles waarom ik heb gevraagd is niets
aangekomen. Men laat ods in den
steek. Het vijandelijk artillerievuur
is verschrikkelijk, vooral dat van de
zware artillerie, waarvan men de
projectielen langzaam hoort naderen.
De borstweringen trillen, het hagelt
aardkluiten en stukken ijzer op ons
neer. Hoe lang nog moeten wij het
in deze muizenval uithouden; ik ge
loof, dat mijn zenuwen mij begeven.
Het vuur heeft zijn grootste, onbe
schrijfelijke hevigheid bereikt".
Hier eindigt hot zakboekje van
Sievert. Elk commentaar zou deze
tragischeaanteekeningenverzwakken,
die van de zijde "Van onze tegenstan
ders een welsprekend getuigenis af
leggen van het succes door onze ar
tillerie en infanterie behaald en tege
lijkertijd aanschouwelijk maken
welke bovenmenschelljke inspanning
Duitschland reeds verplicht was van
zijn legers te vragen, nog vóór de
Italiaansche strijdkrachten op het
tooneel waren verschenen, die voortaan
op een nieuw front zullen deelnemen
aan het beleg van de Oostenrljksch-
Duitsche vesting.
Duitsch vliegtuig boven Londen.
Men meldt uit Vlissingen:
Hier is Zaterdag binnengekomen
de mailboot Prinses Juliana van de
Mij. Zeeland, die het volgende rapor-
teert:
Vrijdagavond om 12 uur, toen de
boot te Londen lag en de meeste
passagiers zich reeds aan boord be
vonden, onder wie 60 Duitsche vrou
wen en kinderen, zijn uit een Duitsch
vliegtuig, dat van Gravesend kwam,
vijf bommen geworpen iu de buurt
der mailboot; vier ontploften, terwijl
één, die niet ontplofte, slochts tien
meter voor den uitkijk in het water
viel. Schade is niet aangericht doch
onder de passagiers ontstond groote
opschudding; vele vielen flauw.
Van andere zijde meldt men nog
dat de bommen vermoedelijk waren
bestemd voor een scheepje beladen
met dynamiet, dat op nog geen 100
meter van de mailboot lag.'
Eenige ruiten en gloeilampjes op
de mailboot zijn stukgesprongen. De
schokken, die de bommen veroor
zaakten, waren zoo hevig, dat ma
trozen mededeelden zoo iets ver
schrikkelijks nog nimmer te hebben
meegemaakt.
De duikbootenoorlog.
Eiken dag brengt nog weer nieuwe
slachtoffers van de Duitsche duik-
booten. Ten Z.W. van kaap Lizard
werd het ss. „Inkum" getorpedeerd,
zonder voorafgaande waarschuwing.
De bemanning werd echter gered.
Een Deensche driemast schoener
de „Fermo" geladen met hout, ko
mende van Kopenhagen en bestemd
voor het Kanaal van Bristol, is door
de Duitschers verbrand, nadat de be
manning in de booten was gegaan.
Het Zweedsche stoomschip „Lap
land" werd eveneens zonder vooraf
gaande waarschuwing in den grond
geboord. De bemanning werd gered.
Door een torpedoschot werd het
Noordsche stoomschip „Cubano" tot
tot zinken gebracht. De bemanning
werd in Engeland aan wal gebracht.
Een bericht van 6 Juni meldt het
in den grond boren van het Engel
sche stoomschip „Dulwich Head".
Verder werden vanaf 3 Juni nog
9 trawlers getorpedeerd. De beman
ning werden gered.
Boefjes aan het front.
Het is George Cain, die ons in den
„Temps" eeDige treffende geschiede
nissen vertelt van zonderlinge ele
menten aan het front, lastige kerels
in de gewone maatschappij, deug
nieten en roerige boosdoeners,
...maar die, nu ze de militaire uniform
hebben mogen aantrekken, zich niet
minder onderscheiden dan de besten
onder do Fransche soldaten.
Eén van hen kwam er rond voor
uit, toen er een levensgevaarlijke
opdracht te vervullen viel, en hij om
de eer vroeg daartoe te worden aan
gewezen „J'ai des choses ii racheter".
Verschillende van die lastige ele
menten zijn blijkbaar bij elkaar ge
bracht, maar ze gunnen het elkaar
niet, om een moeilijke opdracht te
mogen vervullen. Toen onlangs een
vooruit-geschoven compagnie terug
geroepen moest worden, omdat ze
gevaar liep te worden afgesneden
en omsingeld, werd een vrijwilliger
gevraagd, om het belangrijke bericht
over te brengen, drie estafetten
lagen reeds dood voor de loopgraven,
want het was zoo goed als onmogelijk
onder het vijandelijke vuur de op
dracht te volbrengen.
Nauwelijks had de commandant
echter om een vrijwilliger gevraagd,
of vijf van do lastigste elementen
van het boeven-troepje treden naar
voren. Als de commandant het lot
wil laten beslissen, is er één, die
zich daartegen verzet.
- „Laat u mij maar gaan," zegt
de soldaat, „ik heb wat op m'n kerf
stok van vroeger, en dit is dus meteen
een goede kans om m'n lei schoon
te was9chen!"
Hij gaat, ontsnapt aan het woe
dende vuur der vijandelijke loop
graven hij brengt het bericht over,
redt aan tweehonderdvijftig van zijn
kameraden het leven, weet zijn eigen
loopgraven weer te bereikenmaar
vlak ervoor t>;«melt hij neer, met
een doodelljk sJidt -la de borsL
Z'n lei bad bij schoon gewasschen
il avait racheté!
Uit België.
Men schrijft uit Nispen:
Gedurende de laatste 4 dagen waren
de geweren van de in Esschen op
posL staande Duitsche landweersol
daten ingetrokken om naar het front
te worden opgezonden. Gisteren werd
aan al de op post staande Duitschers
een Russisch geweer uitgereikt.
Minister Augagneur over den
strijd ter zee.
Berlijn, 5 Juni. De correspondent
van de „Corriere della Sera" te Parijs,
heeft een onderhoud gehad met den
minister van Marine Augagneur,
waarbij deze verklaarde, dat de tijd-
van groote daden tor zee voor altlid
voorbij was en dat de vlootvoogden
der bondgenooten van de entente zich
derhalve goed- of kwaadschiks aan
de door den toestand opgedrongen
nieuwe wijze van oorlogvoeren, welke
niemand heeft kunnen voorzien, moe
ten onderwerpen. De strijd tegen
Duitsche duikbooten is zeker buiten
gewoon moeilijk en het was onmo
gelijk geweest het verschijnen van
Duitsche duikbooten in de Middel-
landsche Zee te verhinderen. Kan
men, zeide Augagneur verder, een
visch beletten om te zwemmen Op
de vraag, waarom do Engelsche en
Fransche duikbooten zoo weinig uit
gericht hebben, antwoordde de mi
nister, dat voor de actie der Engel
sche en Fransche duikbooten het
doelwit ontbrak.
Een militaire vllegster.
St. Petersburg, 5 Juni. Een vrou
welijke studente van de hoogeschool
te St. Petersburg is een van de koen-
stc Russischevliegers. Zij is,onlangs ge
wond aan arm en been te Kief aangeko
men Zij werd getroffen, terwijl zij over
zekere Oostenrljksch stellingen vloog.
Zij hield haar machino in bedwang
totdat zij behouden achter de Russi
sche linie was geland.
Geruchten over vredes
onderhandelingen.
Berlijn, 5 Juni. De Norddeutsche
Allgemeine Zeitung schrijft: In de
Berge Tagewacht wordt oen sociaal
democratische oproeping weergege
ven, waarin, onder een felle aanklacht
tegen het impenilisme, wordt beweerd,
dat-Duitschland een aanbod van Enge
land om vredo te sluiten, van de
hand heeft gewezen. Ook in arbeiders
kringen alhier probeert men het ge
rucht te verspreiden, dat in-Maart
een aanzienlijk Amerikaan herwaarts
vredesaanbiedingen van Engeland zou
hebben overgebracht.
Wij (d. i. de Norddeutsche) con-
stateeren, dat herwaarts niets van
Engelsche zijde, wat op vrede be
trekking heeft, gekomen is.
Wel is in Maart een aanzienlijk
Amerikaan, die een reis naar deEuro-
peesche hoofdsteden deed om zich op
de hoogte stellen van de stemming,
komend van Parijs en Londen, ook
in Berlijn geweest. Hij kon hier echter
niets anders vertellen, dat noch in
Parijs, noch in Londen neiging be
stond om vredes-onderhandelingen
te beginnen.
Ingezonden Mededeeling.
HERMAN NYPELS HELDER.
Heerenmode-Artlkelan.
Gemaakte kleeding.
Klaedlng naar maat.
Steeds het nieuwste.
Een rede van Churchill.
Londen, 5 Juni. Sprekende in Dun-
dee heeft Churchill gezegd: Het ge
vaar voor duikbooten ia binnen
zekere grenzen beperkt. Onze werke
lijke sterkte ter zee wordt iederen
dag grooter. Aan het einde van het
jaar zal onze vloot verstrekt zijn op
een manier die ongelooflijk zou zyn,
als men niet met naakte feiten te
doen had.
Over de Dardanellen zeide hij„Wij
staan op enkele mijlen afstands van
een overwinning, zooals in dezen
oorlog niet is vertoond en die alle
verliezen zal goedmaken".
BINNENLAND.
Crediet voor den kleinen
middenstand.
Do commissie van van uitvoering
in zake de voorzienning in de cre-
dietbehoefte van den kleinen midden
stand, tengevolge van de crisis, heeft
thans aan de verschillende banken,
die zich op het gebied van het mid-
deustandscrediet. bewegen, een exem
plaar doen toekomen van de hoofd
punten van het plan tot vergemak
kelijking der voldoening aan de ere-
dietbehoefte van den kleinen midden
stand als gevolg van de oorlogscrisis,
met eenige toelichtingen aangevuld.
De commissie verzoekt do banken,
welke willen medewerken, haar vóór
8 Juni a.s. een desbetreffende ver
klaring te doen toekomen, oventueel
door bemiddeling van de Centrale,
waarbij de bank is aangesloten of
anders rechtstreeks.
Aan de toelichting betreffende de
bekende hoofdpunten wordt het vol
gende ontleend:
Tot het verschaffen van crediet
aan lieden, die niet op een of andere
wijze zelfstandig kleine zaken drij
ven, wordt de bemiddeling van deze
organisatie niet verleend.
Den banken, welke niet bij een
Centrale zijn aangesloten, zouden kun
nen toetreden tot de Nederlandsche
Vereeniging tot Verbetering van het
Volkscrediet, Keizersgracht 263 te
Amsterdam.
Genoemde vereeniging is speciaal
ter bevordering van het door deze
organisatie beoogde doel opgericht.
H. M. de Koningin heeft welwil
lend het eere voorzitterschap van de
algemeene commissie aanvaard.
Ten einde een nuttig gebruik te
kunnen maken van het voordeel van
lokale bekendheid, moet de crediet-
nemer zich wonden tot een aan de
organisatie deelnemende bank, die in,
of wanneer niet anders mogelyk, het
dichtst bij de plaats zijner inwoning
gevestigd is.
Het maximumcrediet aan één per
soon te verleenen is vastgesteld op
f 1000, waarvan in bijzondere geval-
leu met toestemming van den minis
ter van fmancién kan worden afge
weken.
De voorschotten .worden ten hoog
ste voor den tijd van 2 jaar verleend.
Wanneer zulks dan nog noodig zou
zijn, kan het crediet verleDgd of ver
nieuwd worden.
De rente mag b(j voorbaat door de
betrokken bank bij de hoofdsom wor
den gevoegd, echter met dien ver
stande, dat voor elk halfjaar slechts
rente mag worden berekend over het
bedrag, dat volgens de overeengeko
men wijze van aflossing bij den aan
vang van dat halfjaar nog zal uit
staan.
Het is geoorloofd, naast het schuld
boekje den credietnemer een akte
van geldleening te doen teekenen,
zooals bij de betrokken bank gebrui
kelijk is, mits een model hiervan
eerst aan de commissie van uitvoe
ring ter inzage wordt gezonden.
Er zal crediet kunnen worden ver
leend onder gedeeltelijke staatsgaran
tie, wanneer niet minder dan '/j van
het risico, dat niet door den staat
gedekt is, wordt gedragen hetzij door
de locale vbank, hetzij door een na
tuurlijken of rechtspersoon, in dezelfde
gemeente of omgeving gevestigd,
welke buiten twijfel tot die dekking
In voldoende mate.in staat is.
Het is echter .geoorloofd, dat de
locale bank zich voor de geff
hoofdsom door een borg of andere
zekerheid doet dekken.
UIT DE PERS.
De nieuwe Landstormwet.
„Het Yolk" schrijft over het nieuwe
wetsontwerp
De regeering vraagt de bevoegdheid,
om alle weerbare mannen tot 40 jaar
toe in te lijven en te oefenen. In don
oorlogstoestand is alles anders dan
anders, ook de manier, waarop de
Nederlandsche regeering een zaak
van zoo groot belang b|j de Staten-
Generaal aanhangig maakt. In ge
wone tijden zou het wetsontwerp zelf
een boekdeel, de memorie van toe
lichting een foliant zijn, en dan zouden
er nog een aantal zware bylagen met
statistieken en rapporten zijn bijge
voegd. Nu wordt de heele kwestie
behandeld op twee blaadjes papier,
één voor het ontwerp en één voor
de toelichting.
Heeft dit het voordcol, dat men
niet in bijzaken verdrinkt, wie zich
een eenigszins behoorlijk inzicht wil
verschaffen in wat de regeering wil,
vindt deze manier van behandelen
toch wel wat heel mager.
Het socialistisch orgaan bespreekt
kort den inhoud van het ontwerp,
en laat daarop volgen:
Men ziet, er zit in dit ontwerp van
alles. De rog9ering vraagt feitelijk de
bevoegdheid om te beschikken over
alle gave mannen tot 40 jaar. Hoe
z(j van die bevoegdheid gebruik
maken? Geleidelijk. Tot aflossing van
de dienende troepen alleen Naar het
schijnt, voorloopig. In geval van
noodzakelijkheid echter Wat be-
teekent hier het woord noodzakelijk
heid? Hoe lang zal de oefentijd duren?
Hoe zal er worden geoefend? Worden
de geoefenden inderdaad beschouwd
als „afgeëxerceerde" soldaten? Mag
t hen met gerustheid de hand
having der neutraliteit opdragen?
Zoo kan men doorgaan met vragen,
en het zal wel niet mogelijk zijn,
zich volledig rekenschap te geven van
de beteekenis van dit voorstel, voor
en meer uitvoerige memorie van
antwoord is verschenen. Omtrent
het kader, dat deze nieuwe troepen
zal onderrichten en aanvoeren, zegt
de toelichting geen enkel woord.
Vermoedelijk zal het kader, dat thans
dient, in dienst worden gehouden.
Wij zullen ons thans niet verder
verdiepen in nieuwe vragen. Wij
achten het ook beter, om op dit oogen-
blik nog geen oordeel uit te spreken.
Wat allereerst noodig is, zijn de ge-
gegevens Waarop een oordeel kan
rusten. Van de uitvoering van dit
wetsontwerp hangt alles af. Hoe de
regeering zich de uitvoering denkt,
zegt alleen het woord ge lij d e 1 ij k.
Dit is al te weinig gezegd. Van den
aanvang af hebben wij op het stand
punt gestaan, dat de regeering, die
voor de landsverdediging verantwoor
delijk is, moet weten wat zij daarvoor
noodig heeft. Zoolang het minister
Bosboom is, die versterking van het
leger vraagt, heeft onze Kamerfractie
die dan ook toegestaan; zij verzotte
zich niet tegen de vervroegde in
lijving der lichtingen 1915 en 1916,
en zij gaf hem de beschikking over
een paar oude militielichtingen, die
voor de invoering van de wet-Colljn
waren ontslagen. Bedoelt de regeering
een verdere versterking van het
leger in dezelfde lijn? Of is het niet
meer de regeering, die thans spreekt,
maar zijn het bewindslieden, ge
schoven door de agitatie van het
nieuwe, groote leger, dat de militairen
en de meest krijgshaftige, om niet
te zeggen krijgszuchtige, elementen
ten der bourgeoisie verlangen?
Van het antwoord op deze vraag
moet onze houding tegenover dit
wetsontwerp afhangen; en reeds nu
hierop het antwoord te geven schynt
ons niet doenlijk.
„Het Centrum" is van meening,
dat uit het wetsontwerp volgt;
iedereen, tenzij hij wordt afgekeurd,
zal voortaan soldaat moeten worden.
Men zal dit ontwerp dus niet heb
ben te beschouwen als een voorstel,
dat op zichzelf staat.
Het is niet anders dan een begin,
een inleiding van hetgeen daarop
volgen zal.
En als zoodanig bepaalt het zich
blijkbaar in zijne bedoeling niet tot
de eischen van het oogenblik, tot
voorziening in den noodtoestand,
waarin de oorlog ook de neutralen
heeft gebracht; hebben wjj dus niet
te doen met een louter tydelhken
maatregel, maar wordt de grondslag
gelegd voor een hervorming van
algemeenen aard, vèr heenreikende
over de buitengewone eischen van
het heden en diep ingrijpende in ons
volksleven.
Men heeft zich daarvan ter dege
rekenschap te geven.
Waaruit dan ook, dunkt ons, volgt,
dat men tegenover dit ontwerp anders
staat, dan tegenover maatregelen en
voorzieningen, hoe drukkend ook, die
enkel golden voor dezen abnormalen
tijd.
De vraag is than3 aan de orde
gesteld, wat algemeene dienstplicht
voor ons land beteekent, wat hij
meebrengt aan lasten, maatschap
pelijk, economisch financieel, wat hij
zal eischen van het gezin, met name
van het groote gezin, enz.
Tot dusver kon men van oordeel
zijn, dat het moment, om daarover
in bijzonderheden te treden, of om
er zelfs maar over te discusseeren,
niet gekomen was, en dat daartoe
een minder spannende en abnormale
tijd moest worden afgewacht.
Maar nu het erom gaat, „geleidelijk
onze weermacht te versterken" en de
gelegenheid te openen, dat deel van
ons volk tot den krijgsdienst te ver
plichten, dat thans nog niet tot ge
wapende dienst kan worden geroepen,
is de zaak vanzelf aan de orde.
De vraag is nu niet enkel meer,
of men een schakel zal smeden, maar
ook hoe lang en zwaar de keten
worden zal, waarin b(j past.
Men heeft het recht daaromtrent
klaarheid en nadere inlichtingen te
verlangen.
SPORT.
Voetbal.
Ean RauzendagII
H.F.C.-U.V.V. 2-3.
Zoo'n ontzaglijke menschenmassa
hebben we nog nooit bijeen gezien
als verleden Zondag op den Bolweg.
Ruim 2800 betalende bezoekers pas-
het loket. Dit, gevoegd bij
de paar honderd leden en donateurs,
brengt ons tot een totaal van ruim
8000 personen. Zij hebben zich hun
aanwezigheid stellig niet beklaagd.
Inderdaad is 't een fraaie wedstrijd
geworden, waarin U. V. V. slechts
met de grootste klachtsinspanning
en eerst 6 minuten vóór 't eind er
in slaagde 't winnende punt te maken.
Daar U.V.V. den trein had gemist,
verschenen de spelers pas om half
vier. De reeds aanwezigen werden
bezig gehouden door een wedstrijd
tusschen H.F.C. II tegen Victoria, dio
door de laatste met 2-1 werd ge
wonnen. Precies om 4 uur fluit de
heer Pelser de spelers in 't veld en
kunnen we conatateeren dat 't inter
nationale duo Vos-Buitenweg present
is. De H.F.C.-verdedigers zetten zich
al schrap bij 't zien dezer gevreesde
goalgetters en direct worden zij dan
ook door hen aan den tand gevoeld
als Jan Vos aftrapt en Buitenweg
regelrecht op Persoon aanstormt.
Sam Meerburg ontneemt bfem echter
't leder en geeft 't aan Steur, die een
snellen aanval leidt op't U.V.V.-doel.
Swarttouw is hier echter eenenorm
struikelblok, die een buitengewone
meesterschap over den bal blijkt te
bezitten en bijna feilloos de in zijn
nabijheid komende schoten terugzendt.
Vooral na de rust was hij bijzonder
op dreef. Geen enkelen bal, hoog of
laag aankomend, heeft hij toen ge
mist. Weer valt Vos aan, maar moot
in Bak zijn meerdere erkennen, wat
hem dien middag nog al eens over
kwam. Handig speelt hij den bal
den linksbinnen toe, die hoog voor
zet. Jan Vos weet zich intusschen
voor doel ongedekt op te stellen on
jaagt den bal keihard langs Persoon,
dezen geen schijn van kans gevende.
Hartelijk applaus beloont den inter
nationaal voor dit fraaie doelpunt.
Er is dan een ruim half uur gespeeld,
H.F.C.'s-voorhoede laat dan eenigs
zins den moed zakken. In deze periode
werd er van rechts nogal eens ach-
tergetrapt. De druk der U.V.V.-ers
wordt steeds grooter on waren de
backs N, N. en Meerburg niet zoo
prachtig in vorm geweest, de voor
sprong zou zeker grooter zijn gewor
den. Persoon kreeg feitelijk haast
geen gevaarlijke schoten te verwer
ken. Na nog eenige aanvallen der
H.F.C.-ere, waar vooral de linker
vleugel zich 't meest roerde en Dito
eenige pracht-corners nam, breekt de
rust aan. Na 10 minuten trapt Steur
weer voor H.F.C. af en alsof do spe
lers in de pauze nieuwen moed heb
ben verzameld, zoo stormen ze regel
recht op het Utrechtsche doel af.
Een reusachtig hard schot van Steur
kan de keeper slechts vallende red
den en had er op dit moment een
H.F.C.-er ingeloopen, dan was het
le tegenpunt toen al gemaakt, ge
weest. Nu redt Swarttouw. Het blijkt
echter uitstel van executie te zijn.
Bak vangt op en geeft den bal aan
Steur, die hem naar den rechter
vleugel speelt. Aardweg ontsnapt aan
Swarttouw en zet scherp voor doel.
Steur staat een oogenblik vrjj, bedenkt
zich niet lang en jaagt den bal in
denzelfden vaart het net in. Een
ontzettend gejuich barst los na dit
l'raaie staaltje voetbal en is van nu
af bijna niet van de lucht geweest.
De spelers prikkelt het tot nog groo
ter inspanning. Enorm hard wordt
er gewerkt, overdonderend komen
de H.F.C-ers telkens opzetten, her
haaldelijk breekt Aardweg na fraai
samenspel met Taylor door. De backs
kunnen zich hen niet van 't ljjf
houden. Hoe ver en zuiver ze ook
trappen Bak, Kikkert en v. d. Poll
vangen alles op en geven de U.V.V.-
voorhoede weinig kans. Weer krijgt
Steur den bal toegespeeld; hij trapt
dezen schuins-rechts hard vooruit,
Charles rent in vliegende vaart naar
voren en vóór een der backs hem
bereiken kan, lost hij een enorm hard
schot op doel, dat buiten bereik van
den verrasten keeper in den linker
bovenhoek van zijn heiligdom belandt.
2—1. 't Publiek is nu niet meer te
houden in zijn geestdrift, met hoeden
en petten zwaaiend wordt Taylor
als 't ware een ovatie gebracht voor
dit bijzonder fraaie doelpunt! Met
een nederlaag in 't vooruitzicht be
gint U.V.V. zich nu duchtig te roe
ren en hoe stevig do H.F.C.-ers ook
verdedigen, weldra toont zij dat zij
niet voor niets twee internationals
in de voorhoede telt. Het tweetal
drijft handig door alles heen en Bui
tenweg maakt weldra het gelijkma
kende doelpunt. Op dezelfde manier
komt zoo no. 3, met dit verschil,
dat de rechtsbinnen nu de taak van
goalgetter overnam. Zes minuten
daarna is 't afgeloopen en behoort
deze prachtige wedstryd al weer tot
het verleden. Mooier propaganda is
er hier nooit voor voetbal gemaakt
en 't H.F.C.-bestuur met zijn kranig
elftal kan dan ook met voeldoening
en trots op dezen dag terugzien. Aan
al de spelers van het H.F.C.-elftal
onze bijzondere huldeZoo hebben
wij hen nog nooit zien spelen! Geen
enkel zwak plekje zouden wij in het
elftal kunnen aanwijzen. We kunnen
dan ook verzekeren dat de Utrecht
sche spelers met een zeer gunatigen
indruk van het Heldersche voetbal
spel zijn huiswaarts gekeerd.
Nog behooren wij te vermelden de
aardige attentie van den heer Van
Dijk, die de dames van de H.F.C.-
bestuurderen met fraaie bloemruikora
huldigde.