HELDERSCHECOURANT VOORHEEN GENAAMD 'T VLIEGEND BLAADJE Nieuwsblad voor Helder, Koegras, Texel, Wieringen en Anna Paulowna No. 4475 DINSDAG 8 JUNI 1915 43e JAARGANG Abonnement per 3 mnd. 65 ct., franco per post 90 ct., Buitenland 1.90 Zondagsblad 37 V 45 „0.75 Modeblad 65 75 „1.00 Voor hot Buitenland bij vooruitbetaling - Losse nummers der Courant 2 ct. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag UITGEVER: C. DE BOER Jr. - HELDER Bureau: Koningstraat 29 - Interc. Telefoon 50 Advertentiën van 1 tot 4 regels (bij vaoruitbet.) 30 cent. Elke regel moer 6 ct. Ingezonden mededeelingen van 1 tot 4 regels 75 cent. Elke regel meer 15 cent. Advertentiën op bepaald aangewezen plaatsen worden 25°j'o hooger berekend. Groote letters en clictié's naar plaatsruimte. - Bewijs-exemplaar 2} cent. 0p pag. 4 van dit no. zijn opgenomen 1. Uit den Omtrek. 2. Ingezonden. 3. Feuilleton, enz. LIJST van ingekomen en vertrokken personen. 3Van: Gel. N.H. Geen. -I-Pllnet, huishoudster, HooWgr. 8. A'dam. N-H. A. Verhor3t, korp.-m.dr., Oranjestr. 2, A'dam. R.C. M.Bakkor, dlonstb., Koegras214, Wieringen.N.H. G.Schot, dienstbode, Koogras 64, Castricum. R.C. W.W.v.d.Vet, 8gt.-z.vpl., Stetionsw.5, A'dam.N.H. LJ.Daaldor, ambt.socr., Middonstr. 46, Texel. D.G. C.Kramer, ass.-mach., Middeustr. 45, A'dam. N.H. N.D.Metselaar, amanuensis viBSChwjj-inst, aad. 82 w, A'dam. N.H. .I.H.A.Blauwkuip,schr.R.W., Calif.str.9, id. D.G. D.v.Zuiidam, lottorz., Ie Wil ludw.str. 2, Zaltb. N.H. E.v.Oosterhont-HIllen, buish., Dykstr. 22, Berghem (België). R.C. A.Korlman, metselaar, Binnenh. 86. 's Hago. N.H. C.Wjjker, tud. opz. R.W., Weststr.86, Zwolle. A. Delver, arbeider. Koegras 242, Züpo. J„T.Ruis, metselaar, Weltevreden 84, Zijpe. VERTROKKEN. Naam: Boroop: Van: Naar: Gel. L.P.H.v.Bakol, bierli., Stationsw. 6, Schoten. R.0. Wed.H.A.Sallé, zonder, idem, idem. K.Ursem,landb„ Langestr.il, H.-Hugowaard. A.Bu)irs,pastoor, Jan in 't Veltstr.92, Texel. H.H. Janssen, 2e st.koopv.,Loodsgr.22,BuikslN.H. DJ3Ü1, bankwerker, Spoorstr. 47, Alkmaar. O.Ger. Jb. Smids, bankwerker, Weeshuis, A'dam. RC. J.W.v.Heusdon-Over do Linden, zonder, Kanaalweg7,A'dam. N.H. G. v. Straaten, smid, Langestr. 6, A'dam. A. Koster, arboider, Hoogstr.29, N.-Scharw. R.C. DE OORLOG. De officleele legerberichten van 4, 5 en 6 Juni. Van het W e s t e 1 ij k front. Uit het Fransche communiqué van den 5en valt op te maken dat de suikerfabriek van Souchez het punt is waarom gestreden wordt. In het bericht wordt medegedeeld dat de Franschen in het bezit bleven van alle veroverde stellingen, dus ook van raffinaderij, en verder dat zij ten N. van het gebouw een Duitsche loop graaf vermeesterden. 1 K.M. ten Z. van Souchez werd bovendien een Duitsche post veroverd. Bij Neuville werden wederom eenige honderden meters terrein gewonnen. - Op deze stellingen en ook op die bij Souchez werden door de Duitschers verschillende aanvallen gedaan. Zij hadden echter geen van alle succes. Door de Duitschers werd met vèr- dragend geschut op de vesting Ver dun geschoten. Het doel werd door de projectielen echter niet bereikt. Door de Franschen werd daarop het zuiderfront van de vesting Metz onder vuur genomen. In het bericht van den 6en wordt medegedeeld, dat Neuville voor twee derden in handen der Franschen is, op het front in deze streek hebben voortdurend hevige artillerie gevech ten plaats. Door de Duitschers werden herhaaldelijk aanvallen gedaan op de hellingen van de heuvel van Notre Dame de Lorette en op een puntten O. van den weg Aix-la-Noulette-Sou- chez. Zij slaagden er echter niet in ook maar eenig voordeel te behalen. Daarentegen vermeesterden de Fran schen eenige loopgraven. Verder wordt van Fransche zijde gemeld, dat een taube bommen op Calais geworpen heeft. Een persoon werd gedood. De materieele schade is van weinig beteekenis. Het Duitsche legerbericht van den 5en erkent dat de suikerraffinaderij in handen der Franschen is, echter niet dan onder de toevoeging, dat er nog om wordt gestreden. Verder wordt medegedeeld dat een aanval der Fran schen bij Neville werd afgeslagen. Over het bombardement van het hoofdkwartier van den Duitschen Kroonprins door Fransche vliegers wordt van Duitsche zijde medegedeeld, dat verscheiden manschappen gedood werden. Ander resultaat had de aan val niet. Van het O o s t e 1 ij k front. Hier blijft het voordeel nog steeds aan de zijde der Duitschers en Oosten rijkers, voor zoover het betreft het gedeelte van het front dat zuidelijk van Jaroslau is gelegen. Aan den be nedenloop van de San trachten de Russen een grooten druk uitte oefenen op het vijandelijk front en hierdoor te breken. Ofschoon zij hier de over hand hebben schijnt de druk niet groot genoeg te zijn om de Oosten rijkers en Duitschers te bewegen hun offensief op het zuidelijke gedeelte op te geven. Integendeel gaan zij hier steeds voorwaarts. In het Russische bericht van den 4en wordt ook reeds medegede dat de Russen op de bruggehoofden van den Dnjestr terug moesten trek ken. Hier beproefden de bondgenooten een doorbraak doch zij werden met groote verliezen teruggeslagen. Van het verdere gedeelte van het front wordt gemeld, dat tusschen Przemysl en de Dnjestr aan den vijand reusachtige verliezen werden toegebracht. Aan den beneden San, in de nabij heid van Rudnik, werden de Duit schers tot een ordelooze terugtocht gedwongen. In het bericht van den 5en deelt de Russische generale staf mede, dat de vijand aan den beneden-San terug moest trekken. Op den 4en dezer maakten de Russen hier 1000 ge vangenen. Op den rechteroever van de San, ton O. van Jarolau, werden door de Russen eenige Duitsche loop graven veroverd. Verder wordt gemeld, dat de Oosten rijkers erin slaagden zich tijdelijk meester te maken van het dorp Starzawa. Door een tegen-aanval werden zij echter weer verdreven. Overigens werden de vijandelijke aanvallen over het geheele front af geslagen. In het Duitsche legerbericht van den Ben wordt de ontruiming van het bruggehoofd Sawdyniki door de Russen reeds gemeld. Hierbij maakten de Duitschers 1970 gevangenen. Meer naar het Noorden, in de streek van Popeljany, werden door dë Duitschers voorspoedige ruitergevechten geleverd In Galicié is de toestand ten O. van Jarolau onveranderd. Ten O. van Przemysl rukken do Oostenrijksche en Duitsche troepen op Mosjiska (27 K.M. O. van Przemysl) aan. Volgens het Oostenrijksche leger bericht van den 5en waren de bond genooten reeds tot Mosjiska doorge drongen. In het Z. zijn zij reeds op gerukt tot op de lijn Kalusz-Zurawno. Aan de Pruth duren de gevechten eveneens voort. Door de Russen werden verscheidene aangevallen ge daan, doch zij werden op de rivier teruggeworpen. Het bericht van den Gen weerspreekt het eerste echter.' Hierin wordt ge sproken van het nemen van het dorp Starzawa, waardoor do Oostenrijkers dichter bij Mosjiska kwamen. In de streek ton O. van Stryj werden de Russen bij Kalusz ver slagen en verloren zij aan den Dnjestr het bruggehoofd Zurawno. Do gevechten aan de Proeth du ion voort. Van het Zuidelijk gevechtsterrein. Oostenrijk heeft zijn verdediging tegen een mogelijken Italiaanschen inval blijkbaar uitnemend voorbereid. Tenmitiste, het Italiaansche legerbe richt van den 4en zegt, dat de op- marsch der Italianen aan de Isonzo op groote moeilijkheden stuit wegens de geweldige- verschansingen met groote bezetting van de Oostenrfjkors. Alleen in het Noordelijk gedeelte van het front hadden de Italianen een weinig voordeel. De top van de Monte Nero, welke door hen bezet was, doch waarop door de Oostenrijkers her haaldelijk aanvallen werden gedaan, bleef in hun handen. Het bericht van den 5en meldt ons, dat de Italianen ageeren togen de dorpen Riva, Mori en Roveredo. Het Oostenrijksche legerbericht geeft aan dat er in het grensgebied van Tirol en Karinthie niets van be lang is gehoord. De artilleriegevechten worden hier voortgezet. In het kustgebied werdeD 4 aan vallen der Italianen op de Oostenrijk sche stellingen ten N. van Tolmino afgeslagen. 3 Officieren en 50 man werden gevangen genomen. Hot communiqué van den Ben geeft aan dat het artilleriegevecht in de kuststreek toeneemt. Een poging van de Italianen om bij Sagrado (Z. van Oradisca) de Isonzo over te trekken werd bloedig afgeslagen. In de Dalmatische Zee beschoten Italiaansche schepen de vijandelijke kust. Alle vuurtorens en Seinstations aan de Dalmatische kust werden ver nield. Verder word de spoorweg Cattaro-Ragusa ernstig beschadigd. Bovendien werd Mpnfalcone opnieuw gebombardeerd. Van het Russisch-Turksche ge vechtsterrein komen berichten over verschillende kleinere gevechten waar bij de Russen aan den winnenden hand zijn. Aan de Dardan ellen. Een bericht uit Londen, dd. 4 Juni meldt, dat de algemeene aanval op de Turksche stellingen is begonnen. In een nader bericht werd medege deeld, dat 500 M. terrein werd ge wonnen. 400 Turken werden krijgs gevangen gemaakt. Van Turksche zyde wordt bekend gemaakt, dat sedert den 4en door de geallieerden hevige aanvallen worden ondernomen op het Turksche front bij Sedul-Bahr. Door tegenaanvallen werden zij echter teruggedreven, waar bij de Turken bovendien 5 mitrail leurs vermeesterden. Ook wordt nog medegedeeld, dat in den nacht van den 30ston Mei ten Z. van Lemnos een schip van een onbekend gebleven type door een duikboot tot zinken werd gebracht. Voor Smyrna ging in den nacht van 3 op 4 Mei een Fransche mijnen- zoeker te gronde. Aanvallen van luchtvaartuigen. Engeland heeft weer eens bezoek gehad van een aantal Zeppelins. Deze vlogen boven de Zuid-Oost- en Oost kust van en wierpen bommen op verschillende plaatsen. Volgens be richten van Engelsche zijde werd slechts weinig schade aangericht, ter wijl maar een klein aantal mensehen een ongeluk overkwam. Naar het Duitsche bericht echter mededeelt werden de havenwerken van Harwich rijkelijk met bommen bestrooid, waardoor talrijke felle bran den en ontploffingen plaats hadden. Nadere berichten zullen hieromtrent meer licht moet verschaffen. Op het westelijk front werden bom men geworpen op Calais en St. Dié. In beide plaatsen werd weinig schade aangericht. Een Oostenrljksch vliegtuig vloog over Molfetta en heeft daar bommen doen neervallen op een zwavelfabriek en petroleumtanks. Hierbij werd een arbeider gedood en een vrouw gewond. Molfetta is een aanzienlijke han delshaven bij Bari. (Zuid Italië, aan de Adriatische Zee). Van Fransche zijde. Het Fransche pers-bureau pu bliceert een stuk van het hoogste belang, hetwelk op indrukwekkende wijze den tegen wooraigen moreelen toestand van het Duitsche leger in het licht stelt. Het is het zakboekje van kapitein Sievert, commandant vaü het eerste bataljon van het HIde regiment Duit sche infanterie, in de afgeloopen maand in de gevechten bij Notre Dame de Lorette gedood. Het zak boekje werd op het slagveld in de tasch van Sievert gevonden. Het persbureau geeft er een vertaling van. Iedere bladzijde bevat aanvragen om versterkingen en munitie, die nimmer zijn voldaan en verwijten betreffende onvoldoende en elkander tegenspre kende orders, die van de verwarring bij den generalen staf blijk geven. Sievert beschrijft de demoralisatie van de soldaten, die van alle kanten onder het welgericht vuur worden genomen van artillerie, hetwelk het onmogelijk maakt de troepen van levensmiddelen te voorzien of ze af te lossen als ze uitgeput zijn in de loopgraven, die door de Fransche artillerie in elkaar geschotenzijn. De uitwerking van die artillerie, zegt Sievert, is onbeschrijfelijk. Onze man nen wijken bij iedere' granaat, die valt, van de plaats; men moet hen met den krijgsraad dreigen om hen op hun post te houden. Het voorbeeld dat de compagnies commandanten geven, blijft bijna zonder uitwerking. Het schijnt voor het overige, dat het oppercommando zijn prestige uit het oog verliest. De troepenbewegin gen geschieden maar luk raak. De loopgraveu zijn zeer slecht geconstru-, eord en nauwelijks vatbaar voor ver dediging. De laatste bladzijde van het zak boekje is gedateerd 20 Mei, 11 uur 'savonds. Sievert schrijft: „Het bombardement van heden heeft het overblijfsel van onze loopgraven to taal verwoest. De mannen ontberen sedert drie dagen alle beschutting. Het is onmogelijk om met onze zwakke krachten vol te houden. Van alles waarom ik heb gevraagd is niets aangekomen. Men laat ods in den steek. Het vijandelijk artillerievuur is verschrikkelijk, vooral dat van de zware artillerie, waarvan men de projectielen langzaam hoort naderen. De borstweringen trillen, het hagelt aardkluiten en stukken ijzer op ons neer. Hoe lang nog moeten wij het in deze muizenval uithouden; ik ge loof, dat mijn zenuwen mij begeven. Het vuur heeft zijn grootste, onbe schrijfelijke hevigheid bereikt". Hier eindigt hot zakboekje van Sievert. Elk commentaar zou deze tragischeaanteekeningenverzwakken, die van de zijde "Van onze tegenstan ders een welsprekend getuigenis af leggen van het succes door onze ar tillerie en infanterie behaald en tege lijkertijd aanschouwelijk maken welke bovenmenschelljke inspanning Duitschland reeds verplicht was van zijn legers te vragen, nog vóór de Italiaansche strijdkrachten op het tooneel waren verschenen, die voortaan op een nieuw front zullen deelnemen aan het beleg van de Oostenrljksch- Duitsche vesting. Duitsch vliegtuig boven Londen. Men meldt uit Vlissingen: Hier is Zaterdag binnengekomen de mailboot Prinses Juliana van de Mij. Zeeland, die het volgende rapor- teert: Vrijdagavond om 12 uur, toen de boot te Londen lag en de meeste passagiers zich reeds aan boord be vonden, onder wie 60 Duitsche vrou wen en kinderen, zijn uit een Duitsch vliegtuig, dat van Gravesend kwam, vijf bommen geworpen iu de buurt der mailboot; vier ontploften, terwijl één, die niet ontplofte, slochts tien meter voor den uitkijk in het water viel. Schade is niet aangericht doch onder de passagiers ontstond groote opschudding; vele vielen flauw. Van andere zijde meldt men nog dat de bommen vermoedelijk waren bestemd voor een scheepje beladen met dynamiet, dat op nog geen 100 meter van de mailboot lag.' Eenige ruiten en gloeilampjes op de mailboot zijn stukgesprongen. De schokken, die de bommen veroor zaakten, waren zoo hevig, dat ma trozen mededeelden zoo iets ver schrikkelijks nog nimmer te hebben meegemaakt. De duikbootenoorlog. Eiken dag brengt nog weer nieuwe slachtoffers van de Duitsche duik- booten. Ten Z.W. van kaap Lizard werd het ss. „Inkum" getorpedeerd, zonder voorafgaande waarschuwing. De bemanning werd echter gered. Een Deensche driemast schoener de „Fermo" geladen met hout, ko mende van Kopenhagen en bestemd voor het Kanaal van Bristol, is door de Duitschers verbrand, nadat de be manning in de booten was gegaan. Het Zweedsche stoomschip „Lap land" werd eveneens zonder vooraf gaande waarschuwing in den grond geboord. De bemanning werd gered. Door een torpedoschot werd het Noordsche stoomschip „Cubano" tot tot zinken gebracht. De bemanning werd in Engeland aan wal gebracht. Een bericht van 6 Juni meldt het in den grond boren van het Engel sche stoomschip „Dulwich Head". Verder werden vanaf 3 Juni nog 9 trawlers getorpedeerd. De beman ning werden gered. Boefjes aan het front. Het is George Cain, die ons in den „Temps" eeDige treffende geschiede nissen vertelt van zonderlinge ele menten aan het front, lastige kerels in de gewone maatschappij, deug nieten en roerige boosdoeners, ...maar die, nu ze de militaire uniform hebben mogen aantrekken, zich niet minder onderscheiden dan de besten onder do Fransche soldaten. Eén van hen kwam er rond voor uit, toen er een levensgevaarlijke opdracht te vervullen viel, en hij om de eer vroeg daartoe te worden aan gewezen „J'ai des choses ii racheter". Verschillende van die lastige ele menten zijn blijkbaar bij elkaar ge bracht, maar ze gunnen het elkaar niet, om een moeilijke opdracht te mogen vervullen. Toen onlangs een vooruit-geschoven compagnie terug geroepen moest worden, omdat ze gevaar liep te worden afgesneden en omsingeld, werd een vrijwilliger gevraagd, om het belangrijke bericht over te brengen, drie estafetten lagen reeds dood voor de loopgraven, want het was zoo goed als onmogelijk onder het vijandelijke vuur de op dracht te volbrengen. Nauwelijks had de commandant echter om een vrijwilliger gevraagd, of vijf van do lastigste elementen van het boeven-troepje treden naar voren. Als de commandant het lot wil laten beslissen, is er één, die zich daartegen verzet. - „Laat u mij maar gaan," zegt de soldaat, „ik heb wat op m'n kerf stok van vroeger, en dit is dus meteen een goede kans om m'n lei schoon te was9chen!" Hij gaat, ontsnapt aan het woe dende vuur der vijandelijke loop graven hij brengt het bericht over, redt aan tweehonderdvijftig van zijn kameraden het leven, weet zijn eigen loopgraven weer te bereikenmaar vlak ervoor t>;«melt hij neer, met een doodelljk sJidt -la de borsL Z'n lei bad bij schoon gewasschen il avait racheté! Uit België. Men schrijft uit Nispen: Gedurende de laatste 4 dagen waren de geweren van de in Esschen op posL staande Duitsche landweersol daten ingetrokken om naar het front te worden opgezonden. Gisteren werd aan al de op post staande Duitschers een Russisch geweer uitgereikt. Minister Augagneur over den strijd ter zee. Berlijn, 5 Juni. De correspondent van de „Corriere della Sera" te Parijs, heeft een onderhoud gehad met den minister van Marine Augagneur, waarbij deze verklaarde, dat de tijd- van groote daden tor zee voor altlid voorbij was en dat de vlootvoogden der bondgenooten van de entente zich derhalve goed- of kwaadschiks aan de door den toestand opgedrongen nieuwe wijze van oorlogvoeren, welke niemand heeft kunnen voorzien, moe ten onderwerpen. De strijd tegen Duitsche duikbooten is zeker buiten gewoon moeilijk en het was onmo gelijk geweest het verschijnen van Duitsche duikbooten in de Middel- landsche Zee te verhinderen. Kan men, zeide Augagneur verder, een visch beletten om te zwemmen Op de vraag, waarom do Engelsche en Fransche duikbooten zoo weinig uit gericht hebben, antwoordde de mi nister, dat voor de actie der Engel sche en Fransche duikbooten het doelwit ontbrak. Een militaire vllegster. St. Petersburg, 5 Juni. Een vrou welijke studente van de hoogeschool te St. Petersburg is een van de koen- stc Russischevliegers. Zij is,onlangs ge wond aan arm en been te Kief aangeko men Zij werd getroffen, terwijl zij over zekere Oostenrljksch stellingen vloog. Zij hield haar machino in bedwang totdat zij behouden achter de Russi sche linie was geland. Geruchten over vredes onderhandelingen. Berlijn, 5 Juni. De Norddeutsche Allgemeine Zeitung schrijft: In de Berge Tagewacht wordt oen sociaal democratische oproeping weergege ven, waarin, onder een felle aanklacht tegen het impenilisme, wordt beweerd, dat-Duitschland een aanbod van Enge land om vredo te sluiten, van de hand heeft gewezen. Ook in arbeiders kringen alhier probeert men het ge rucht te verspreiden, dat in-Maart een aanzienlijk Amerikaan herwaarts vredesaanbiedingen van Engeland zou hebben overgebracht. Wij (d. i. de Norddeutsche) con- stateeren, dat herwaarts niets van Engelsche zijde, wat op vrede be trekking heeft, gekomen is. Wel is in Maart een aanzienlijk Amerikaan, die een reis naar deEuro- peesche hoofdsteden deed om zich op de hoogte stellen van de stemming, komend van Parijs en Londen, ook in Berlijn geweest. Hij kon hier echter niets anders vertellen, dat noch in Parijs, noch in Londen neiging be stond om vredes-onderhandelingen te beginnen. Ingezonden Mededeeling. HERMAN NYPELS HELDER. Heerenmode-Artlkelan. Gemaakte kleeding. Klaedlng naar maat. Steeds het nieuwste. Een rede van Churchill. Londen, 5 Juni. Sprekende in Dun- dee heeft Churchill gezegd: Het ge vaar voor duikbooten ia binnen zekere grenzen beperkt. Onze werke lijke sterkte ter zee wordt iederen dag grooter. Aan het einde van het jaar zal onze vloot verstrekt zijn op een manier die ongelooflijk zou zyn, als men niet met naakte feiten te doen had. Over de Dardanellen zeide hij„Wij staan op enkele mijlen afstands van een overwinning, zooals in dezen oorlog niet is vertoond en die alle verliezen zal goedmaken". BINNENLAND. Crediet voor den kleinen middenstand. Do commissie van van uitvoering in zake de voorzienning in de cre- dietbehoefte van den kleinen midden stand, tengevolge van de crisis, heeft thans aan de verschillende banken, die zich op het gebied van het mid- deustandscrediet. bewegen, een exem plaar doen toekomen van de hoofd punten van het plan tot vergemak kelijking der voldoening aan de ere- dietbehoefte van den kleinen midden stand als gevolg van de oorlogscrisis, met eenige toelichtingen aangevuld. De commissie verzoekt do banken, welke willen medewerken, haar vóór 8 Juni a.s. een desbetreffende ver klaring te doen toekomen, oventueel door bemiddeling van de Centrale, waarbij de bank is aangesloten of anders rechtstreeks. Aan de toelichting betreffende de bekende hoofdpunten wordt het vol gende ontleend: Tot het verschaffen van crediet aan lieden, die niet op een of andere wijze zelfstandig kleine zaken drij ven, wordt de bemiddeling van deze organisatie niet verleend. Den banken, welke niet bij een Centrale zijn aangesloten, zouden kun nen toetreden tot de Nederlandsche Vereeniging tot Verbetering van het Volkscrediet, Keizersgracht 263 te Amsterdam. Genoemde vereeniging is speciaal ter bevordering van het door deze organisatie beoogde doel opgericht. H. M. de Koningin heeft welwil lend het eere voorzitterschap van de algemeene commissie aanvaard. Ten einde een nuttig gebruik te kunnen maken van het voordeel van lokale bekendheid, moet de crediet- nemer zich wonden tot een aan de organisatie deelnemende bank, die in, of wanneer niet anders mogelyk, het dichtst bij de plaats zijner inwoning gevestigd is. Het maximumcrediet aan één per soon te verleenen is vastgesteld op f 1000, waarvan in bijzondere geval- leu met toestemming van den minis ter van fmancién kan worden afge weken. De voorschotten .worden ten hoog ste voor den tijd van 2 jaar verleend. Wanneer zulks dan nog noodig zou zijn, kan het crediet verleDgd of ver nieuwd worden. De rente mag b(j voorbaat door de betrokken bank bij de hoofdsom wor den gevoegd, echter met dien ver stande, dat voor elk halfjaar slechts rente mag worden berekend over het bedrag, dat volgens de overeengeko men wijze van aflossing bij den aan vang van dat halfjaar nog zal uit staan. Het is geoorloofd, naast het schuld boekje den credietnemer een akte van geldleening te doen teekenen, zooals bij de betrokken bank gebrui kelijk is, mits een model hiervan eerst aan de commissie van uitvoe ring ter inzage wordt gezonden. Er zal crediet kunnen worden ver leend onder gedeeltelijke staatsgaran tie, wanneer niet minder dan '/j van het risico, dat niet door den staat gedekt is, wordt gedragen hetzij door de locale vbank, hetzij door een na tuurlijken of rechtspersoon, in dezelfde gemeente of omgeving gevestigd, welke buiten twijfel tot die dekking In voldoende mate.in staat is. Het is echter .geoorloofd, dat de locale bank zich voor de geff hoofdsom door een borg of andere zekerheid doet dekken. UIT DE PERS. De nieuwe Landstormwet. „Het Yolk" schrijft over het nieuwe wetsontwerp De regeering vraagt de bevoegdheid, om alle weerbare mannen tot 40 jaar toe in te lijven en te oefenen. In don oorlogstoestand is alles anders dan anders, ook de manier, waarop de Nederlandsche regeering een zaak van zoo groot belang b|j de Staten- Generaal aanhangig maakt. In ge wone tijden zou het wetsontwerp zelf een boekdeel, de memorie van toe lichting een foliant zijn, en dan zouden er nog een aantal zware bylagen met statistieken en rapporten zijn bijge voegd. Nu wordt de heele kwestie behandeld op twee blaadjes papier, één voor het ontwerp en één voor de toelichting. Heeft dit het voordcol, dat men niet in bijzaken verdrinkt, wie zich een eenigszins behoorlijk inzicht wil verschaffen in wat de regeering wil, vindt deze manier van behandelen toch wel wat heel mager. Het socialistisch orgaan bespreekt kort den inhoud van het ontwerp, en laat daarop volgen: Men ziet, er zit in dit ontwerp van alles. De rog9ering vraagt feitelijk de bevoegdheid om te beschikken over alle gave mannen tot 40 jaar. Hoe z(j van die bevoegdheid gebruik maken? Geleidelijk. Tot aflossing van de dienende troepen alleen Naar het schijnt, voorloopig. In geval van noodzakelijkheid echter Wat be- teekent hier het woord noodzakelijk heid? Hoe lang zal de oefentijd duren? Hoe zal er worden geoefend? Worden de geoefenden inderdaad beschouwd als „afgeëxerceerde" soldaten? Mag t hen met gerustheid de hand having der neutraliteit opdragen? Zoo kan men doorgaan met vragen, en het zal wel niet mogelijk zijn, zich volledig rekenschap te geven van de beteekenis van dit voorstel, voor en meer uitvoerige memorie van antwoord is verschenen. Omtrent het kader, dat deze nieuwe troepen zal onderrichten en aanvoeren, zegt de toelichting geen enkel woord. Vermoedelijk zal het kader, dat thans dient, in dienst worden gehouden. Wij zullen ons thans niet verder verdiepen in nieuwe vragen. Wij achten het ook beter, om op dit oogen- blik nog geen oordeel uit te spreken. Wat allereerst noodig is, zijn de ge- gegevens Waarop een oordeel kan rusten. Van de uitvoering van dit wetsontwerp hangt alles af. Hoe de regeering zich de uitvoering denkt, zegt alleen het woord ge lij d e 1 ij k. Dit is al te weinig gezegd. Van den aanvang af hebben wij op het stand punt gestaan, dat de regeering, die voor de landsverdediging verantwoor delijk is, moet weten wat zij daarvoor noodig heeft. Zoolang het minister Bosboom is, die versterking van het leger vraagt, heeft onze Kamerfractie die dan ook toegestaan; zij verzotte zich niet tegen de vervroegde in lijving der lichtingen 1915 en 1916, en zij gaf hem de beschikking over een paar oude militielichtingen, die voor de invoering van de wet-Colljn waren ontslagen. Bedoelt de regeering een verdere versterking van het leger in dezelfde lijn? Of is het niet meer de regeering, die thans spreekt, maar zijn het bewindslieden, ge schoven door de agitatie van het nieuwe, groote leger, dat de militairen en de meest krijgshaftige, om niet te zeggen krijgszuchtige, elementen ten der bourgeoisie verlangen? Van het antwoord op deze vraag moet onze houding tegenover dit wetsontwerp afhangen; en reeds nu hierop het antwoord te geven schynt ons niet doenlijk. „Het Centrum" is van meening, dat uit het wetsontwerp volgt; iedereen, tenzij hij wordt afgekeurd, zal voortaan soldaat moeten worden. Men zal dit ontwerp dus niet heb ben te beschouwen als een voorstel, dat op zichzelf staat. Het is niet anders dan een begin, een inleiding van hetgeen daarop volgen zal. En als zoodanig bepaalt het zich blijkbaar in zijne bedoeling niet tot de eischen van het oogenblik, tot voorziening in den noodtoestand, waarin de oorlog ook de neutralen heeft gebracht; hebben wjj dus niet te doen met een louter tydelhken maatregel, maar wordt de grondslag gelegd voor een hervorming van algemeenen aard, vèr heenreikende over de buitengewone eischen van het heden en diep ingrijpende in ons volksleven. Men heeft zich daarvan ter dege rekenschap te geven. Waaruit dan ook, dunkt ons, volgt, dat men tegenover dit ontwerp anders staat, dan tegenover maatregelen en voorzieningen, hoe drukkend ook, die enkel golden voor dezen abnormalen tijd. De vraag is than3 aan de orde gesteld, wat algemeene dienstplicht voor ons land beteekent, wat hij meebrengt aan lasten, maatschap pelijk, economisch financieel, wat hij zal eischen van het gezin, met name van het groote gezin, enz. Tot dusver kon men van oordeel zijn, dat het moment, om daarover in bijzonderheden te treden, of om er zelfs maar over te discusseeren, niet gekomen was, en dat daartoe een minder spannende en abnormale tijd moest worden afgewacht. Maar nu het erom gaat, „geleidelijk onze weermacht te versterken" en de gelegenheid te openen, dat deel van ons volk tot den krijgsdienst te ver plichten, dat thans nog niet tot ge wapende dienst kan worden geroepen, is de zaak vanzelf aan de orde. De vraag is nu niet enkel meer, of men een schakel zal smeden, maar ook hoe lang en zwaar de keten worden zal, waarin b(j past. Men heeft het recht daaromtrent klaarheid en nadere inlichtingen te verlangen. SPORT. Voetbal. Ean RauzendagII H.F.C.-U.V.V. 2-3. Zoo'n ontzaglijke menschenmassa hebben we nog nooit bijeen gezien als verleden Zondag op den Bolweg. Ruim 2800 betalende bezoekers pas- het loket. Dit, gevoegd bij de paar honderd leden en donateurs, brengt ons tot een totaal van ruim 8000 personen. Zij hebben zich hun aanwezigheid stellig niet beklaagd. Inderdaad is 't een fraaie wedstrijd geworden, waarin U. V. V. slechts met de grootste klachtsinspanning en eerst 6 minuten vóór 't eind er in slaagde 't winnende punt te maken. Daar U.V.V. den trein had gemist, verschenen de spelers pas om half vier. De reeds aanwezigen werden bezig gehouden door een wedstrijd tusschen H.F.C. II tegen Victoria, dio door de laatste met 2-1 werd ge wonnen. Precies om 4 uur fluit de heer Pelser de spelers in 't veld en kunnen we conatateeren dat 't inter nationale duo Vos-Buitenweg present is. De H.F.C.-verdedigers zetten zich al schrap bij 't zien dezer gevreesde goalgetters en direct worden zij dan ook door hen aan den tand gevoeld als Jan Vos aftrapt en Buitenweg regelrecht op Persoon aanstormt. Sam Meerburg ontneemt bfem echter 't leder en geeft 't aan Steur, die een snellen aanval leidt op't U.V.V.-doel. Swarttouw is hier echter eenenorm struikelblok, die een buitengewone meesterschap over den bal blijkt te bezitten en bijna feilloos de in zijn nabijheid komende schoten terugzendt. Vooral na de rust was hij bijzonder op dreef. Geen enkelen bal, hoog of laag aankomend, heeft hij toen ge mist. Weer valt Vos aan, maar moot in Bak zijn meerdere erkennen, wat hem dien middag nog al eens over kwam. Handig speelt hij den bal den linksbinnen toe, die hoog voor zet. Jan Vos weet zich intusschen voor doel ongedekt op te stellen on jaagt den bal keihard langs Persoon, dezen geen schijn van kans gevende. Hartelijk applaus beloont den inter nationaal voor dit fraaie doelpunt. Er is dan een ruim half uur gespeeld, H.F.C.'s-voorhoede laat dan eenigs zins den moed zakken. In deze periode werd er van rechts nogal eens ach- tergetrapt. De druk der U.V.V.-ers wordt steeds grooter on waren de backs N, N. en Meerburg niet zoo prachtig in vorm geweest, de voor sprong zou zeker grooter zijn gewor den. Persoon kreeg feitelijk haast geen gevaarlijke schoten te verwer ken. Na nog eenige aanvallen der H.F.C.-ere, waar vooral de linker vleugel zich 't meest roerde en Dito eenige pracht-corners nam, breekt de rust aan. Na 10 minuten trapt Steur weer voor H.F.C. af en alsof do spe lers in de pauze nieuwen moed heb ben verzameld, zoo stormen ze regel recht op het Utrechtsche doel af. Een reusachtig hard schot van Steur kan de keeper slechts vallende red den en had er op dit moment een H.F.C.-er ingeloopen, dan was het le tegenpunt toen al gemaakt, ge weest. Nu redt Swarttouw. Het blijkt echter uitstel van executie te zijn. Bak vangt op en geeft den bal aan Steur, die hem naar den rechter vleugel speelt. Aardweg ontsnapt aan Swarttouw en zet scherp voor doel. Steur staat een oogenblik vrjj, bedenkt zich niet lang en jaagt den bal in denzelfden vaart het net in. Een ontzettend gejuich barst los na dit l'raaie staaltje voetbal en is van nu af bijna niet van de lucht geweest. De spelers prikkelt het tot nog groo ter inspanning. Enorm hard wordt er gewerkt, overdonderend komen de H.F.C-ers telkens opzetten, her haaldelijk breekt Aardweg na fraai samenspel met Taylor door. De backs kunnen zich hen niet van 't ljjf houden. Hoe ver en zuiver ze ook trappen Bak, Kikkert en v. d. Poll vangen alles op en geven de U.V.V.- voorhoede weinig kans. Weer krijgt Steur den bal toegespeeld; hij trapt dezen schuins-rechts hard vooruit, Charles rent in vliegende vaart naar voren en vóór een der backs hem bereiken kan, lost hij een enorm hard schot op doel, dat buiten bereik van den verrasten keeper in den linker bovenhoek van zijn heiligdom belandt. 2—1. 't Publiek is nu niet meer te houden in zijn geestdrift, met hoeden en petten zwaaiend wordt Taylor als 't ware een ovatie gebracht voor dit bijzonder fraaie doelpunt! Met een nederlaag in 't vooruitzicht be gint U.V.V. zich nu duchtig te roe ren en hoe stevig do H.F.C.-ers ook verdedigen, weldra toont zij dat zij niet voor niets twee internationals in de voorhoede telt. Het tweetal drijft handig door alles heen en Bui tenweg maakt weldra het gelijkma kende doelpunt. Op dezelfde manier komt zoo no. 3, met dit verschil, dat de rechtsbinnen nu de taak van goalgetter overnam. Zes minuten daarna is 't afgeloopen en behoort deze prachtige wedstryd al weer tot het verleden. Mooier propaganda is er hier nooit voor voetbal gemaakt en 't H.F.C.-bestuur met zijn kranig elftal kan dan ook met voeldoening en trots op dezen dag terugzien. Aan al de spelers van het H.F.C.-elftal onze bijzondere huldeZoo hebben wij hen nog nooit zien spelen! Geen enkel zwak plekje zouden wij in het elftal kunnen aanwijzen. We kunnen dan ook verzekeren dat de Utrecht sche spelers met een zeer gunatigen indruk van het Heldersche voetbal spel zijn huiswaarts gekeerd. Nog behooren wij te vermelden de aardige attentie van den heer Van Dijk, die de dames van de H.F.C.- bestuurderen met fraaie bloemruikora huldigde.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1915 | | pagina 1