HELDERSCHE COURANT
De Stem der Liefde.
VOORHEEN GENAAMD 'T VLIEGEND BLAADJE
Nieuwsblad voor Helder, Koegras, Texel, Wieringen en Anna Paulowna
No 4517
DINSDAG 14 SEPTEMBER 1915
43e JAARGANG
Abonnement per 3 mnd. 65 ct., franco per post 60 ct., Buitenland f 1.90
Zondagsblad 45 52'/2 0.85
Modeblad 65 75 „1.00
Voor het Buitenland bij vooruitbetaling - Losse nummers der Courant 2 ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
UITGEVER: C. DE BOER Jr. - HELDER
Bureau: Koningstraat 29 - Interc. Telefoon 50
Advertentlën van 1 tot 4 regels (bij voorultbet) 30 canl Elke regel meer 6 cL
Ingezonden mededeelingen van 1 tot 4 regels 75 cent Elke regel meer 15 oent.
Advertentlën op bepaald aangewezen plaatsen worden 25°/o hooger berekend.
Qroote letters en cliché's naar plaatsruimte. - Bewljs-exemplaar 2J cent
Op pagina 4 van dit blad is
opgenomen:
1. Schetsen uit de Rechtzaal.
2. Na de vacantle, enz.
DE OORLOG.
De officieele legerberichten van
10,11 en 12 September.
Van het O o s t e 1 ij k front.
Hut Russische legerbericht van 10
dezer maakt melding van een voor
uitgaande beweging der Russische
troepen links van de Duna. De ge
vechten ten W. van Jacobstadt duren
met onverminderde hevigheid voort.
Op den weg van Wilkomir (N. N.W.
van Wilna) gingen de Duitschers tot
een offensief over. Z|j werden door
tegenaanvallen echter teruggedreven.
De gevechten duren hier nog voort.
Ten O. van Grodno werden door de
Duitschers drie aanvallen onderno
men. Zij werden alle door de Russen
afgeslagen.
Bij het dorp Peski (aan de Selwjanka,
een zijrivier van de Njemen) werden
de aanvallen van den vijand even
eens afgeslagen.
Bij Trembowla (Z. van Tarnopol
in Galicië) werd een aanval der Oos
tenrijkers gestuit en werden zij door
een tegenaanval genoodzaakt snel
terug te trekken. De Russen namen
5000 man, w. 16 officieren krijgs
gevangen.
In het communiqué van den Hen
wordt medegedeeld dat de gevechten
bij Jacobstadt voortduren. Een reeks
aanvallen werd afgeslagen. Ten O.
van Wilkomir ontwikkelen de Duitr
schers een krachtig offensief. Zij ruk
ken op naar don straatweg naar
Dunaburg. Tegelijkertijd rukken sterke
troepenafdeelingen op in de richting
van Swenzjani (tusschen Dunaburg
en Wilna).
Sinds den morgen van den lOen
hebben ten O. van Grodno hevige
aanvallen der Duitschers plaats. De
aanvallen werden steeds afgeslagen.
Het plaatsje Skidel was nu in handen
der Duitschers, dan in handen der
Russen. Ten slotte wisten de Russen
het stadje door een met kracht onder
nomen tegenaanval weder voor goed
in hun bezit krijgen.
Op den rechteroever van de Sel
wjanka weiden de Duitschers ver
dreven en slaagden de Russen er in
zich hier te handhaven.
In de streek van Rowno en in die
van Kremenez slaagden de Russen
er in de naar het O. oprukkende
vijanden tegen te houden. De aanval
len der Oostenrijkers werden alle
afgeslagen. Daarentegen dwongen de
Russen den vijand in de streek van
Tarnopol de hardnekkig verdedigde
stelling op te geven. Na het gevecht
op 10 Sept. bleven 39 officieren en
2500 man in handen der Russen.
Bovendien werden 16 mitrailleurs
vermeesterd. De vijand wijkt hierin
de richting van den Dnjestr.
Ten Z. van Tarnopol wordt ver
woed gestreden. Een reeks aanvallen
der Oostenrijkers werd hier afgesla
gen. Aan de beneden-Sereth zijn de
Russen eveneens aan het offensief.
De vijand werd hier uit hot dorp
Flüste verdreven, waarbij zij 13 offi
cieren en 800 man in handen der
i moesten laten.
Wanneer men de Duitsche berich
ten van den llen nagaat dan moet
men eruit opmaken dat de Duitschers
in het N. meer succes hebben dan
de Russische berichten doen veron
derstellen. In de gevechten bij Fried-
richstadt en b|j Wilkomir werden
1050 man gevangen genomen en
machinegeweren buitgemaakt. Erkend
wordt echter dat de Russen aan de
Selwjanka hardnekkigen tegenstand
bieden en met groote strijdmachten
krachtige tegenaanvallen ondernemen,
teneinde de aanvallen tegen te hou
den. In het bericht van den Hen
FEUILLETON.
wordt medegedeeld dat hot plaatsje
Skidel in den nacht van den lOen
na een hevig gevecht met afwisse
lend succes in handen der Duitschers
bleef. (Dit is dus juist het tegenge
stelde van de mededeeling in hst
Russische bericht). Verder maakt het
bericht nog molding van de bestor
ming van een plaatsje ten Z. van
Skidel.
Intusschen maken de aanvallen
tegen de stellingen aan de Zelwjanka
goede vorderingen. 2700 man en
machinegeweren vielen reeds in han
den der Duitschers. Meer zuidelijk
maakt de legergroep van Prins Leo-
pold van Beieren eveneens vorde
ringen. Na hevige gevechten werd
de overgang over de Selwjanka ge
forceerd.
Op het Z.O. front werden de aan
vallen der Russen afgeslagen. 300
man werden gevangen genomen.
In het bericht van den 12en komt
de mededeeling voor dat de gevechten
tusschen Duna en Njemen in om
vang toenemen. Aan de Selwjanka
werden de Russische stellingen door
broken. 17 officieren en 1946 man
gevangen genomen.
Ten W. van Slonim werden da
Russen teruggeworpen. 2759 man
werden gevangen genomen en 11
machinegeweren buitgemaakt.
Aan den spoorweg naar Pinsb
maken de Duitschers eveneens goede
vorderingen. Eenige stellingen der
Russen werden bij verrassing geno
men. Op het Z.O. front werden de
aanvallen der Russen afgeslagen.
Het Oostenrljksche legerbericht van
den Hen geeft aan dat de Oosten
rijkers Derazno (ten N. van Rowno)
in hun bezit hebben. 'De aanvallen
welke'de Russen bij Tarnopol onder
namen, teneinde de Oostenrljksche
stelliDgen te nomen, worden als afge
slagen gemeld. Verder naar 't Z. moest
het front teruggetrokken worden,
daar de Russen met overmachtige
strijdkrachten aanvielen. Ten W. van
de Sereth is een hevig gevecht gaande.
In de mededeeling van den 12en
echter wordt gemeld dat de
Russen Tarnopol steeds heviger aan
vielen, zoodat zij er in slaagden de
loopgraven binnen te dringen. Zelfs
slaagden zij er in zich tijdelijk van
het dorp Dolzauka meester te maken.
Ijlings aangevoerde versterkingen wis
ten hen echter weder te verdrijven
De aanvallen ten Z. W. van Tarnopol
werden eveneens afgeslagen. Overi
gens is do toestand on'vervanderd.
Uit deze berichten van het Z. O.
gevechtsterrein blijkt dus dat de
Russen hier eene met kracht onderi
nomen offensief hebben ingezet. Hoe
wel tot nog toe zonder groot succes
werd gestreden, wordt de beweging
toch nog niet opgegeven, gelijk uit
het laatste Oostenrijksche bericht is
op te maken.
Van het W e s t e 1 jj k front.
In het Fransche communiqué van
den lOen wordt het afslaan van eenige
Duitsche aanvallen, o.a. op den Hart
man nsweilerkorpf en in Argonne,
gemeld. Verder eenige-mededeelingen
over artilleriegovechten en het wer
pen van bommen door vliegtuigen.
In het bericht van den llen is het
al precies eender. Alleen is het ge
schutvuur over het geheel© front in
hevigheid toegenomen.
Bovendien wordt medegedeeld dat
de Duitsche berichten over een suc
ces in Argonne overdreven zijn.
Slechts op enkele punten slaagden
zij er ten koste van zware verliezen
in, de vijandelijke loopgraven te
nemen. Echter komt in deze mede
deeling de zin voor dat de verliezen
der Duitschers minstens zoo zwaar
zijn als die der Franschen. Deze zijn
er dus naar het schijnt ook niet
zonder kleerscheuren afgekomen. Een
plotselinge aanval welke tweemaal
herhaald werd, op de Fransche
stellingen aan het kanaal tusschen
Aisne en Marne werd
Naar hst Engelsch door PAUL URQUHART.
6.)
„Wat bedoel je Stan?" vroeg Wee
dom, zich oprichtend.
„Waar is de heer Fritzgerald en
mevrouw Fritzgerald, en
„Al de kleine Fritzgeralds".
„Wel ik denk, als de heer Fritzgerald
met jou op stap is geweest, hij nu
wel in een politiebureau zal zitten.
Het is maar goed, dat iemand zoo-
vriendelijk is geweest, je hier heen
te brengen, want anders was er een
schandaal gevolgd".
„Dat weet ik niet, de goede geest,
die je bracht, liet geen kaartje ach
ter. H|j heeft je tegen de deur gezet
en toen ik op zijn kloppen opende, viel
je precies in mijn armen. Je kon niet
meer staan en in onze studentenjaren
heb ik je zelfs nooit zoo. gezien".
„Ik begrijp niet. Wat was er dan
met me gebeurd.
„Schei uit met dien nonsens en
zeg me hoe ik hier kwam".
„Eerlijk gezegd, je was dronken
en zag er vreeselljk uit. De jenever
lucht was vreesel|jb. Je bent lang
onder zeil geweest en je scheen heel
wat van plan te zijn, door een paar da
gen geleden zelfs een plaatsvervan
ger te laten aanstellen. Ik heb aan je
verzoek voldaan en Harvey genomen".
Stanly Poole ratelde maar door,
denkende, dat z(jn neef zich uit wan
hopige liefde bedronken had. Weedom
dronk zijn thee en trachtte zich te
vergeefs te herinneren, wat er met
hem gebeurd was. H|j herinnerde zich
bij de keel gegrepen te zijn. Daarna
was alles duister voor hem geworden.
Hij vertelde Stanley, wat zich had
voor gedaan, nadat hij het theater
verlaten had.
Stanley luisterde aandachtig.
Lionel had naar 't scheen een oude
smoking aangehad, dat in de keuken
neergelegd was.
„De kleeren ruiken nog naar alco
hol," betoogde Stanley.
„Laat ze eens zien," vroeg Weedom.
Toen do kleeron bekeken werden
zag Weedom zijn neef aan.
„Laat j|j je bedriegen door zoo'n
eenvoudige list?" vroeg hij. Zie wat
er gebeurd is. Toen ik bewusteloos
was, begoten ze mij met brandewijn,
teneinde onnadenkende menschen,
zooals jij, te doen gelooven, dat ik
dronken was. Stanley, we moeten
dat huis terugvinden. Daar gebeuren
vreemde dingen.
„Zullen wij de politie waarschuwen
vroeg Stanley. „Je moet haar alles
vertellen".
„Neen, neen, geen politie. Eerst
moeten we zelf probeeren".
„Ook goed, altijd vroeg genoeg, als wij
er geen kans toe zien. De politie zou
misschien de dame beschouwen als..."
„Neen, ik kan er op zweren. Ik zag
haar gisteren een heelen t|jd. Had
In de berichten vao den 12en
wordt nog medegedeeld dat de Fran
schen een krachtige actie ingezet
hebben tegen de Duitsche versterkin
gen, en troepeuverzamelingen ten Z.
van Leintry. Een aanval werd hier
afgeslagen.
In het Duitsche legerbericht van
den Hen wordt medegedeeld, dat de
loopgraven op den Hartmannsweiler-
kopf tweemaal aangevallen werden.
De Franschen werden echter terug
geslagen. Datum 12dezer wordt slechts
medegedeeld dat artilleriegevechten
werden geleverd, en dat des nachts
de dokken van Londen met succes
door luchtschepen werden bestookt.
Van het Z u i d e 1 ij k front.
Het Italiaansche legerbericht van
den lOen meldt groote bedrijvigheid
over het geheele front tengevolge van
het ingezette offensief der Italiaansché
troepen.
Aanvallen der Oostenrijkers werden
afgeslagen. Op het Kartsplateau liet
de vijand een groote hoeveelheid
wapens, munitie en oorlogstuig ach
ter.
Een communiqué van den llen
maakt melding van de verovering
van een loopgraaf bij Tolmino, welke
echter worden opgegeven wegens de
hevigo beschieting door de Oosten
rljksche artillerie.
Verder werden kleine gevechten
gemeld in het Tiroolsche Karintische
grensgebied.
Het Oostenrijksche bericht van den
Hen maakt eveneens melding van
verhoogde bedrijvigheid op het front
in de kuststreek. Een aanval der Ita
lianen op het plateau van Doberddo
werd afgeslagen. In het bericht van
den 12en wordt medegedeeld dat de
gevechten in het grensgebied van
Karinthie in hevigheid toenemen.
Verder wordt het afslaan van aan
vallen op het plateau van Doberdo
en op Tolmino gemeld.
Van de overige gavechtsterremen
komen slechts berichten betreffende
kleine schermutselingen. In Mesopo-
tanië behaalden de Turken volgens
een bericht uit Koustantinopel een
klein succes.
De duikbootenoorlog.
Nab|j het eiland Gawdos (Engelsche
zee) werd een Engelsch koopvaardij
schip door een Duitsche onderzeeër
getorpedeerd. 15 man der bemanning
landen op Kreta. Verder werden in
de Noordzee een trawler en het En
gelsche ss. Ashmore, 2519 ton, in den
grond geboord. Vier man der equi
page worden vermist; ook het Engel
sche stoomschip „Cornubia", groot
1736 ton, is gezonken. De bemanning
werd gered.
In de Oostzee liep een Russisch
stoomschip met machinedeelen op een
Russische mijn. Meer dan 200 per
sonen verdronken.
Door Russische vliegtuigen werd
een aanval gedaan op een kleine Duit
sche kruiser voor Windau. Echter
zonder resultaat. Een der vliegmachi
nes werd naar beneden geschoten. De
twee inzittende officieren werden ge-
gevangen genomen.
Duitschiand en Amerika.
De nota van Duitschiand inzake
het in den grond boren van de Arabic
wordt volgens berichten uitNew-York
en Londen, over het algemeen niet
bevredigend geacht.
Door deze nota'is de verhouding
tusschen de Vereenigde Staten en
Duitschiand weer in het stadium van
de eersto onderhandelingen over den
duikbootenoorlog teruggebracht. Over
het algemeen is de pers van oordeel
dat de toestand kritiek is.
De berichten uit Washington geven
eveneens aan dat de regeeringskrin-
gen eveneens ten hoogste teleurge
steld zijn door de antwoordnota. De
bijzondere correspondenten der bladen
ik haar maar alleen kunnnen spreken.
Ik weet zeker, dat zij daar tegen haar
wil is. Ik zal haar bevrijden, Stanley,
je weet niet wat z|j voor mij is".
„Laat ons probeeren na te gaan,
waar het z|jn kan. Je zegt, dat je
langs Finchloy Road gereden bent en
kende het landschap niet meer, nadat
je voorbij het Lord's cricketveld bent
gereden
„Ja, verder was ik nooit geweest".
„Dan kun je in allerlei richtingen
-gegaan zijn en het zal lastig
worden. Maar Lou is in dat gedeelte
zeer goed bekend. Ze heeft er familie
wonen en kent misschien het vreemde
huis. Wil je haar er bij halen?"
„Je weet mijn belofte".
„Ja, dan zou ik erger moeten lie
gen, dan ik ooit gedaan heb en haar
een geheel verhaal opdisschen.
Ten slotte heb je mij niets verteld
en ik beloofde to vergeten, dat ik
toevallig iets „gehoord" had.
„Ik zal Lou waarschuwen en baar
zeggen dat we om redenen die het
vak betreffen, het huis willen vinden.
Daar moet ze dan maar genoegen
me nemen".
„Daar wordt geklopt," geloof ik.
Een telegrambesteller stond in de
gang en overhandigde de envelloppe.
„'tls om jou," zei hij, het telegram
overgevend.
De dokter opende haastigen een
trek van wanhoop kwam op z|jn
gelaat.
„Wat is er?" vroeg z|jn neef.
„Het einde. Laat een auto komên.
Huur die voor week of langer Ga mee of
Ingezonden Mededeeling.
HERMAN NYPELS - HELDER.
H8urenmode-Artlke(9n.
Bemaakta klaading.
Klcudlng naar maat.
Steeds het nieuwste.
gaven in hunne berichten van 11
dezer aan, dat waarschijnlijk Wilson
den tijd gekomen achtte om tot daden
over te gaan.
In verband met het verzoek om
de Oostenrijksche gezant terug te
roepen, wordt thans ook onderzocht
in hoeverrede Oostenrljksche consul-
generaal deel heeft genomen aan de
actie _tot belemmering der munitie-
aanmaak. De „Tribune" merkt hierbij
op, dat indien het getuigenis in deze
zaak overtuigend blijkt, er alle kans
is dat de O. G. voor een Amerikaan-
sche Jury zal mo6ten terechtstaan,
inplaats van te worden teruggeroepen.
De correspondent van de „Daily
Telegraph" te New-York deelt mede,
dat de Amerikaansche regeering van
meening is dat de Oostenrljksche
gezant, Dr. Dumba, niet zal worden
vervangen. Men meent dat hij in
opdracht van z|jne regcering zal heb
ben gehandeld, en dat men hem nu
de hand boven het hoofd wil houden
door geen plaatsvervanger te zenden.
Intusschen is aan den Amerikaan-
schen gezant te Berlijn een nieuwe
nota ter hand gesteld, betreffende de
aanval door een Duitsche onderzeeër
op het s.s. „Orduna".
De B 220.
Londen, 11 September. Uit Parijs
zijn de volgende nadere bijzonder
heden ontvangen over de vermeeste
ring van de Albatros B 220, welk
Duitsch vliegtuig bij Calais tot landen
was gedwongeü. Het vliegtuig had
een kogel door hot benzinereservoir
gekregen, en moest daarom dalen.
In het vliegtuig bevonden zich een
onderofficier-bestuurder en een offi
cier-waarnemer. Bij do landing riep
laatstgenoemde, die goed Fransch
sprak, den soldaten toe, niet te schie
ten daar zij zich overgaven.
De Albatros droeg 16 Ijzeren krui
zen, acht op de vleugels en vier op
den staart. Het vliegtuig was' niet
bewapend; do vliegers hadden enkel
revolvers bij zich. De draagvlakken
vertoonden een aantal gaten, waarbij
aangeteekeud stond „Béthune, 18
Augustus".
Betreffende den nachtelijken aanval
op Nancy, waarvan melding was ge
maakt in liet ambtelijke communi
qué meldt de „Temps" nog, dat een
aantal Duitsche vliegtuigen gedurende
40 minuten boven de stad haddeu
gevlogen, waarbij zij ongeveer-30
bommen hadden geworpen, in ver
schillende wijken van de stad. Twee
personen werden daarbij gedood en
tien gewond, van wie verscheiden
zwaar gekwetst waren. Ook in de
voorsteden werden bommen geworpen
en lieden gewond.
Zeppelins boven Londen.
De Londensche correspondent van
het Handelsblad, schrijft dd. 9 Sept.,
aan zijn blad o.a.:
Ik zaf u niot precies vertellen,
waar het geschied isnoch zal ik in
bijzonderheden neerschrijven wat er
gebeurd is. De censor, die zich be
paald heeft tot een vermelding in de
ochtendbladen hier, „dat vijandelijke
luchtschepen gisteravond zich ver
toonden boven de oostelijk gelegen
provincies en boven eon district van
Londen on brand veroorzakende en
ontplofbare bommen wierpen", er bij
voegende „dat eenige ongevallen wer
den gerapporteerd en eenige branden
veroorzaakt, en dat het aantal der
dood en en gewonden later zal wor
den vermeld", zal dezen brief toch
wel met meer dan critisch censor
oog bekijken, maar ik hoop, dat het
geen ik laat volgen genade b|j hem
zal vinden en u bereiken.
't Was tusschen half elf en elf uur.
De dag was kalm en stil geweest en
gevolgd door een even kalmen en
mooien najaarsavond; geen blad dat
zich bewoog en aan een wolkeloozen
hemel schitterde hot sterrenheir. Op
eens daar daverde het: „Bom-m-ml
Bom-m-m!" twee kort op elkan
der volgende kanonschoten, vermoe
delijk van het kanon dat niet ver
van onze voorstad ergens staat op
gesteld d&t mbost een Zeppelin-
bezoek beduiden, het kon niet anders
z|jn. Huisgenooten, die reeds ter ruste
waren gegaan, werden gewekt; op
straat hoorde men opeens beweging
deuren werden overal geopend, ramen
opgeschoven, de menschen kwamen
hun huis uit. „Zeppelins, Zeppelins!"
riepen z|j elkander toe en allen keken
naar het luchtruim.
Niet laDg daarna kwamen politie
mannen door de straat, riepen: „Alle
lichten uit!" van huis tot huis, waar
aan natuurlijk dadelijk gevolg werd
gegeven, ook al baarde het verwon
dering, dat men lang niet overal alle
lantaarns dadelijk uitgedraaid zag.
Ik ging de straat op, keek naar
den hemel. Daar, hoog aan den ooste
lijken hemel zag ik een der Zeppe
lins een der monsters, die schrik en
ontsteltenis kwamen brengen, ver
woesten, dooden misschien, in het
vijandelijk land. Het gevaarte teeken-
de zich af in zijn volle lengte; het
scheen een spooksel, onbewegelijk aan
het firmament, beschenen als het
werd door de zoeklichten, die er van
verschillende kanten hun volle stralen
op deden vallen. Het kanon daverde
maar steeds, telkens wéér en her
haaldelijk zag men onder den Zeppe
lin de projectielen uiteen spatten en
't was of een aantal vurige ballen
zich daar vertoonden om dat stille,
dat ontzagwekkende witte spooksel.
Maar het bleef onbewegelijk, steeds
schijnbaar op dezelfde plaats; de pro
jectielen, die er op afgeschoten wer
den van de aarde vermochten blijk
baar niet het te bereikeD. Van m|jn
standpunt in de buitenwijk, waar ik
m|j bevond, kon ik slechts één Zeppe
lin zien, maar er waren er zeker
meer, vermoedelijk drie, en het z|jn
de twee, die ik niet zag, gelest,
die boven Londen hun vernielend
werk hebben gedaan. Die derde, die
daar over de buitenwijken was, heeft
waarschijnlijk het juiste spoor ver
loren, want daaruit heeft men bom
men laten vallen op een terrein,
waar niets staan dan r|jen landelijke
„cottages" en waar nog veel bouw
terrein braak ligt. Daar zijn de bom
men dan ook gevallen zonder veel
schade te doen; hebben z|j gaten in
het land geslagen; zijn door den slag
tal van ruiten gesprongen en deuren
uit de hengsels gerukt, en verder
natuurlijk de rustige burgers danig
verschrikt.
Maar boven dat gedeelte van Lon
den, waar de Zeppelins meer prooi
vonden, is wol materieele schade
aangericht, een vanzelfsprekend feit,
wanneer men van een geweldige
hoogte zware bommen laat vallen op
een dicht bebouwd stadsgedeelte.
Dat stadsgedeelte heb ik vanoch
tend bezocht. Duizenden en duizen
den verdrongen zich in de straten,
waar de bommen gaten hadden ge
slagen in het plaveisel; waar, soms
huis aan huis, de ruiten waren ver
brijzeld; waar gevels van de huizen
op sommige plaatsen waren vernield
waar winkelvoorraden door elkander
waren gegooid; waar hier en daar
brand was ontstaan en waar ook
menschen waren gedood en men
schen waren verwond. Een der hui
zen, waarvan geen ruit heel bleef,
was gedeeltelijk verhuurd aan het
Nederlandsche Consulaat. Van de
kantoorlokalen zijn alle ruiten kapot,
doch overigens geen schade.
Een kalme, bezadigde menigte, die
nieuwsgierig naar alles keek, natuur
lijk, doch die zich niet uitte in harts
tochtelijke woorden van haat, maar
blijf, maar ik wacht geen oogenblik.
„Lees dit".
Stanley nam het telegram en las:
„Vaarwel. Volg niet. Wetenschap
is gevaarlijk",
„Wat beteekent het?"
„Dat z|j in gevaar is en dat zij
wil voorkomen, dat ik er ook in go-
raak".
„Ja, dat zou kunnen," beaamde
Stanley.
„Laat ons in ieder geval gaan".
H|j liet zijn bediende een garage
opbellen.
„Het zou ook kunnen, dat dit tele
gram niet van de dame komt, doch
van iemand, die je in een valstrik
wil lokken of iets dergelijks. Z|j heb
ben slim willen z|jn en het dichts-
bijzijnde dorp vermeden. Z|j namen
de moeite naar Harrow te gaan. Dat
kan als uitgangspunt dienen. Ik zal
Lou gaan waarschuwen. Dan zal de
auto voor zijn en kun je mij achter
op komen, zoodra je je gekleed hebt.
Hier heb je andere kleeren en een
jas voor in den wagen".
HOOFDSTUK VH.
Lou was al klaar, toen Weedom
voorreed.
Z|j gingen regelrecht naar Harrow,
waar ze hun onderzoek begonnen.
„Het z|jn handige lui" geloof ik,
merkte Stanley op". „We moeten op
passen Lionel. De politie zou hen
geloof ik graag hebben".
Lionel antwoordde niet. Hij was
bevreesd om er de politie in te
Ondanks z|jn beweringen tegen
Stanley was hij angstig. Waarvoor
durfde h|j niet uitspreken, zelfs niet
denken.
„Je zou het toch wel bemerkt hebben,
als je in Harrow geweest wa3?" vroeg
Stanley". Zij zullen wel een huis
hebben, dat eenigszins verwijderd is
de dorpjes die hier liggen".
Doch de landhuizen die ze passeerden
zagen er echter alle zeer vreedzaam
uit.
Plotseling kreeg Poole een inge
ving. HU wendde zich tot Lou.
„Waarom dachten we er niet eer
der aan vroeg hijZou het ook
bet oude huis van den dokter kunnen
zijn, dat we zoeken. Dat heeft reeds
voor allerlei ondernemingen dienst
gedaan en lijkt wel wat op de vage
beschrijving".
Z|j reden door en Lional kreeg het
gevoel of ze het doel naderden. De
geheele omgeving herinnerde hem aan
z|jn nachtelijke rit. Stanley reed lang
zaam tot een zijlaan, waar Lionel
zich tot hem wendde.
„Dat is de plaats," zei hij. Ik her
ken deze laan". Rjjdt er in en laten
we hen overvallen".
„Kalm, kalm. We zijn geen mid-
deleeuwsche strijders, die een kasteel
belegeren. We zullen eerst kalm gaan
en de reden van een dergelijk op
treden afwachten.
„Maar als ze er niet zijn? Hoe
moeten we onze tegenwoordigheid
verklaren
„Mag ik iets voorstellen?" vroeg
Lou. „Zullen we een bezoek gaan
die blijkbaar zich ten volle bewust
was van den ernst van hetgeen ge
beurd was, gevoelde het vreeselijke
van den oorlog; begreep dat door die
uitvindingen van onzen t|jd de veilig
heid van het Britsche eilanden-rijk
in tijden als deze niet meer is wat
z|j was in vroegere eeuwen als Enge
land in een oorlog gewikkeld was;
ging heden gansch den dag door de
geteisterde straten.
Wie het alles heeft aanschouwd
zóó dichtbijgezien heeft de verwoes
ting door die Zeppelins aangericht;
het bittere leed berokkend aan hen,
die eén dierbare hebben zien dooden
of IJselijk verminken, beseft hij
vraagt zich af: waarvoor toch dit
dienen moet, die wraakoefening op
al die onschuldigen, die niets, niemen
dal met den oorlog te maken heb-
m, Is d i t nu oorlog voeren
Het Londensche publiek bewaart
vandaag zijn aangeboren flegma, maar
het is te sterker doordrongen gewor
den van de noodzakelijkheid den oor
log, waarin het land gewikkeld is,
door te zetten tot het bittere einde,
totdat deze aanval uit het luchtruim
na zoovele andere, die reeds plaats
hadden, gewroken zal zijn.
Vandaag in Trafalgar Square was
de volksmenigte, die de recruteerings-
meeting bijwoonde, grooter dan ooit;
het was een geweldige massa, die
zich verdrong om de zuil, waarop de
redevoeringen gehouden worden en
het aantal recruten was bepaald
merkwaardig groot. Dit was het
eerste gevolg van den Zeppelin-aan
val over het Londensche district
dat ik niet noemen mag althans
nü nog niet.
Een heldendaad.
De Matin vertelt van het heldhaf
tige gedrag van een jongen Franschen
officier, wiens naam het blad te ge-
3er tijd bekend zal maken. Hij
had in een der slagen rond Atrecht
zijn compagnie ver vooruit gevoerd in
de Duitsche loopgraven, waar z|j zich
nestelde. Er kwam een oogenblik
verademing. Dadelijk daarop sloeg er
een granaat in, die de kaken van den
officier wegrukte. Ondanks de vree
selijke wonde had h|j de geestkracht
om een potlood te vragen, en met
dat potlood, dat met bloed bevlekt
werd, daar zijn tong was afgerukt,
schreef hij op zijn aanteekenboek,
dat h|j zelf uit z|jn zak haalde: Ik
beveel de compagnie tot aan het
uiterste toe stand te houden. Ik schenk
500 frank aan m|jn ordonnans, het
overige geld. dat ik b|j m|j heb, is
voor m|jn manschappen, de sergeant
moet al m|jn papieren aan m|jn fa
milie zenden, en er bijvoegen, dat ik
gelukkig sterf. Vive la Fr
De bladzijden, waar deze woorden
op geschreven staan, z|jn gedrenkt
met bloed.
De vliegtuigfabrikant A. Knubel,
te Miinster, is met een door hem
vervaardigden tweedekker op zijn
eerste luchtreis van een aanzienlijke
hoogte naar beneden gestort. Zijn l|jk
werd op de Lodden heide aldaar ge
vonden.
BINNENLAND.
Zuinigheid bij het leger.
De minister van oorlog heeft de aan
dacht van den opperbevelhebber ge
vestigd op het feit, dat bij een der
regimenten infanterie voor het ge
bruik van een huis met een huur
waarde van ten hoostef 150 per jaar,
van begin Aug. 1914 tot 1 Juni 1915
niet minder dan ruim f 800 is betaald.
De minister verzoekt den comman
deerenden officieren kenbaar te maken,
om bij het bepalen van prijzen voor
het gebruik van gevorderde kwartieren
's Rijks financieel belang niet in die
mate uit het oog te verliezen, als
blijkbaar zelfs nu nog hier en daar
voorkomt.
afleggen bij de weduwe van dr. Har
ding, hier vroeger woonde en die ik
kende? Dat is een motief'.
Zij openden het hek en reden de
laan in tot voor de deur. Tot hunne
verwondering knikte de man, die de
deur opende toestemmend, toen Lou
vroeg of de weduwe Harding thuis
was. H|j vroeg hen, te volgen. Z|j
kwamen in een kamer, die Lional
herkende als de ontvangkamer. Toen
Lou haar naam genoemd had, boog
de man en verdween. Zij wachtten
een poos, doch er kwam niemand.
„Er schuilt wat anders achter,"
riep Lional opspringend.
„Ik zal eens onderzoeken. Hé wat
is dat, nog iemand in een auto.
Weedom liep naar een klein zijven
ster, vanwaar hij in de laan kon zien.
„Vlug, Stan, vlug," riep hij. Ze
stelen onze aato. Ds twee mannen
vlogen naar beneden, doch waren
juist te laat. Het hek was reeds ge
opend en de wagen reed weg. Wan
hopig bleven ze staan.
„Wat moeten we doen?" vroeg
Lional.
„Doen? We kunnen alleen weer
naar binnen gaan, on uitleg vragen.
De auto is reeds te ver".
Ze liepen terug Daar huis, gingen
de deur, die z|j hadden opengelaten,
weer binnen en betraden opnieuw de
ontvangkamer.
Zij staarden elkaar ontzet aan, Lou
was verdwenen.
Lou, Lou, waar ben je!" riep
Stanley, naar de hal terugloopend.
1 Zijn geroep weergalmde door de
In gevaar brengen van onzijdigheid.
Naar w|j vernemen, iB de instructie
gen de hoeren W. N. J. van D. te
Rotterdam en D., vertegenwoordigers
van The Daily Mail, beiden gedeti
neerd in het huis van bewariDg aldaar,
als verdacht schuldig te z|jn aan han
delingen, waardoor de onzijdigheid
van ons land in gevaar zou gebracht
kunnen worden, gesloten, en wordt
zaak naar de openbare terecht
zitting verwezen.
De behandeling van deze zaak kan
volgende maand worden verwacht.
„N. Rott. Ct."
De Jan Pletersz. Coen.
Het stoomschip „Jan Pieterszoon
Coen", van de Maatschappij „Neder
land", heeft Zaterdagnamiddag de
eerste reis naar Indië ondernomen.
Er waren honderden menschen langs
den IJ kant om het vertrek van het
grootste schip der Indische vloot
ide te slaan.
Er was een bijzonder groot aantal
passagiers aan boord.
Effeotendlefstal.
Over een effectendiefstal te 'sGra-
venhage (zie ons nr. van Donderdag)
deelt de N. Tielsche Ct. o.m. het
volgende mee:
Bij het overlijden van den heer
der dienstbaren word de werkvrouw,
wed. W., uit Tiel, door de jeug
dige huishoudster, die zich meesteres
over de geldmiddelen maakte, een'
lijfrente van f5 per week toegezegd,
doch de zoon van de werkvrouw, een
berucht persoon, die zich thans in
voorloopige hechtenis bevindt voor
een diefstal b|j de firma Peek en
Cloppenburg in Den Haag, nam bier
mede geen genoegen, met het gevolg,
dat op zijn aandringen zijn moeder
een bedrag van f 10,000 ontving.
B|j het verhoor inzake bovenge-
noemden diefstal van den zoon heeft
deze dit „schenken" van geld ver
raden, waardoor men op het spoor
kwam van een reeds vermoeden dief
stal van f60,000 door de bewuste
huishoudster met medeweten van de
werkvrouw en haar zood, die ver
keering met de huishoudster had en
van haar alles wist.
Bij de wed. W., door de gemeente
politie te Tiel aldaar Maandagmorgen
ten huize van S., waar zij verbleef,
aangehouden, ontdekte men niets.
ZIJ beweerde, dat dé haar geschonken
f 10,000 waren gestolen door haar
zoon.
Een twist met noodlottige gevolgen.
De werkman Snel uit Gouda en
zijn beide zoons, Jongelieden van 24
"2 jaar, waren Zondag voor hun
pleizier in Amsterdam. Des avonds
omstreeks negen uur belandden zij
in het café van Meulstee, Zeedijk 28.
Daar schijnt twist te zijn ontstaan
met het drietal; plotseling knalden
revolverschoten, waardoor de oudste
zoon, eveneens werkman, door niet
minder dan v|jf schoten in het hoofd
werd getroffen. De andero zoon, kor-
)oraal der veldartillerie, kreeg een
cogel door "den eenen arm en een
schampschot aan den anderen. De
vader kwam er, botrekkel|jkerw|js
jesproken, nog het boste af. Een
cogel nam een knoop" van zijn jas
mee, doch hij kreeg tevens met een
stuk hout een gevoeligen slag op het
hoofd.
De oudste zoon werd in bedenke-
l|jken toestand naar het Binnengast
huis vervoerd. De behandelende ge
neesheer achtte het noodig een geeste
lijke te waarschuwen.
Als verdacht van het lossen der
schoten werd de 51-jarige caféhouder
Meulstee gearresteerd en overgebracht
naar het' politiebureau in de War
moesstraat. De man verklaarde on
schuldig te z|jn, doch verschillende
ligen legden bezwarende verkla
ringen voor hem af. Naar het wapen,
waarmede geschoten was, werd te
vergeefs gezocht.
kamérs, daarna was het stil, doodstil.
Stanley voelde nu ook wat bezorgd
heid voor de geliefde te beteekenen
heeft.
„Wat moeten we beginnen?" riep
h|j. We zullen het huis van onder
tot boven doorzoeken. Ze moet er-
ms zijn.
Hij nam een groot zwaard, dat aan
den wand hing.
„De eerste die ons tracht te weer
staan, sla ik de hersens in," riep b|j
opgewonden. We moeten het huis
doorzoeken. Z|J liepen door alle ka
mers boven en beneden, terwijl Stan
ley voortdurend riepLouLou
doch geen antwoord werd gegeven;
in het geheele huis scheen zich bui
ten hun tweeën geen mensch te be
vinden. Ze waren ten zeerste verbaasd.
„Verdwenen", zei Stanley de han
den wringend. Kan zooiels gebeuren
onder den rook van Londen? Hoe
kan een meisje op klaarlichten dag
verdwijnen. Ze moet hier zijn".
„We zullen nauwkeurig zoeken,"
besloot Linonal.
„Misschien vinden we een kast of
een geheime deur, of het spoor van
een worsteling.
„Worsteling? Denk je dat?"
„Neen, ik geloof niet dat Lou eenig
leed is geschied.
(Wordt vervolgd.)