DE HELDERSCHE BANK. VoordBlnmaak TELEFOONGIDS CaféJUJASSASE'' De Stem der liefde. jé HELDERSCHE COURANT MAINTIEN - KALLISTHENIE - CONTENANCE EXTRA AANBIEDING WITTE WOLLEN FLANELLEN TUBANTIAFLANEL 23 CENT „De Noord-Brabantsche Schoenwinkel." Boks Heeren Rijgbottines f 6.00. Boks Heeren Rijgbottines f 6.50. Croom Heeren Rijgbottines, DEPOSITO RENTE. Gezelligst Café-Billard „Wilhelmina" KEIZERSTRAAT. A. ten Klooster, 288 193 82 Heldersche Auto-Verh uurinrichting. HELDRIA" T. van Zuylen, Kleine Advertentiën Dagelijks inschrijving van Leerlingen voor den Cursus 1915-1916 Privé-lessan. Besloten clubs. Men vrage prospektus K Boston, Boston run, Boston pose, Boston varlation, Triple Boston mondain, Half-time Boston, Hesitation valse, Ta-tao, Maxixe, Biplanette, Fish-walk, etc. Uitsluitend adres: „DIJKSTRAAT 37". WIJ ONTVINGEN EEN REUZENPARTIJ WOLLEN FLANELLSN, WELKE DE FABRIKANT ONS NOG TEGEN DE PRIJZEN VAN EEN LOOPEND CONTRACT MOEST LEVEREN PROFITEERT VAN DEZE GELEGENHEIDSPRIJZEN Magazijn KANAALWEG 97 F» SPOORSTRAAT 46 EENE BIJZONDERE AANBEVELENSWAARDIGE KWALITEIT IS ONZE BEKENDE ZOOLANG DE VOORRAAD STREKT NOG VOOR TIJDELIJK AANBOD AAN H.H. MILITAIREN! Aanbevelend, [Amerikaansch Derby-model] vanaf f 4.50. J. MOEN, Koningstraat 21. Wij nemen gelden In deposito. Rente tot nadere aankondiging met één dag opzegging tien dagen tooi diie maanden vaal zes maanden één jaar vast 3 3'/2 3/2 3%i Ons Kantoor is des avonds te 9 UUR GESLOTEN. Boekdrukkerij C. DE BOER J* Heldersche Courant. Aanbevelend, A. DOL. Inmaakkruiden. Inmaakazijn. Azijnessence. Laurierbladen. Cayennepeper. Thym. Venkel. Mosterdzaad. Witte Peper Korrels. Verkrijgbaar bij Ass.-Apoth., Keizerstraat 93, Helder. Tel. 78. ïelef. No. C. ADRIAANSE, ioq 4 AM Ageut voor Hypotheekbanken. Ic.3 J Itt Malson VAN ALPHEN, Dljkstraat 34. nii Conflseur Patissier. ltt P. BANDSMA, Zwaanstraat. Brandstoffenhandel. 124 W. BIERENBROODSPOT, Spoorstr. 87 89. ftft7 Manufacturen, Heeren mode-ar likelen. fcU* C. DE BOER Jr., Koningstraat 29. Boekdrukker. 50 A. COLTOF, Binnenhaven 1. 1Q7 Mantels, Bedden, Confectie, Kinderwagens. I O L. COLTOF, Manufacturen- on Confectie- Magazijn „de Bijenkorf', Spoorstraat 75-77. lUL H. DITO, Kruisweg. Handel in Kruideniersw. en Gedistilleerd. 41 H. L. ELTE, Koningstraat. Luxe Brood- en Banketbakkerij. 172 G T. C. GOVERS, Kanaalweg. Stoffeerder^ en Behangerij, Verhuizingen 32 M. A. GRUNWALD ZOON, Kanaalweg. 7 Grossiers in Koloniale Waren en Petroleum. 1. GRUNWALD, Kanaalw., Keizerstr. n Dames-Confectie en Manufacturen- 4U Magazijn „De Zon" on 8 H A. J. H. VAN HAAREN, Keizerstraat. Spekslagerij, Fijne Vleeschwaren. 263 „HELDERSCHE COURANT". Koningstraat 29. 50 M. L. HEIJLIGENBERG, Spoorstraat. Gasgloei-artikelen, aanleg v. Gas- on Waterl. 191 P. M. HEIJLIGENBERG, Spoorstraat 91. Handel in Rijwielen en Onderdeelen. 228 W. HEIJMAN, Hoofdgracht. Banketbakkerij. 96 Gebrs. HOOGERDUIJN, Middenstraat. Glas- en Verfwaren. 74 ZEGER HOUTER, Kanaalweg. Banketbakkerij. 107 Stoom-Melklnrlchtlng „JONG HOLLAND". Westgracht 31. 241 P. B. KAMPMEIJER, Hoofdgracht. In Wijnen en Gedistilleerd. S. A. KANNEWASSER ft ZOON. Kanaalweg 148 149. Manufacturen- Magazljn en Damesconfectie. 83 282 S. A. KANNEWASSER ZOON, Zuldstr. 82. Manufacturen-Magazijn. 285 N.V. Grosslerderij v/h. A. KLIK, Grossiers Kol. waren en Bakkersartikelen. C. KIESEWETTER, Kanaalweg 174. Behangerij, Stoffeerdorij, Verhuizingen. 52 249 DIRK KOPPEN, „Grand Bazar", Spoorstraat. Iilil.Ho. 131 A. TEN KLOOSTER, Aos. Apoth., v/h. De Bie—Biersteker, Keizerstraat 93, "7 O Drogerijen, Chemicaliöu, O Verplegings-Artikelen. Firma P. J. LAFEBER, Zuidstraat. Rijwielhandel, Smederij. 0. W. LAGERVELD, iZuidstraat. Fruithandel. VAN OER LEE's Wijnhandel, Spoorstr. 106. 4 cc Speciaal adres voor belegen Bordeaux WijnenID U R. Th. LUIJCKX. Weststraat 61, Helder. 21 BERNH. MEIJER, Kanaalweg 97. OH1 Manufacturen-Magazijn „DE STER". <CU I BERNH. MEIJER, Spoorstraat 46. Manufacturen-Magazijn „DE STER". 204 HERMAN NYPELS, Spoorstraat. Civiele-en Militaire Kleedermakelij. Heeren- |A(j mode-artikelen. Indische Uitrustingen. i~v F.JfAN PEPERZEEL, Rozenstraat 33. 280 Handel in Kruideniersw. en Gedistilleerd. A. POSTMA, Spoorstraat. Fruithandel. 155 P.SCHAGEN, Oostsl.str. of 2a Vroonstr. 98. Bier- en Brandstoffenhandel. 105 H. SCHOL Jr., Breewaterstraat. Banketbakker. 264 „SEMPERFLORENS", HELDER. Bloemenmagazijn Koningstraat 13. 141 Heldersche Vleeschhal, Spoorstraat. (Gebrs. RUKKER). 262 P. SPRUIT, Kanaalweg. Boekhandel. Agent van „de Telegraaf'. 143 Firma A. J. SCHAAP, Keizerstraat. Rijwielen en Automobielen. 194 T J. W. THIJSSEN, Spoorstraat. Stalhouderij en Sleeperij. 37 Hotel Cafe-Restaurant „DE TOELAST". Spoorstraat. 187 C. TROOST, Spoorstraat. Hoeden en PetteD. 2G0 V C. VIS, Kanaalweg. Banketbakker. 153 1. DE VRIES, Spoorstraat. Kruidenierswaren en Gedistilleerd. 192 w J. VAN WILLIGEN, Weststraat. Oflfl Huishoudelijke Artikelen, Galanteriön. ZUU Firma H. WITSENBURG, Hoofdgracht. Luxe Brood- en Banketbakkerij. Voor een NIEUW weekblad: „DE ALGE MEENE COURANT", wordt ten spoedigste een flink AGENT-COLPORTEUR gevraagd voor den Helder en omstreken. Inlichtingen om cond. te zenden aan het Bureau LEIDSCHEGRACHT 52, AMSTERDAM. Garage: GRAVENSTRAAT. Aanvragen worden aangenomen Kanaalweg 89 en Keizerstr. 61. Beleefd aanbevelend, W. PRINS. 99 "HAARHERSTELLER. Beproefd middel tegen het uitvallen en tot bevordering van den hergroei van 't hoofdhaar, blijkt steeds het beste, Per flacon 50 cent. Alléén verkrijgbaar bij: Spoorstraat, Coiffeur. Een praatje met een Inwoner der Gemeente Helder. Op een van die zeldzaam mooie nazomerdagen, die September ons kan geveD, als wilde ze ons schade loos stollen 'voor hetgeen haar voor gangster aan ons misdeed, maakten we een uitstapje naar Julianadorp. Julianadorp? Ja, lozer, Julianadorp, gemeente Helder. Even buiten het dorpje, in een kapitale boerderij, maakten we kennis met den eigenaar en diens bloeiend gezin. Jongens, wat een lust voor de oogen zoo'n Noord-Hollandsche boerderij! 'sWinters de stallen vol prachtig vee, 's zomers diezelfde stal len smetteloos helder. Blanke schel pen aan weerskanten, een frissche roodwollen looper in 't midden en waar in 't barre getij 't geloei van de rood- en zwartbonten weerklinkt, zaten we nu huiselijk bijeen, 'n Buffet, een orgel, kleed op den vloer, niets ontbrak. „Ja" zei de eigenaar, gezeten in zijn armstoel, we zijn- gemeente Hel der, dat merken we wel aan de be lasting, al hebben wij er de voor doelen niet van, zooals gas en water leiding, maar, 0, er is nog zoo veel meer, wat anders moet worden Heb je b.v. een verloskundige. We hebben er natuurlijk om gevraagd, maar 't antwoord was: „te weinig bewoners de moeile niet waard nog niet noodigl" (Ik dacht zoo bij me zelf, doch 'k sprak het maar niet .uit: „als die vroede vaderen, die nu zoo bout spreken van niet noodig zelf slechts éénmaal die stonde moesten doormaken, welke ons vrouwen meestal meermalen te wachten staat als ze maar eens éénmaal die smarten moesten verduren, eer de wereld een nieuwen burger rijker is, en dan nog met voldoende hulp, zouden ze dan nog zoo gauw zeggen, dat 't nog wel wachten kon En wordt het niet hoog tijd, dat ook vrouwen en moeders een woordje mee mogen spreken in. den raad? Eu fin, dit all6s tusschen haakjes, natuurlijk „Zal ik U toch eens een staaltje vertellen" vervolgde onze Koegras- senaar. „'tls wel zoowat een jaartje ge leden. Op een avond komen ze hier, ze schijnen voor zulke dingen alt|jd bij mij te moeten wezen, of ik niet er es gauw naar Den Helder wou gaan was een vrouwtje in hoogen nood ze had der eigen verrekend, 't was den t|jd nog niet enfin, om kort te wezen, ik moest dan om een vroedvrouw uit. Kom b|j juffrouwdie deed geen buitenpraktijk meer. Ik naar no. 2. En wat zei me dat Ze ging niet mee 'twas der patiënt niet en of ik hoog of laag sprong deed 't niet". Hoe z|j nu over die juffrouw dacht en ons zei, zullen we maar buiten besprek laten. „Goed, ik krijg 't adres van- nom- mer drie. Ik weer naar den Kanaal weg. - Zo was er niet. - Heel aan de Sluisdijkstraat. Vooruit, dacht ik, daar maar weer op af. Nou, dat was een erg vriendelijk mensch. Of ik dan maar een poosie wou wachten, 'n half uurtje of zoo 't was denkelijk gauw afgeloopen en dan ging ze direct mee. En on derwijl lag die arme stumperd hier in Koegras maar te wachten op hulp. Nou kort en goed, toen we dan eindelijk hier aankwamen, was 't Zondagmorgen en al dag. Nou moet u weten, een poosie daarna moest ik diezelfde nommer twee halen. We zitten samen in de wagen, maar erg vrindel|jk ben ik nou juist niet tegen der. Op 't laatst vraagt ze, „bent u boer Ja, zeg ik, die bon ik juist. Nou, daar had ze toch niet van o.a. die betreffende dienstper soneel, te koop, te huur, enz., worden alleen tegen contante betaling aangenomen. terug en ze was koest, dat verzëkër ik je". „En", kwam een blozende, knappe dochter ook een duit in 't. zakje gooien, „zooals nou mot. dat steun comité telkens mag je weer ge duldig offeren, gaan soms door weer en wind naar den Helder om 't te brengen „dank' je wel, hoor, en je kan naar huis huis gaan, maar nooit hoor je der es, wat er mee ge daan wordt, wie het kr|jgen - als je maar betalen wil, dan is 't al mooi". „Heb je laatst met die verkiezin gen" begon papa weer, „was me dat een dooie boel, niks merkte je der van, geen steek „In den Helder toch wel I" waagde ik het op te merken ,Zoo in den Helder kan wel wezen, .ar hier zag je der hier wat van Niet zóóveel en wij moeten toch zeker ook onze stem uitbrengen, zou ik zoo zeggen, ze hebben ons toch ook nog wel.noodig! Is het do Helderdersche kiesvereeniging dan de moete niet waard'om hier ook er es een beetje propaganda temaken?" Dan praatten we nog wat voort en -we zouden het graag wat gerekt hebben, maar de heer des huizes moest gaan melken en onze auto stond buiten te wachten dus namen we afscheid met een: tot ziens, en voort tuften we langs malschgroene weiden vol kostelijk vee een paar zwanen bogen gratie vol het hoofd als tot groet en zwommen statig verder en de zon de lieve zon sprenkelde alles met goudpoeder. Boven ons, in 't klare blauw, steeg jubelend een leeuwerik op Norma. Het Leger des Heils en de Oorlog. Harold Begbie, van de Daily Chro- nicle, heeft Bramwell Booth, den - leider van Met 1 e g e r des heils, over den oorlog geïnterviewd. Hij sprak eerst over het internationalisme, in het heilsleger belichaamd. Dit is door den oorlog gesterkt, meende hij. In onzijdige landen ontstond nieuwe geestdrift voor het heilsleger. In Duitschland, waar natuurlijk een groot deel der heilsoldaten onder de wape nen staat, predikt het leger hernieuw den trouw aan de internationale ideo. Een deel van het ondersteuningswerk wordt er door het heilsleger bestuurd. In Belgie zijn alle officieren, op een paar na, op bun post. In Engeland zijn er 40,000 van het heilsleger, d. w'. z. 20,000 eigenlijke heilsoldaten en 20,000 aanhangers, in dienst van het Engelsche leger getreden. Z|j doen hun plicht jegens „God, koning on vaderland". Al wat iu kakhi is, voolt ziiffi in deze dagen ook tot het heils leger meer aangetrokken. De mannen, die naar het front gaan, voelen meer behoefte aan het ernstige woord en het vrome gezang van het heilsleger, dan aan de zinledige liedjes, waarop ze getrakteerd worden op zoogenaamde uitvoeringen voor den soldaat. Booth acht het nutteloos te bewe ren, dat deze oorlog is voortgekomen uit hét streven van Duitschland naai wereldheerschappij.Iedere natie streeft naar iets wat daar heel veel op lijkt. Alle politiek- heeft materia listische oogmerken. Uit de aanbid ding van den Mammon en de verza king van God is deze oorlog ontstaan, meent Booth. Intusschen acht hij de oorlog lang niet zoo verwoestend als de drank, de prostitutie en de ceco- nomische druk. Eén zoo'n oorlog in de honderd jaar zou h|j nog zoo erg niet vinden, indien die drie euvelen daarmee uit de wereld konden worden geholpen. Booth heeft tijdens dezen oorlog al een verdieping van het godsdienstig leven waargenomen en verwacht na den oorlog een slerke godsdienstige opleving. De ondergeteekende wenscht zich te abonnee ren op de voorheen genaamd ,,'t Vliegend Blaadje" (per kwartaal 65 cant, franco per post 90 cent) Naam Straat en nummer: Met 1 Ootober begint het nieuwe kwartaal. FEUILLETON. Naar het Engelsch door PAUL URQUHART. 6.) „Ze stuurden mjj wel weg en van m|j hebben^:Ij meer gevaar te vreezen dan van haar. Zij zullen willen weten, wat z|j en ook wij dus van hun zaken weten en haar laten gaan, als het gevaar voor hen geweken zal z(jn." „Waar zou de man zijn die ons binnenliet? Als we hem maar had den." „H(j zal het geweest zijn, die onze auto gestolen heeft. Hij heeft juist tijd gehad een jas aan te schieten." „Ja, maar waar kunnen ze Lou gebracht hebben? Wij liepen even naar buiten en keerden terstond terug. Ver kan zij dus niet zijn." „Dat is een ideé. Laten wij de ont vangkamer onderzoeken. Z|j gingen er heen, doch bevonden alles in orde. Daar kon dus onmogelijk iets gebeurd z|jn. Lional zei Stanley, dat hij moest gaan zitten op de plaats, waar Lou zat, toen zij weggingen. Hij bekeek alles nauwlettend. Er was één verandering te consta- teereneen scherm met Oostersche figuren er op, was van plaats ver anderd. Het bedekte de onderzijde van een tapijt, dat ter versiering togen den wand hiDg. Hij verzette het scherm en bemerkte, dat een kant van het gordijn even omgebogen was. Hier lichtte hij het op, en zag een deur, die evenwel gesloten was. Stanley nam zijn zwaard en sloeg de deur bij het slot stuk, totdat hij zijn hand door de opening kon steken en zoodoende in staat wijs, de dein: te openen. Zij gingen naar binnen en liepen door een gang, die hen naar de keuken bracht. Niets of niemand hadden zij ont moet. „Z|j z|jn hierdoor gegaan" meende Xional, „Ja, bepaald, maar waarheen? Er is nieté aan te doenwe moeten de politie er in mengen." Lional zou het steeds geweigerd hebben, doch kon nu niets zeggen. Stanley had vol doende motieven. „Wij zullen de plaatselijke politie waarschuwen," besloot hij. „Ja, en vlug dan. Ga j|j er heen, terwijl ik hier wacht. Z|j moeten Lou spoedig terugvinden. Wat zal ik haar moeder moeten zeggen." „Je blijft hier terwijl ik weg ben." „Ja, misschien komt Lou terug." „Wacht liever buiten. Wie weet, hebben Z9 niet weer een duivelsch plan. „Goed, ik zal buiten wachten. Al licht komt er een voorbijganger, die me gezelschap wil houden." Lional ging op weg, en ontmoette juist den inspecteur, die met een heorenboer in gesprek was." „Inspecteur," vroeg h|j opgewonden: „Wilt u even meegaan naar dat groote huis daar? Er is een dame ver dwenen." De inspecteur keek Lional aan, als of h|j dacht dat deze niet geheel en al normaal was. „Als er daar iets niet in orde is, zouden de bewoners hel wel uitzoe ken. Is u er gelogeerd?" „Neen ik kwam er met een paar kennissen. Een hunner is verdwenen en er is niemand in het geheele huis meer te vinden." De twee mannen keken hem ver baasd aan. „De kolonel is weg," merkte de boer op. „Neen, er brandde licht een paar avonden. Hij had bezoek naar ik meen." „Wiens huis is het? Kent U de bewoners?" vroeg Lional hoopvol. „Wel, het is kolonel Bloomer. Hij heeft het huis gekocht van dr. Har ding. „Een groote man, mei grijzend haar en een lange snor?" vroeg Lional. „Neen, dat is bij niet," antwoordde de inspecteur. „Heeft h|j een groote donkere vrouw en een. dochter?" „Niet zoover ik weet. Maar mis schien waren het gasten van hem." „Neen, de man, die ik er ontmoette was de heer des huizes. Ik ben er twee nachten geleden geweest," zei Weedom met nadruk. „Maar als u alles weet, waarom vraagt u ons dan vervolgde de in specteur, „en wat is er nu met die dame? Wie is z|j en wat kwam zij er doen?" „Ga mee, als het u beliefd Ik kan het beter op de plaats zelve uitleggen." Weedom sprak niet over het bezoek van juffrouw Fritzgerald, zijn geheim zinnige operatie in het huis's nachts en den moord op de kamers van Poole. Hij vermoedde, dat Lou's ver dwijning in verband met dit alles, maar hoe kon h|j niet gissen. Tot z|jn verwondering vond hij Stanley niet bij het hek. Zy gingen naar binnen en hoorden, hoe daar op onaangenamen toon een' gesprek ge voerd werd. Zij betraden de ontvangkamer ea zagen Stanley bij de verbroken deur in gesprek met een man. De inspec teur salueerde eerbiediglijk." „Ik zou u in hechtenis kunnen doen nemen wegens inbraak," zei de man boos. „Natuurlijk, kolonel Bloomer, als u 't zegt zal het gebeuren," viel de inspecteur in. „U ziet er uit als een gentleman," vervolgde de kolonel. „Hoe ter wereld kwam u er b|j, zooiets te doen?" „Is u kolonel Bloomer?" vroeg Weedom vooruitstappend. „Juist, mijnheer, dat is mijn naam," gaf de ander ten antwoord. „Dan, mijnheer doen wij een beroep op u, om de dame terug te vinden, die in uw huis verdwenen is uit deze kamer. We zochten haar overal en vonden deze deur, die we openden in de hoop, hot geheim te ontdekken." „Ja, ik heb het reeds verteld," viel Stanley in. „Maar mijnheer wil het niet gelooven." „Ik ben lang weggeweest, wendde de kolonel aan en in verband met uwe buitengewone geschiedenis over de verdwenen dame, zou ik wel wil len weten, wie zij is en wat zij tijdens mijn afwezigheid in m|jn huis kwam doen". Z|j kwam mevrouw Harding „Mevrouw Harding: Als z|j een kennis was van deze dame, moet zij weten, dat die hier niet meer woont". „Maar ik begrijp niet, dat ge hier de vorige avonden niet waart. Ik ben medicus en behandelde hier een pa tiënt. „Wel, goede homel, riep de kolonel. U spreekt, alsof ik iets verkeerds deed en daarvan opheldering moet geven. Uw positie wordt steeds slechter door al die praatjes." „Maar ik voerde hier een operatie uit, twee nachten geleden." „Als u meent, dat dat toen gebeurd is, moet u dronken geweest zijn," vervolgde de kolonel grof. Poole wist niet meer wat hij ervan denken moest. Hij vond het echter beter, Weedom's werkzaamheden bui ten beschouwing te laten en pogingen te doen, om Lou terug te vinden. „Ik geef toe, dat dit alles heel vreemd is," mengde hij zich weder in het gesprek, doch wanneer u mij toestaat alles te verklaren, vertrouw ik dat u ons zooveel mogelijk zult willen helpen." Mijn naam, Stanley Poole, deze mijnheer is dokter Weedom. We waren hier van avond met mejuffrouw Louise Burwoud, dochter van wijlen generaal Burwood. Zij kende mevrouw Harding en dacht, dat die hier nog woonde. Wij werden binnengelaten. M|jn neef en ik gingen even weg en b|j onze terugkomst was mejuffrouw Burwood verdwenen. W|j doorzochten het huis van boven tot onder." „Keek u ook in den tuin?" vroeg de kolonel vriendelijk. „U ziet er z|jn hier tuindeurenmisschien dat de dame, toen ze alleen was, den tuin is ingegaan." Hij opende hoogst welwillend de deuren en Poole liep naar buiten, ter wijl h|j luid Lou's naam riep. Hij kwam bij een dikke haag, die de tuid van de daarachterliggende bosschen afsloot. H|j liep er langs gevolgd door anderen. Plotseling hoorden ze een luiden triumfkreet. „Hier is een spoor," riep Poole, een idschoen oprapend. „Herken jij die Lionalvroeg h|j. „Juist zoo een als zjj vandaag droeg," luidde het antwoord. .,Ik vind mijn verdere bemoeiingen in deze leugenhistorie overbodig," zei de kolonel." Het l|jkt mij zeer aan nemelijk, dat de dame ergens in de bosschen wandelt, of die misschien ngs een anderen weg heeft verlaten. Stanley ging eveneens, voortdurend roepend, de bosschen in. Doch hij kreeg geen antwoord. HOOFDSTUK IX. De anderen volgden hém langs een pad, dat naai- een deur in een hoogen muur leidde. De deur was ontsloten „Juist zooals ik dacht," merkte de kolonel opde dame is alleen weg gewandeld. „Dan is haar gedrag onverklaarbaar, antwoordde Poole. „Dat is het gedrag van de meeste vrouwen," filosofeerde de kolonel. „En nu verwacht ik van een gentle man als u, dat die zijn excuses zal aanbieden en de verzekering zal ge veD, dat iets dergelijks niet meer passeeren zal." Poole deed dit, zonder eigenlijk goed te weten wat hij zei. „Maar onze auto?" vroeg Weedom. „Een van uw menschen reed er mede weg." „Ja, we lieten den wagen buiten staan. „Als u auto's buiten laat staan, zoodat de eerste de beste, die de laan in komt er mede kan wegrijden, ben ik daar niet verantwoordelijk voor," merkte de kolonel op. Daar was weinig tegen in te bren gen. Ze hadden bovendien geen enkel bew|js, dat het een van zijn lieden geweest was. „Mag ik u er even op attent maken, dat er een auto in de andere laan naar het bosch staat, vervolgde de kolonel. Weedom en Poole liepen er heen en vonden hun wagen. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1915 | | pagina 4