Nlaupie Staal,
Maupie Staal
GROOT BAL
De Sten der Liefde.
VAN NELLE'S
MARIE VAN BRINKOM,
Duo VAN LAAR,
G. SCHUT, TE K0E6RAS.
Café „DUPASSAGE'
Pakjes Koffie
„CASINO".
hedenavonoT^Tseptember-.
HENRI ORVAN,
M0RBENAV0ND74SEPIEMBER:
de FEEST-PROPAGANDA-AVOND
Ute geven door den J. G. O. B.
op VRIJDAG 24SEPTEMBERa.s.,
Gezelligst
Café-Billard
„Wilhelmina"
KEIZERSTRAAT.
W. J. WINTER,
Handel in Religieuse Artikelen.
Kerkgracht 63.
MAINIIEN - KALLISTHENIE - CONTENAHCE
Heldersche
Auto-Verhuurinrichting.
„De Noord-Brabantsche Schoenwinkel."
Boks Heeren Rijgbottines f 6.00.
Boks Heeren Rijgbottines f 6.50.
Croom Heeren Rijgbottines,
Aanvang der gezellige
VARIÉTÉjJWONDEN.
Optreden van
ës populairs coupletzanger-lmltateur
Holl. Soubrette, en
Humorist, in zijn nieuw repertolr.
In hunne komische scène's
en coupletten.
Muziek van het Casino-orkest.
Entree 25 ct.,
plus cl. Stii. belastinglaan gezilscüapstalelties).
NA AFLOOP BAL.
Aanvang 8 uur. - KAARTEN vanaf
heden verkrijgbaar In het Sigarenmaga
zijn van den Heer KOKELAAR, Kanaal-
weg, en 's avonds aan het loket.
BEZOEKT
medewerking
met
welwillende medewerking van het ZANGKOOR
„ONS DOEL", de HELDERSCHE TABLEAUX-CLUB en
den Heer SPRINK,
des avonds 8 uur in „TIVOLI".
TOEGANG 11 CENT.
ZONDAG 26 SEPTEMBER
BIJ
Aanbevelend, A. DOL.
Teekenles aangeboden,
In
STI LIEREN, maken van
VLAKORNAMENT enz.
Brieven om inlichtingen, bureau
van dit blad onder No. 44.
•jnn f io} s uba sBepuoz s, )|oo 'puadoaB
N3H31V
■fpeaozd me u| ueOupoojBjaA ettsft e)t|
'U|*|dlBu|U0^ )>l| [,q '81 nmSBHINO*
'teiiSotoj
nzH H39fl3d)i J3H0
R.-K. Koater.
Beslist het goedkoopste adres.
Belast zich tevens voor ds be
dieningen van Begrafenissen In nette
Uniformkleeding, zoowel binnen- als
buitan dsza gemeente.
Billijke tarieven.
FEUILLETON.
Naar hat Engelseh door PAUL URQUHART.
9.)
„En ik ga mede."
Ztj schudde het hoofd.
„Neen, dat kan niet. Ik dank u
voor alles wat ge voor mjj deedt,
maar we moeten scheidenvoor
goed."
„Maar dat is onmogelijk. Ik kan u
niet vergeten en g(j mij niet," riep
Weedom onstuimig, „dat weet ik."
Hij wilde haar hand grepen, doch
ztj trok die terug en liep naar het
raam. Z(j verschool zich achter de
gordijnen en wees sprakeloos naar
buiten.
Weedom keek in de richting, die
ztj aangaf en zag een tweetal mannen
heen en weer loopen.
De dame, die van het raam was
weggegaan, sprak nu druk met de
hospita.
Weedom keek naar de beide man
nen buiten, die het huis nauwkeurig
bewaakten. De dame was gevangene,
evenals ht). Onder het ontbtjt, dat men
gezamenlijk gebruikte, heerschteeen
gedrukte stemming.
„Ze wachten nog steeds" zei Wee
dom angstig naar buiten ktjkend.
„'tis goed," antwoordde juffrouw
Fritzgerald. „Ze zullen m|j zien". En
P R IJ l E N
ROODMERK. 80 cent per pond
PAARSMEHK 70. L-nt per pond
WITMERK 60, .:nt p<;r pond
GEELMEHK 55 cent per pond
Verkrijgbuür
in PAKJES van halve ponden, en onsen
(boonen of gemalen)
Vraagt Uw Winkelier!
DE TROONREDE.
Wtj laten hieronder volgen de be
knopte uittreksels uit de beschou
wingen van de voornaamste bladen
over de Troonrede
Het Alg. Handelsblad schrijft
i. m.:
De geheele troonrede heeft een
eer hoopvolle dank, er spreekt
meer vertrouwen in de toekomst uit
wij missen b.v. met vreugde een
thans" zeker overbodige opwekking,
als in 1915 tot het geheele volk werd
gericht om „den schijn te vermijden"
alsof voor een der oorlogvoerende
mogendheden partij werd getrokken.
Juist daarom was het ons een te
leurstelling niets te vernemen over
de wijze waarop zee- en land
macht gereed zouden blijven om onze
nationale belangen te beschermen en
over de mogelijkheid dat zonder ge
vaar voor deze nationale belangen,
een minder groot offer van ons volk
gevraagd zou kunnen worden.
Dagelijks inschrijving van Leerlingen
voor den Cursus 1915-1916
Privé-lessen.
Besloton clubs.
Men vrage
prospektus
Boston,
Boston run,
Boston pose, Boston
varlatlon, Triplo Boston
mondain, Half-time Boston,
Hesltation valse, Ta-tao, Maxixe,
Blpianette, Fish-walk, etc.
Uitsluitend adres: „DIJKSTRAAT 37!
GarageGRAVENSTRAAT.
Aanvragen worden aangenomen Kanaalweg 89 en Kelzerstr. 61.
Beleefd aanbevelend, W. PRINS.
onvrijwilligen als den tijdelijken aard
aanduidt worden in de Troonrede
drieledig gemotiveerd. De tusschen-
komst dient, volgens de beperking
die de regeering zelve aanlegt tot
drieerleihet aanvoeren van levens
middelen, het tegengaan van prijs
opdrijving en het voorkomen van
wegvloeiing van voor het land on
misbare lovensmiddelen en grond
stoffen. Of voor het eerstgenoemde
de noodzakelijkheid nog voortduurt,
ia aan gegronden twijfel onderhevig.
Prima kwaliteit GESMOLTEN RUNDVET
en zuivere GESMOLTEN REUZEL
lovsrt in Iedere hoeveelheid, uitsluitend aan Slagers en Winkeliers:
J. A. VAN WALSUM, Rotterdam,
Lange Franckenstraat 32. - Teleph. 4108-4187.
P.S. Voor H.H. V0tsmelter8 speciale offerten. Vraagt Prijscourant.
Voor Uwe Kinderen Is „VICTORIA"
onovertrefbare hoofd Eau de Cologne. Per flacon
25 an 35 cent.
„HEURECA" werkt eveneens verrassend
zeker en is aangenamer in 't gebruik doordat
het reukloos.is. Het kost 35 en 50 cent
per flacon. Proefilacon 20 cent.
Deze hoofd waters bestaan uit zuivere extrac-
tieve plantenstoffen en beantwoorden vol
komen aan de eischen, welke men voor
dergelijke hoofdwaters stelt.
Verkrljgb. bij den Heer Wijtsma, Middenstr.en
brj den fabrikant S. C. de Man, Koningstr. 39.
TIJDELIJK AANBOD AAN H.H. MILITAIREN!
Aanbevelend, (Amerikaansch Derby-model] vanaf f 4.50.
J. MOEN, Koningstraat 21.
De Troonrede belooft (dus) veel
van dit jaar. Niet in aantal wetten
de lange lijst beloften van vredes
jaren kent deze troonrede niet. Maar
wat beloofd wordt is zoo uiterst be
langrijk. En, behalve van de grond
wetsherziening en do verdedigings
wetten, raakt het alles één minister,
den minister van Financiën.
De Nieuwe Rotterdam-
che Courant zegt, dut nu 't
vooruitzicht bestaat, dat de oorlog
nog wel geruimen tijd aanhouden zal,
meer en meer het verlangen opkomt,
meer en meer de wenschelljkheid
blijkt, hier te lande den normalen
weer voor zooveel mogelijk in
te zetten.
De regeering gaat voor. Zij neemt
haar gewone bezigheid weer op, en
maakt duidelijk, dat het niet aan
haar liggen zal, indien de belang
rijkste onderdeelen van haar program
binnen deze periode niet alsnog hun
beslag zullen krijgen. Voorstellen tot
grondwetsherziening zullen „weldra",
wetsontwerpen tot herziening der
sociale verzekeringswetten zullen
„eerlang" worden ingediend.
Maar, gelijk te verwachten was,
zijn de buitengewone omstandigheden
ook op het regeeringsprogram niet
zonder invloed gebleven. De indie
ning van eene vlootwet blijft uitge
steld. Men zal zich bepalen tot ge
ieidelljke vervangiDg van het mate
rieel dat aan den dienst komt te ont-
valleD, waarbij in de eerste plaats
rekening zal worden gehouden met
de verdediging van Nederlandsch
Indié. Er zullen dus waarschijnlijk
weer een paar schepen worden aan
gevraagd, zooals de Staten-Generaal
er in het afgeloopen jaar reeds heb
ben bewilligd. Het systeem, waartoe
de regeeriog gedwongen is haar toe
vlucht te nemen, heeft ontegenzeg
gelijk nadeelen. Aanbouw zonder
vast, plan, bij eene vlootwet omschre
ven, loopt het gevaar improvisato
risch, brokkelig te blijven, zonder dat
een goed ineensluitend geheol wordt
verkregen, doch zoolang de oorlog
nog woedt, en de kans dus bestaat,
dat van nieuwe belangrijke onder
vinding met groot en klein materieel
kan wordon partij gotrokken, zou
het roekeloos zijn, zich aan
vlootwet te gaan binden.
Het lijkt de „N. R. Ct." goed ge
zien, dat in aansluiting aan de Rijks
belastinghervorming de financieele
verhouding tusschen Rijk en ge
meente zal worden geregeld.
De nood der gemeenten heeft zich,
tijdens en ten gevolge van den oorlog,
opDieuw op den voorgrond gedron
gen. Zelfs gemeonten als Rotterdam,
waar zuinig beheerd is, en waar de
lasten voor de burgerij lot nu toe
niet al te hoog opgedreven behoefden
te worden, ontkomen thans aan het
noodlot niet langer
De Nieuwe Ct.:
De gansche weermacht onder de
wapens hoe lang? Ziedaar een
vraag, op dit oogenblik tenminste
evenzeer van buitenlandsch-staat-
kundigen als van militairen aard, en
derhalve uitsluitend ter beantwoor
ding aan hen die, zoolang de wereld
oorlog duurt en zoolang Koningin en
volk hen waardig keuren, de verant
woordelijkheid voor 'slands staat
kundig lot moeten dragen.
Moge zich ieder toch daarvan door
dringen: vertrouwen in de regeering
sluit thans onderwerping van eigen
meening en onlust in aan haar oordeel
over hetgeen de gereedheid onzer
weermacht eischt. Het is ondenkbaar
dat dit ministerie, saamgesteld gelijk
het is, in dit opzicht langen tijd zou
„overvragen".
De buitengewone bemoeiingen met
het economische leven waartoe de
regeering in de tegenwoordige om
standigheden zich „nog genood
zaakt" ziet - de uitdrukking is
wijl z(j zoowel den
ze ging voor het raam staan, om
daarna in een stoel plaats te nemen,
haar gezicht naar de kamer gekeerd.
„Nog één maal moet ik u een
dienst vragen. Het is mijn eenige
kans, begon zij.
HOOFDSTUK XH.
„Ik heb de hospita gevraagd, mij
een poosje te vervangen, nadat ik
hier gezeten heb, zei juffrouw Fritz-
gerald.
Ik ga een oogenblik de kamer uit
en kom schijnbaar terug. De hospita
zal dan in mijn kleeren en met deze
schawl om hier komen, en u moet
tegen haar spreken als ze hier zit.
„En u dan?"
„In de kleeren van de hospita ga
ik achteruit naar de boot. Het is mijn
eenige kans. U moet hier blijven, en
met de dame spreken terwijl ik ont
vlucht".
Weedom moest toestemmen.
Na een oogenblik stond zij op en
ging naar de slaapkamer.
„U blijft hier en wacht op de hos
pita," zei ze.
„Maar wat zal er in Parijs ge
beuren?"
„Als ik weg kan komen zonder
gevolgd te worden, ben ik voorloopig
veilig. Meer kan ik niet zeggen.
Zij sloot de deur en na eenige
oogenblikken kwam de hospita in de
kleederen van juffrouw Fritzgerald
binnen en ging voor 'traam zitten,
de rug naar buiten gekeerd.
De mannen bulten bleven heen en
weer loopen, terwijl Weedom een ge
sprek aanknoopte met de hospita.
iQtusschen had juffrouw Fritzgerald
door den tuin en oen achterdeur het
huis verlaten en was naar de boot
gegaan.
Het huis, waar dokter Deene woon
de was een hoekhuis en daar het op
een kleine heuvel stond, kon Weedom
do aanlegplaats der boot door een
ander raam zien. Hij zag, hoe juf
frouw Fritzgerald een kaartje nam,
de contróle passeerde en aan boord
ging. De stoomfluit gierde en lang
zaam verliet de boot de haven.
De mannen buiten liepen voortdu
rend op en neer.
Er bestond voor Weedom geeD
reden, nog langer te Folkestone te
blijven.
Hij wachtte echter nog, tot de vol
gende boot vertrokken was, om de
vervolgers te misleiden en ging toen
naar Londen, waar hij Stanley Poole
op zijn kamers trof.
„Lou heeft een vreemd avontuur
gehad," zei hij. „Toen wij naar
buiten gegaan waron werd zij van
achteren vastgegrepen en na dien
herinnert zij zich niets meer, dan dat
ze ontwaakte in een klein huisje,
waar een oude vrouw haar vertelde,
dat zij haar aan den weg gevonden
had. Zoo spoedig mogelijk is ze terug
gekomen en ik had nog Juist tyd
om te seinen.
„We moeten die oude vrouw terug
vinden'
Het Nieuws van den Dag
is niet be3t over de Troonrede te
spieken.
Het is uit den toon dezer troonrede
wel te hooren, dat wij de groote dagen
van September 1914 lang achter den
rug hebben den tijd, waarin Vorstin,
Regeering en Volk waarlijk eendrach
tig tesaam stonden, zoodat zelfs in
het officieele stuk, waarmee de nieuwe
periode van parlementaire werkzaam
heid wordt ingeleid, klanken van echt-
menschelijke aandoening trilden. Maar
nu, na oen jaar van ongewoonheid
en voorloopigheid, schijnt 't abnor
male zoo langzamerhand normaal te
wordenwel zijn er nog wolken aan
den horizon, maar de angst is ge
weken en alles gaat maar weer zijn
gangetje.
Deze troonrede is een mat stuk,
oordeelt het „Nieuws".
Het beste, oordeelt Het Volk,
dat van deze troonrede gezegd kan
worden, is dat zij uitmunt door sober
heid, in deze ontroerende en beroo-
rende tijden, een deugd, die moeilijk
te hoog aangeslagen kan worden.
Daarmee is geenszins gezegd, dat
wij het geheele staatsstuk met onver
mengde gevoelens van volledige in
stemming gelezen hebben. Dit kunnon
wij getuigen noch van het eerste
gedeelte, dat een schets geeft van den
toestand waarin moederland en kolo
niën zich te midden van den wereld
oorlog bevinden, noch van het tweede
gedeelte, dat het wetgevend program
voor het komende jaar bevat.
Wat het eerste gedeelte aangaat,
zoo treft daarin dezelfde ongemoti
veerde optimistische toon, die ook in
de jongste ekonomische nota van den
Minister van Landbouw zoo onaan
genaam aandeed en in de meest ver
schillende hoeken der pers scherper
of zachter geformuleerde protesten
heeft uitgelokt. Zonder dat men kan
zeggen, dat een der uitspraken daar
over in de troonrede beslist ODjuist
geldt toch in het algemeen, dat
door de woordenkeus eenerzyds, door
het verzwijgen van belangrijke feiten
anderzijds, op kunstmatige wijze een
gunstiger beeld gegeven wordt, dan
met de werkelijkheid overeenstemt.
Het meest bevreemdend vindt het
blad, dat met geen woord gerept
wordt over de schromelijke duurte
der levensmiddelen.
Het tweede gedeelte van de troon
rede, waarin de voornemens der
regeering ten aanzien van de wet
geving worden medegedeeld, is dit
maal zoo beknopt van inhoud, dat
wij er niet meer dan enkele korte
opmerkingen aan behoeven te wijden.
Het vorig jaar ontbrak doze aan
kondiging in de troonrede geheeldat
zij nu weer is opgenomen, is een
teeken, dat de „buitengewone om
standigheden', zooals trouwens de
regeering uitdrukkelijk verklaart, niet
meer dermate alles overheerscheD,
dat niet „de gewone wetgevende
arbeid" hervat kan worden.
Het gewichtigste is zeker de in
lichting, dat de indiening der grond
wetsherziening-nu toch „weldra" zal
kunnen worden tegemoet gezien. De
uitdrukking laat nog ruimte voor
uitstel. Hopen wij, dat de termijn
zoo kort mogelijk zal z\jn. Grondwets
herziening is een zaak die veel tijd
vordert.
Met sombere gevoelens ziet het
socialistisch orgaan de aungekondigde
vlootwet tegemoet.
De Standaard erkent zonder
voorbehoud, dat de Troonrede het
Kabinet eere brengt.
Gemeden is de fout, om met het
oog op den oorlog, was binnenlandsche
aangelegenheden als bijkomstig ach
terwege te schuiven. Zaakrijk zelfs is
wat ten opzichten van het binnentrad
te berde komt. En niet minder doet
't aangenaam aan, dat zoo wat den
oorlog raakt als wat er buitenstaat,
in een ernstigen maar toch kal men
toon ter sprake komt. Er is geen
zinsmede in deze rede, die gejaagd
heid of oppervlakkigheid verraadt. Er
spreekt gerustheid, bewustheid en
wilsdracht uit. Haast vraagt men zich
af, hoe het aan deze Ministers mo
gelijk was, waar Z90 telkens de oor
log hun aandacht' spande en hun
geest afmatte, met zulk een uitgewerkt
stel plannen tot de Staten-Generaal
te naderen.
Na een overzicht van den inhoud
van het eerste deel resumeert het
anti-revolutionair hoofdorgaan
Zonder zich in te hooge zelfinge
nomenheid te verliezen, mag de Re
geering dan ook dankbaar constateer-
en dat de buitengewone maatregelen,
die ze nam, doel hebben getroffen,
en door de uitkomst gerechtvaardigd
ziju.
Toch is ook voor ons publiek na
tuurlijk het tweede deel van deze
rede verreweg 't belangrijkste. Wat
over het afgeloopen jaar vertolkt werd,
was slechts resumtie van wat we
reeds wisten, terwijl daarentegen het
tweede deel der Rede ons aankondigt,
wat we in het komende jaar van het
Gouvernement te wachten hebben.
En met name dat tweede deel ge
tuigt van een werkzaamheid en van
een aanpakken van de zaken, dat
weldadig aandoet.
Voorop gaat daarbij de Grondwets
herziening, die men in 1913 reeds in
1914 wilde afhameren, maar die, dank
ztj de kalme bedaardheid van het
Kabinet, eerst nu, doch dan ook als
voldragen vrucht, aan de Staten-
Generaal zal worden aangeboden.
Laat ons hopen, dat ze niet tot te
scherp gespannen principieelen strijd
aanleiding zal geven, en hierdoor er
zich toe leenen zal, om, zelfs al toefde
het vredesherstel, nog in deze elec
torale periode te worden afgehandeld.
iets van een oude vrouw
„Stanley,hetzijn handige schurken"
.constateerde Weedoiu.
„Maar wat was huu bedoeling, daar
heb ik geen idéé van".
„Er was met Lou niets gebeurd,
alleen en dit is het vreemdste van
de historie; was er op haar schou
der een klein bloempje geteekend,
juist zooals dat van de vermoordde
dame".
„Getatoueerd? Dat kan niet in zoo
korten tijd".
„Het staat er duidelijk en met zeep
is het niet weg te krijgt n".
„Ik moet het zien. Kunnen we er
nog heen gaan?"
„Ja, dat denk ik wel," antwoordde
Poole en de beide neven gingen op
weg.
Bij de familie Burwood gekomen,
onderzocht Weedom het teeken nauw
keurig en liet Lou daarna ruiken
aan een fleschje, dat hij bij zich
droeg.
„Dat is dezelfde geur die ik merk
te bij het ontwaken," riep Lou.
„Juist, u ontwaakte even te vroeg,"
zei Weedom, terwijl hij een stukje
watten in het vocht drenkte en er
de schouder mee waschte. Na een
oogenblik was de bloem verdwenen.
„Maar, waarom is het daar gezet?"
vroeg Lou.
,;Dat zou ik ook wel willen weten,"
antwoordde Weedom." Het is zoo
keurig gedaan, dat een leek moet
denken, dat het getatoueerd is. Tot
Ous is het wel, zouden we willen
De Nederlander schrijft
Niet zonder eenige bevreemding
ook zal worden vernomen, dat Minis
ter Treub zonder meer vast. schijnt
te zullen houden aan de voorgenomen
„herziening", dat wil zeggeu: om
verwerping der sociale verzekeriugs
wetten-Talma, die in December 1916
moéten in werking treden, maar voor
de uitvoering waarvan, geheel in den
geest van des Ministers voornemens,
nog geen stap gedaan schijnt te zijn.
Wij voorzieD, dat de Regeering zich
hiermede buitengewone moeilijkheden
op den hals haalt; met de gedachte
van een „politiek Bestand" schijnen
deze voornemens ons ten eenenmale
in strijd. Een maatregel als de Staats
pensionneering laat zich niet, onder
den druk dier buitengewone omstan
digheden,als bij verrassin g doordrlj ven
De nadruk, dien de Troonrede legt
op de voortdurende regeering3zorgen,
betreffende den aanvoer van grond
en hulpstoffen, de regeling van het
levensmiddelenvraagstuk en de maat
regelen tot het tegengaan van prijs
opdrijving, teekent, volgens „De Tijd",
opnieuw de eigenlijke taak, welke de
Europeesche oorlogstoestand voor het
Kabinet-Cort van der Linden heeft
geïmproviseerd.
Achter zulk een goederentrein met
dingen van den dag maakt de aan
kondiging, dat eindelijk ook eens ge
tracht zal worden naar verwezen
lijking van eenige belangrijke en
wezenlijke punten 'op het program,
hetwelk de beteekenis van ditMinis
terie heet uit te maken, den indruk
van een bijwagen, die achteraan wordt
gesleept. Zal deze bijwagen niet aan
een of ander tusschenstation van den
langen parlementairen weg worden
uitgeschakeld? Zal hij in deze wet
gevende periode zijn eindstation be
reiken
Die kans schijnt bij den tegenwoor-
digen toestand van onmachtige libe
rale staatkunde te grooter, nu in de
Troonrede zelfs een toespeling wordt
gemist op het desideratum der Rech
terzijde, op wier toegevendheid in
het belang van den Godsvrede voort
durend een beroep wordt gedaan,
maar wier tegemoetkomende houding
men zelfs met de meest bescheiden
inwilliging van hun redelijk verlangen
wenscht te beantwoorden. Waar blijft
het voorstel tot wijziging van artikel
192 der Grondwet Is hot compromis
geslaagd, dat de Premier reeds in
1913 als mogelijk in uitzicht stelde,
en is de bedoelde wijziging opge
nomen in de aangekondigde Grond
wetsherziening
Het zal voor de leiders der par
tijen van de Rechterzijde zaak wor
den, volgens „De Tijd", bij de komen
de beraadslagingen over de richting
onzer binnenlandsche politiek, een
duidelijk antwoord betreffende zijn
houding aan het Ministerie te ont
lokken.
„Het Centrum" mist met leed
wezen de mededeeling, dat de mobili
satie reeds binnen enger grenzen ]en
tot beperkter afmetingen kan worden
teruggebracht.
Wat de „Maasbode" het meest
interesseert in de Troonrede, is de
zeer besliste houding, welke de regee
ring van nu aan ten opzichte van
het politiek bestand aanneemt.
Zij zegt den „godsvrede" vaarwel.
Al heeft dan ook de politieke wapen
stilstand onder haar hooge auspiciën
gegolden als een landsbelang van de
eerste orde, de „godsvrede" is plot
seling landsbelang af en de politieke
arena gaat weer geopend worden.
Maar zoo staat de vraag niet. Niet
moet onderzocht of het den politieke»
partijen, maar wel of het voor 's iands
belang nuttig wezen kan, dat het
partljleven weer in vollen omvang
gaat beginnen.
En al zal het besluit der regeeriDg
waarschijnlijk door sommigen als
kloek beleid begroet worden, wij mee-
nen, dat do godsvrede geon waan is
geweest en de hechtste eendracht
nog immer even noodzakelijk.
Al aanstonds zal de regeering de
zeer wrange vruchten plukken van
haar blijkbaar onder linksche influen -
ties genomen besluit, wanneer zij
pogingen zal hebben af te wijzen,
welke op gedeeltelijke demobilisatie
doelen.
Immers, kan het niet anders, of
de regeering die tot voor kort den
politieken strijd landsgevaarlljk achtte
maar thans wenscht, moet de over-
tuigingbezitten, dat het buitenlandsch
gevaar in wezen geheel veranderd is.
Als die overtuiging zich nu niet
in haar legerpolitiek afspiegelt, en op
elk ander gebied van regeerbeleid,
dan zullen ondenkbaar scheeve ver
houdingen ontstaan'.
Merkwaardig als een bewijs hoe
de regeering zelf de volle draagwijdte
niet gevoelt van de afdanking van
den godsvrede, vind de „Maasbode"
dan ook, dat de sociale ontwerpen
van minister Treub niet als een ge
woon onderdeel van den „gewonen
wetgevendon arbeid" worden aange
kondigd, maar onder een verschoo-
nend beroep op het naderen van den
dag, waarop de invaliditeitswet auto
matisch in werking zou treden.
„Onnoodig, ik ben er heen geweest nog toe is alles mij duister." -
1 de hut was leeg. Niemand wist1 „Ga je ook naar Parijs vroeg 1 wilt een en and6r weten van kolonel
Poole toen ze terugkeerden.
„Ik mag niet," antwoordde Weedom
treurig. „Ik zou gevolgd worden. Zij
zullen de hutten bewaken en zoolang
ik blijf, denken ze dat zij ook hier is."
„We zullen morgen nog eensnaar
dat huis toegaaD."
„Daar zal niets meer te vinden
zijn. Ik sprak de menschen die ko
lonel Bloomer het huis verkochten.
Hij betaalde en verder weten zij
niets van hem".
„Kunnen wij niets doen, ook in
verband met Lou?"
„Ik heb hem er over gesproken en
hij meent, dat Lou in zenuwachtige
toestand is weggegaan, of dat we
ons in het huis moeten vergissen".
„Dat kan niet, ik herkende alles".
„Bewijs dat maar eens. Bovendien
wil je de politie er niet in mengen.
Het eenige, wat je kunt doen, is een
particulier detective nemen. Ik heb
juist een aanbieding gekregen van
iemand, die de moordgeschiedenis
wil ophelderen. Hem zouden we kun
nen nemen. Het is Leverington".
Weedom ging naar Leverington en
vroeg hem, het huis te bewaken en
iets uit te vinden over de bewoners.
Den volgenden dag bezocht hij den
detective opnieuw.
HOOFDSTUK XHI.
Leverington lachte vriendelijk.
„Voor ik het resultaat van mijn
onderzoek mededeel, zou ik eerst wel
iets willen vragen," begon hy. „U
Bloomer en ook van een jonge dame,
die daar gewoond heeft, denk ik
„Ja, juist, wat is er van haar?'
„Ik merk, dat ik gelijk had," ver
volgde de ander rustig". Heeft die
dame eenige reden, zich verborgen
te houden? Heeft zij het land ver
laten?"
„Mijn doel is, meer te weten van
kolonel Bloomer," antwoordde Wee
dom zijn vraag ontwijkend.
„Misschien interesseert het u, te
weten, dat er zeer onaangename din
gen aan het licht zouden komen,
wanneer deze dame ontdekt werd,
zéér onaangenaam".
Weedom keek den detective i
die kalm een sigaar rookte. Hij was
bang, meer te hooren, maar wilde
het toch weten.
Het zou onder ons blijven," begon hy.
„Dat spreekt".
„Wat weet u?"
„Laten we beginnen, met aan te
nemen, dat u belang stelt in zekere
dame u bekend als meffrouw Fritz
gerald".
„Is dat haar naam dan niet?"
viel Weedom in de rede.
„Zij is evenmin als haar vrienden
bang om haar naam te veranderen,
vervolgde Leverington kalm. „U ont
moette haar verschillende malen, ook
ik het huis. Zij heeft u waarschijn
lijk weinig van zich zelf verteld en
voor ik verder ga, moet ik vragen,
of u iets meer van haar wilt weten.
„Zeker, wil ik dat," antwoordde
enthousiast.
(Wordt vervolgd).
De Balkan.
De lont aan het kruitvat van den
Balkan is nu aangestoken, het zal
nu wel springen, maar hoe, dat
kunnen we nog steeds niet zeggen.
Dat de viervoudige entente reeds
tallooze pogingen heeft aangewend,
om er den brand in te steken, is
bekend.
Z(j heeft Bulgarije trachten over
te halen aan haar zijde tegen Turkije
te vechten, maar het tot stand komen
van de Bulgaarsch-Turksche overeen
komst doet vermoeden, dat de kans,
dat Bulgarije zyn neutraliteit zal
prijsgeven ten behoeve van de enten
te, zeer gering is. Het zou daar voor
worden beloond met stukken van
Servié en Griekenland, welke landen
de uitnoodiging, de landstreken, waar
voor zy den tweeden Balkanoorlog
hadden bestaan, onderscheidenlijk niet
zonder voorbehoud of koel ontvangen
Servié werd schadeloos geBtold met
het vooruitzicht op Bosnië en
Herzegowina.
Nadat nu die langdurige pogingen
der entente, die nog worden voort
gezet, tot geen resultaat hebben go-
leid, anderzijds de veldtocht in Rus
land niet nagelaten heeft op den
Balkan indruk te maken, schijnt het
voor de centraleD een geschikt oogen
blik opnieuw agressief tegen Servie
op te treden.
Het doel van dit offensief zal wel
zyn, verbinding met Turkije te krijgen,
hetgeen in de eerste plaats voor
Turkije zelf, en vervolgens voor do
heele zaak der centralen in het alge
meen, van onberekenbaar nut zou
wezen. Daar komt bij, dat de Turken,
vooral door de slechte verkeersmid
delen, aan allerlei dingen gebrek
schijnen te hebben, allereerst wel
aan munitie, en dat een nieuwe krach
tige pogiDg van de zyde der entente-
mogendheden om nog vóór de najaars
stormen do Dardanellen met geweld
te ontsluiten, alleszins te verwach
ten is.
Nu staan de Duitschers nog by
Semendria, en wel voorloopig nog
aan de overzijde van den Donau, en
de weg vandaar naar Konstan tinopel
is wel eeD 800 kilometer lang, en
naar de Turksche grens is het onge
veer 575 kilometer.
Van de zijde der entente is het
volgende voorspeld: Rukken de cen
tralen Servie binnen, om zich den
weg naar de Egeïsche Zee te openen,
dan zullen alle Balkanvolken zich
als één volk aaneensluiten, om hun
dien weg te versperren en daardoor
te verhinderen dat den Balkan onder
de directe of indirecte heerschappij
van Oostenrijk en Duitschland komt.
Wordt deze veronderstelling bewaar
heid, sluit zich Bulgarije bij Servié
aan, dan zou de mijn verkeerd sprin
gen, dan is de kans niet groot, dat
de Duitsche troepen ooit het Turk
sche gebied zullen betreden.
Het is natuurlijk het tegendeel dat
hetgeen de centralen hopen. En zeer
zeker is het niet uitgesloten dat de
Bulgaren besluiten, öf de Serviërs
in den rug te vallen, gelijk de Roe-
meniérs het hen hebbeu gedaan ge
durende den tweeden Balkanoorlog,
zich tijdig van het bezit van Mace
donië te verzekeren en de troepen
der centralen naar Turkye door te
laten trekken, bf alleen het laatste
te doen, onder voorwaarde van scha
deloosstelling met de door hen be
geerde, thans tot Servié behoorende
streken.
Van Hongarije uit, in het bizonder
van Semendria uit, leidt door Servié
heen de weg naar Bulgarije langs
de Morawa en Boelga, m.a.w. langs
denspoorweg SemendriaParatsjin
Niesj - Sofia, met een vertakking van
Paratsjin naar het Oosten. Een factor
van beteekenis zal ongetwijfeld de
tegenstand der Serviérs zyn, die de
gevolgen der besmettelijke ziekten
thans te boven zijn gekomen en die
van hun militaire qualiteiten nog in
dezen oorlog tegen de Oostenrijkers
een schitterend staaltje hebben af-
De Duitschers aan de andere zijde
geven met deze onderneming een
nieuw bewys van hun onverzwakt
initiatief, hetgeen twijfel doet rijzen
aan Kitchener's opmerking, dat zij
reeds aan het einde van hun krach
ten zijn gekomen. (N. Rott. Ct.).
Intusschen meldt een telegram uit
Berlijn van 21 Sept., dat Bulgarije
mobiliseert. Daaruit blykt echter nog
niet, aan welke zijde Bulgarije zal
staan.
Wellicht geven de berichten van
heden daarover het noodige licht.
(Zie daarvoor eventueel de rubriek
laatste berichten").